Personal Injury Voorbeeldclausules

Personal Injury. The vehicle has third party personal injury insurance cover. It is likely that any other vehicle involved in an accident also has third party personal injury insurance cover. Depending on the circumstances of the accident, the renter may be entitled to claim for their personal injury against the third party insurance of the party responsible for the accident. Spaceships strongly recommend that all passengers take out their own Personal Injury Travel Insurance. It is not the responsibility of Spaceships New Zealand to seek any recovery from a 3rd party related to personal injury. If the renter is responsible for the accident the vehicle’s third party insurance should cover the renter for the liability except where the renter has committed a breach of the Vehicle’s third party Insurance, e.g. drink driving.
Personal Injury. The RV has Third Party insurance cover and it is likely that any other vehicle involved in an accident also has Third Party insurance. Depending on the circumstances of an accident, the guest may be entitled to claim for their personal injury against the Third Party insurance of the party responsible for the accident. The extent of such Third Party insurance varies in different States and Territories and Xxxxxx strongly recommends that all passengers take out their own Personal Injury Travel Insurance. The RV is insured for damage to it and damage to the property of a third party. The guest is responsible up to the amount of the applicable Liability and it applies for damage to third party property, or to the RV. The guest is also responsible for the cost of the daily rate for the period the RV is being repaired. There is no refund for unused portion of the rental period. The Liability applies to each claim, not RV. The Liability is applicable regardless of who is at fault and must be paid at the time the accident is reported to Apollo by telephone on a credit card, not on return of the RV. Xxxxxx reserves the right to charge the guest for any RV damage including Third Party property damage not reported but identified on return of the RV.
Personal Injury. The RV has Third Party insurance cover, and it is likely that any other vehicle involved in an accident also has Third Party insurance. Depending on the circumstances of an accident, the guest may be entitled to claim for their personal injury against the Third-Party insurance of the party responsible for the accident. thl strongly recommends that all passengers take out their own Personal Injury travel insurance. thl does not accept any liability for personal injuries sustained during the rental. Except where such loss or damage is caused by thl’s (or that of its employees) own negligence or breach of the Rental Agreement Terms and Conditions. thl does not accept liability for any loss or damage to any personal belongings or property of the Customer (or any person or entity related to the customer). Property Damage The RV is insured for damage to it and damage to the property of a third party. However, the guest is responsible up to the amount of the applicable Liability for damage to third party property, or to the RV. The guest is also responsible for the cost of the daily rate for the period the vehicle is being repaired. There is no refund for any unused portion of the rental period. The Liability applies to each claim, not RV.

Related to Personal Injury

  • Schademelding Indien bij aflevering van de verhuisgoederen beschadigingen worden geconstateerd, dient de klant deze bij de verhuizing aan de Erkende Verhuizer te melden. Indien bij aflevering geen gelegenheid bestaat om eventuele beschadigingen aan de verhuisgoederen te constateren dient de klant dit tevoren of uiterlijk op het moment van aflevering schriftelijk of elektronisch te verklaren. Het verdient sterke aanbeveling beschadigingen binnen twee werkdagen na de verhuizing bij de Erkende Verhuizer schriftelijk of elektronisch te melden. Indien de Erkende Xxxxxxxxx niet binnen veertien dagen na de verhuizing de hiervoor bedoelde melding heeft ontvangen wordt hij geacht de verhuizing zonder waarneembare schade te hebben uitgevoerd.

  • Schade door terrorisme Schade door terrorisme vergoeden we volgens het Protocol afwikkeling claims van de Nederlandse her- verzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschaden N.V. De volledige tekst van dit Protocol vindt u op xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx of op onze website. Of bel ons voor een papieren versie.

