Common use of Ruilen Clause in Contracts

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-uren, vakantie- uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden geruild voor geld, dan wel fiscale regelingen. b. de in deze CAO genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt voor het kopen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 lid 2 cao. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao (0,658% per uur van het vierwekensalaris). 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt de uitbetaling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag als bedoeld in artikel 81. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van niet bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 lid 3, 4, 5 en 7. 00.Xx afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend als deze ingevolge de cao expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 3 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-uren, vakantie- uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden geruild voor geld, dan wel fiscale regelingen. b. de in deze CAO genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt voor het kopen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 lid 2 cao. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao (0,658% per uur van het vierwekensalaris). 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt de uitbetaling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien Als blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag als bedoeld in artikel 81. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van niet bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij Voorbeelden van berekeningen, ook van de gevolgen van ruilen voor andere arbeidsvoorwaarden als pensioen en vakantietoeslag, zijn als bijlage E door de Bedrijfsraad gepubliceerd op xxx.xxxx.xx. 10. Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 lid 3, 4, 5 en 7. 11. 00.Xx In afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend als deze ingevolge de cao expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-uren, vakantie- uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden geruild voor geld, dan wel fiscale regelingen. b. de in deze CAO genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt voor het kopen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 lid 2 caoCAO. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao CAO (0,658% per uur van het vierwekensalaris). 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 caoCAO. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt de uitbetaling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag als bedoeld in artikel 81. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van niet bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 lid 3, 4, 5 en 7. 00.Xx afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao CAO het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend als deze ingevolge de cao CAO expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-ADV- uren, vakantie- vakantie-uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden wor- den geruild voor geld, dan wel fiscale fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. de in deze CAO genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt aangewend voor het kopen ko- pen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 18 lid 1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 2a lid 2 caoCAO. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt geschiedt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt aange- wend en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao 31 CAO (0,658% per uur van het vierwekensalaris). Aantekening: 1. Een werknemer wil 8 uur vrije tijd kopen en heeft een maandsalaris van €1500,- Deze 8 uur vrije tijd kost dan 8 x 0,607% x €1500,- = €72,84. 2. Een werknemer wil een vakantiedag van 8 uur ruilen tegen geld en heeft een maandsalaris van €1500,-. Deze 8 uur heeft dan een waarde van 8 x 0,607% x €1500,- = €72,84. 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover voorzover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslagvakantiebij- slag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover voorzover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao31 CAO. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt geschiedt de uitbetaling uitbe- taling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde gefacili- teerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer werk- nemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen de- len bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak ruilaf- spraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd geëffec- tueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal kwar- taal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen bedra- gen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 31 voor de berekening van bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals zo- als de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag vakantie- bijslag als bedoeld in artikel 8159. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 31 voor de berekening van niet bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen bestandde- len zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg over- leg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij Aantekening: Voorbeelden van berekeningen, ook van de gevolgen van ruilen voor andere arbeidsvoorwaarden als pensioen en vakantietoeslag, zijn als bijlage 4D opgenomen. 10. Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 57 lid 3, 4, 5 en 7. 11. 00.Xx In afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao sub a CAO het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris vier- wekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend ont- leend als deze ingevolge de cao CAO expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-ADV- uren, vakantie- vakantie-uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden wor- den geruild voor geld, dan wel fiscale fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. de in deze CAO genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt aangewend voor het kopen ko- pen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 18 lid 1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 2a lid 2 caoCAO. