Afwikkeling van een verzoek om rechtshulp. 1. De rechtshulp wordt verleend door een deskundige medewerker van de Stichting. Hij helpt u en onderhandelt namens u met de tegenpartij.
2. In vier gevallen kan de Stichting een advocaat of een andere deskundige inschakelen.
a. Er wordt een gerechtelijke of administratieve procedure gevoerd.
b. De Stichting vindt dat een advocaat of een andere deskundige u beter rechtshulp kan geven.
c. U maakt gebruik van de geschillenregeling, zie artikel 34.
d. Er is een belangenconflict, zie artikel 35.
3. Als er een gerechtelijke of administratieve procedure gevoerd wordt, dan geldt het volgende.
a. U mag zelf een advocaat of een andere deskundige kiezen.
b. U moet uw keuze binnen 14 dagen aan de Stichting opgeven. Doet u dat niet of kunt u geen advocaat of andere deskundige vinden, dan zal de Stichting er een uitkiezen.
c. De Stichting schakelt vervolgens de gekozen advocaat of andere deskundige voor u in en betaalt zijn rekening.
4. Als u zonder toestemming van de Stichting een advocaat of een andere deskundige inschakelt, dan kan de Stichting daar nadeel van hebben. De Stichting kan dan verdere rechtshulp weigeren. Dit geldt niet als u bewijst dat de Stichting geen nadeel heeft gehad.
5. Als voor een zaak bij de Nederlandse rechter een advocaat ingeschakeld moet worden, dan komen alleen advocaten in aanmerking die in Nederland gevestigd en ingeschreven zijn. Voor een zaak in het buitenland moet de advocaat ingeschreven zijn bij het juiste buiten- landse gerecht.
6. Een advocaat of een andere deskundige behandelt uw zaak in overleg met u. De Stichting is daar niet verantwoordelijk voor. Blijkt de aanpak achteraf niet goed te zijn, dan is de Stichting niet aansprakelijk voor de schade.
7. Als een tegenpartij wordt veroordeeld om uw juridische kosten te vergoeden, dan worden daarvan eerst de kosten betaald die u zelf heeft gemaakt. Als er dan nog geld over is, dan is dat voor de Stichting. Dit geldt ook bij een schikking.
8. De Stichting mag uw zaak afkopen en hoeft dan geen rechtshulp meer te geven. De Stichting bepaalt in overleg met u het afkoopbedrag.
9. De Stichting kan uw verzoek om rechtshulp afwijzen omdat zij vindt dat het niet verzekerd is. Als u het daar niet mee eens bent, dan moet u deze beslissing binnen drie jaar aanvech- ten. Daarna kan dat niet meer.
10. Als de Stichting vindt dat er geen redelijke kans op succes is, dan stopt zij met het geven van rechtshulp en vertelt dit aan u.
Afwikkeling van een verzoek om rechtshulp. 1. De rechtshulp wordt indien mogelijk verleend in de vorm van rechtsbijstand en advies door de stichting.
2. Indien overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 lid 3 een advocaat of andere deskundige wordt ingeschakeld, wordt de opdracht aan de advocaat of andere deskundige door de stichting namens de verzekerde verstrekt.
3. Alle betalingen voor gemaakte kosten kunnen door de stichting rechtstreeks aan de rechthebbenden worden verricht. Indien in een rechtsgeding waarvan de kosten door de stichting zijn vergoed de tegenpartij veroordeeld wordt tot betaling van kosten of indien een dergelijke betaling wordt overeengekomen in een schikking buiten rechte, komt deze betaling aan de stichting ten goede voor zover zij hoger is dan het totaal van de voor rekening van de verzekerde gebleven kosten.
4. De stichting is gerechtigd in plaats van (verdere) rechtshulp te verlenen, aan de verzekerde een bedrag aan te bieden ter grootte van zijn financiële belang. Na uitbetaling van dit bedrag komen de rechten met betrekking tot de betreffende gebeurtenis die voor de verzekerde uit de verzekering voortvloeien te vervallen.
5. Indien de stichting ten aanzien van een verzoek om rechtshulp van een verzekerde een afwijzend standpunt heeft ingenomen, dan vervalt na één jaar, te rekenen vanaf de dag waarop de verzekerde of zijn gemachtigde van dit standpunt kennis kreeg, ieder recht ten opzichte van de stichting of de maatschappij met betrekking tot de gebeurtenis waarop het verzoek om rechtshulp gebaseerd was, tenzij de verzekerde binnen die termijn het standpunt van de stichting heeft aangevochten.
6. Indien de stichting de verzekerde heeft medegedeeld dat zij meent dat geen redelijke kans op succes (meer) aanwezig is of indien de verzekerde met de stichting van mening verschilt over de wijze waarop zij rechtshulp verleent, heeft de verzekerde het recht op kosten van de stichting advies in te winnen bij een in overleg met de stichting aan te wijzen advocaat of andere rechtens bevoegde deskundige. Luidt het ingewonnen advies ten gunste van de verzekerde, dan zal de stichting alsnog tot (verdere) rechtshulpverlening overgaan. Wordt het oordeel van de stichting door het advies bevestigd, dan is de stichting niet tot verdere rechtshulpverlening verplicht. De verzekerde kan in dat geval besluiten op eigen kosten de behandeling voort te zetten. Indien de door hem ingestelde actie dan succes heeft, zal de stichting de daarbij gemaakte kosten van rechtshulp alsnog vergoeden.