Brandvoorkomingsmaatregelen en brandbestrijdingsmiddelen Voorbeeldclausules

Brandvoorkomingsmaatregelen en brandbestrijdingsmiddelen. ✓ Verlichting Enkel elektrische verlichting is toegelaten, zowel in de kermisattracties als hun aanhorigheden. Deze installatie moet goedgekeurd worden door een erkend organisme. Deze keuring moet elk jaar hernieuwd worden. Bij elke wijziging van de installatie is een nieuwe keuring noodzakelijk. ✓ Veiligheidsverlichting In alle attracties waar publiek toegelaten wordt, moet veiligheidsverlichting voorzien worden. Deze moet voldoende zijn om een ordelijke ontruiming mogelijk te maken. Boven elke uitgang moet minstens een veiligheidsverlichting geplaatst worden. Deze moet, bij het uitvallen van de elektriciteit, minstens 30 minuten functioneren. ✓ Verwarming Voor de verwarming mogen enkel vast geplaatste toestellen gebruikt worden. Het gebruik van verplaatsbare toestellen is verboden. Alle toestellen moeten voorzien zijn van een stopthermostaat. Als brandstof mogen enkel aardgas, vloeibaar gemaakte petroleumgassen (al dan niet in verplaatsbare recipiënten), gasolie of elektriciteit gebruikt worden. De verbinding tussen de brandrecipiënten en de verwarmingstoestellen moet gebeuren met vaste verbindingen of soepele, gewapende verbindingsslangen. In beide gevallen moeten deze verbindingen gebeuren met materialen die aangepast zijn aan de gebruikte brandstof. Alle gebruikte verbindingsslangen moeten in perfecte staat zijn. De installatie moet goed onderhouden worden. De wettelijke termijnen voor keuring van de vaste installaties moeten gerespecteerd worden; bovendien moet elke installatie om het jaar gekeurd worden. De gebruikte verplaatsbare recipiënten voor vloeibaar gemaakte petroleumgassen moeten wettelijk gekeurd zijn en mogen slechts gevuld worden door een firma die in het bezit is van een vergunning zoals voorzien in het KB van 7 december 1999 betreffende het vullen, de distributie en de etikettering van flessen met vloeibaar gemaakt petroleumgas. Bij elke aansluiting van een verplaatsbaar recipiënt moet een dichtheidstest (met zeepsop) uitgevoerd worden. Alle gastoestellen moeten voldoen aan het KB van 3 juli 1992 betreffende het op de markt brengen van gastoestellen. ✓ Opslag verplaatsbare recipiënten voor vloeibaar gemaakte petroleumgassen Deze moeten opgeslagen worden buiten de kermisattracties, op een goed verluchte plaats en beschermd tegen de directe inwerking van weerselementen. Enkel de voor gebruik noodzakelijke recipiënten en slechts 1 reserve mogen aanwezig zijn. ✓ Blusmiddelen De aanwezige blusmiddelen moeten aangepast zijn aan de aard en de...
Brandvoorkomingsmaatregelen en brandbestrijdingsmiddelen. 1) Verlichting Enkel elektrische verlichting is toegelaten, zowel in de kermisattracties als hun aanhorigheden. Deze installatie moet goedgekeurd worden door een erkend organisme. Deze keuring moet elk jaar hernieuwd worden. Bij elke wijziging van de installatie is een nieuwe keuring noodzakelijk.

Related to Brandvoorkomingsmaatregelen en brandbestrijdingsmiddelen

  • Beveiligingsmaatregelen 6.1 Rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, alsook met de aard, de omvang, de context en de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico's voor de rechten en vrijheden van personen, treft Verwerker passende technische en organisatorische maatregelen om een op het risico afgestemd beveiligingsniveau te waarborgen. De beveiligingsmaatregelen die thans zijn genomen, zijn in Annex 2 bepaald.

  • Aanvullende werkzaamheden en wijzigingen 1. Indien tijdens de uitvoering van de Overeenkomst blijkt dat de Overeenkomst aangepast dient te worden, of op verzoek van Opdrachtgever nadere werkzaamheden nodig zijn om tot het gewenste resultaat van Opdrachtgever te komen, is Opdrachtgever verplicht om deze aanvullende werkzaamheden te vergoeden volgens het overeengekomen tarief. Digital Q is niet verplicht om aan dit verzoek te voldoen, en kan van Opdrachtgever verlangen dat daarvoor een aparte Overeenkomst wordt gesloten en/of doorverwezen wordt naar een bevoegde derde.

  • Waarvoor gebruiken wij uw gegevens? Om u producten en diensten te leveren. • Om producten en diensten te verbeteren. • Om risico’s in te schatten. • Om onderzoek te doen naar uw kenmerken en voorkeuren. – Zoals statistisch of marktonderzoek. – Bijvoorbeeld om u op het juiste moment een persoonlijk aanbod te kunnen doen. • Om wetenschappelijk onderzoek te doen. • Om te zorgen dat de financiële sector veilig en betrouwbaar blijft. • Om fraude tegen te gaan. – Ook gegevens over u die we op internet vinden. • Om ons aan de wet te houden. • Om u informatie te geven over onze andere producten en diensten. • Om bij te houden hoe en wanneer Achmea contact met u heeft. Bijvoorbeeld: – Om de communicatie te verbeteren. – Om de medewerkers te coachen en te trainen. – Om te achterhalen wat Achmea met u afgesproken heeft.

  • Rijbevoegdheid 5.12 Wij vergoeden geen schade en verlenen geen hulp of rechtsbijstand als de schade ontstaat als de bestuurder van uw oldtimer op het moment van de gebeurtenis: Oldtimer is in beslag genomen

  • Klachten- en geschillenregeling 9a. Mijn patiënten kunnen met klachten over mij of mijn behandeling terecht bij mij of bij (naam en contactgegevens klachtenfunctionaris): Link naar website:

  • Leefbaarheid Een leefbare wijk is een randvoorwaarde voor iedereen om Rotterdam als aantrekkelijke woonstad te kunnen ervaren. Dit vraagt een inzet van alle betrokkenen in de wijk: bewoners, verhuurders, gemeente en ondernemers. Samen werken deze partners volgens een integrale aanpak, bestaande uit een combinatie van instrumenten, waarvan het werken aan wijken in balans een belangrijke is.

  • Duurzame inzetbaarheid 1. Werknemers van 55 jaar en ouder kunnen niet verplicht worden tot het werken in een ploegendienst. Werkgever en werknemer zullen in onderling overleg bepalen of hieraan uitvoering kan worden gegeven. De werknemer dient aan het begin van elk kalenderjaar aan te geven indien hij gebruik wenst te maken van deze uitzonderingsregeling.

  • Loondoorbetaling bij ziekte 5.1.1 Voor werknemers die ziek zijn geworden geldt in beginsel een loondoorbetalingsplicht van twee jaar. Tijdens het eerste jaar van ziekte betaalt de werkgever aan de zieke werknemer 100 procent van het laatstverdiende brutoloon dat aan de werknemer zou zijn uitbetaald, indien de werknemer niet ziek zou zijn. Tijdens het tweede ziektejaar betaalt de werkgever aan de zieke werknemer 70 procent van het totale laatstverdiende brutoloon.

  • Technische en beroepsbekwaamheid Selectiecriteria zoals vermeld in de aanbestedingsstukken -

  • Gedekte gebeurtenissen a. Een onvoorziene, plotselinge, onverwachte gebeurtenis die van buiten af op de verzekerde zaken inwerkt.