Glasbreuk Het glas zelf, met uitzondering van spiegels en wandversieringen, is uitgesloten.
Bereddingskosten Kosten van maatregelen die tijdens de geldigheidsduur van de verzekering door of vanwege verzekeringnemer of een verzekerde worden getroffen en redelijkerwijs geboden zijn om het onmiddellijk dreigend gevaar van schade af te wenden waarvoor – indien gevallen – (een verzekerde aansprakelijk zou zijn en) de verzekering dekking biedt, of om die schade te beperken. Onder kosten van maatregelen wordt in dit verband mede verstaan schade aan zaken die bij het nemen van de hier bedoelde maatregelen worden ingezet.
Grondslag 1.1 Aan deze verzekeringsovereenkomst liggen ten grondslag de door verzekeringnemer tot het aangaan van de verzekering verstrekte inlichtingen en verklaringen - in welke vorm dan ook - en worden geacht daarmee één geheel te vormen. 1.2 Deze overeenkomst beantwoordt aan het vereiste van onzekerheid als bedoeld in artikel 7:925 BW, indien en voorzover de door verzekerde of een derde geleden schade op vergoeding waarvan jegens de verzekeraar resp. een verzekerde aanspraak wordt gemaakt, het gevolg is van een gebeurtenis waarvan voor partijen ten tijde van het sluiten van de verzekering onzeker was dat daaruit schade voor de verzekerde resp. de derde was ontstaan dan wel naar de normale loop van omstandigheden zou ontstaan.
Verhuiskosten 1 De werknemer die in dienst treedt voor onbepaalde tijd voor de omvang van een halve normbetrekking of meer heeft gedurende twee jaar eenmalig aanspraak op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten ter grootte van 12% van zijn jaarsalaris tot een maximum van € 7750 indien en voor zover de werknemer bij indienst- treding op een reisafstand van meer dan 25 kilometer van de stand- plaats woont en verhuist waardoor de afstand ten minste 60% minder wordt. De vergoedingen betreffen daadwerkelijk gemaakte kosten; de werknemer dient derhalve bonnen te overleggen. 2 Voor de toepassing van het begrip standplaats in het eerste lid geldt dat in geval de werknemer op meerdere standplaatsen van de hogeschool werkzaam is, de standplaats waar de werknemer woont dan wel in welke richting de werknemer de eerste keer na indiensttreding verhuist, als de standplaats als bedoeld in het eerste lid van dit artikel wordt aangemerkt. Op basis van die standplaats heeft de werknemer recht op een verhuisvergoeding conform lid 1 van dit artikel. 3 Als zich een grote wijziging in de verdeling van de werkzaamheden over verschillende standplaatsen voordoet en de werknemer richting de standplaats gaat wonen waar hij voor het grootste deel van zijn betrekking werkzaam is, kan opnieuw aanspraak op een verhuis- kostenvergoeding worden gemaakt conform lid 1 van dit artikel, gedurende twee jaar nadat de genoemde wijziging in de verdeling van de werkzaamheden inging, tenzij de redelijkheid zich daar tegen verzet. 4 Indien de werknemer in dienst treedt voor bepaalde tijd of voor de omvang van minder dan een halve normbetrekking kunnen werkgever en werknemer overeenkomen dat het eerste lid van overeenkomstige toepassing is, met dien verstande dat de periode gedurende welke een werknemer recht heeft op een verhuiskosten- vergoeding nooit langer kan zijn dan in totaal twee jaar te rekenen vanaf het moment van het ontstaan van het recht op de vergoeding. 5 De werkgever kan de werknemer verplichten tot terugbetaling van een evenredig deel van de tegemoetkoming indien de werknemer binnen twee jaar na verhuizing de arbeidsovereenkomst opzegt.
Reddingskosten Kosten die voortvloeien uit: • de maatregelen die de maatschappij heeft gevraagd om de gevolgen van het schadegeval te voorkomen of te beperken • de redelijke maatregelen die de verzekerde uit eigen beweging heeft genomen om een schadegeval te voorkomen of om de gevolgen ervan te voorkomen of te beperken, op voorwaarde dat die maatregelen dringend waren, dat wil zeggen dat de verzekerde onverwijld de maatregelen heeft moeten nemen en niet in de mogelijkheid was om eerst de maatschappij te verwittigen en haar akkoord te vragen, zonder haar belangen te schaden. Als het gaat om maatregelen om een schadegeval te voorkomen, moet er bovendien dreigend gevaar zijn, dat wil zeggen dat als men de maatregelen niet zou nemen, er onmiddellijk en zeker een schadegeval zal ontstaan.
