Common use of Voor wie geldt de cao? Clause in Contracts

Voor wie geldt de cao?. 10.3.1 Bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij a. Deze cao geldt voor de werkgever en de werknemer in de sector bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij. b. Onder bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij wordt verstaan: – melkveehouderij: het (op)fokken van kalveren en/of het houden van koeien voor het verkrijgen van de melk; – varkenshouderij: het houden en opfokken van varkens (biggen, zeugen en beren) voor de productie van vlees; – pluimveehouderij inclusief broederijen: het (op)fokken, vermeerderen en houden van gevogelte voor de productie van eieren en vlees; onder broederij wordt verstaan het uitbroeden van broedeieren, het (op)fokken van kuikens en/of het exporteren van eendagskuikens en eieren. c. Bedrijfsactiviteiten bestaan ‘in hoofdzaak’ uit activiteiten zoals bedoeld onder b als de daarbij betrokken werknemers samen goed zijn voor meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf. d. Dit totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf is inclusief de uren die uitzend- krachten in de zin van deze cao en overige derden aan deze activiteiten besteden. 10.3.2 Wie is werkgever in de zin van deze cao? a. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent, waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit de bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij zoals bedoeld in 10.3.1 b. b. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent met een onderdeel: – waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b en – waarin het aantal arbeidsuren meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren in het bedrijf uitmaakt. Uitzondering: Dit geldt niet als voor dat hele bedrijf een andere collectieve arbeidsovereenkomst van kracht is, die geregistreerd is bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; c. Juridisch zelfstandige delen van een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b; d. De personeelsvennootschap binnen een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan ten minste 75% van het totaal aantal arbeidsuren van de werknemers wordt uitgeoefend bij een of meer andere groepsonderdelen waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b. e. Envigo RMS B.V. te Horst. 10.3.3 Soms is de keuze aan de werkgever zelf a. De werkgever mag zelf mag bepalen welke cao voor de primaire agrarische sector op zijn bedrijf van toepassing is, als: – binnen één en hetzelfde bedrijf meerdere bedrijfsactiviteiten plaatsvinden die vallen binnen de werkingssfeer van verschillende cao’s voor de primaire agrarische sector en – niet te bepalen is of de bedrijfsactiviteiten en/of arbeidsuren uitsluitend of in hoofdzaak onder de ene of de andere cao vallen. b. Een en ander geldt: – in aanvulling op 10.3.2 en – onder de voorwaarde dat de bedrijfsactiviteiten waarop de werkgever zijn keuze baseert, een substantieel onderdeel uitmaken van zijn bedrijf. c. Tegen de keuze van de werkgever kan beroep worden ingesteld bij de Paritaire commissie dierhouderij (zie bijlage 3). 10.3.4 Wie is werknemer in de zin van deze cao? a. De natuurlijke persoon die in dienst is van de werkgever zoals bedoeld in 10.3.2, op basis van een arbeidsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 7:610 BW. b. Uitzondering: De stagiair geldt niet als werknemer. Een stagiair is iemand die in het kader van zijn studie of opleiding praktische ervaring opdoet in een bedrijf.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collectieve Arbeidsovereenkomst

Voor wie geldt de cao?. 10.3.1 Bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij a. Deze cao geldt voor de werkgever en de werknemer in de sector bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij. b. Onder bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij wordt verstaan: – melkveehouderij: het (op)fokken van kalveren en/of het houden van koeien voor het verkrijgen van de melk; – varkenshouderij: het houden en opfokken van varkens (biggen, zeugen en beren) voor de productie van vlees; – pluimveehouderij inclusief broederijen: het (op)fokken, vermeerderen en houden van gevogelte voor de productie van eieren en vlees; onder broederij wordt verstaan het uitbroeden van broedeieren, het (op)fokken van kuikens en/of het exporteren van eendagskuikens en eieren. c. Bedrijfsactiviteiten bestaan ‘in hoofdzaak’ uit activiteiten zoals bedoeld onder b als de daarbij betrokken werknemers samen goed zijn voor meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf. d. Dit totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf is inclusief de uren die uitzend- krachten in de zin van deze cao en overige derden aan deze activiteiten besteden. 10.3.2 Wie is werkgever in de zin van deze cao? a. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent, waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit de bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij zoals bedoeld in 10.3.1 b. b. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent met een onderdeel: – waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b en – waarin het aantal arbeidsuren meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren in het bedrijf uitmaakt. Uitzondering: Dit geldt niet als voor dat hele bedrijf een andere collectieve arbeidsovereenkomst van kracht is, die geregistreerd is bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; c. ; Juridisch zelfstandige delen van een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b; d. ; De personeelsvennootschap binnen een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan ten minste 75% van het totaal aantal arbeidsuren van de werknemers wordt uitgeoefend bij een of meer andere groepsonderdelen waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b. e. c. Envigo RMS B.V. te Horst. 10.3.3 Soms is de keuze aan de werkgever zelf a. De werkgever mag zelf mag bepalen welke cao voor de primaire agrarische sector op zijn bedrijf van toepassing is, als: – binnen één en hetzelfde bedrijf meerdere bedrijfsactiviteiten plaatsvinden die vallen binnen de werkingssfeer van verschillende cao’s voor de primaire agrarische sector en – niet te bepalen is of de bedrijfsactiviteiten en/of arbeidsuren uitsluitend of in hoofdzaak onder de ene of de andere cao vallen. b. Een en ander geldt: – in aanvulling op 10.3.2 en – onder de voorwaarde dat de bedrijfsactiviteiten waarop de werkgever zijn keuze baseert, een substantieel onderdeel uitmaken van zijn bedrijf. c. Tegen de keuze van de werkgever kan beroep worden ingesteld bij de Paritaire commissie dierhouderij (zie bijlage 3). 10.3.4 Wie is werknemer in de zin van deze cao? a. De natuurlijke persoon die in dienst is van de werkgever zoals bedoeld in 10.3.2, op basis van een arbeidsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 7:610 BW. b. Uitzondering: De stagiair geldt niet als werknemer. Een stagiair is iemand die in het kader van zijn studie of opleiding praktische ervaring opdoet in een bedrijf.

