Common use of Toepassing Wet BIBOB Clause in Contracts

Toepassing Wet BIBOB. 1. De verpachter kan ten aanzien van deze pachtovereenkomst een onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren indien sprake is van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter is in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd; c. de verpachter past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komt. 2. De verpachter kan bij de bevoegde rechter ontbinding van de pachtovereenkomst vorderen indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 1 blijkt dat er sprake is van: a. een mate van gevaar dat de pachtovereenkomst mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een mate van gevaar dat in of met het pachtobject mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of c. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met of bij het aangaan van de pachtovereenkomst een strafbaar feit is gepleegd. 3. Alvorens verpachter overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding van de xxxxxxxxxxxxxxxxx als bedoeld in lid 2, kan hij advies aanvragen bij het Landelijke Bureau Bibob. 4. De pachter is verplicht ten behoeve van een onderzoek als bedoeld in lid 1 door de verpachter gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 30, lid 3, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter verplicht ten behoeve van het advies als bedoeld in lid 3 door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4, van de Wet Bibob te verstrekken.

Toepassing Wet BIBOB. 1. 10.1 De verpachter Wet Bibob en de Beleidsregel Wet Bibob Noord-Brabant zijn van toepassing op het aangaan van deze vastgoedtransactie. 10.2 De Provincie kan ten aanzien van deze pachtovereenkomst vastgoedtransactie een eigen onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren uitvoeren. 10.3 Een eigen onderzoek, als bedoeld in het tweede lid, kan worden uitgevoerd indien sprake is van relevante signalen of van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter is omstandigheden zoals neergelegd in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd; c. de verpachter past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komttoepasselijke beleidsregel. 2. 10.4 De verpachter Provincie kan bij de bevoegde rechter of instantie ontbinding of opschorting van de pachtovereenkomst deze overeenkomst vorderen indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 1 blijkt dat er sprake is van: a. een mate van gevaar dat de pachtovereenkomst deze vastgoedtransactie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een mate van gevaar dat in of met het pachtobject de onroerende zaak waar deze vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met ter verkrijging of bij het aangaan behoud van de pachtovereenkomst deze vastgoedtransactie een strafbaar feit is gepleegd. 3. 10.5 Alvorens verpachter Provincie overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding of opschorting van de xxxxxxxxxxxxxxxxx als bedoeld in lid 2deze overeenkomst, kan hij advies aanvragen vragen bij het Landelijke Landelijk Bureau Bibob. De Provincie stelt de wederpartij daarvan in kennis. 4. 10.6 De pachter wederpartij is verplicht ten behoeve van een onderzoek eigen onderzoek, als bedoeld in lid 1 het tweede lid, door de verpachter Provincie gevraagde gegevens en bescheiden bescheiden, als bedoeld in artikel 307a, lid 3tweede en derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter wederpartij verplicht ten behoeve van het advies advies, als bedoeld in lid 3 het vijfde lid, door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Indien daaraan niet wordt voldaan en de gevraagde gegevens en bescheiden niet, niet volledig of niet waarheidsgetrouw worden verstrekt, kan de Provincie bij de bevoegde rechter ontbinding of opschorting van deze overeenkomst vorderen. 10.7 Het niet-aangaan, opschorten, ontbinden of voorwaarden stellen aan deze overeenkomst op grond van het voorgaande kan niet leiden tot vergoeding van eventuele geleden, of beweerdelijk te lijden schade.

