BEPALINGEN INZAKE DE VESTIGING EN DE EXPLOITATIE VAN ONDERNEMINGEN Voorbeeldclausules

BEPALINGEN INZAKE DE VESTIGING EN DE EXPLOITATIE VAN ONDERNEMINGEN. 1. De Gemeenschap en haar lidstaten kennen voor de vestiging van Armeense vennootschappen als omschreven in artikel 25, onder d), geen minder gunstige behandeling toe dan die welke zij aan vennootschappen uit derde landen toekennen. 2. Onverminderd de in bijlage IV genoemde voorbehouden kennen de Gemeenschap en haar lidstaten de op hun grondgebied gevestigde dochterondernemingen van Armeense vennootschappen, wat de werking daarvan betreft, geen minder gunstige behandeling toe dan die welke zij aan enige vennootschap uit de Gemeenschap toekennen. 3. De Gemeenschap en haar lidstaten kennen de op hun grondgebied gevestigde filialen van Armeense vennootschappen, wat de werking daarvan betreft, geen minder gunstige behandeling toe dan die welke zij aan filialen van vennootschappen uit enig derde land toekennen. 4. De Republiek Armenië kent voor de vestiging van vennootschap- pen uit de Gemeenschap als omschreven in artikel 25, onder d), geen minder gunstige behandeling toe dan de meest voordelige behandeling die dit land aan Armeense ondernemingen of aan ondernemingen uit enig derde land toekent, en kent de op haar grondgebied gevestigde dochterondernemingen en filialen van vennootschappen uit de Gemeen- schap, wat de werking daarvan betreft, geen minder gunstige behan- deling toe dan de meest voordelige behandeling die het respectievelijk aan eigen vennootschappen of filialen of respectievelijk aan vennoot- schappen of filialen uit enig derde land toekent. 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 97 is artikel 23 niet van toepassing op het vervoer door de lucht, over binnenwateren en over zee. 2. Wat evenwel de activiteiten, zoals hieronder aangegeven, van scheepvaartondernemingen op het gebied van het internationale vervoer over zee betreft, met inbegrip van het intermodale vervoer dat ten dele over zee plaatsvindt, biedt elke partij aan ondernemingen van de andere partij de mogelijkheid op haar grondgebied een handelsvertegenwoordi- ging in de vorm van dochterondernemingen of filialen te vestigen, onder voorwaarden, wat de vestiging en de werking betreft, die niet minder gunstig zijn dan de meest voordelige voorwaarden die zij aan haar eigen vennootschappen of aan dochterondernemingen of filialen van vennoot- schappen uit enig derde land toekent, overeenkomstig de wetgeving en bepalingen die voor elke partij van toepassing zijn. 3. Deze activiteiten omvatten onder meer: a) het op de markt brengen en de verkoop van maritieme vervoers- diensten en aanverwante d...
BEPALINGEN INZAKE DE VESTIGING EN DE EXPLOITATIE VAN ONDERNEMINGEN. 1. De Gemeenschap en haar lidstaten kennen voor de vestiging van Kirgizische vennootschappen — als omschreven in artikel 25 — door de oprichting van dochterondernemingen en filialen geen minder gun- stige behandeling toe dan die welke zij aan vennootschappen uit derde landen toekennen en kennen de op hun grondgebied gevestigde dochter- ondernemingen en filialen van Kirgizische vennootschappen, wat de exploitatie daarvan betreft, geen minder gunstige behandeling toe dan die welke zij aan dochterondernemingen en filialen van vennootschap- pen uit derde landen toekennen, overeenkomstig hun wetgeving en bepalingen. 2. Onverminderd het bepaalde in de artikelen 35 en 84 kent de Republiek Kirgizstan aan vennootschappen uit de Gemeenschap en fi- lialen daarvan, wat de vestiging en de exploitatie — als bedoeld in artikel 25 — op haar grondgebied overeenkomstig haar wettelijke be- palingen en voorschriften betreft, geen minder gunstige behandeling toe dan aan vennootschappen uit de Republiek Kirgizstan en filialen daar- van of aan vennootschappen uit derde landen en filialen daarvan.
BEPALINGEN INZAKE DE VESTIGING EN DE EXPLOITATIE VAN ONDERNEMINGEN. 1. De Gemeenschap en haar lidstaten kennen voor de vestiging van Turkmeense vennoot- schappen zoals gedefinieerd in artikel 23, onder d, geen minder gunstige behandeling toe dan die welke zij aan vennootschappen uit enig derde land toekennen. 2. Wat evenwel de activiteiten van scheepvaartondernemingen op het gebied van het internationale vervoer over zee betreft, met inbegrip van het intermodale vervoer dat ten dele over zee plaatsvindt, biedt elke partij aan vennootschappen van de andere partij de mogelijkheid op haar grondgebied een handelsvertegenwoordiging in de vorm van dochterondernemingen of filialen te vestigen, onder voorwaarden die, wat de vestiging en de exploitatie betreft, niet minder gunstig zijn dan de meest voordelige voorwaarden die zij aan haar eigen vennootschappen of aan dochterondernemingen of filialen van vennootschappen uit enig derde land toekent. Deze activiteiten omvatten onder meer: a) het op de markt brengen en de verkoop van maritieme vervoerdiensten en aanverwante diensten door rechtstreekse contacten met klanten, van prijsopgave tot facturering, b) aankoop en gebruik, voor eigen rekening of voor rekening van hun klanten (en de wederverkoop aan hun klanten) van alle vervoerdiensten en aanverwante diensten, met inbegrip van alle vormen van binnenlands vervoer, in het bijzonder over binnenwateren, over de weg en per spoor, die voor een geïntegreerde dienstverlening vereist zijn; c) voorbereiding van documentatie betreffende vervoersdocumenten, douanedocumenten of andere documenten in verband met de oorsprong en de aard van de vervoerde goederen: d) het verschaffen van handelsinformatie op iedere mogelijke wijze, onder meer door middel van geautomatiseerde informatiesystemen en systemen voor elektronische gegevens- uitwisseling (met inachtneming van alle niet-discriminatoire beperkingen op het telecommunicatieverkeer);

Related to BEPALINGEN INZAKE DE VESTIGING EN DE EXPLOITATIE VAN ONDERNEMINGEN