Gemiddelde roostertoeslag. Voor arbeid in een werkrooster met uren buiten het dagvenster wordt op basis van de toeslagen in de klokurenmatrix als volgt een gemiddelde roostertoeslag over het salaris berekend: - Per roostercyclus wordt de som van de in de klokuren aangegeven toeslagpercentages van alle aanwezigheidsuren bepaald. Deze som wordt gedeeld door het totale aantal aanwezigheidsuren in de roostercyclus. Dit levert de gemiddelde toeslag per uur op. Samen met het uurloon vormt dit de uurwaarde. - Indien het totaal aantal arbeidsuren in de roostercyclus groter of gelijk is aan de normale arbeidsduur (deeltijd naar rato), dan is de roostertoeslag gelijk aan de gemiddelde toeslag. In alle andere gevallen wordt de uurwaarde vermenigvuldigd met een factor gelijk aan de ingeroosterde arbeidsduur gedeeld door de contractuele arbeidsduur. Het resultaat hiervan is het salaris inclusief roostertoeslag. De roostertoeslag is dan dit percentage minus 100%. - De uitkomst van de berekening wordt rekenkundig afgerond op een veelvoud van een kwart procent. - Indien gedurende een kalenderjaar meer dan één roosterschema op een medewerker van toepassing is, en in één of meer van die schema’s buiten het dagvenster arbeid wordt verricht, wordt dat jaar aan de betrokken medewerker een roostertoeslag (jaarroostertoeslag) uitgekeerd, die gebaseerd is op het gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen van die roosterschema’s, zoals berekend in de hierboven aangegeven systematiek. De jaarroostertoeslag wordt aan het eind van het kalenderkaar op de feitelijke inzet van de verschillende roosterschema’s herberekend. Indien de vooraf berekende jaarroostertoeslag lager is dan het feitelijk gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen bij de verschillende roosterschema’s, dan wordt de medewerker dit verschil in toeslag uitbetaald. In alle andere gevallen vindt geen verrekening plaats. Overgang van een werkrooster met een hogere jaarroostertoeslag naar een werkrooster met lagere (jaar)roostertoeslag in het volgende jaar geeft recht op de afbouwregeling zoals opgenomen in het volgende artikel. Het referentiepunt voor de afbouw is het (herberekende) jaarroostertoeslag percentage dat in het voorafgaande jaar feitelijk zou moeten zijn betaald.
Appears in 2 contracts
Samples: Bedrijfs Cao, Bedrijfs Cao
Gemiddelde roostertoeslag. Voor arbeid in een werkrooster met uren buiten het dagvenster wordt op basis van de toeslagen in de klokurenmatrix als volgt een gemiddelde roostertoeslag over het salaris berekend: - Per per roostercyclus wordt de som van de in de klokuren aangegeven toeslagpercentages van alle aanwezigheidsuren bepaald. Deze som wordt gedeeld door het totale aantal aanwezigheidsuren in de roostercyclus. Dit levert de gemiddelde toeslag per uur op. Samen met het uurloon vormt dit de uurwaarde. - Indien het totaal aantal arbeidsuren in de roostercyclus groter of gelijk is aan de normale arbeidsduur (deeltijd naar rato), dan is de roostertoeslag gelijk aan de gemiddelde toeslag. In alle andere gevallen wordt de uurwaarde vermenigvuldigd met een factor gelijk aan de ingeroosterde arbeidsduur gedeeld door de contractuele arbeidsduur. Het resultaat hiervan is het salaris inclusief roostertoeslag. De roostertoeslag is dan dit percentage minus 100%. - De uitkomst van de berekening wordt rekenkundig afgerond op een veelvoud van een kwart procent. - Indien gedurende een kalenderjaar meer dan één roosterschema op een medewerker van toepassing is, en in één of meer van die schema’s buiten het dagvenster arbeid wordt verricht, wordt dat jaar aan de betrokken medewerker een roostertoeslag (jaarroostertoeslag) uitgekeerd, die gebaseerd is op het gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen van die roosterschema’s, zoals berekend in de hierboven aangegeven systematiek. De jaarroostertoeslag wordt aan het eind van het kalenderkaar op de feitelijke inzet van de verschillende roosterschema’s herberekend. Indien de vooraf berekende jaarroostertoeslag lager is dan het feitelijk gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen bij de verschillende roosterschema’s, dan wordt de medewerker dit verschil in toeslag uitbetaald. In alle andere gevallen vindt geen verrekening plaats. Overgang van een werkrooster met een hogere jaarroostertoeslag naar een werkrooster met lagere (jaar)roostertoeslag in het volgende jaar geeft recht op de afbouwregeling zoals opgenomen in het volgende artikel. Het referentiepunt voor de afbouw is het (herberekende) jaarroostertoeslag percentage dat in het voorafgaande jaar feitelijk zou moeten zijn betaald.
Appears in 2 contracts
Samples: Bedrijfs Cao, Bedrijfs Cao
Gemiddelde roostertoeslag. Voor arbeid in een werkrooster met uren buiten het dagvenster wordt op basis van de toeslagen in de klokurenmatrix als volgt een gemiddelde roostertoeslag over het salaris berekend: - Per roostercyclus wordt de som van de in de klokuren aangegeven toeslagpercentages van alle aanwezigheidsuren bepaald. Deze som wordt gedeeld door het totale aantal aanwezigheidsuren in de roostercyclus. Dit levert de gemiddelde toeslag per uur op. Samen met het uurloon vormt dit de uurwaarde. - Indien het totaal aantal arbeidsuren in de roostercyclus groter of gelijk is aan de normale arbeidsduur (deeltijd naar rato), dan is de roostertoeslag gelijk aan de deze gemiddelde toeslag. In alle andere gevallen wordt de uurwaarde vermenigvuldigd met een factor gelijk aan de ingeroosterde arbeidsduur gedeeld door de contractuele arbeidsduur. Het resultaat hiervan is het salaris inclusief roostertoeslag. De roostertoeslag is dan dit percentage minus 100%. - De uitkomst van de berekening wordt rekenkundig afgerond op een veelvoud van een kwart procent. - Indien gedurende een kalenderjaar meer dan één roosterschema op een medewerker van toepassing is, en in één of meer van die schema’s buiten het dagvenster arbeid wordt verricht, wordt dat jaar aan de betrokken medewerker een roostertoeslag (jaarroostertoeslag) uitgekeerd, die gebaseerd is op het gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen van die roosterschema’s, zoals berekend in de hierboven aangegeven systematiek. De jaarroostertoeslag wordt aan het eind van het kalenderkaar kalenderjaar op de feitelijke inzet van de verschillende roosterschema’s herberekend. Indien de vooraf berekende jaarroostertoeslag lager is dan het feitelijk gewogen gemiddelde van de roostertoeslagen bij de verschillende roosterschema’s, dan wordt de medewerker dit verschil in toeslag uitbetaald. In alle andere gevallen vindt geen verrekening plaats. Overgang van een werkrooster met een hogere jaarroostertoeslag naar een werkrooster met een lagere (jaar)roostertoeslag in het volgende jaar geeft recht op de afbouwregeling zoals opgenomen in het volgende artikel. Het referentiepunt voor de afbouw is het (herberekende) jaarroostertoeslag percentage dat in het voorafgaande jaar feitelijk zou moeten zijn betaald.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement