Vakantierechten algemeen. Met inachtneming van art. 9.1 en van de hierna volgende bepalingen heeft de werknemer, die is ingedeeld in het OSG-systeem of de Participatieschaal, per kalenderjaar recht op 25 dagen. Voor werknemers ingedeeld in het MSG-systeem geldt het aantal werkdagen vakantie zoals vermeld in Bijlage 22, punt IV. Bij het vaststellen van de vakantierechten wordt uitgegaan van werkdagen van 8 werkuren. Op- name van de verkregen vakantierechten in diensten met een werktijd van minder of meer dan 8 werkuren geschiedt in uren. De werknemer in deeltijd heeft vakantierechten naar evenredigheid van zijn deeltijdpercentage. De vakantierechten van de werknemer in deeltijd worden uitgedrukt in werkuren, waarbij ge- deelten van uren naar boven worden afgerond op hele uren. Ter gelegenheid van zijn 25- resp. 40-jarig dienstjubileum ontvangt de werknemer in het betref- fende kalenderjaar 2 resp. 5 werkdagen extra vakantie naast de dag buitengewoon verlof, zoals vermeld in Bijlage 5. Als overgangsmaatregel wordt aan werknemers die bij de invoering van de Bedrijfshulpver- lening (BHV) de beschikking hadden over een EHBO-bevoegdheid, deze geldig houden en zich tevens ter beschikking stellen voor de BHV, per kalenderjaar 1 werkdag extra vakantie toegekend.