Algemene uitrusting Voorbeeldclausules

Algemene uitrusting. De inschrijver maakt een plan op van het bord met vooraanzicht zonder deuren, evenals het bedradings- en principeschema volgens XXX 000. Hij mag de constructie van het bord niet laten aanvatten zonder dat de voorgelegde plannen en berekeningen zijn goedgekeurd door het Bestuur der Werken. Alle voorziene apparatuur wordt opgesteld op een functioneel geraamte. Het railstelsel is vervaardigd uit elektrolytisch koper en moet de thermische en mechanische effecten van de maximum optredende kortsluitstroom kunnen verwerken. De doorsnede van de rails is berekend op basis van de nominale stroomsterkte van de dichtstbijzijnde bovenstroomse beveiliging, met een minimum van 36 mm². De doorsnede van de aardrail bedraagt minstens de helft van de doorsnede der faserails, met een minimum van 36 mm². De aansluiting van de apparatuur, met een nominale stroomsterkte van meer dan 63 A, aan het railstelsel en de onderlinge aansluiting van de apparatuur geschiedt door middel van soepel geïsoleerd koper. Elke andere aansluiting geschiedt met een geïsoleerde pvc-draad of -kabel van minstens 2,5 mm² doorsnede. Het railstelsel en de apparatuur zullen verbonden worden door middel van vijzen of bouten klasse 8.8 en eveneens voorzien zijn van contactrondsels. Vlakke en Grower rondsel mogen niet gebruikt worden als rechtstreekse aansluiting op het contactoppervlakte van het railstelsel. Het railstelsel en aansluitklemmen moeten voorzien zijn van duidelijke aanduidingen betreffende de fasen, nulleider en aarde. Alle kleine automatische schakelaars en andere modulaire apparaten worden in het bord gesteld en verbonden op een geïsoleerd verdeelblok van het type multiclips. Alle kleine automatische schakelaars ea worden in het bord aangesloten op klemmen. Deze aansluitklemmen zijn berekend voor geleiders met een doorsnede van 10 mm² of minder en worden bevestigd op rails DIN 46227 die op hun beurt verankerd worden op dezelfde draagelementen van het bord als deze van de apparatuur en bedrading. Elk metalen deel van het bord waarop elektrische apparatuur is bevestigd, alsmede de opendraaiende deuren, moeten met de beveiligingsaarde verbonden zijn door middel van soepele koperdraad met minstens 4 mm² doorsnede. Er moet voldoende vloeite voorzien worden in elke aansluiting en alle draden moeten zuiver aangebracht worden volgens de regels van het vak. Alle contactschroeven moeten degelijk vastgezet worden om inbrandingen en slechte contacten te vermijden. De inschrijver is gehouden de aandacht v...
Algemene uitrusting. De beschrijving van artikel 6.4. blijft van toepassing.

Related to Algemene uitrusting

  • Algemene beschrijving Hoogveen wordt gevormd door veenmossen. Het open hoogveenlandschap omvat naast veenmostapijten ook water, in meren of slenken, en heide. Aan de randzones van het hoogveen kan lokaal opslag van bos en struweel voorkomen. Hoogveenmoerassen bestaan vaak uit meerdere bolliggende venen (hoogveenlenzen) met op de helling stelsels van slenken en meerstallen (kleine meeertjes) en brede overgangen, met overgangsvenen en grote meren, naar de omringende zand of veengebieden. De variatie binnen het hoogveen wordt bepaald door de afwisseling van slenken met water en bulten met veenmos en heide. Op en langs de bulten zijn soorten als beenbreek, eenarig wollegras en dwergstruiken zoals kleine veenbes en lavendelhei aanwezig. Door het zure milieu in hoogvenen komen op hoogveen vooral ‘specialisten’ voor. Naast veenmossen als hoogveenveenmos en wrattig veenmos, gaat het ook om insecten als bijvoorbeeld veenbesblauwtje, veenbesparelmoervlinder, hoogveenglanslibel en noordse glazenmaker. Soorten die zich ophouden in of langs de randen van hoogveen zijn: geoorde fuut, paapje en grauwe klauwier. Recent zijn uit het Fochteloërveen broedgevallen bekend van kraanvogels. In een natuurlijke omgeving ontstaat hoogveen in stilstaand open water of in veen met zeer stabiele waterstanden, bijv. vochtige hei of veenmosrietland. Hoogveen wordt dan enkel gevoed door regenwater. Het veen zelf is dicht en laat nauwelijks water naar de ondergrond door. Vrijwel al het water wordt door het tapijt van levende veenmossen zijdelings afgevoerd. Naar schatting kwam ooit 10.000 km2 hoogveen in Nederland voor vooral in het laagveengebied en op natte zandgronden. Driekwart van deze venen is door natuurlijke oorzaken, zoals zeespiegelstijging, verdwenen. De overige hoogvenen zijn vrijwel volledig vergraven om turf te winnen. Daarbij zijn alle geleidelijke overgangen naar zandgronden en andere venen verdwenen evenals het natuurlijke reliëf van de hoogveenlens. Hoogveen wordt nu in Nederland alleen nog aangetroffen op de hogere zandgronden, in de voormalige hoogveenmoerassen, in slenken van heideterreinen en in volledig verlande vennen. Of hoogveen in de laagveengebieden hersteld kan worden is onduidelijk. Xxxxxxxxxxx is te zien als een eerste aanzet tot de vorming van hoogveen. Hoogveen is in het hele Atlantische gebied van Europa sterk bedreigd. Internationaal gezien heeft Nederland nog steeds een belangrijk en groot areaal lenshoogvenen. Ongeveer 80% van het areaal lenshoogvenen van het continentale deel van Europa ligt in Nederland. Herstel van hoogveen is mogelijk door omstandigheden te creëren waardoor zich een veenmosdek kan ontwikkelen. Lastig is daarbij dat de hydrologische omstandigheden vaak sterk afwijken van die waaronder het veen ooit is ontstaan. Door ontwatering en vervening zijn de veenmosbegroeiingen, de zogenaamde acrotelm, vrijwel verdwenen. Het veen zelf, de catotelm (de weerstandbiedende laag, waarop veenvorming plaats had) is vergraven en laat daardoor vaak water door. Belangrijk voor herstel zijn een zeer stabiele waterstand en een gering waterverlies door het vaste veen, de hellingshoek van het veenoppervlak en het koolzuur- en methaangehalte van het oppervlaktewater

  • Algemene uitsluitingen Zijn, naast de uitsluitingen vermeld in de Algemene Voorwaarden van de betreffende waarborg, van de waarborg uitgesloten:

  • Wijziging algemene voorwaarden 13.1 Xxxxxxxxx.xx is gerechtigd deze algemene voorwaarden te wijzigen of aan te vullen

  • Voortgang, uitvoering overeenkomst 1. Indien de aanvang, voortgang of oplevering van het werk of de overeengekomen levering van zaken wordt vertraagd doordat: