REALISATIE SOCIAL RETURN 5% - REGELING Voorbeeldclausules

REALISATIE SOCIAL RETURN 5% - REGELING. 1. De gemeente Velsen treedt namens de drie IJmondgemeenten op als belangenbehartiger Social Return. 2. Binnen 7 dagen na opdrachtverstrekking dient de Aanbieder contact op te nemen over de voorgenomen invulling van Social Return met de contactpersoon Social Return van de gemeente Velsen. 3. IJmond Werkt! verricht voor de gemeenten Beverwijk, Heemskerk, Uitgeest en Velsen de re- integratie van werkzoekenden. Zij kunnen de Opdrachtnemer ondersteunen bij het inhuren van geschikte werkzoekenden en scholieren en zijn bereikbaar op 0251-279000. 4. De invulling van de 5% regeling wordt vastgelegd in prestatieafspraken. Deze prestatieafspraken worden in overleg tussen de opdrachtnemer en de gemeente Velsen besproken, zijn gericht op maatwerk en maken onlosmakelijk deel uit van de onderliggende overeenkomst. Opdrachtnemer zal ieder kwartaal een daartoe behorend rapportageoverzicht verstrekken aan de gemeente Velsen over de stand van zaken in de IJmondgemeenten in het kader van de 5% regeling. 5. De controle op de nakoming van de prestatieafspraken en verstrekte rapportages voor de IJmondgemeenten geschiedt door de gemeente Velsen en haar bevindingen zijn daarin leidend. De gemeente Velsen rapporteert ieder kwartaal behaalde resultaten rechtstreeks aan de Opdrachtnemer in het kader van de voortgang van de Social Return verplichting. 6. Indien opdrachtnemer zijn verplichting niet nakomt wordt tweemaal het aandeel dat toerekenbaar niet is ingezet door opdrachtnemer, als korting opgelegd. 7. Aansluitend op het feit dat de IJmondgemeenten Social Return toepassen bij opdrachten boven € 193.000,- excl. BTW, vervalt de Social Return verplichting bij akkoord van de Opdrachtgever, wanneer de aannemingssom lager uitvalt dan € 193.000,-. Als opdrachtsom geldt het totaal van de opdrachten in de drie gemeenten.

Related to REALISATIE SOCIAL RETURN 5% - REGELING

  • Sociaal beleid 1. Het sociaal beleid is geïntegreerd in het ondernemingsbeleid. 2. Ter voldoening van het in lid 1 gestelde zal de werkgever zich verbinden op basis van de Wet op de Ondernemingsraden, ter beoordeling van het gevoerde sociaal beleid in de onderneming, één maal per jaar een sociaal jaarverslag uit te brengen aan de ondernemingsraad. 3. Een schriftelijk uitgebracht jaarverslag zal tevens aan vakverenigingen worden verstrekt en op aanvraag aan iedere werknemer.

  • Huishoudelijk reglement 1. De vergadering kan een huishoudelijk reglement vaststellen ter regeling van de volgende onderwerpen: a. het gebruik, het beheer en het onderhoud van de gemeenschappelijke gedeelten en de gemeenschappelijke zaken; b. het gebruik, het beheer en het onderhoud van privé gedeelten; c. de orde van de vergadering; d. de instructie aan het bestuur; e. de werkwijze, de taak en de bevoegdheid van de raad van commissarissen en commissies; f. het behandelen van klachten; g. regels ter voorkoming van onredelijke hinder; h. een afwijkende kostenverdeling als bedoeld in artikel 52 negende lid; i. al hetgeen overigens naar het oordeel van de vergadering regeling behoeft, alles voor zover dit niet reeds in het reglement is geregeld. 2. De regels als bedoeld in artikel 5:128 van het Burgerlijk Wetboek moeten in het huishoudelijk reglement worden opgenomen en daarvan deel uitmaken. 3. Bepalingen in het huishoudelijk reglement die in strijd zijn met de wet of het reglement worden voor niet geschreven gehouden. 4. Het huishoudelijk reglement kan door de vergadering slechts worden vastgesteld, gewijzigd en aangevuld bij een besluit genomen met een meerderheid als bedoeld in artikel 52 vijfde lid. Kan op grond van het in de vorige zin bepaalde geen geldig besluit worden genomen, dan zal een nieuwe vergadering worden uitgeschreven. Artikel 52 zesde lid is van overeenkomstige toepassing. 5. Het in het vorige lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op een besluit tot verlening van ontheffing van het in het huishoudelijk reglement bepaalde. 6. Het bestuur is verplicht het huishoudelijk reglement en de wijzigingen daarvan te publiceren in de openbare registers.

  • Voor wie geldt deze verzekering? Deze verzekering geldt voor de personen hieronder. Maar alleen als de eigenaar van de auto het goedvindt dat zij in de auto rijden. In deze voorwaarden spreken we hen aan met ‘u’. Het gaat om: • De bestuurder van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. • De passagiers van de auto die op de polis staat. Of van de vervangende auto. Let op: u bent in de situaties hieronder ook verzekerd als u even niet in de auto zit. Maar alleen als u dit doet tijdens een rit met de auto: • U stapt in of uit de auto. Of u stapt op of van de motor. • U repareert of controleert iets aan de auto. Of u staat erbij als iemand anders dit doet. • U verleent eerste hulp bij een ongeluk.

  • Sociaal Fonds Cao-partijen hebben in 2012 een cao Sociaal Fonds Huisartsenzorg, SSFH afgesloten, voor het eerst algemeen verbindend verklaard bij besluit van 22 maart 2013 van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Stcrt 2013, 5130) en voor het laatst gewijzigd en algemeen verbindend verklaard op 31 januari 2022 (Stcrt 2022, 297). Het fonds heeft tot doel het ontwikkelen en ondersteunen van activiteiten op het gebied van arbeidsmarkt, scholing en sociaal beleid in de huisartsenzorg. Werkgevers die onder de werkingssfeer van de cao SSFH vallen zijn jaar- lijks een bijdrage verschuldigd aan de SSFH. Tot 1 april 2016 zijn de werkgevers jaarlijks een bijdrage verschuldigd van 0,8% van het totale pensioengevend salaris op jaar- basis van alle in het voorafgaande jaar in dienst zijnde werknemers. Met ingang van 1 april 2016 bedraagt de bijdrage aan SSFH 0,7% van het pensioengevend salaris. Vanaf 1 april 2016 draagt de werknemer, door een bijdrage aan de werkgever van 0,1% van zijn vigerende pensioen- gevend salaris van die maand, bij aan de jaarlijkse bijdrage aan de stichting. De werkgever houdt hiertoe deze afdracht maandelijks in op het brutosalaris van de werknemer. Voor 2022 geldt het volgende. De premieafdracht aan SSFH blijft 0,7%, maar eenmalig voor 2022 wordt hierop een korting aangebracht van 0,1%. Voor de werkgever bedraagt derhalve de premieafdracht aan SSFH in 2022 0,6% van het totale pensioengevend salaris op jaarbasis van alle in het voorafgaande jaar in dienst zijnde werk- nemers. In 2022 kan de werkgever maandelijks maximaal 0,086% inhouden op het brutosalaris van de werknemer als werknemersbijdrage voor bovengenoemde 0,6% van het pensioengevend salaris.

  • Voor welke verzekerden hoeft u geen premie (meer) te betalen? U hoeft geen premie (meer) te betalen voor:

  • Facturatie en betaling 10.1 Tenzij in de Overeenkomst een betaling in termijnen is overeen gekomen, geschieden betalingen eerst na prestatie, oplevering en goedkeuring van het Werk en wel als volgt: 95% van de voor het Werk verschuldigde vergoeding na goedkeuring (inclusief ontvangst factuur) en de resterende 5% na het verstrijken van de onderhoudstermijn, indien en voor zover er sprake is van een onderhoudstermijn. Indien geen onderhoudstermijn is overeengekomen wordt de verschuldigde vergoeding na goedkeuring van het Werk (inclusief ontvangst factuur) in zijn geheel voldaan. Xxxxxxxx volgt binnen 30 dagen na ontvangst van de factuur, die voldoet aan de voorwaarden als gesteld in lid 2 van dit artikel. In afwijking van artikel 6:119a BW geldt als schadevergoeding bij niet tijdige betaling de wettelijke rente zoals omschreven in artikel 6:119 BW. 10.2 De factuur in enkelvoud dient gesteld te worden op naam van Opdrachtgever, tenzij anders is overeen gekomen. De factuur dient verder te voldoen aan fiscale wet- en regelgeving en vergezeld te gaan van de (kopie) opdracht- en werkbon met een specificatie naar materiaalkosten, uren en uurtarieven en eventuele overige kosten en een duidelijke omschrijving van het uitgevoerde Werk. De betalingsverplichtingen rusten op Opdrachtgever. Vastgoedmanager kan nimmer door Opdrachtnemer tot enige betaling uit welke hoofde dan ook worden aangesproken. Opdrachtgever kan de feitelijke betaling aan Opdrachtnemer laten uitvoeren door Xxxxxxxxxxxxxxx zonder enige aanspraak van Opdrachtnemer jegens Vastgoedmanager. Opdrachtgever is bevoegd betalingen te doen middels verrekening, ook met eventuele vorderingen op Opdrachtnemer of een daarmede gelieerde (rechts)persoon uit andere hoofde dan die uit de Overeenkomst. 10.3 Indien het uitgevoerde Werk niet voldoet aan de Overeenkomst heeft Opdrachtgever het recht de betaling geheel of gedeeltelijk op te schorten totdat conform Overeenkomst is gepresteerd. Is correcte nakoming blijvend onmogelijk, wordt betaling opgeschort totdat (in rechte) vaststaat welke (deel)betaling verschuldigd is. Opdrachtgever is over de tussenliggende periode geen (wettelijke) rente verschuldigd. 10.4 In geval van een Overeenkomst met een looptijd langer dan 1 jaar dienen facturen in ieder geval twee maanden voor het verstrijken van het contractjaar door Opdrachtgever ontvangen te zijn. 10.5 Overschrijding van een betalingstermijn door Opdrachtgever of niet-betaling van een factuur op grond van vermoedelijke inhoudelijke onjuistheid daarvan of in geval van ondeugdelijkheid van het gefactureerde geeft Opdrachtnemer niet het recht zijn werkzaamheden op te schorten dan wel te beëindigen. 10.6 Facturen die niet aan het in dit artikel bepaalde voldoen, worden geretourneerd. Ten aanzien van facturen welke meer dan twee maanden na datum van uitvoering worden ontvangen, is Opdrachtgever niet tot betaling gehouden, behoudens bijzondere niet aan Opdrachtnemer toe te rekenen op voorhand schriftelijk aan Opdrachtgever kenbaar gemaakte redenen. 10.7 Op aangeven van Opdrachtgever dient Opdrachtnemer op zijn facturen te vermelden dat de omzetbelasting wordt verlegd, tenzij de belastingdienst die ter zake bevoegd is, schriftelijk heeft medegedeeld dat ten aanzien van het Werk de verleggingsregeling omzetbelasting niet van toepassing is. Het voorgaande is eveneens niet van toepassing voor een opdracht tot het uitsluitend leveren van zaken.

  • Andere controleopdrachten Belastingadviesopdrachten Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten

  • Onbepaalde tijd Elk van partijen is gerechtigd een Overeenkomst voor onbepaalde tijd tegen het eind van ieder kalenderjaar bij aangetekende brief op te zeggen, met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden.

  • BIJZONDERE VERKOOPSVOORWAARDEN Contactgegevens van het notariskantoor

  • Bepaalde tijd Een Overeenkomst voor bepaalde tijd wordt na afloop van de overeengekomen periode geacht te zijn verlengd voor dezelfde periode, tenzij door Opdrachtgever of Opdrachtnemer bij aangetekende brief uiterlijk drie maanden voor de datum van de afloop van de periode te kennen is gegeven dat de Overeenkomst bij einde van de termijn afloopt.