Appears in 1 contract

Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst

Voor wie geldt de cao?. 10.3.1 Bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij a. Deze cao geldt voor de werkgever en de werknemer in de sector bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij. b. Onder bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij wordt verstaan: – melkveehouderij: het (op)fokken van kalveren en/of het houden van koeien voor het verkrijgen van de melk; – varkenshouderij: het houden en opfokken van varkens (biggen, zeugen en beren) voor de productie van vlees; – pluimveehouderij inclusief broederijen: het (op)fokken, vermeerderen en houden van gevogelte gevo- gelte voor de productie van eieren en vlees; onder broederij wordt verstaan het uitbroeden van broedeieren, het (op)fokken van kuikens en/of het exporteren van eendagskuikens en eieren. c. Bedrijfsactiviteiten bestaan in hoofdzaak’ uit activiteiten zoals bedoeld onder b als de daarbij betrokken werknemers samen goed zijn voor meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf. d. Dit totaal aantal arbeidsuren binnen het bedrijf is inclusief de uren die uitzend- krachten uitzendkrachten in de zin van deze cao en overige derden aan deze activiteiten besteden. 10.3.2 Wie is werkgever in de zin van deze cao? a. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent, waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit de bedrijfsmatige productiegerichte dierhouderij zoals bedoeld in 10.3.1 b. b. De natuurlijke of rechtspersoon die een bedrijf uitoefent met een onderdeel: – waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b en – waarin het aantal arbeidsuren meer dan 50% van het totaal aantal arbeidsuren in het bedrijf uitmaakt. Uitzondering: Dit geldt niet als voor dat hele bedrijf een andere collectieve arbeidsovereenkomst van kracht is, die geregistreerd is bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; c. Juridisch zelfstandige delen van een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan de bedrijfsactiviteiten bedrijfsacti- viteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b; d. De personeelsvennootschap binnen een groep in de zin van artikel 2:24b BW waarvan ten minste 75% van het totaal aantal arbeidsuren van de werknemers wordt uitgeoefend bij een of meer andere groepsonderdelen waarvan de bedrijfsactiviteiten uitsluitend of in hoofdzaak bestaan uit activiteiten zoals bedoeld in 10.3.1 b. e. a. Envigo RMS B.V. te Horst. 10.3.3 Soms is de keuze aan de werkgever zelf a. De werkgever mag zelf mag bepalen welke cao voor de primaire agrarische sector op zijn bedrijf van toepassing is, als: – binnen één en hetzelfde bedrijf meerdere bedrijfsactiviteiten plaatsvinden die vallen binnen de werkingssfeer van verschillende cao’s voor de primaire agrarische sector en – niet te bepalen is of de bedrijfsactiviteiten en/of arbeidsuren uitsluitend of in hoofdzaak onder de ene of de andere cao vallen. b. Een en ander geldt: – in aanvulling op 10.3.2 en – onder de voorwaarde dat de bedrijfsactiviteiten waarop de werkgever zijn keuze baseert, een substantieel onderdeel uitmaken van zijn bedrijf. c. Tegen de keuze van de werkgever kan beroep worden ingesteld bij de Paritaire commissie dierhouderij (zie bijlage 3). 10.3.4 Wie is werknemer in de zin van deze cao? a. De natuurlijke persoon die in dienst is van de werkgever zoals bedoeld in 10.3.2, op basis van een arbeidsovereenkomst zoals bedoeld in artikel 7:610 BW. b. Uitzondering: De stagiair geldt niet als werknemer. Een stagiair is iemand die in het kader van zijn studie of opleiding praktische ervaring opdoet in een bedrijf.

Appears in 1 contract

Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst