Gast Voorbeeldclausules

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.
Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten overeenkomst één of meer diensten moet(en) worden verleend. Waar in de Algemene Voorwaarden van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.
Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in deze voorwaarden van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.
Gast. De (rechts)persoon die met LOCATIE een overeenkomst heeft gesloten ten aanzien van individuele hotelkamers tot een maximum van negen per reservering, hierna te noemen: “GAST”
Gast. De gast maakt wensen kenbaar en komt afspraken na.
Gast. De natuurlijke of rechtspersoon of vennootschap die met het hotel een overeenkomst heeft gesloten.
Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten gebruikersovereenkomst één of meer zalen worden verhuurd. Waar in de Algemene Voorwaarden Xxxxxxxxxx Xxxx Weert BV van huurder, gast of klant wordt gesproken, wordt zowel huurder, gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.
Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten overeenkomst één of meer dienst(en) moet(en) worden verleend.
Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten overeenkomst één of meer dienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de AV Golfbranche van gast, of klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.
Gast. De natuurlijke persoon die de klant vergezelt, aan wie op grond van een met de klant gesloten overeenkomst recreatieve voorzieningen en/of horecadiensten moet worden verleend. Waar in dit hoofdstuk van de klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld tenzij uit de inhoud van het beding en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.