Toepassing Wet BIBOB. 1. De Wet Bibob en de Beleidsregel Bibob Noord-Brabant zijn van toepassing op het aangaan van de pachtovereenkomst; 2. De verpachter kan ten aanzien van deze de pachtovereenkomst een eigen onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren uitvoeren. 3. Een eigen onderzoek, als bedoeld in het tweede lid, kan worden uitgevoerd indien sprake is van relevante signalen of van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter is omstandigheden zoals neergelegd in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd;toepasselijke beleidsregel. c. de verpachter past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure4. Een eigen onderzoek, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3het tweede lid, lid 4, van de Wet Bibob; d. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst geheel of ten dele in handen kan worden uitgevoerd op basis van een andere eigenaar komtsteekproef dan wel risicogericht plaatsvinden. 25. De verpachter kan bij de bevoegde rechter of instantie ontbinding of opschorting van de pachtovereenkomst vorderen indien uit het onderzoek onderzoek, als bedoeld in lid 1 het tweede lid, blijkt dat er sprake is van: a. een mate van gevaar dat de deze pachtovereenkomst mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een mate van gevaar dat in of met het pachtobject waar deze vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met ter verkrijging of bij het aangaan behoud van de deze pachtovereenkomst een strafbaar feit is gepleegd. 36. Alvorens verpachter overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding of opschorting van de xxxxxxxxxxxxxxxxx pachtovereenkomst als bedoeld in lid 2het vijfde lid, kan hij advies aanvragen vragen bij het Landelijke Landelijk Bureau Bibob. De verpachter stelt pachter daarvan in kennis. 47. De pachter is verplicht ten behoeve van een onderzoek eigen onderzoek, als bedoeld in lid 1 het tweede lid, door de verpachter gevraagde gegevens en bescheiden bescheiden, als bedoeld in artikel 307a, lid 3tweede en derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter verplicht ten behoeve van het advies advies, als bedoeld in lid 3 het zesde lid, door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Indien daaraan niet wordt voldaan en de gevraagde gegevens en bescheiden niet, niet volledig of niet waarheidsgetrouw worden verstrekt, kan verpachter bij de bevoegde rechter ontbinding of opschorting van de pachtovereenkomst vorderen. 8. Het niet-aangaan, opschorten, ontbinden of voorwaarden stellen aan een pachtovereenkomst op grond van het voorgaande kan niet leiden tot vergoeding van eventuele geleden, of beweerdelijk te lijden schade. Het ontbinden van de pachtovereenkomst op grond van dit artikel kan direct zonder voorafgaande ingebrekestelling.

Toepassing Wet BIBOB. 1. 9.1 De verpachter Wet Bibob en de Beleidsregel Wet Bibob Noord-Brabant zijn van toepassing op het aangaan van deze vastgoedtransactie. 9.2 De Provincie kan ten aanzien van deze pachtovereenkomst vastgoedtransactie een eigen onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren uitvoeren. 9.3 Een eigen onderzoek, als bedoeld in het tweede lid, kan worden uitgevoerd indien sprake is van relevante signalen of van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter is omstandigheden zoals neergelegd in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd; c. de verpachter past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komttoepasselijke beleidsregel. 2. 9.4 De verpachter Provincie kan bij de bevoegde rechter of instantie ontbinding of opschorting van de pachtovereenkomst deze overeenkomst vorderen indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 1 blijkt dat er sprake is van: a. een mate van gevaar dat de pachtovereenkomst deze vastgoedtransactie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een mate van gevaar dat in of met het pachtobject de onroerende zaak waar deze vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met ter verkrijging of bij het aangaan behoud van de pachtovereenkomst deze vastgoedtransactie een strafbaar feit is gepleegd. 3. 9.5 Alvorens verpachter Provincie overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding of opschorting van de xxxxxxxxxxxxxxxxx als bedoeld in lid 2deze overeenkomst, kan hij advies aanvragen vragen bij het Landelijke Landelijk Bureau Bibob. De Provincie stelt de wederpartij daarvan in kennis. 4. 9.6 De pachter wederpartij is verplicht ten behoeve van een onderzoek eigen onderzoek, als bedoeld in lid 1 het tweede lid, door de verpachter Provincie gevraagde gegevens en bescheiden bescheiden, als bedoeld in artikel 307a, lid 3tweede en derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter wederpartij verplicht ten behoeve van het advies advies, als bedoeld in lid 3 het vijfde lid, door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4derde lid, van de Wet Bibob te verstrekken. Indien daaraan niet wordt voldaan en de gevraagde gegevens en bescheiden niet, niet volledig of niet waarheidsgetrouw worden verstrekt, kan de Provincie bij de bevoegde rechter ontbinding of opschorting van deze overeenkomst vorderen. 9.7 Het niet-aangaan, opschorten, ontbinden of voorwaarden stellen aan deze overeenkomst op grond van het voorgaande kan niet leiden tot vergoeding van eventuele geleden, of beweerdelijk te lijden schade.

