Common use of Compensatie Clause in Contracts

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n).

Appears in 3 contracts

Samples: cnvstorageprd.blob.core.windows.net, www.qlix.nl, www.fnv.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 januari 2006 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 30 september 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. ; - Indien indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. ; - Indien indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris schaalsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-vakantie uitkering over het salaris en de toelage(n)schaalsalaris.

Appears in 2 contracts

Samples: cnvstorageprd.blob.core.windows.net, www.fnv.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 januari 2006 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 30 september 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. ; - Indien indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. ; - Indien indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met tot 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris schaalsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-vakantie uitkering over het salaris schaalsalaris. Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 7 van het Sociaal Plan dat op de werknemer van toepassing is, heeft ontvangen en om deze reden(en) de toelage(n)arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever gestorte bedragen op de levenslooprekening van deze werknemer ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de eenmalige uitkeringen waarop de werknemer aanspraak kan maken krachtens hoofdstuk 4 van dit Sociaal Plan.

Appears in 2 contracts

Samples: www.vacat.nl, sntv.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 januari 2006 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 30 september 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. ; - Indien indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. ; - Indien indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris schaalsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-vakantie uitkering over het salaris schaalsalaris. Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 3.2 van het Sociaal Plan KPN KPN 1 juli 2018 tot en met 31 december 2018 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de toelage(n)arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de eenmalige uitkeringen waarop de werknemer aanspraak kan maken krachtens de artikelen 4.3 en indien van toepassing 4.4 van het Sociaal Plan KPN 1 juli 2018 tot en met 31 december 2018 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: ambtenarensalaris.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform per 1 januari 2010, indien de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van betrokken medewerker op 1 januari 2010 het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’hier bedoelde betaald verlof genoot. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren zijn ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering vakantieuitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in bepaling 2.2 van het Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever gestorte bedragen op de levenslooprekening van deze werknemer ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de bepalingen 3.4 t/m 3.7 van het Sociaal Plan.

Appears in 1 contract

Samples: www.mijnvakbond.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 1,65 procent conform per 2 januari 2016, indien de systematiek zoals opgenomen betrokken medewerker op 2 januari 2016 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van de maanden januari tot en met juli 2016 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de betreffende hoofdstukken ten maand juli 2016. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1,85 procent per 1 januari 2017, indien de betrokken medewerker op 1 januari 2017 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’de maanden januari tot en met mei 2017 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de maand mei 2017. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 2.2/3.2 van het Sociaal Plan KPN 2014- 2015 respectievelijk het Sociaal Plan KPN 2016-2017 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 3.3/4.3 en indien van toepassing 3.4/4.4 van het Sociaal Plan KPN 2014-2015 respectievelijk het Sociaal Plan KPN 2016-2017 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: ambtenarensalaris.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 januari 2006 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 30 september 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. ; - Indien indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. ; - Indien indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen wordt verhoogd met 1,5 procent per 1 procent conform januari 2018, indien de systematiek zoals opgenomen betrokken medewerker op 1 januari 2018 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van de maanden januari tot en met mei 2018 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 maand mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen2018. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris schaalsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-vakantie uitkering over het salaris schaalsalaris. Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 3.2 van het Sociaal Plan KPN 1 januari 2018 tot en met 30 juni 2018 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de toelage(n)arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de eenmalige uitkeringen waarop de werknemer aanspraak kan maken krachtens de artikelen 4.3 en indien van toepassing 4.4 van het Sociaal Plan KPN 1 januari 2018 tot en met 30 juni 2018 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: www.qlix.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1,4 procent per 1 procent conform juni 2013, indien de systematiek zoals opgenomen betrokken medewerker op 1 juni 2013 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van de maanden juni tot en met september 2013 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’maand september 2013. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren zijn ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in bepaling 2.2 van het Sociaal Plan KPN 2012 c.q. het corresponderende artikel in het Sociaal Plan KPN 2013-2015 heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de bepalingen 3.2 t/m 3.7 van het Sociaal Plan KPN 2012 c.q. de vergoeding(en) uit hoofde van het Sociaal Plan KPN 2013-2015. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: qlix.genkgoweb.com

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1,5 procent per 1 procent conform januari 2018, indien de systematiek zoals opgenomen betrokken medewerker op 1 januari 2018 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van de maanden januari tot en met mei 2018 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’maand mei 2018. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 3.2 van het Sociaal Plan KPN 1 januari 2018 tot en met 30 juni 2018 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 4.3 en indien van toepassing 4.4 van het Sociaal Plan KPN 1 januari 2018 tot en met 30 juni 2018 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: www.qlix.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 3.2 van het Sociaal Plan KPN 1 juli 2018 tot en met 31 december 2018 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 4.3 en indien van toepassing 4.4 van het Sociaal Plan KPN 1 juli 2018 tot en met 31 december 2018 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: ambtenarensalaris.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris plus het tot 1 januari 2006 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. - Indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris plus emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 1,65 procent conform per 2 januari 2016, indien de systematiek zoals opgenomen betrokken medewerker op 2 januari 2016 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van de maanden januari tot en met juli 2016 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de betreffende hoofdstukken ten maand juli 2016. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1,85 procent per 1 januari 2017, indien de betrokken medewerker op 1 januari 2017 het hier bedoelde betaald verlof genoot. Ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’de maanden januari tot en met mei 2017 wordt de verhoging toegekend en uitbetaald uiterlijk in de maand mei 2017. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-vakantie- uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-uitkering over het salaris en de toelage(n). Indien de werknemer de mededeling zoals bedoeld in artikel 2.2/3.2 van het Sociaal Plan KPN 2014-2015 respectievelijk het Sociaal Plan KPN 2016-2017 dan wel het corresponderende artikel uit een eerder Sociaal Plan KPN heeft ontvangen en om deze reden(en) de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, zullen de tijdens de dienstbetrekking door de werkgever aan de werknemer verstrekte extra werkgeversbijdragen levensloop ten behoeve van een vertrek op basis van de inhoud van deze bijlage, in mindering worden gebracht op de vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 3.3/4.3 en indien van toepassing 3.4/4.4 van het Sociaal Plan KPN 2014-2015 respectievelijk het Sociaal Plan KPN 2016-2017 dan wel de corresponderende artikelen uit een eerder Sociaal Plan KPN. Het maakt daarbij niet uit of de werknemer deze extra werkgeversbijdragen al dan niet heeft doorgestort naar een levenslooprekening.

