Pluimveehouderij - basisregels Voorbeeldclausules

Pluimveehouderij - basisregels. Voor alle pluimveesoorten is een beheer vereist dat het natuurlijke gedrag mogelijk maakt. Om de sociale structuur van pluimveekoppels te verbeteren, dienen twee hanen per 100 legkippen te worden gehouden. • Voor pluimvee dat normaal gesproken op een zitplaats zit, dienen - voor de soort geschikte - ver- hoogde rustplaatsen aanwezig te zijn. Er dient gezorgd te worden voor voldoende zandbadruimte en zonneweide. Waterpluimvee dient over voldoende watertoevoer te beschikken. Eenden dienen te beschikken over watergebieden om te kunnen zwemmen. Ganzen hebben een voorziening nodig om hun hoofd en nek te kunnen onderdompelen. • Voor jonge vogels en legkippen zijn openluchtrennenvereist. Ander pluimvee dient toegang te hebben tot een uitloop in de openlucht. Watervogels moeten bovendien toegang hebben tot open water. • Stallen, gebouwen en huisvesting dienen zo te worden gebouwd en onderhouden dat ze voldoen aan de natuurlijke behoeften van de vogels. Kooisystemen zijn verboden. Voor het leggen van de eieren dienen nestkasten aanwezig te zijn. • Voldoende daglicht, goede klimatologische omstandigheden in de huisvesting en een lage stofbelas- ting zijn onmisbare voorwaarden voor de gezondheid en het welzijn van pluimvee. Verminkingen van pluimvee, zoals het kappen van snavels, trimmen of castreren, zijn verboden. Het houden van kapoenen is eveneens verboden. • In de actieve fase gedurende de dag mogen maximaal 4,4 leghennen, ouderdieren of 7,1 jonge leg- hennen of maximaal 16 kg levend gewicht (max. 18 kg levend gewicht in mobiele kippenrennen) per m2 worden gehouden. De minimumslachtleeftijd voor alle pluimveesoorten is vermeld in Bijlage 8. • In de krabruimte en in de ruimte voor voer- en watervoorziening dient voldoende daglicht te zijn. Voor de verlichting zijn alleen lampen zonder stroboscopische werking toegestaan. • De huisvesting mag maximaal 3.000 leghennen (bij voorkeur gehouden in koppels van 1.000 hennen), of ouderdieren voor leghennen of mestdieren, 9.600 jonge leghennen en hun broederhaantjes of jonge ouderdieren (opgedeeld in koppels van niet meer dan 4.800 vogels), 10 x 200 legkwartels, max. 1.000 kalkoenen, 2.500 jonge hanen of parelhoenders, 1.000 ganzen, 1.000 eenden en 10 x 500 kwar- tels voor het mesten. Voor bestaande gebouwen, kunnen ontheffingen worden verleend door Stichting Demeter. Alle nieuwe voorzieningen moeten aan deze voorwaarden voldoen (APP 12: zie Bijlage 7). • Afhankelijk van het klimaat van het land is het zinvol om stallen te ...

Related to Pluimveehouderij - basisregels

  • Toepasselijk recht en geschillenregeling 1. Het Nederlands recht is op deze overeenkomst van toepassing.

  • Thuisblijven a. De werknemer dient thuis te blijven tot het moment waarop, door of namens de werkgever, de eerste controle heeft plaatsgevonden. Tot het moment waarop de eerste controle heeft plaatsgehad, mag de werknemer alleen van huis gaan voor een bezoek aan de huisarts of de bedrijfsarts of om zijn werkzaamheden te hervatten.