Ziekmelding a. De werknemer dient zich bij ziekte voor aanvangstijdstip van de werkzaamheden ziek te melden bij de directe chef. Dit dient telefonisch te gebeuren. Hierbij moet melding worden gemaakt van de verwachte duur en het verpleegadres (als dit afwijkend is van het woonadres). b. De werknemer moet binnen 24 uur een zogenaamde "eigen verklaring" in vullen en op sturen naar de Arbo-dienst, als de werknemer deze van de Arbo-dienst ontvangt.
Bronnen 1. De werknemer kan kiezen uit de navolgende bronnen in tijd en geld: a. bovenwettelijke vakantie-uren, met een maximum van 76 vakantie-uren per boekjaar; b. xxxxxxx, vakantiegeld, eindejaarsuitkering en vaste toelagen. 2. Met de werknemersorganisaties in het lokaal overleg kunnen nadere afspraken gemaakt worden over invoering van extra bronnen. 3. Het maximum genoemd in lid 1 onder a geldt niet voor zover de vakantie-uren worden ingezet voor het doel genoemd in artikel 5.4, lid 1 onder e.
Geneesmiddelen Dit krijgt u vergoed
Brandveiligheid De brandblusapparaten en brandalarmen zijn er voor de veiligheid. Het is geen speelgoed. We vragen dan ook aan alle ouders om erop te letten dat hun kinderen er niet mee spelen. Stellen we misbruik vast, dan betaalt u zelf de kosten. Vluchtwegen moeten altijd vrij zijn. Dat zijn de trapzalen, maar ook terrassen die doorgang geven naar een brandladder. Nooit mag hier iets in de weg staan zoals fietsen, kasten of kinderwagens. Dit is van levensbelang in geval van brand. Het is verboden om het dak via een rechtstreekse toegangsdeur te betreden, behalve in noodgevallen. Om evacuatie bij brand mogelijk te maken zijn de toegangsdeuren nooit op slot. Sluit deze deuren nooit af. Is dit toch zo, meld dit dan aan onze technische dienst. We vragen ouders er ook op te letten dat hun kinderen niet op het dak komen. Ook bezoekers mogen niet op het dak komen, behalve in noodgevallen. De gemeenschappelijke delen (inkomhal, trapzalen, gangen) moeten altijd vrij zijn. Daarom vragen we u er geen voorwerpen te plaatsen. Als we dit toch vaststellen, vragen we u deze te verwijderen. Doet u dit niet, dan halen we de voorwerpen weg. U betaalt dan wel de rekening. Het is verboden om brandvertragende deuren te beschadigen. Wilt u extra sloten of bijvoorbeeld een kijkgaatje aanbrengen, contacteer dan onze technische dienst. Zij beslissen of dit kan. Het is verboden om gelijkvloerse inkom-, garage- of sasdeuren op nachtslot te doen. De hulpdiensten moeten altijd in het gebouw binnen kunnen. U mag niet • verwarmen met petroleumkachels of butaangasflessen; • barbecueën met open vuur, ook niet op de terrassen en binnenpleinen. U mag geen • verplaatsbare verwarmingstoestellen gebruiken - alleen goedgekeurde elektrische verwarmingstoestellen zijn toegestaan, op voorwaarde dat de elektrische installatie in het huis hiervoor geschikt is; • gasflessen of petroleum opslaan of brommers of andere motoren in de woning plaatsen; • gemotoriseerde voertuigen plaatsen binnen de gebouwen (m.u.v. elektrische mindervalidescooter; • brandbare producten in de kelder plaatsen; • makkelijk brandbare materialen zoals bamboematten op het terras gebruiken.
Eindejaarsuitkering 1. De werkgever kent de werknemer, met wie een onafgebroken dienstverband van tenminste twee maanden bestaat in de loop van december een uitkering toe van 2% van het in de voorafgaande 12 maanden bij de werkgever verdiende inkomen zoals bedoeld in artikel 1b lid 17 van de CAO. Niet meegenomen bij het inkomen is de vakantietoeslag en de toeslag zelve, alsmede de ontvangen wettelijke en bovenwettelijke uitkeringen in geval van arbeidsongeschiktheid. 2. Wordt het dienstverband anders dan op grond van een dringende reden ex art. 7:678 Burgerlijk Wetboek beëindigd, dan wordt voor iedere maand van het dienstverband waarvoor deze uitkering nog niet is verstrekt 1/12 van deze uitkering gegeven. 3. Indien in een onderneming enigerlei regeling bestaat, niet zijnde een belastingvrije uitkering of een vleespakket, dan wordt de uitkering als bedoeld in lid 1 en 2 met deze uitkering verrekend.