  • Privacybescherming De bij de aanvraag van de verzekering verstrekte persoonsgegevens worden door de verzekeraar geregistreerd en verwerkt. De verzekeraar gebruikt deze gegevens voor de acceptatie en de uitvoering van deze overeenkomst, voor statistische analyses, voor het voorkomen en bestrijden van fraude en om te voldoen aan wettelijke verplichtingen. Op deze registratie is een privacyreglement van toepassing, alsmede de gedragscode “Verwerking persoonsgegevens financiële instellingen”. In deze gedragscode worden de rechten en plichten van partijen bij de gegevensverwerking weergegeven. De volledige tekst van de gedragscode kan worden opgevraagd bij het Verbond van Verzekeraars, Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxx Xxxx.

  • Privacyreglement Om de opdracht zo goed mogelijk uit te kunnen voeren, houdt de opdrachtnemer een registratie bij van persoonlijke en administratieve gegevens. Om opdrachtgevers en cliënten te garanderen dat hun privacy wordt beschermd en er zorgvuldig met hun gegevens wordt omgegaan, hanteert de opdrachtnemer een privacyreglement.

  • Bestemming Het gehuurde is uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als woonruimte door de huurder en leden van zijn/haar gezin dan wel, indien huurder huurt ten behoeve van zijn werknemer, door de bewoner en leden van zijn/haar gezin.

  • De beslissing De commissie wijst de vordering af.

  • De beoordeling Welke vraag moet de commissie beantwoorden? 3.1 Alhoewel het partijdebat zich met name heeft toegespitst op de externe registraties, vat de commissie de klacht van de consument ook zo op dat zij ook de vraag moet beantwoorden of de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument in de interne registers mocht registreren.1 Daarmee hangt ook samen de vraag of de verzekeraar de verschillende verzekeringen mocht beëindigen en daarvan melding mocht maken in de verschillende registers. 3.2 De commissie is van oordeel dat de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument ten onrechte in de verschillende registers heeft opgenomen. Dat betekent dat de verzekeraar de registraties uit de registers moet verwijderen. Het oordeel van de commissie zal hierna worden toegelicht. Eerst zal het juridisch kader worden geschetst waarna de zaak aan de hand van dit toetsingskader zal worden beoordeeld. 3.3 Omdat deze registraties grote gevolgen hebben voor consumenten, is de commissie van oordeel dat verzekeraars niet zonder goede reden persoonsgegevens mogen opnemen in de genoemde registers. Er worden dan ook terecht hoge eisen gesteld aan die reden(en). De eisen voor registratie in het Incidentenregister en het EVR zijn opgenomen in het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen 2021 (hierna: ‘het Protocol’, zie bijlage). 3.4 Artikel 5.2.1 van het Protocol bepaalt onder welke voorwaarden persoonsgegevens mogen worden opgenomen in het EVR. Vereist is dat er een zwaardere verdenking tegen de consument bestaat dan alleen maar een redelijk vermoeden van schuld aan de fraude, in die zin dat de te verwerken strafrechtelijke persoonsgegevens in voldoende mate moeten vaststaan. Een strafrechtelijke veroordeling van de betrokkene is niet vereist.2 Het uitgangspunt is dat de verzekeraar moet kunnen aantonen dat in voldoende mate vaststaat dat de gedraging van de consument de kwalificatie strafbaar feit kan dragen. Dit betekent dat alleen een verdenking van fraude niet genoeg is, hier moet ook enig bewijs voor zijn. De verzekeraar moet dus goede redenen hebben de gegevens te registreren en hij moet dat ook voldoende kunnen onderbouwen. Het is aan de verzekeraar te bewijzen dat hiervan sprake is. 1 Er is bij het invullen van het klachtformulier immers geen sprake van ‘het formuleren van een vordering’. Door het indienen van dat formulier wordt een klacht in volle omvang aan de Geschillencommissie voorgelegd, zie HR 17 november 1995, NJ 0000/000 (Xxxxx/Xxxxx) en art. 47 lid 2 onder h van het reglement. 2 Zie Hoge Raad 29 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH4720, overweging 4.4 (te vinden op xxx.xxxxxxxxxxx.xx).‌ 3.5 De verzekeraar stelt zich op het standpunt dat de consument hem opzettelijk heeft misleid door te proberen een dubbele uitkering te verkrijgen voor het verlies van één en dezelfde verlovingsring, terwijl hij daar geen recht op had. De consument heeft een uitvoerige verklaring gegeven, zoals weergegeven bij de nummers 2.5 t/m 2.12, voor de door de verzekeraar geconstateerde merkwaardigheden. De consument ontkent dat hij betrokken is geweest bij het indienen van de claim bij de reisverzekeraar. 3.6 De verzekeraar is er op basis van de aangevoerde argumenten niet in geslaagd de commissie ervan te overtuigen dat de consument heeft geprobeerd ter zake de verlovingsring een dubbele uitkering te krijgen. De commissie is van oordeel dat de verzekeraar onvoldoende naar voren heeft gebracht om vast te kunnen stellen dat de consument wist dat zijn verloofde al een claim bij de reisverzekeraar had ingediend. Evenmin is vast komen te staan dat de consument zelf de claim bij de reisverzekeraar heeft ingediend. In het licht van de consistente verklaringen van de consument, met name daar waar het gezamenlijke gebruik van de computer en de periode van ziekte en rouw betreft, acht de commissie niet in voldoende mate vaststaan dat de consument betrokken was bij of wetenschap had van de eerdere claim. De commissie neemt daarbij mee dat de consument ook ter zitting desgevraagd het een en ander op een consistente wijze heeft opgehelderd, niet is gebleken dat de consument tegenstrijdig heeft verklaard en niet valt uit te sluiten dat het is gegaan zoals de consument heeft verklaard. 3.7 Dat de consument in eerste instantie stellig heeft verklaard dat hij aan het sterfbed van zijn vader de verlovingsring had gezien, maakt het voorgaande niet anders. Gelet op de situatie waarin de consument zich destijds bevond, is het denkbaar dat hij ook daadwerkelijk in die veronderstelling verkeerde. De commissie kan zich voorts voorstellen dat de houding van de verzekeraar in deze kwestie voor de consument reden is geweest om zijn verloofde geen verklaring te laten afleggen. Niet weersproken is dat dit ook het advies is geweest van zijn rechtsbijstandsverzekeraar. Daarbij acht de commissie van belang dat de consument ter zitting heeft aangegeven bereid te zijn om erover na te denken zijn verloofde alsnog een verklaring te laten afleggen. 3.8 De verzekeraar stelt zich tot slot op het standpunt dat de consument bij e-mail van 14 januari 2022 heeft erkend dat hij heeft gefraudeerd. Gelet op de context waarin voornoemde e-mail door de consument is verstuurd, is de commissie echter van oordeel dat hierin geen erkenning van de consument besloten ligt. 3.9 De commissie is dan ook van oordeel dat niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd. Dit brengt mee dat niet is voldaan aan de vereisten die het Protocol stelt om tot registratie in het EVR over te gaan. De verzekeraar is dan ook onterecht overgegaan tot het registreren van de persoonsgegevens van de consument in het EVR en dient die registratie te verwijderen. 3.10 Vervolgens is de vraag aan de orde of de registratie in het Incidentenregister wel mag worden gehandhaafd. De commissie oordeelt dat ook de registratie in het Incidenten- register moet worden doorgehaald. Er is niet langer voldaan aan artikel 3.1.1 van het Protocol. Nu niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd, zijn de geregistreerde gegevens niet langer ter zake dienend. De registratie draagt niet langer bij aan het onderkennen, voorkomen, onderzoeken en bestrijden van strafbare gedragingen, en ook niet kan worden gezegd dat de registratie anderszins nog kan bijdragen aan de in artikel 4.1.1 Protocol omschreven doelen. 3.11 Op grond van artikel 4.2.3 van het Protocol worden de gegevens in het Incidenten- register uitgewisseld met functionarissen werkzaam bij de daartoe ingerichte coördinatiefuncties van het Verbond van Verzekeraars, te weten het fraudeloket. Dit is het CBV. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen dient de verzekeraar de melding van de incidentenregistratie aan het CBV in te trekken.

