Vaststelling uitkeringspercentage. NHT zal de vergoeding voor alle betrokkenen vaststellen. NHT zal hiertoe alle meldingen van gedupeerden bij elkaar optellen. Op basis hiervan zal de NHT een begroting opstellen en de uit te keren schade-uitkering vast stellen. Indien de verzekerde som ontoereikend is, dan kan het zijn dat de betrokkenen niet de volledige schade vergoed krijgen. NHT stelt in dat geval een (voorlopig) uitkeringspercentage vast. Dit percentage is gelijk voor alle gedupeerden. De schadevergoeding is te allen tijde beperkt tot het bedrag van de uitkering verzekeraar, overeenkomstig de toepassing van het Uitkeringsprotocol, ontvangt van de NHT. De NHT beslist of er sprake is van een terrorismeschade. Op vergoeding kan niet eerder aanspraak worden gemaakt dan na deze beslissing en de bekendmaking van het bedrag van de vergoeding door XXX.
Vaststelling uitkeringspercentage. De vaststelling van het uitkeringspercentage geschiedt door de medisch adviseur van Centraal Beheer op basis van de als definitief erkende toestand van de getroffen verzekerde, voor zover mogelijk binnen twee jaar na het ongeval.
Vaststelling uitkeringspercentage. 15.1 Bij blijvende invaliditeit van de verzekerde door een ongeval keert Reaal het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag geheel of gedeeltelijk uit. Reaal stelt de aanwezigheid en de mate van de functionele invaliditeit bij een verzekerde vast op basis van de rapportage van door ons aangewezen medische en (eventueel) andere deskundigen. De bepaling van het percentage functie-verlies geschiedt volgens objectieve maatstaven en wel zoveel mogelijk overeenkomstig de laatste uitgave van de ‘Guides to the Evaluation of Permanent Impairment’ van de American Medical Association (A.M.A) en de richtlijnen van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie en de Nederlandse Vereniging voor Orthopaedie.
15.2 De vaststelling van de mate van blijvende invaliditeit van het post-whiplash syndroom gebeurt volgens de richtlijnen zoals deze zijn opgesteld door de Nederlandse Vereniging voor Neurologie en de Nederlandse Vereniging voor Orthopaedie.
15.3 Ter zake van blijvende invaliditeit als gevolg van één ongeval, bedraagt het uitkeringspercentage nooit meer dan 100%.
Vaststelling uitkeringspercentage. Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkerings- percentage van het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld. 100 gezichtsvermogen van beide ogen 30 gezichtsvermogen van één oog 70 gezichtsvermogen van één oog als de maat- schappij reeds uitkering krachtens deze ver- zekering heeft verleend wegens het verlies van het gezichtsvermogen van het andere oog 60 gehoor van beide oren 30 gehoor van één oor 75 arm 65 alle vingers aan dezelfde hand 25 duim
Vaststelling uitkeringspercentage. Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringspercentage van het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld. - gezichtsvermogen van beide ogen 100 - gezichtsvermogen van één oog 30 - gezichtsvermogen van één oog, als AnsvarIdéa reeds uitkering krachtens deze verzekering heeft verleend wegens het verlies van het gezichtsvermogen van het andere oog 70 - gehoor van beide oren 60 - gehoor van één oor 30 - arm 75 - alle vingers aan dezelfde hand 65 - duim 25 - wijsvinger 15 - middelvinger 12 - ringvinger 10 - pink 10 - been 70 - grote teen 10 - andere teen 5 - milt 5 - nier 15 - long 25 - smaak- en/of reukvermogen 5 - spraakvermogen 50 - alle gebitselementen zonder prothetische mogelijkheid, uitgesloten zijn melkgebit en prothesen 20 - alle gebitselementen met prothetische mogelijkheid, uitgesloten zijn melkgebit en prothesen 5 - de cervicale wervelkolom als gevolg van ‘Whiplash syndroom’ 5 Wanneer sprake is van gedeeltelijk (functie)verlies van één of meer van de hiervoor genoemde lichaamsdelen of organen, wordt een evenredig deel uitgekeerd. Dit met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel. In alle niet hierboven genoemde gevallen wordt het uitkeringspercentage afgestemd op de mate van blijvende invaliditeit, die het letsel voor het lichaam als geheel oplevert. Dit met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel.
Vaststelling uitkeringspercentage. UITKERINGS- BIJ VOLLEDIG (FUNCTIE)VERLIES VAN: PERCENTAGE: 100 30 70 60 30 75 65 25 15 12 10 10 70 10 5 5 15 25 5 50 20 5 5 gezichtsvermogen van beide ogen gezichtsvermogen van één oog gezichtsvermogen van één oog, als de maatschappij reeds uitkering krachtens deze verzekering heeft verleend wegens het verlies van het gezichtsvermogen van het andere oog gehoor van beide oren gehoor van één oor arm alle vingers aan de dezelfde hand duim wijsvinger middelvinger ringvinger pink been grote teen andere teen milt nier long smaak en/of reuk spraakvermogen alle gebitselementen zonder prothetische mogelijkheid, uitgesloten melkgebit en en prothesen alle gebitselementen met prothetische mogelijkheid, uitgesloten melkgebit en en prothesen de cervicale wervelkolom als gevolg van ‘Whiplash syndroom’ Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringsper- centage van het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld. Wanneer er sprake is van gedeeltelijk (functie)verlies van één of meer van de hiervoor genoemde lichaams- delen of organen, wordt een evenredig deel uitge- keerd, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel. In alle niet hierboven genoemde gevallen wordt het uitkeringspercentage afgestemd op de mate van blij- vende invaliditeit, die het letsel voor het lichaam als geheel oplevert, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel.
Vaststelling uitkeringspercentage. Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringsper- centage van het voor blijvende functionele invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld: UITKERINGS- PERCENTAGE: BIJ VOLLEDIG (FUNCTIE)VERLIES VAN:
Vaststelling uitkeringspercentage. Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringsper- centage van het voor blijvende functionele invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld: Wanneer er sprake is van gedeeltelijk (functie) verlies van één of meer van de hiervoor genoemde lichaamsdelen of organen, wordt een evenredig deel uitgekeerd, een en ander met inachtneming van het bepaalde in punt 22.1 van dit artikel. Voor alle niet in de voorgaande tabel vermelde gevallen wordt het uitkeringspercentage afgestemd op de mate van blijvende invaliditeit volgens objectieve maatstaven overeenkomstig de laatste uitgave van de ‘Guides to the Evaluation of Permanent Impairment’ van de American Medical Association (A.M.A.) waaraan de Nederlandse specialisten-verenigingen zich confirmeren, aangevuld met de richtlijnen van de Nederlandse specialistenverenigingen. Bij de vaststelling van het invaliditeitspercentage wordt geen rekening gehouden met het beroep van verzekerde.
Vaststelling uitkeringspercentage. Aan de hand van het door de medicus bepaalde percentage (functie)verlies wordt het uitkeringsper- centage van het voor blijvende invaliditeit verzekerde bedrag als volgt vastgesteld. Wanneer er sprake is van gedeeltelijk (functie)verlies van één of meer van de hiervoor genoemde lichaams- delen of organen, wordt een evenredig deel uitge- keerd, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel. In alle niet hierboven genoemde gevallen wordt het uitkeringspercentage afgestemd op de mate van blij- vende invaliditeit, die het letsel voor het lichaam als geheel oplevert, een en ander met inachtneming van het bepaalde in lid 7 van dit artikel.
Vaststelling uitkeringspercentage. Het uitkeringspercentage wordt door de medisch adviseur van de Verzekeraar vastgesteld op basis van de als definitief erkende toestand van de getroffen verzekerde, voor zover mogelijk binnen 2 jaar na het ongeval. Indien de Verzekeraar een medische expertise noodzakelijk acht om het uitkeringspercentage te kunnen vaststellen, is de verzekerde verplicht hieraan zijn medewerking te verlenen. De verzekerde dient zich daartoe door een door de Verzekeraar nader aan te wijzen arts te laten onderzoeken of voor onderzoek te laten opnemen in een door de Verzekeraar nader aan te wijzen instelling of inrichting. De medische expertise dient in Nederland plaats te vinden. De kosten hiervan zijn voor rekening van de Verzekeraar.