Onderhoud van de lokalen. Grand Serment staat zelf in voor de schoonmaak van zijn eigen uitrusting, kantoor en opslagruimte als omschreven in artikel 1.
Onderhoud van de lokalen. De concessiehouder zal de geconcedeerde lokalen onderhouden zowel vloeren, materialen als ramen. De concessiehouder is ertoe gehouden de lokalen, hun toebehoren, alsook het volledig bedrijfsmaterieel in goede en zindelijke staat te behouden, aan te wenden en te gebruiken volgens de regels van de kunst en met inachtneming van de veiligheid voor het publiek en de goede gang van de uitbating, wat inhoudt dat hij in de geconcedeerde lokalen geen handel mag uitoefenen, behalve die voorzien in de concessieovereenkomst. De concessiehouder staat in voor het aanschaffen van het nodige poetsmateriaal, reinigingsmachines en producten voor reiniging en het ter beschikking stellen en vergoeden van het hiertoe nodige personeel. De concessiehouder zal de waterleiding en afvoerleidingen beschermen tegen vorstschade. Hij zal afvoerleidingen moeten doen ontstoppen en zo nodig alle maatregelen nemen om verstopping tegen te gaan. Hij is gerechtigd alle maatregelen aan het cliënteel op te leggen die nodig zijn voor het in stand houden van de hem toevertrouwde goederen.
Onderhoud van de lokalen. De vereniging verbindt zich ertoe om deze lokalen als een goede huisvader te gebruiken en ze aan het einde van de terbeschikkingstelling in perfecte staat van onderhoud, met uitzondering van normale slijtage, terug te geven. Zij verbindt zich ertoe om de nodige onderhoudswerken en herstellingen onmiddellijk te melden aan de Stad. Een tegensprekelijke plaatsbeschrijving, georganiseerd op initiatief van de Stad, vindt plaats bij het begin van elk seizoen in de maand september en ook aan het einde van elk seizoen, in de maand augustus. In geval van schade aan het ter beschikking gestelde gebouw of materiaal als gevolg van de activiteiten van de vereniging, zorgt de Stad op kosten van de vereniging voor de nodige herstellingen. Voor het onderhoud en de herstellingen neemt de Stad enkel de kosten verbonden aan de hoedanigheid van 'verhuurder' op zich, terwijl de vereniging de kosten van huurder op zich neemt, naar analogie met wat wettelijk voorzien is inzake het huren van een gebouw volgens het gemene recht. In voorkomend geval moet de vereniging de herstellingswerken toelaten, ook al duren ze meer dan veertig dagen en hebben ze een impact op de activiteiten van de vereniging (geen toegang tot de lokalen, annulering van het gebruik, enz.). De vereniging staat zelf met eigen middelen in voor de schoonmaak van de zaal en de voorzieningen (de schoonmaak van de kleedkamers is ten laste van de Stad). De vereniging gebruikt de opslagruimte uitsluitend als lokaal voor het materiaal van de vereniging (drank voor de bar, sportmateriaal, enz.), met inachtneming van de toepasselijke veiligheidsvereisten. De vereniging plaatst geen materiaal in de zone die naar de nooduitgangen leidt (kleine gang rechts van de bar), noch in de ruimte die naar de opslagruimte leidt (namelijk: de zone waar zich een elektriciteitsbord bevindt). Het is strikt verboden om voedingsmiddelen en alcoholische dranken te verkopen en te consumeren. De verkoop van niet-alcoholische drank is strikt beperkt tot de leden van de vereniging, tijdens en na de trainingen of ontmoetingen in de bar; dit om oneerlijke concurrentie met de uitbater van de cafetaria op de benedenverdieping van het Sportcomplex te vermijden. Het goed mag geenszins worden gebruikt als hoofdverblijfplaats, noch voor de uitoefening van een kleinhandelszaak, zodat deze overeenkomst nooit een huurovereenkomst voor hoofdverblijfplaats volgens de wet van 20 februari 1991, noch een handelshuurovereenkomst in de zin van de wet van 30 april ...
Onderhoud van de lokalen. De vereniging verbindt zich ertoe om deze lokalen als een goede huisvader te gebruiken en ze aan het einde van de terbeschikkingstelling in perfecte staat van onderhoud, met uitzondering van normale slijtage, terug te geven. Zij verbindt zich ertoe om de nodige onderhoudswerken en herstellingen onmiddellijk te melden aan de Stad. Een tegensprekelijke plaatsbeschrijving, georganiseerd op initiatief van de Stad, vindt plaats bij het begin van elk seizoen in de maand september en ook aan het einde van elk seizoen, in de maand augustus. In geval van schade aan het ter beschikking gestelde gebouw of materiaal als gevolg van de activiteiten van de vereniging, zorgt de Stad op kosten van de vereniging voor de nodige herstellingen. Voor het onderhoud en de herstellingen neemt de Stad enkel de kosten verbonden aan de hoedanigheid van 'verhuurder' op zich, terwijl de vereniging de kosten van huurder op zich neemt, naar analogie met wat wettelijk voorzien is inzake het huren van een gebouw volgens het gemene recht. In voorkomend geval moet de vereniging de herstellingswerken toelaten, ook al duren ze meer dan veertig dagen en hebben ze een impact op de activiteiten van de vereniging (geen toegang tot de lokalen, annulering van het gebruik, enz.). De vereniging staat zelf met eigen middelen in voor de schoonmaak van haar lokalen en uitrusting (de schoonmaak van de kleedkamers is ten laste van de Stad).