Periodieke geschiktheidsbeoordeling. De Bank zal de klant minstens éénmaal per jaar een rapport bezorgen op een duurzame drager waarin ze de geschiktheid nagaat van de effecten in al zijn doelen. Concreet betekent dit dat de Bank de actuele kenmerken van de effecten in de portefeuille van de klant vergelijkt met de parameters zoals kennis, ervaring, risicoscore en klantvoorkeuren (kapitaalbescherming, duurzaamheid en beleggingshorizon) die er initieel toe geleid hebben om het effect aan de klant te adviseren. Xxxxxxx xxx xxxxxxxxxxx beleggingsadvies zal ook nagegaan worden of de activaspreiding binnen elk doel, binnen de toegelaten maximale grenzen valt. De Bank baseert zich op de laatst bepaalde parameters en klantvoorkeuren en op de portefeuille op het moment van het nazicht. De klant wordt van dit nazicht schriftelijk op de hoogte gebracht via duurzame drager en wordt geadviseerd om contact op te nemen met de agent indien blijkt dat er bepaalde effecten niet meer geschikt zouden zijn. Wanneer de gegevens van de klant ouder zijn dan de duurtijd, zoals aangegeven in artikel 1.7.2. van dit reglement, zal de Bank de klant hiervan informeren in dit periodiek rapport. De Bank zal de geschiktheid van een transactie in een effect niet nagaan wanneer deze gebeurt op initiatief van de klant. Aankooptransacties op initiatief van de klant kunnen enkel gegeven worden voor beursgenoteerde aandelen via de agent. Verkooptransacties op eigen initiatief van effecten die de klant in zijn portefeuille heeft kunnen ook enkel via de agent worden gegeven. De Bank zal de klant, alvorens hij de transactie definitief bevestigt, schriftelijk een waarschuwing geven dat de transactie volledig op zijn eigen initiatief gebeurt, dat de Bank in dat geval niet verplicht is een passendheidsonderzoek uit te voeren en dat hij bijgevolg ook niet geniet van de bescherming die wordt geboden door de passendheidsbeoordeling. Dit document bevat tevens, ingeval van een aankooptransactie, de geschatte totale kosten en lasten die verbonden zijn aan de dienstverlening en aan de effecten in kwestie, zoals omschreven in artikel 1.4. van dit reglement, inclusief de vergoedingen die de Bank desgevallend zou ontvangen van derden (inducements).
