Tussentijdse vervolgindicatie. 1. Als de zorgaanbieder constateert dat de geldende indicatie niet meer voldoet voor de benodigde zorg, heeft de zorgaanbieder een gesprek met de cliënt met het oog op indiening van een aanvraag voor vervolgindicatie. Het bepaalde in artikel 26 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.
Tussentijdse vervolgindicatie. Lid 2 De bedenktijd van twee weken is voor cliënten van belang die eventueel maatregelen willen treffen om indien mogelijk toch thuiszorg te blijven ontvangen, bijvoorbeeld door aanvullende hulp in te huren, of juist besluiten een indicatie aan te vragen voor een verzorgingshuis.
Tussentijdse vervolgindicatie. Lid 2 De bedenktijd van twee weken is van belang voor cliënten die eventueel maat- regelen willen treffen om bijvoorbeeld, indien mogelijk, toch in de instelling te kun- nen blijven door aanvullende hulp in te huren of juist besluiten naar een andere instelling te willen verhuizen.
Tussentijdse vervolgindicatie. 1. Als Dalazorg constateert dat de geldende indicatie niet meer voldoet voor de benodigde ondersteuning, heeft Dalazorg een gesprek met de cliënt met het oog op het stellen aanvraag voor vervolgindicatie in de Wmo. Het bepaalde in artikel 26 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.
Tussentijdse vervolgindicatie. 1. Als OvL constateert dat de geldende indicatie niet meer voldoet voor de benodigde zorg, heeft XxX een gesprek met de deelnemer met het oog op indiening van een aanvraag voor vervolgindicatie. Het bepaalde in artikel 26 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.
Tussentijdse vervolgindicatie. 1. Als OvL constateert dat de geldende indicatie niet meer voldoet voor de benodigde zorg, heeft XxX een gesprek met de deelnemer met het oog op indiening van een aanvraag voor vervolgindicatie. Het bepaalde in artikel 26 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.