Opzeggingstermijn. 1. In geval van opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd, van een dienstverband voor onbepaalde tijd en in geval van tussentijdse opzegging van een (verlengd) dienstverband voor bepaalde tijd nemen zowel de werkgever als de werknemer, tenzij er sprake is van opzegging op grond van artikel 4.a.1 lid 1 onder b, de volgende opzeggingstermijn in acht: a tenminste één maand indien het dienstverband zes maanden of minder heeft geduurd, b tenminste twee maanden indien het dienstverband meer dan zes maanden, doch minder dan twaalf maanden heeft geduurd, c tenminste drie maanden indien het dienstverband twaalf maanden of meer heeft geduurd. 2. Indien de opzeggingstermijn die bij wijze van overgangsbepaling is voorgeschreven op grond van art. XXI van de Wet van 14 mei 1998 (Stb. 300, 1998) langer is dan de opzeggingstermijn, genoemd in dit artikel, geldt voor de werkgever de termijn volgens voornoemde Wet. 3. Met wederzijds goedvinden kan van de in lid 1 en 2 genoemde termijnen worden afgeweken.
Appears in 3 contracts
Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collectieve Arbeidsovereenkomst
Opzeggingstermijn. 1. In geval van opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd, van een dienstverband voor onbepaalde tijd en in geval van tussentijdse opzegging van een (verlengd) dienstverband voor bepaalde tijd nemen zowel de werkgever als de werknemer, tenzij er sprake is van opzegging op grond van artikel 4.a.1 lid 1 7.2.2. onder b, de volgende opzeggingstermijn in acht:
a a. tenminste één maand indien het dienstverband zes maanden of minder heeft geduurd,
b b. tenminste twee maanden indien het dienstverband meer dan zes maanden, doch minder dan twaalf maanden heeft geduurd,
c c. tenminste drie maanden indien het dienstverband twaalf maanden of meer heeft geduurd.
2. Indien de opzeggingstermijn die bij wijze van overgangsbepaling is voorgeschreven op grond van art. XXI van de Wet van 14 mei 1998 (Stb. 300, 1998) langer is dan de opzeggingstermijn, genoemd in dit artikel, geldt voor de werkgever de termijn volgens voornoemde laatstgenoemde Wet.
3. Met wederzijds goedvinden kan van de in lid 1 en 2 genoemde termijnen worden afgeweken.
Appears in 3 contracts
Samples: Cao Bestuurders Vo 2017, Cao Bestuurders Vo, Cao Bestuurders Vo
Opzeggingstermijn. 1. In geval van opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd, van een dienstverband voor onbepaalde tijd en in geval van tussentijdse opzegging van een (verlengd) dienstverband voor bepaalde tijd nemen zowel de werkgever als de werknemer, tenzij er sprake is van opzegging op grond van artikel 4.a.1 8.a.1 lid 1 2 onder b, de volgende opzeggingstermijn in acht:
a tenminste één maand indien het dienstverband zes maanden of minder heeft geduurd,
b tenminste twee maanden indien het dienstverband meer dan zes maanden, doch minder dan twaalf maanden heeft geduurd,
c tenminste drie maanden indien het dienstverband twaalf maanden of meer heeft geduurdheeftgeduurd.
2. Indien de opzeggingstermijn die bij wijze van overgangsbepaling is voorgeschreven op grond van art. XXI van de Wet van 14 mei 1998 (Stb. 300, 1998) langer is dan de opzeggingstermijn, genoemd in dit artikel, geldt voor de werkgever de termijn volgens voornoemde Wet.
3. Met wederzijds goedvinden kan van de in lid 1 en 2 genoemde termijnen worden afgeweken.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement
Opzeggingstermijn. 1. In geval van opzegging van een verlengd dienstverband voor bepaalde tijd, van een dienstverband voor onbepaalde tijd en in geval van tussentijdse opzegging van een (verlengd) dienstverband voor bepaalde tijd nemen zowel de werkgever als de werknemer, tenzij er sprake is van opzegging op grond van artikel 4.a.1 10.a.1 lid 1 2 onder b, de volgende opzeggingstermijn in acht:
a tenminste a. ten minste één maand indien het dienstverband zes maanden of minder heeft geduurd,;
b tenminste b. ten minste twee maanden indien het dienstverband meer dan zes maanden, doch minder dan twaalf maanden heeft geduurd,geduurd;
c tenminste c. ten minste drie maanden indien het dienstverband twaalf maanden of meer heeft geduurd.
2. Indien de opzeggingstermijn die bij wijze van overgangsbepaling is voorgeschreven op grond van art. XXI van de Wet van 14 mei 1998 (Stb. 300, 1998) langer is dan de opzeggingstermijn, genoemd in dit artikel, geldt voor de werkgever de termijn volgens voornoemde Wet.
3. Met wederzijds goedvinden kan van de in lid 1 en 2 genoemde termijnen worden afgeweken.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement