Common use of Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening Clause in Contracts

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst de notaris op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- dening, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken : a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor : a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- rein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst de notaris op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- deningOrde- ning, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet bosde- creet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor : a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel ma- terieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerktaange- merkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk hoofdza- kelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht onge- acht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbal- terrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.” 2) Overstromingsrisico Risicozone voor overstromingen Na raadpleging van xxxxxxxxxx.xx en de stedenbouwkundige informatie blijkt dat het verkochte goed niet gelegen is in een risicozone voor overstroming.

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst De kopende partij verklaart door de notaris instrumenterende ambtenaar te zijn gewezen op de inhoud van artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex codex Ruimtelijke Or- deningOrdening, dat letterlijk luidt als volgtluidt: "“Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen vergunning: 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, verrichten met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie,; b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat,; c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § §1 en § 2, §2 van het bosdecreet van 13 dertien juni 1990 negentienhonderd negentig ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, ° van dat het decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval,; b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens,; c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtrecreatief terrein in de voorwaarden, vermeld in artikel 4 zin van het de decreet van 5 februari 2016 tien juli tweeduizend en acht betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; ; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbalterrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst Ondergetekende notaris verwijst de notaris op kopende partij naar de inhoud van artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- dening4.2.1. xxx xxxxxxxxx codex, dat luidend letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen handelingen: 1° de hiernavolgende hierna volgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- rein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst De kopende partij verklaart door de notaris instrumenterende ambtenaar te zijn gewezen op de inhoud van artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex codex Ruimtelijke Or- deningOrdening, dat letterlijk luidt als volgtluidt: "“Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen vergunning: 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, verrichten met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie,; b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat,; c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § §1 en § 2, §2 van het bosdecreet van 13 dertien juni 1990 negentienhonderd negentig ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, ° van dat het decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval,; b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens,; c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtrecreatief terrein in de voorwaarden, vermeld in artikel 4 zin van het de decreet van 5 februari 2016 tien juli tweeduizend en acht betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbalterrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst de notaris op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- deningOrde- ning, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken : a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet bosde- creet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor : a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel ma- terieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerktaange- merkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk hoofdza- kelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht onge- acht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbal- terrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst wordt de notaris koper gewezen op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- deningcodex ruimtelijke ordening, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen volgt : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § §1 en § §2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtrecreatief terrein in de voorwaarden, vermeld in artikel 4 zin van het de decreet van 5 februari 2016 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies; ; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbalterrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”".

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst de notaris op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- deningOrde- ning, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige stedenbouwkun- dige handelingen : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken :onderhoudswer- a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet bos- decreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor : a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel ma- terieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerktaange- merkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk hoofd- zakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht on- geacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoet- balterrein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst wordt de notaris koper gewezen op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- deningcodex ruimtelijke ordening, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen volgt : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken onderhoudswerken: a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § §1 en § §2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor voor: a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den worden gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan vergund of van vergunning vrijgesteld openluchtrecreatief terrein in de voorwaarden, vermeld in artikel 4 zin van het de decreet van 5 februari 2016 10 juli 2008 betreffende het toeristische logies; ; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- reinvoetbalterrein, een tennisveld of een zwembad;. 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen".”

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Bovendien wijst de notaris op artikel 4.2.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Or- dening, dat letterlijk luidt als volgt: "Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen : 1° de hiernavolgende bouwwerken verrichten, met uitzondering van onderhoudswerken : a) het optrekken of plaatsen van een constructie, b) het functioneel samenbrengen van materialen waardoor een constructie ontstaat, c) het afbreken, herbouwen, verbouwen en uitbreiden van een constructie; 2° met bomen begroeide oppervlakten, vermeld in artikel 3, § 1 en § 2, van het bosdecreet van 13 juni 1990 ontbossen, zoals vermeld in artikel 4, 15°, van dat decreet; 3° bomen die op een hoogte van één meter boven het maaiveld een stamomtrek van één meter hebben, en geen deel uitmaken van de oppervlakten, vermeld in 2°, vellen; 4° het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, onder meer door de bodem aan te vullen, op te hogen, uit te graven of uit te diepen waarbij de aard of de functie van het terrein wijzigt; 5° een grond gewoonlijk gebruiken, aanleggen of inrichten voor : a) het opslaan van gebruikte of afgedankte voertuigen, of van allerlei materialen, materieel of afval, b) het parkeren van voertuigen, wagens of aanhangwagens, c) het plaatsen van één of meer verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen wor- den gebruikt, in het bijzonder woonwagens, kampeerwagens, afgedankte voertuigen en tenten, met uitzondering van het kamperen op een toeristisch logies dat voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 4 van het decreet van 5 februari 2016 betreffende het toeristische logies; 6° de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend goed geheel of gedeeltelijk wijzigen, indien de Vlaamse Regering deze functiewijziging als vergunningsplichtig heeft aangemerkt; 7° een woning opsplitsen of in een gebouw het aantal woongelegenheden die hoofdzakelijk bestemd zijn voor de huisvesting van een gezin of een alleenstaande wijzigen, ongeacht of het gaat om een eengezinswoning, een etagewoning, een flatgebouw, een studio of een al dan niet gemeubileerde kamer; 8° recreatieve terreinen aanleggen of wijzigen, onder meer een golfterrein, een voetbalter- rein, een tennisveld of een zwembad; 9° een publiciteitsinrichting plaatsen of aanbrengen.”