Toepassing Wet BIBOB. 1. De verpachter kan ten aanzien Op deze overeenkomst is de Wet Bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur (Wet Bibob) van toepassing. Door ondertekening verklaart koper kennis te hebben genomen van deze pachtovereenkomst een onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren indien sprake is van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter is in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd; c. de verpachter past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komtwet. 2. De verpachter Provincie kan bij de bevoegde rechter ontbinding overeenkomst onmiddellijk en naar eigen keuze opschorten, ontbinden of beëindigen, zonder gehouden te zijn tot vergoeding van de pachtovereenkomst vorderen indien uit het onderzoek als bedoeld eventuele schade en zonder daarbij een termijn in lid 1 blijkt dat acht te hoeven nemen, voor zover er sprake is van: a. een ernstig gevaar/ een mindere mate van gevaar dat de pachtovereenkomst vastgoedtransactie mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een ernstig gevaar/ een mindere mate van gevaar dat in of met het pachtobject de onroerende zaak waar de vastgoedtransactie betrekking op heeft, mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. feiten en omstandigheden die erop wijzen of redelijkerwijs vermoeden dat koper in relatie staat tot strafbare feiten; d. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met of bij het aangaan ter verkrijging van de pachtovereenkomst deze vastgoedtransactie een strafbaar feit is gepleegd; e. een feit dat koper heeft nagelaten de vragen die door de Provincie zijn gesteld op grond van artikel 7a Wet Bibob, volledig en naar waarheid te beantwoorden; f. een feit dat xxxxx heeft nagelaten de vragen die hem door het Landelijk Bureau Bibob zijn gesteld op grond van artikel 12, derde lid Wet Bibob, volledig en naar waarheid te beantwoorden of; g. andere integriteitsrisico’s ten aanzien van de koper of een aan de koper gelieerde partij dan vermeld in dit artikel, waardoor onverkorte instandhouding van de overeenkomst in redelijkheid niet van de Provincie kan worden gevergd. 3. De begrippen ernstig gevaar, mindere mate van gevaar, strafbare feiten, in relatie staan tot en feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs vermoeden hebben in de overeenkomst de betekenis die hen in de Wet Bibob toekomt. 4. Alvorens verpachter de Provincie overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding opschorting of beëindiging van de xxxxxxxxxxxxxxxxx deze overeenkomst als bedoeld in lid 2, kan hij zij advies aanvragen bij het Landelijke Landelijk Bureau Bibob.; 45. De pachter koper is verplicht ten behoeve van een onderzoek als bedoeld in artikel 7a lid 1 van de Wet Bibob de door de verpachter Provincie gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in zoals genoemd artikel 30, 7a lid 3, 2 en 3 van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter koper verplicht ten behoeve van het advies als bedoeld in lid 3 4 door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 43, van de Wet Bibob te verstrekken. 6. De Provincie is gerechtigd deze overeenkomst op te schorten of beëindigen na het verstrijken van vier weken na dagtekening van het verzoek om de in lid 5 bedoelde gegevens en bescheiden, indien koper in gebreke blijft ten aanzien van het feitelijk verstrekken daarvan. 7. Zolang het eigen onderzoek van de Provincie niet is afgerond en/of het advies van het Landelijk Bureau Bibob nog niet is verkregen zullen partijen niet overgaan tot juridische en/of feitelijke levering van het object. 8. De koper vrijwaart de Provincie voor claims van derden als gevolg van een opschorting of beëindiging van de overeenkomst.

