Common use of Aanspraken gewezen deelnemer Clause in Contracts

Aanspraken gewezen deelnemer. 1. Na overlijden van de gewezen deelnemer hebben de partner respectievelijk de wezen van de gewezen deelnemer, behoudens het bepaalde in lid 2 en behoudens bij gebruikmaking van het recht op omzetting als bedoeld in lid 3 van dit artikel, geen recht op partnerpensioen respectievelijk wezenpensioen. 2. Na overlijden van de gewezen deelnemer die na beëindiging van de deelneming recht heeft gekregen op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en die op het moment van overlijden nog uitkeringen ontving op grond van dat recht, heeft de partner recht op een partnerpensioen, dat in geval van overlijden op of na 1 januari 2022 in gaat op de dag volgend op die waarop de gewezen deelnemer overlijdt. In geval van overlijden vóór 1 januari 2022 gaat het partnerpensioen in op de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de gewezen deelnemer. De hoogte van dit partnerpensioen wordt vastgesteld alsof het partnerpensioen op opbouwbasis zou zijn overeengekomen.

Aanspraken gewezen deelnemer. 1. Na overlijden van de gewezen deelnemer hebben de partner respectievelijk de wezen van de gewezen gewe- zen deelnemer, behoudens het bepaalde in lid 2 en behoudens bij gebruikmaking van het recht op omzetting als bedoeld in lid 3 van dit artikel2, geen recht op partnerpensioen respectievelijk wezenpensioenwe- zenpensioen. 2. Na overlijden van de gewezen deelnemer die na beëindiging van de deelneming recht heeft gekregen op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en die op het moment van overlijden nog uitkeringen uitke- ringen ontving op grond van dat recht, heeft de partner recht op een partnerpensioen, dat in geval van overlijden op of na 1 januari 2022 in gaat op de dag volgend op die waarop de gewezen deelnemer overlijdt. In geval van overlijden vóór 1 januari 2022 gaat het partnerpensioen in op de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de gewezen deelnemer. De hoogte van dit partnerpensioen wordt vastgesteld alsof het partnerpensioen op opbouwbasis zou zijn overeengekomenover- eengekomen. 3. De gewezen deelnemer heeft het recht om bij het einde van de deelneming een deel van de aan- spraak op ouderdomspensioen en/of de aanspraak op partner en wezenpensioen ingaande bij zijn overlijden als gepensioneerde, om te zetten in een aanspraak op partner en wezenpensioen die in- gaat na zijn overlijden als gewezen deelnemer. In dat geval zullen de pensioenen actuarieel herre- kend worden.

Aanspraken gewezen deelnemer. 1. Na overlijden van de gewezen deelnemer hebben de partner respectievelijk de wezen van de gewezen deelnemer, behoudens het bepaalde in lid 2 en behoudens bij gebruikmaking van het recht op omzetting als bedoeld in lid 3 van dit artikel, geen recht op partnerpensioen respectievelijk wezenpensioen. 2. Na overlijden van de gewezen deelnemer die na beëindiging van de deelneming recht heeft gekregen op een uitkering op grond van de Werkloosheidswet en die op het moment van overlijden nog uitkeringen ontving op grond van dat recht, heeft de partner recht op een partnerpensioen, dat in geval van overlijden op of na 1 januari 2022 in gaat op de dag volgend op die waarop de gewezen deelnemer overlijdt. In geval van overlijden vóór 1 januari 2022 gaat het partnerpensioen in op de eerste dag van de maand volgend op het overlijden van de gewezen deelnemer. De hoogte van dit partnerpensioen wordt vastgesteld alsof het partnerpensioen op opbouwbasis zou zijn overeengekomen. 3. De gewezen deelnemer heeft het recht om bij het einde van de deelneming een deel van de aanspraak op ouderdomspensioen om te zetten in een aanspraak op partner- en wezenpensioen, waarbij het partner- en wezenpensioen ingaan op de eerste dag van de maand volgend op de dag van overlijden. In dat geval zullen de pensioenen actuarieel herrekend worden.