Oprichtingskosten Voorbeeldclausules

Oprichtingskosten. De oprichtingskosten worden ten laste genomen in het boekjaar waarin ze worden gemaakt, met uitzondering van de uitgiftekosten van leningen die lineair worden afgeschreven over een periode die de looptijd van de onderliggende leningen niet mag overschrijden.
Oprichtingskosten. De kosten verbonden aan de oprichting van het Fonds zijn, voor zover ooit geactiveerd, reeds volledig afgeschreven. Er komen derhalve geen oprichtingskosten meer ten laste van het resultaat van het Fonds. Dit is een samenvatting van het beloningsbeleid. Een beschrijving van het actuele beloningsbeleid is beschikbaar via de Website. Op verzoek kan kosteloos een afschrift van het actuele beloningsbeleid worden verkregen. Het beloningsbeleid van de Beheerder is van toepassing op haar medewerkers, de directie alsmede de Raad van Commissarissen van de Beheerder. Bij het opstellen van het beloningsbeleid zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: • de beloning is marktconform en maatschappelijk acceptabel; • het beloningsbeleid bevordert de integriteit van de Beheerder en soliditeit van de onderneming op de lange termijn; • het beloningsbeleid bevat geen prikkels die afbreuk doen aan de verplichting van de Beheerder en daarmee haar directie en medewerkers om zich in te zetten voor de belangen van haar cliënten en andere stakeholders, of aan andere op de Beheerder rustende zorgvuldigheidsverplichtingen; • de langetermijn belangen van de Beheerder lopen parallel aan die van haar investeerders, waarbij de beloning redelijk is voor zowel de medewerkers van de Beheerder als haar investeerders; • het beloningsbeleid leidt niet tot onbeheersbare personeelskosten, waardoor de continuïteit van de organisatie van de Beheerder in gevaar komt; • het beloningssysteem is transparant en eenvoudig; en • de Beheerder kent een langere historie waarbij relatief bescheiden variabele beloningen worden toegekend. Door bovenstaande uitgangspunten toe te passen, is het beloningsbeleid van de Beheerder in overeenstemming met en draagt bij aan een degelijke en doeltreffende risicobeheersing. Het beloningsbeleid strookt verder met de bedrijfsstrategie, doelstellingen, waarden en langetermijnbelangen van de Beheerder en het behelst maatregelen die belangenconflicten moeten vermijden. De Beheerder kent gelet op haar beperkte (niet significante) omvang, interne organisatie, complexiteit en activiteiten geen aparte renumeratiecommissie. De directie van de Beheerder vervult deze taken in haar hoedanigheid als bestuurder. Het solide beloningsbeleid wordt jaarlijks door de Raad van Commissarissen van de Beheerder vastgesteld. De Raad van Commissarissen van de Beheerder is verantwoordelijk voor de controle op het bestuur en zal toezicht houden op de beloning voor de medewerkers met controletaken...
Oprichtingskosten. Dit betreffen de juridische en notariële kosten ter zake van de oprichting van het Fonds, Vastgoed Holding, St.AK, HIG General Partner 2 BV (de aansprakelijk vennoot van de Vastgoed KG) en de uitgifte van Certificaten (certificering van aandelen). Deze kosten bedragen € 16.000,-.
Oprichtingskosten. De oorspronkelijk oprichtingskosten werden geactiveerd en afgeschreven over een periode van vier jaar volgens de lineaire methode. Daarentegen zullen de kosten verbonden aan de introductie op de vrije markt van Euronext Brussel geactiveerd worden en afgeschreven worden over een periode van vijf jaar volgens de lineaire methode.
Oprichtingskosten. De oprichtingskosten worden geboekt tegen aanschaffingwaarde. De aanschaffingswaarde omvat naast de aanschaffingsprijs ook de bijkomende kosten. De oprichtingskosten worden ten laste gelegd van het boekjaar waarin deze kosten worden gemaakt of waarvoor verbintenissen worden aangegaan. Kosten van kapitaalverhogingen zijn ten laste van het boekjaar waarin de kapitaalverhoging gebeurt.
Oprichtingskosten. De kosten van oprichting en kapitaalverhoging worden geactiveerd en volledig afgeschreven in het jaar dat deze kosten zich voordoen.
Oprichtingskosten. De kosten van kapitaalsverhoging worden afgeschreven over een periode van maximum 5 jaar.
Oprichtingskosten. Dit betreffen de juridische en notariële kosten ter zake van de oprichting van het Fonds, Vastgoed Holding, WFD16 Duitse Deelnemingen BV, HIG General Partner 16 BV en de Stichting, de kosten voor verwerving van de aandelen in het kapitaal van Hamm 16 Vastgoed BV, Sonnenbühl Vastgoed BV en het kapitaalbelang in de Vastgoed KG en de uitgifte van de Participaties alsmede de juridische documentatie van de niet- bancaire lening- en zekerheidsstructuur. Deze kosten bedragen € 72.450.
Oprichtingskosten. Dit betreffen de juridische en notariële kosten ter zake van het aangaan van het Fonds en het uitgeven van de met dit Prospectus aangeboden Participaties. Deze kosten bedragen € 10.000 te vermeerderen met BTW. Het uitgangspunt is dat zowel het Fonds als de Stichting niet zullen worden aangemerkt als ondernemer voor de BTW voor de exploitatie van de Objecten. De BTW op financierings- en bijkomende kosten die aan het Fonds in rekening wordt gebracht, kan door de Stichting niet in aftrek worden gebracht omdat sprake is van BTW-onbelaste verhuur van woningen door de Stichting en is derhalve separaat als niet-aftrekbare BTW opgenomen voor berekening van de totale bijkomende kosten die ten laste van het Fonds komen.