Toepassing Wet BIBOB. 1. De verpachter Provincie kan ten aanzien van deze pachtovereenkomst erfpachtovereenkomst een onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren indien sprake is van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter Provincie overeenkomstig artikel 26 27 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter Erfpachter is in de laatste vijf jaar een beschikking tot terugvordering van subsidie opgelegd dan wel met betrokkene is binnen genoemde periode een schikking tot terugbetaling van verkregen subsidiegelden overeengekomen; c. aan de Erfpachter is in de laatste vijf jaar een handhavingsbeschikking opgelegd; c. d. de verpachter Provincie past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter Erfpachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter Erfpachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. e. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter Erfpachter of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter Erfpachter als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. x. xx Xxxxxxxxxx dan wel een natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de Erfpachter als bedoeld in artikel 3, vierde lid van de Wet Bibob, staat vermeld in het onregelmatighedenregister, bedoeld in artikel 1, onder e, van de Beleidsregel misbruik en oneigenlijk gebruik subsidies Noord-Brabant 2017; g. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties informatie betreffende mogelijke betrokkenheid bij strafbare feiten geven aanleiding tot een dergelijk eigen onderzoek; x. xx xxxxxxx Xxxxxxxxxx is een rechtspersoon die voor het verstrijken van de duur van de pachtovereenkomst erfpachtovereenkomst geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komt. 2. De verpachter Provincie kan bij de bevoegde rechter ontbinding van de pachtovereenkomst erfpachtovereenkomst vorderen indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 1 blijkt dat er sprake is van: a. een ernstige danwel mindere mate van gevaar dat de pachtovereenkomst erfpachtovereenkomst mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een ernstige danwel mindere mate van gevaar dat in of met het pachtobject de Onroerende Zaak mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met of bij het aangaan van de pachtovereenkomst erfpachtovereenkomst een strafbaar feit is gepleegd; of d. een veroordeling van Erfpachter of dan wel een natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de Erfpachter als bedoeld in artikel 3, vierde lid van de Wet Bibob, voor het plegen van, deelneming aan, een poging tot, of het voorbereiden danwel doen voorbereiden van een misdrijf. 3. Alvorens verpachter Provincie overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding van de xxxxxxxxxxxxxxxxx erfpachtovereenkomst als bedoeld in lid 2, kan hij advies aanvragen bij het Landelijke Bureau Bibob. 4. De pachter Erfpachter is verplicht ten behoeve van een onderzoek als bedoeld in lid 1 door de verpachter Provincie gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 30, lid 3, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter Erfpachter verplicht ten behoeve van het advies als bedoeld in lid 3 door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4, van de Wet Bibob te verstrekken.

Toepassing Wet BIBOB. 1. 12.1 De verpachter provincie kan ten aanzien van deze pachtovereenkomst overeenkomst een onderzoek op grond van de Wet Bibob uitvoeren indien sprake is van één of meer van de volgende omstandigheden: a. de officier van justitie wijst de verpachter provincie overeenkomstig artikel 26 van de Wet Bibob op de mogelijkheid het Landelijk Bureau Bibob om een advies te vragen; b. aan de pachter koper is in de laatste vijf jaar vóór het aangaan van deze overeenkomst een beschikking tot intrekking van subsidie opgelegd, daaronder ook begrepen de vaststelling van subsidie op een lager bedrag dan bij de verlening of de wijziging van de subsidieverstrekking ten nadele van de koper, dan wel met de koper is binnen genoemde periode een schikking tot terugbetaling van verkregen subsidiegelden overeengekomen; c. aan de koper is in de laatste vijf jaar vóór het aangaan van deze overeenkomst een handhavingsbeschikking opgelegd; c. d. de verpachter provincie past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere procedure, waarbij sprake was van dezelfde pachter koper