Financieringslasten Voorbeeldclausules

Financieringslasten. Bij de beoordeling van de lopende financieringslasten van de consument gaat de Deelnemer uit van een maandelijkse last van ten minste 2% van het totale kredietbedrag bij lopende Doorlopende Kredieten of bij Roodstanden op betaalrekeningen. Bij Aflopende Kredieten kan de Deelnemer uitgaan van een maandelijkse last van 2% van de kredietsom. Bij Private Lease wordt uitgegaan van de werkelijke lasten op basis van 100%.
Financieringslasten. 5. Aandeel in resultaat deelnemingen
Financieringslasten. Het saldo van de rentebaten en -lasten is in 2011 met EUR 10 miljoen gestegen tot EUR 43,9 miljoen. De toename van de financieringslasten wordt met name veroorzaakt doordat in 2010 rentekosten ter grootte van EUR 9 miljoen zijn toegerekend aan het investeringsproject 5e lijn in Dordrecht. Per 1 januari 2011 worden de rentekosten die samenhangen met deze investering ten laste gebracht van de winst-en-verliesrekening. De in de rentelasten opgenomen garantstellingprovisie voor aandeelhouders bedraagt EUR 6,9 miljoen (2010: EUR 6,7 miljoen). De in het boekjaar uitgekeerde garantstellingprovisie wordt gebaseerd op de stand van de leningen waarvoor aandeelhouders zich garant hebben gesteld, per ultimo het voorafgaande boekjaar.
Financieringslasten. Bij de beoordeling van de lopende financieringslasten van de consument gaat de Deelnemer uit van een maandelijkse last van ten minste 2% van het totale kredietbedrag bij lopende Doorlopende Kredieten of bij Roodstanden op betaalrekeningen. Bij Aflopende Kredieten en Private Lease kan de Deelnemer uitgaan van een maandelijkse last van 2% van de kredietsom. Tot 1-4-2022 wordt de verplichting uit hoofde van een private leaseovereenkomst in het Centraal Krediet Informatiesysteem van Stichting BKR (CKI) geregistreerd op basis van 65% van de som van de maandtermijnen. Nieuwe overeenkomsten vanaf 1-4-2022 worden geregistreerd op basis van 100%. Bij de toepassing van deze draagkrachtnormen wordt gerekend met 65% van het termijnbedrag. De Deelnemer dient de hoogte van het inkomen en de woonlasten te verifiëren. De beoordeling van de draagkracht van de consument is als volgt: De Deelnemer stelt vast of bij de beoordeling van de draagkracht gebruik wordt gemaakt van het inkomen van de aanvrager(s) inclusief of exclusief toeslagen en vakantiegeld. Onderstaande voorbeelden zijn uitgewerkt op basis van het inkomensbegrip ‘exclusief toeslagen’.
Financieringslasten. Bij de beoordeling van de lopende financieringslasten van de consument gaat de Deelnemer uit van een maandelijkse last van ten minste 2% van het totale kredietbedrag bij lopende Doorlopende Kredieten of bij Roodstanden op betaalrekeningen. Bij Aflopende Kredieten en Private Lease kan de Deelnemer uitgaan van een maandelijkse last van 2% van de kredietsom. Het termijnbedrag voor operational lease bevat – naast de financieringscomponent – ook de vaste servicecomponenten. Omwille van gelijke behandeling tussen financieringsvormen wordt voor private lease alleen de financieringscomponent in CKI geregistreerd. Op basis van onderzoek is gekozen voor een afslag van 35% van de som van de termijnbedragen. Bij de toepassing van de draagkrachtnorm wordt ook gerekend met 65 % (100% minus 35%) van het termijnbedrag. De Deelnemer dient de hoogte van het inkomen en de woonlasten te verifiëren. De beoordeling van de draagkracht van de consument is als volgt: De Deelnemer stelt vast of bij de beoordeling van de draagkracht gebruik wordt gemaakt van het inkomen van de aanvrager(s) inclusief of exclusief toeslagen en vakantiegeld. Op basis van de leefsituatie van de aanvrager(s) en het gehanteerde inkomensbegrip (exclusief of inclusief toeslagen en vakantiegeld) wordt de basisnorm bepaald zoals opgenomen in de tabel.

Related to Financieringslasten

  • Financiering Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit het beleggingsrendement gefinancierd.

  • Verzekeringsovereenkomsten a. Overeenkomsten van schadeverzekering voor zover zij overeenkomstig het bepaalde in artikel 1:1 onder “staat waar het risico is gelegen” van de Wet op het financieel toezicht betrekking hebben op in Nederland gelegen risico’s.

  • Contractsduur; uitvoeringstermijn 1. De overeenkomst tussen gebruiker en een opdrachtgever wordt aangegaan voor onbepaalde tijd, tenzij uit de aard van de overeenkomst anders voortvloeit of partijen uitdrukkelijk en schriftelijk anders overeenkomen.

  • Loonsverhoging De loonmarge is het percentage dat de lonen mogen stijgen bovenop de automatische indexering. Tweejaarlijks krijgen de sociale partners de mogelijkheid om hierover te onderhandelen. De hoogte van het percentage wordt bepaald door de loonnormwet. Deze wet moet voorkomen dat de lonen in België sneller stijgen dan de lonen in onze buurlanden. Voor 2023-2024 bedraagt de loonmarge nul procent. Dit betekent dat we niet konden onderhandelen over een stijging van de lonen bovenop de automatische indexering.

  • Verzekeringsjaar Elke periode van 12 maanden te rekenen vanaf de ingangsdatum van de verzekering en elke afzonderlijke daarop aansluitende periode van gelijke duur. Indien een periode vanaf de ingangsdatum van de verzekering tot de premievervaldatum korter is dan 12 maanden, dan wordt een dergelijke periode ook als een verzekeringsjaar beschouwd. Bij een verzekeringsperiode korter dan 12 maanden is het verzekeringsjaar gelijk aan de verzekeringsperiode.

  • De verzekeringsnemer De onderschrijver van het contract.

  • Werkgeverslasten Kosten die boven op het verzekerde loon komen. Werkgeverslasten bestaan uit: - standaard werkgeverslasten: de vaste werkgeverspremies voor de werknemersverzekeringen en de premie Zorgverzekeringswet; - extra werkgeverslasten: de overige werkgeverslasten, zoals de variabele werkgeverspremie voor de werknemersverzekeringen en het werkgeversdeel van de pensioenpremie. Als u werkgeverslasten heeft meeverzekerd, ziet u op uw polisblad om welke werkgeverslasten het gaat en voor welk percentage u deze heeft meeverzekerd.