Verevening van pensioenrechten bij scheiding. 21.1 In geval van scheiding vóór de pensioendatum is de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding van toepassing op dat deel van het in artikel 9 bedoelde pensioenkapitaal, dat is opgebouwd tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Daarnaast vindt op grond van artikel 15 toekenning van een bijzonder partnerpensioen plaats. 21.2 In geval van scheiding na de pensioendatum, bestaat voor de ex-partner krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding recht op verevening van de helft van het ouderdomspensioen dat betrekking heeft op de periode van het huwelijk of het geregistreerd partnerschap. 21.3 Het recht op verevening van pensioenrechten bij scheiding kan alleen dan rechtstreeks jegens het fonds worden uitgeoefend indien de scheiding binnen twee jaar na tijdstip van de scheiding op de in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding voorgeschreven wijze aan het fonds is gemeld. 21.4 De in artikel 21.1 en 21.2 bedoelde verevening van pensioenrechten bij scheiding vindt uitsluitend plaats indien de waarde van het ten behoeve van de ex-partner te verevenen pensioenkapitaal op de datum van echtscheiding hoger ligt dan het voor de betreffende deelnemer geldende kapitaal voor afkoop van kleine ouderdomspensioenen zoals vastgelegd in bijlage 2 bij dit reglement. 21.5 Het in artikel 21.1 en 21.2 bepaalde vindt geen toepassing indien de partners bij huwelijkse voorwaarden of bij voorwaarden van geregistreerd partnerschap anders overeenkomen of bij een bij geschrift gesloten overeenkomst met het oog op de scheiding of de beëindiging van het geregistreerd partnerschap anders overeenkomen. 21.6 Het fonds verleent geen medewerking aan verzoeken tot conversie in het kader van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding. 21.7 In geval van beëindiging van een samenlevingsrelatie bestaat geen aanspraak op verevening van pensioenrechten.
Appears in 2 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement
Verevening van pensioenrechten bij scheiding. 21.1 24.1 In geval van scheiding vóór de pensioendatum is de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding van toepassing op dat deel van het in artikel 9 bedoelde pensioenkapitaal, dat is opgebouwd tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Daarnaast vindt op grond van artikel 15 17 toekenning van een bijzonder partnerpensioen plaats.
21.2 24.2 In geval van scheiding na de pensioendatum, bestaat voor de ex-partner krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding recht op verevening van de helft van het het ouderdomspensioen dat betrekking heeft op de periode van het huwelijk of het geregistreerd partnerschap.
21.3 24.3 Het recht op verevening van pensioenrechten bij scheiding kan alleen dan rechtstreeks jegens het fonds worden uitgeoefend indien de scheiding binnen twee jaar na tijdstip van de scheiding op de in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding voorgeschreven wijze aan het fonds is gemeld.
21.4 24.4 De in artikel 21.1 24.1 en 21.2 24.2 bedoelde verevening van pensioenrechten bij scheiding vindt uitsluitend plaats indien de waarde van het ten behoeve van de ex-partner te verevenen pensioenkapitaal op de datum van echtscheiding hoger ligt dan het voor de betreffende deelnemer geldende kapitaal voor afkoop van kleine ouderdomspensioenen zoals vastgelegd in bijlage 2 3 bij dit reglement.
21.5 24.5 Het in artikel 21.1 24.1 en 21.2 24.2 bepaalde vindt geen toepassing indien de partners bij huwelijkse voorwaarden of bij voorwaarden van geregistreerd partnerschap anders overeenkomen of bij een bij geschrift gesloten overeenkomst met het oog op de scheiding of de beëindiging van het geregistreerd partnerschap anders overeenkomen.
21.6 24.6 Het fonds verleent geen medewerking aan verzoeken tot conversie in het kader van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
21.7 24.7 In geval van beëindiging van een samenlevingsrelatie bestaat geen aanspraak op verevening van pensioenrechten.
Appears in 2 contracts
Samples: Pensioenreglement, Pensioenreglement
Verevening van pensioenrechten bij scheiding. 21.1 In geval van scheiding vóór de pensioendatum is de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding van toepassing op dat deel van het in artikel 9 bedoelde pensioenkapitaal, dat is opgebouwd tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Daarnaast vindt op grond van artikel 15 16 toekenning van een bijzonder partnerpensioen plaats.
21.2 In geval van scheiding na de pensioendatum, bestaat voor de ex-partner krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding recht op verevening van de helft van het ouderdomspensioen dat betrekking heeft op de periode van het huwelijk of het geregistreerd partnerschap.
21.3 Het recht op verevening van pensioenrechten bij scheiding kan alleen dan rechtstreeks jegens het fonds worden uitgeoefend indien de scheiding binnen twee jaar na tijdstip van de scheiding op de in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding voorgeschreven wijze aan het fonds is gemeld.
21.4 De in artikel 21.1 en 21.2 bedoelde verevening van pensioenrechten bij scheiding vindt uitsluitend plaats indien de waarde van het ten behoeve van de ex-partner te verevenen pensioenkapitaal op de datum van echtscheiding hoger ligt dan het voor de betreffende deelnemer geldende kapitaal voor afkoop van kleine ouderdomspensioenen zoals vastgelegd in bijlage 2 3 bij dit reglement.
21.5 Het in artikel 21.1 en 21.2 bepaalde vindt geen toepassing indien de echtgenoten c.q. de geregistreerde partners bij huwelijkse voorwaarden of bij voorwaarden van geregistreerd partnerschap anders overeenkomen of bij een bij geschrift gesloten overeenkomst met het oog op de scheiding of de beëindiging van het geregistreerd partnerschap anders overeenkomen.
21.6 Het fonds verleent geen medewerking aan verzoeken tot conversie in het kader van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding.
21.7 In geval van beëindiging van een samenlevingsrelatie bestaat geen aanspraak op verevening van pensioenrechten.
Appears in 1 contract
Samples: Pensioenreglement