Gebiedsdekkende werking Voorbeeldclausules

Gebiedsdekkende werking. Huurdersbonden hoeven natuurlijk niet in iedere gemeente of stad een huuradviespermanentie uit te bouwen. Wel moet het de bedoeling zijn om een gebiedsdekkende werking te organiseren voor alle regio’s in Vlaanderen met een voldoende potentieel aan huurderspopulatie. De huurdersbonden bereiken hun doelgroep immers in de eerste plaats en vooral door hun aanbod van een toegankelijke eerstelijnsdienstverlening. Om hierin te slagen dringt de erkenning van een tweede regionaal steunpunt per huurdersbond zich op. De vraag naar huuradvies blijft jaar na jaar stijgen en ook de complexiteit neemt toe. De huurdersbonden kunnen de vraag al lang niet meer bijhouden. Ook al ondernemen de huurdersbonden meer en meer initiatieven om collectieve leden, woonwinkels en lokale besturen te vormen zodat ze zelf een eenvoudig eerste huuradvies kunnen geven. De uitbreiding van de subsidiemiddelen in 2006 heeft er op korte termijn voor gezorgd dat er een beter evenwicht kon ontstaan tussen de taakstelling en het beschikbare personeelsbestand. Er werd alleen geen groeitraject voorzien, terwijl in de praktijk de vraag weldegelijk sterk is toegenomen. De problematiek stelt zich momenteel het scherpst bij de grootstedelijke huurdersbonden, maar wordt evenzeer duidelijk bij de andere huurdersbonden. Een verhoging van de beschikbaarheid van personeel, vertaalt zich immers quasi onmiddellijk in een groei inzake dossiers en adviescontacten. Een neveneffect van de geïntensifieerde vorming van andere actoren over de huurwetgeving is dat de leden van de huurdersbonden steeds complexere dossiers voorleggen, waardoor zelfs bij een gelijk aantal leden en adviezen de workload toch blijft toenemen. Uiteraard zijn de huurdersbonden tevreden omdat met de uitbreiding van de subsidiemiddelen vanaf 2006 en later de erkenning en subsidie van nieuwe regionale steunpunten in 2010 een belangrijke stap voorwaarts gezet werd met het oog op een kwantitatieve en kwalitatieve uitbouw van de huurdersbonden. Dit neemt echter niet weg dat ook de resolutie van het Vlaams parlement verwees naar de nood aan een verdere uitbouw en decentralisering van de huuradviesdiensten en een meegroeien van de middelen in functie van de behaalde resultaatsindicatoren.
Gebiedsdekkende werking regionale steunpunten & blinde vlekken Tabel 11: Verdeling van de individuele dossiers per adviesplaats in West-Vlaanderen 2017-2021 Adviesplaats 2017 2018 2019 2020 2021 Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Totaal 3.673 100 3.793 100 3.855 100 3.078 100 3.076 99,62
Gebiedsdekkende werking regionale steunpunten & blinde vlekken Aangezien sinds 2010 drie nieuwe regionale steunpunten zijn erkend en gesubsidieerd in die provincies waar er nog geen regionale huurdersbond was, geven we hieronder voor de provincies West-Vlaanderen, Vlaams-Brabant en Limburg de verdeling van het aantal in 2017 behandelde dossiers onder de belangrijkste adviesplaatsen. Dit zijn sinds 2010 dus de regionale steunpunten in Beringen en Leopoldsburg (Limburg), Oostende-Roeselare (West-Vlaanderen) en Halle-Vilvoorde (Vlaams-Brabant). We bespreken kort deze regionale steunpunten. De provincie West-Vlaanderen kent liefst 8 administratieve arrondissementen: Brugge, Diksmuide, Ieper, Kortrijk, Oostende, Roeselare, Tielt en Veurne. Op 6 van de 8 plaatsen heeft Huurdersbond West-Vlaanderen een adviespunt. De verdeling van de huurders die in de periode 2013-2017 een beroep hebben gedaan op het huuradvies onder de diverse adviesplaatsen ziet er als volgt uit: Brugge 1.221 32,9 1.205 32,19 1.136 32,42 1.136 32,07 1.122 30,55 Oostende 1.210 32,6 1.279 34,09 1.235 35,25 1.171 33,06 1.247 33,95 Kortrijk 619 16,6 588 15,7 591 16,89 612 17,27 687 18,70 Xxxxxxxxx 000 10,5 370 9,88 316 9,02 357 10,08 363 9,88 Ieper 196 5,3 200 5,34 149 4,23 168 4,74 173 4,71 Xxxxxxxxx 00 2,1 91 2,43 65 1,89 59 1,67 69 1,88 Onbekend / / 13 0,35 12 0,34 39 1,11 12 0.33 Totaal 3.712 100 3.745 100 3.504 100 3.542 100 3.673 100 Gezien het hoog aandeel huurders dat reeds vroeger beroep deed op het adviespunt Oostende lag het voor de hand om dit uit te bouwen tot een regionaal steunpunt. Op 21/12/2009 werd Oostende erkend als bijkomend regionaal steunpunt. Van hieruit wordt ook het adviespunt te Roeselare bediend. Het extra personeel werd aangewend in functie van het ondersteunen van de reeds bestaande werking te Oostende en het uitbreiden van de bereikbaarheid in het adviespunt van Roeselare. Met de medewerkers van de woondienst te Roeselare worden intervisiemomenten georganiseerd waarop concrete cases worden besproken. Daarnaast organiseert Huurdersbond West- Vlaanderen veelvuldig vormingssessies voor medewerkers van openbare besturen, waaronder vooral OCMW-medewerkers. In absolute aantallen zijn zo goed als alle adviesplaatsen er op vooruit gegaan wat het aantal individuele dossiers betreft, met uitzondering van het adviespunt in Brugge. Het regionale secretariaat behandelt bijna 34% van alle in 2017 behandelde dossiers. We tekenen dit jaar opnieuw een stijging op in het aantal behandelde dossiers in Oostend...
Gebiedsdekkende werking regionale steunpunten & blinde vlekken Tabel 11: Verdeling van individuele dossiers per adviesplaats in Antwerpen 2019-2023 Adviesplaats 2019 2020 2021 2022 2023 Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Aantal % Totaal 5.295 100 4.577 100 4.668 100 5.044 100 5.371 100

Related to Gebiedsdekkende werking

  • Werking 9.a. De huurder verklaart zich ervan te vergewissen dat hem de apparatuur in goede conditie af magazijn van verhuurder wordt geleverd. Door het aangaan van de huurovereenkomst verklaart huurder bekend te zijn met de werking van de apparatuur en erkent huurder dat de door hem gehuurde apparatuur beantwoordt aan het doel waarvoor hij de apparatuur huurt.

  • Toepasselijke wetgeving De overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving betreffende individuele levens- en aan- vullende verzekeringen. Mocht de verzekeringnemer buiten België gevestigd zijn, dan wordt, indien de wet het zo toelaat, door de partijen uitdrukkelijk gekozen voor de toepassing van het Belgisch recht.

  • Risicobeperking a. Indien concrete omstandigheden of ontwikkelingen, zoals aard en omvang van het schadeverloop, verzekeraar tot het oordeel brengen dat toekomstige schade kan worden voorkomen of beperkt door het nemen van risicobeperkende maatregelen door verzekeringnemer, heeft verzekeraar het recht het nemen van deze maatregelen voor te schrijven.

  • Afwijking Individuele afwijkingen, met inbegrip van aanvullingen dan wel uitbreidingen van deze Algemene Voorwaarden, moeten schriftelijk tussen de ondernemer en de consument worden vastgelegd.