CAO-akkoord
CAO-akkoord
CAO Nederlandse Universiteiten 1 januari 2020 tot 1 januari 2021
De VSNU, Vereniging van Nederlandse Universiteiten, namens de universiteiten enerzijds en FNV, AC/FBZ, CNV Overheid en AOb, werknemersorganisaties anderzijds, verder te noemen partijen, maken op 11 mei 2020 de volgende afspraken op hoofdlijnen over de ontwikkeling van de arbeidsvoorwaarden voor de Nederlandse Universiteiten.
Op 5 juni 2020 hebben partijen vastgesteld dat dit onderhandelaarsakkoord wordt omgezet in een definitief cao-akkoord.
1. Preambule
Bijzondere tijden
Partijen stellen vast dat het onderhandelaarsakkoord tot stand is gekomen in een bijzondere periode. De gevolgen van het Coronavirus raken de gehele samenleving in alle hevigheid. De universiteiten hebben te maken met ingrijpende wijzigingen in de universitaire praktijk. De universiteit als ontmoetingsplaats voor het academisch debat heeft plaatsgemaakt voor onderwijs, onderzoek en bedrijfsvoering op afstand. In hoog tempo heeft het academisch onderwijs zich verplaatst van colleges en werkgroepen op de campus naar het digitale onderwijs op afstand. Onderzoek gaat zoveel mogelijk door vanuit huis maar het is onmiskenbaar dat er grote uitdagingen zijn met betrekking tot het onderzoek en onderwijs in laboratoria en practica. Ook een groot deel van de ondersteunende activiteiten vindt plaats vanuit de thuissituatie. Dit vergt van al onze medewerkers grote inspanningen en maximale flexibiliteit om het academische bedrijf doorgang te laten vinden. En in deze uitdagende tijden zijn goed academisch onderwijs en onderzoek meer dan ooit belangrijk.
De cao 2020
In de context van het bovenstaande heeft het overleg over een nieuwe cao plaatsgevonden. Cao-partijen vinden het belangrijk om op dit moment een cao te realiseren waarin de waardering voor de inzet en betrokkenheid van onze medewerkers tot uiting komt.
Tussen partijen is daarom afgesproken een verkort traject te doorlopen en het aantal onderwerpen te limiteren. De voornaamste afspraak is een structurele loonsverhoging van 3,0% en een eenmalige uitkering. Daarnaast zijn er afspraken gemaakt die deels gerelateerd zijn aan de problematiek voortkomend uit deze crisis. Daarbij wordt er ook gedacht aan medewerkers voor wie de Coronacrisis tot onzekerheden leidt.
2. Looptijd en beloning
De looptijd van de cao is van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020. Op 1 juni 2020 worden de salarissen van universitaire werknemers die een dienstverband bij een Nederlandse Universiteit hebben, structureel met 3,0% verhoogd. Daarnaast ontvangen universitaire werknemers1, die op 1 juni 2020 een dienstverband bij een Nederlandse Universiteit hebben een eenmalige uitkering van bruto € 750,- bij een dienstverband met de volledige arbeidsduur, bij werknemers in deeltijd wordt een bedrag naar rato van de omvang van het dienstverband toegekend.
1 Met uitzondering van (SOM-)leerlingen en werknemers met een minimum(jeugd)loon (waaronder de werknemers met een arbeidsbeperking werkzaam in het kader van de Participatiewet). Voor werknemers in jeugdschalen geldt dat de eenmalige uitkering naar rato van hun schaalbedrag wordt uitbetaald. Voor werknemers met een Wajong-uitkering geldt dat de werkgever de eenmalige uitkering achterwege kan laten wanneer dit in het belang van deze werknemer is.
3. Financiering knelpunten
Partijen reserveren eenmalig 0,45% van de loonruimte voor de incidentele financiering van knelpunten naar aanleiding van kosten gemaakt door COVID-19 problemen in relatie tot de arbeidsvoorwaarden van onze medewerkers. Daarbij kan gedacht worden aan de verlenging van tijdelijke contracten van onderzoekers, promovendi, docenten en van OBP dat hen daarbij ondersteunt. Dit is een bijzondere afspraak die uiting geeft aan de solidariteit en betrokkenheid met name met universitaire medewerkers met tijdelijke contracten. Partijen maken in de komende weken afspraken over de besteding van deze reservering door universiteiten. Deze afspraken worden door cao-partijen voor het einde van de looptijd van deze cao geëvalueerd.
4. Verlenging Vitaliteitspact
De pilot Regeling Vitaliteitspact, zoals vastgelegd in de artikelen 6.13 tot en met 6.16 van de cao Nederlandse Universiteiten, wordt onder gelijke voorwaarden verlengd met achttien maanden. Dit betekent dat de pilot wordt verlengd tot en met 31 december 2021. In lijn hiermee worden de data in het eerste lid van de artikelen 6.15 en 6.16 van de cao aangepast:
• 6.15 lid 1 cao: Deelname aan deze regeling is mogelijk vanaf 1 januari 2019 tot 31 december 2021. De feitelijke deelname aan de regeling dient uiterlijk 30 december 2021 te starten en duurt tot het einde van het dienstverband, doch uiterlijk tot het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.
• 6.16 lid 1 cao: Cao-partijen evalueren de regeling tussentijds voor het einde van de looptijd van deze cao op in ieder geval budgetneutraliteit, en effecten op de in- en doorstroom en op de werkdruk. Voor 1 oktober 2021 volgt een definitieve evaluatie.
5. Overige afspraken
Daarnaast hebben cao-partijen de volgende afspraken gemaakt:
a. Herdefiniëring van de afspraak over mobiliteit OBP
Cao-partijen spreken af de tekst van artikel 6.11 cao (Mobiliteit en duurzame inzetbaarheid ondersteunend- en beheerspersoneel) zo te herformuleren dat de nadruk komt te liggen op het vinden van de balans voor de OBP-medewerker met betrekking tot ontwikkeling, mobiliteit en duurzame inzetbaarheid.
b. Invoering Ombudsfunctie
Cao-partijen spreken af dat er aan de hand van de resultaten van de eindevaluatie van de pilot ombudsman (juni 2020) bij alle universiteiten een ombudsfunctie wordt ingericht. Omdat het invlechten van de ombudsfunctie in de al binnen de universiteit bestaande hulpstructuur zorgvuldig dient te gebeuren, spreken partijen af dat de inrichting van de ombudsfunctie uiterlijk 1 juli 2021 bij alle universiteiten is afgerond.
Het streven is om in de UFO-update 10.0 een functieprofiel Ombudsman vast te stellen.
c. Studieafspraak carrièreperspectief jong WP
Bij een wetenschappelijke carrière van de junior docent (Docent 3 en 4) en de postdoc (Onderzoeker 3 en 4) is de verbondenheid tussen onderwijs en onderzoek evident en geborgd op persoonsniveau. Partijen spreken in dit verband af een studie te verrichten naar carrièreperspectieven jong WP in zowel onderwijs als onderzoek, waarbij de onderzoeken ‘Toereikendheid en doelmatigheid’ en ‘Erkennen en waarderen’ worden meegewogen. Partijen nemen de resultaten van dit onderzoek mee in de volgende cao-onderhandelingen.
d. Technische wijzigingen
In de redactiecommissie worden niet-inhoudelijke redactionele/technische aanpassingen in de cao vastgesteld.
Aldus overeengekomen op 5 juni 2020,
FNV de xxxx xxx X. Xxxxxxx