of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter koper als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; d. e. een bestuursorgaan of een andere rechtspersoon met overheidstaak past de Wet Bibob toe of heeft de Wet Bibob toegepast in een andere proceduretoegepast, waarbij sprake was van dezelfde pachter koper of dezelfde natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de pachter koper als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob; e. x. xx xxxxx dan wel een natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de koper als bedoeld in artikel 3, lid 4, van de Wet Bibob, staat vermeld in het onregelmatighedenregister, bedoeld in artikel 1, onder e, van de Beleidsregel misbruik en oneigenlijk gebruik subsidies Noord-Brabant 2017; g. handhavingsinformatie, strafrechtelijke informatie, informatie van één of meer partners in een RIEC-samenwerkingsverband of andere indicaties informatie betreffende mogelijke betrokkenheid bij strafbare feiten geven aanleiding tot een dergelijk onderzoek; x. xx xxxxxxx h. de koper is een rechtspersoon die en na ondertekening van deze overeenkomst en voor het verstrijken passeren van de duur akte van de pachtovereenkomst levering: i. komt koper direct of indirect, geheel of ten dele in handen van een andere eigenaar komteigenaar; ii. verkrijgt een ander direct of indirect zeggenschap in koper; iii. verschaft een ander koper direct of indirect vermogen; of iv. komt een ander direct of indirect in een zakelijk samenwerkingsverband tot koper te staan. 2. 12.2 De verpachter provincie kan bij de bevoegde rechter deze overeenkomst onmiddellijk en naar eigen keuze opschorten, of beëindigen door middel van ontbinding of opzegging, zonder gehouden te zijn tot vergoeding van de pachtovereenkomst vorderen eventuele schade en zonder daarbij een termijn in acht te hoeven nemen, indien uit het onderzoek als bedoeld in lid 1 blijkt dat er sprake is van: a. een mate van gevaar dat de pachtovereenkomst overeenkomst mede zal worden gebruikt om uit gepleegde strafbare feiten verkregen of te verkrijgen, op geld waardeerbare voordelen te benutten; b. een mate van gevaar dat in of met het pachtobject de onroerende zaak mede strafbare feiten zullen worden gepleegd; of; c. strafvervolging door de bevoegde autoriteiten tegen de koper of een aan de koper gelieerde partij is ingesteld; d. de koper niet tijdig heeft voldaan aan zijn verplichtingen ten aanzien van sociale zekerheidsbijdragen en/of belastingen; e. feiten en omstandigheden die er op wijzen of redelijkerwijs doen vermoeden dat met of bij het aangaan van de pachtovereenkomst deze overeenkomst een strafbaar feit is gepleegdgepleegd of dat een strafbaar feit zal worden gepleegd door gebruik van de overeenkomst; f. een veroordeling van koper of dan wel een natuurlijk persoon of rechtspersoon die in relatie staat tot de koper als bedoeld in artikel 3, vierde lid van de Wet Bibob, voor het plegen van, deelneming aan, een poging tot, of de voorbereiding van een misdrijf; of g. andere integriteitsrisico's ten aanzien van de koper of een aan de koper gelieerde partij dan vermeld in dit artikel, waardoor onverkorte instandhouding van de overeenkomst in redelijkheid niet van de provincie kan worden gevergd. 3. 12.3 Alvorens verpachter de provincie overgaat tot bedoelde vordering tot ontbinding opschorting of beëindiging van de xxxxxxxxxxxxxxxxx deze overeenkomst als bedoeld in lid 2, kan hij zij advies aanvragen bij het Landelijke Bureau Bibob. 4. 12.4 De pachter koper is verplicht ten behoeve van een onderzoek als bedoeld in lid 1 door de verpachter provincie gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 30, lid 3, van de Wet Bibob te verstrekken. Tevens is de pachter koper verplicht ten behoeve van het advies als bedoeld in lid 3 door het Landelijk Bureau Bibob gevraagde gegevens en bescheiden als bedoeld in artikel 12, lid 4, van de Wet Bibob te verstrekken. 12.5 De provincie is gerechtigd deze overeenkomst op te schorten of beëindigen na het verstrijken van vier weken na dagtekening van het verzoek om de in lid 4 bedoelde gegevens en bescheiden indien koper in gebreke blijft ten aanzien van het feitelijk verstrekken daarvan. 12.6 De koper vrijwaart de provincie voor claims van derden als gevolg van een opschorting of beëindiging van de overeenkomst. 12.7 De Beleidsregel Wet Bibob Noord-Brabant 2018 is van toepassing op deze overeenkomst.