  • Privacy en persoonsgegevens 1. Partijen verplichten zich over en weer in overeenstemming met de wetgeving op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens te handelen. Partijen handelen in overeenstemming met de Beleidsregels meldplicht datalekken van de Autoriteit Persoonsgegevens, de AVG en de Uitvoeringwet AVG. 2. Onder een datalek wordt verstaan: alle beveiligingsincidenten waardoor de bescherming van persoonsgegevens op enig moment is doorbroken of waardoor de persoonsgegevens blootgesteld zijn aan verlies of onrechtmatige verwerking. Het kan bijvoorbeeld gaan om het verlies van een USB-stick of computer, verzending van een e- mail waarin de e-mailadressen zichtbaar zijn voor alle geadresseerden, een calamiteit zoals brand in een datacenter of malwarebesmetting. 3. Opdrachtgever zal voornamelijk aangemerkt worden als verwerkingsverantwoordelijke, nu zij het doel en de middelen vaststelt. 4. Als een verwerkingsverantwoordelijke zich bewust is geworden van een datalek, moet hij dit direct, waar mogelijk binnen 72 uur melden aan de Autoriteit Persoonsgegevens. Als dit niet mogelijk is, moet een verklaring worden gegeven voor de vertraging. 5. Indien blijkt dat bij ITPG sprake is van een datalek, dat door Opdrachtgever gemeld moet worden aan de Autoriteit Persoonsgegevens en/of de betrokkene(n), dan zal ITPG Opdrachtgever daarover zo spoedig mogelijk informeren nadat ITPG bekend is geworden met het datalek. ITPG probeert de Opdrachtgever direct alle informatie te verstrekken die zij nodig heeft om een volledige melding bij de Autoriteit Persoonsgegevens en/of de betrokkene(n) te verrichten. 6. Partijen nemen passende technische en organisatorische maatregelen om de persoonsgegevens te beveiligen tegen verlies of enige vorm van onrechtmatige verwerking. 7. Opdrachtgever is in overleg met ITPG gerechtigd tijdens de looptijd van de overeenkomst de naleving op het gebied van de bescherming van persoonsgegevens te controleren door middel van een onafhankelijke deskundige. Opdrachtgever draagt alle kosten in verband met deze controle. 8. ITPG kan derden (sub-verwerkers) inschakelen voor het uitvoeren van bepaalde werkzaamheden, bijvoorbeeld als deze Derden over specialistische kennis of middelen beschikken waarover ITPG niet beschikt. Als het inschakelen van Derden tot gevolg heeft dat deze Persoonsgegevens gaat verwerken dan zal ITPG met die Derden afspraken maken over de beveiliging van persoonsgegevens. Met het aangaan van een overeenkomst met ITPG geeft Opdrachtgever toestemming voor het inschakelen van de Derden.

  • Doorgifte van persoonsgegevens 3.1 Verwerker mag de persoonsgegevens verwerken in landen binnen de Europese Economische Ruimte (hierna: “EER”). Doorgifte naar landen buiten de EER is enkel toegestaan wanneer dit op basis van de voorafgaande schriftelijke opdracht/toestemming van de Verwerkingsverantwoordelijke plaatsvindt, of er sprake is van een van de passende waarborgen in de zin van de AVG.

  • Privacy en gegevensbescherming 13.1 Feiken verzoekt bij de aanvraag van een dienst of product om persoonsgegevens. Deze gegevens worden gebruikt voor het accepteren van de aanvraag, het uitvoeren van de overeenkomst, risicobeheer en voor marketingdoeleinden. Als de klant geen prijs stelt op informatie over producten en diensten, kan dit kenbaar gemaakt worden aan Feiken telefonisch (033-4621162) of via internet (xxx.xxxxxxxx.xx).