Appears in 1 contract

Samples: www.unie.nl

Compensatie. De werknemer wordt voor het vervallen van zijn uitzicht op VUT gecompenseerd. De compensatie gaat uit van een uitkering van 75% van zijn maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 januari 2006 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen vanaf de datum waarop de werknemer op grond van de op 31 december 30 september 2005 voor hem geldende CAO uitzicht op VUT had (de ‘vertrekdatum’). De compensatie wordt gerealiseerd door: - de hogere pensioenopbouw na 65 jaar van de medewerker vanaf 1 januari 2006 in vergelijking met de opbouw onder pensioenregeling die voor de werknemer gold tot 1 januari 2006; - voorwaardelijke toekenning van een extra aanspraak op pensioen zoals bedoeld in het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten Sociaal Akkoord 2004 ('zacht pensioen'). De omvang van het voorwaardelijke pensioen wordt eenmalig vastgesteld op 31 december 2005. De daadwerkelijke toekenning en financiering vindt plaats op de pensioeningangsdatum, maar uiterlijk per 1 januari 2021. Bij beëindiging van het dienstverband voor de ‘vertrekdatum’ vervalt het recht op de voorwaardelijke aanspraak. ; - Indien indien de fiscale ruimte voor deze voorwaardelijke pensioenaanspraak niet toereikend is, zal aan de werknemer een extra werkgeversbijdrage voor levensloop worden toegekend waarmee de hierboven aangegeven compensatie tezamen met de voorwaardelijke pensioentoezegging kan worden gerealiseerd. De extra werkgeversbijdrage wordt toegekend over de periode van 1 januari 2006 tot aan de ‘vertrekleeftijd’. Voor de vaststelling van de hoogte hiervan wordt uitgegaan van een rendement op de levenslooprekening van 2%. De hoogte van de bijdrage wordt eenmalig vastgesteld per 31 december 2005. - Indien ; indien met de toekenning van de voorwaardelijke pensioenaanspraak tezamen met de extra werkgeversbijdrage voor levensloop niet toereikend is voor vertrek op de ‘vertrekdatum’, wordt de werknemer de mogelijkheid geboden de ontbrekende periode met betaald verlof te gaan tegen 75% van zijn laatstgenoten maandsalaris schaalsalaris, XXX 0 xx XXX 2 salaris plus het tot 1 juli 2004 opgebouwde emolumentenpensioen. De betaling van 75% van het laatstgenoten maandsalaris wordt verhoogd met 1 procent conform de systematiek zoals opgenomen in de betreffende hoofdstukken ten aanzien van het artikel ‘Individuele salarisaanpassing’. De verhoging van de arbeidsduur voor deelnemers die waren ingedeeld in de groep IT of waren ingedeeld in de groep Sales en voor wie vanaf 1 mei 2008 een normale arbeidsduur van 40 uur per week geldt, wordt voor het vaststellen van het laatstgenoten maandsalaris buiten beschouwing gelaten. Het effect van de verhoging van deze arbeidsduur wordt wel verdisconteerd in het emolumentenpensioen. Voor de deelnemer die in de 12 maanden direct voorafgaande aan de maand waarin dit betaald verlof ingaat meeruren heeft uitbetaald gekregen, wordt de uitkering in de periode van betaald verlof verhoogd met het gemiddeld aantal betaalde meeruren in die periode, vermenigvuldigd met 75% van het voor de deelnemer geldende salaris per uur (inclusief vakantie-uitkering). Voor de werknemer die op of na 1 januari 2009 van deze regeling gebruik maakt, wordt het aldus vastgestelde inkomen in de periode van betaald verlof verhoogd met 8%. Dit omdat vanaf 1 januari 2009 aan werknemers op wie de geldende KPN CAO van toepassing is geen vakantiegeld wordt betaald. De vakantieaanspraken die deze werknemer opbouwt tijdens de periode van betaald xxxxxx, worden geacht te zijn opgenomen tijdens deze periode. Bij beëindiging van de arbeidsovereenkomst worden deze opgebouwde aanspraken niet uitbetaald. Onder maandsalaris schaalsalaris wordt in dit artikel mede begrepen een inpassingstoelage en/of herplaatsingstoelage en de vakantie-vakantie uitkering over het salaris en de toelage(n)schaalsalaris.

Appears in 1 contract

Samples: www.qlix.nl