Common use of Gast Clause in Contracts

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(enhoreca- dienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeldbe- doeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) worden moet wor- den verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit voort- vloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één e´e´n of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één e´e´n van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één één of meer horecadienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(enhoreca- dienst(en) moet(en) worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast of klant wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesprokengespro- ken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze noodza- kelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.

Gast. De natuurlijke perso(o)n(en) aan wie op grond van een met de klant gesloten horecaovereenkomst één of meer horecadienst(enhoreca- dienst(en) moet(en) moet worden verleend. Waar in de UVH van gast gast, of klant klant, wordt gesproken, wordt zowel gast als klant bedoeld, bedoeld tenzij uit de inhoud van de bepaling en haar strekking noodzakelijkerwijze voortvloeit dat slechts één van beide bedoeld kan zijn.