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt geschiedt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt aange- wend en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao 31 CAO (0,658% per uur van het vierwekensalaris). Aantekening: 1. Een werknemer wil 8 uur vrije tijd kopen en heeft een maandsalaris van € 1500,- Deze 8 uur vrije tijd kost dan 8 x 0,607% x € 1500,- = € 72,84. 2. Een werknemer wil een vakantiedag van 8 uur ruilen tegen geld en heeft een maandsalaris van € 1500,-. Deze 8 uur heeft dan een waarde van 8 x 0,607% x € 1500,- = € 72,84. 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover voorzover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslagvakantiebij- slag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover voorzover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao31 CAO. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt geschiedt de uitbetaling uitbe- taling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde gefacili- teerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer werk- nemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen de- len bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak ruilaf- spraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd geëffec- tueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal kwar- taal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen bedra- gen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 31 voor de berekening van bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals zo- als de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag vakantie- bijslag als bedoeld in artikel 8159. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 31 voor de berekening van niet bij cao CAO geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen bestandde- len zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg over- leg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij Aantekening: Voorbeelden van berekeningen, ook van de gevolgen van ruilen voor andere arbeidsvoorwaarden als pensioen en vakantietoeslag, zijn als bijlage 4D opgenomen. 10. Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 57 lid 3, 4, 5 en 7. 11. 00.Xx In afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao sub a CAO het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris vier- wekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend ont- leend als deze ingevolge de cao CAO expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Ruilen. 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-uren, vakantie- uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden geruild voor geld, dan wel fiscale regelingen. b. de in deze CAO cao genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt voor het kopen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 lid 2 cao. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao (0,658% per uur van het vierwekensalaris). 1. Een werknemer wil 8 uur vrije tijd kopen en heeft een maandsalaris van € 1.500,- Deze 8 uur vrije tijd kost dan 8 x 0,607% x € 1.500,- = € 72,84 2. Een werknemer wil een vakantiedag van 8 uur ruilen tegen geld en heeft een maandsalaris van € 1.500,-. Deze 8 uur heeft dan een waarde van 8 x 0,607% x € 1.500,- = € 72,84. 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen zoals, en voor zover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt de uitbetaling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien Als blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetaling; extra uitbetaalde bedragen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag als bedoeld in artikel 81. 2. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van niet bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken worden gemaakt. 10.Bij Voorbeelden van berekeningen, ook van de gevolgen van ruilen voor andere arbeidsvoorwaarden als pensioen en vakantietoeslag, zijn als bijlage E door de Bedrijfsraad gepubliceerd op xxx.xxxxxx.xx. 10. Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 lid 3, 4, 5 en 7. 11. 00.Xx In afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/5)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend als deze ingevolge de cao expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement

Ruilen. RUILEN 1. De werknemer kan, volgens de regels als beschreven in dit artikel, bronnen (ADV-ADV- uren, vakantie- vakantie-uren, toeslagen of andere financieringsbronnen) ruilen tegen doelen (geld, dan wel fiscaal gefaciliteerde regelingen). 2. De volgende bronnen kunnen ten behoeve van de daarbij vermelde doelen worden geruild: a. ADV-uren en/of vakantie-uren kunnen volgens de wettelijke mogelijkheden worden geruild voor geld, dan wel fiscale regelingen. b. de in deze CAO cao genoemde toeslagen en overige financieringsbronnen kunnen worden geruild voor geld (uitbetaling ineens), of worden gebruikt voor het kopen van vrije uren als hierna bedoeld in lid 3. 3. De werknemer die een arbeidsduur heeft als bedoeld in artikel 25 lid1 eerste volzin kan per kalenderjaar maximaal 64 uur vrije tijd kopen. Voor de werknemer die een kortere arbeidsduur heeft geldt het gestelde in artikel 3 lid 2 cao. 4. Het ruilen van de bronnen in doelen gebeurt in overleg tussen de werknemer en de werkgever, met uitzondering van het besluit tot de aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd. Hiertoe kan de werknemer zelf besluiten. De afspraak tussen werkgever en werknemer over bronnen die zullen worden gebruikt ge- bruikt en de doelen die daarmee worden verworven en/of het besluit van de werknemer werk- nemer tot aankoop van (maximaal 64 uur) vrije tijd is de ruilafspraak. 5. De ruilafspraak moet bij werkgever en werknemer bekend zijn voor 1 januari van het jaar waarin de ruilafspraak van toepassing is en geldt gedurende één kalenderjaarkalender- jaar. Voor elk nieuw kalenderjaar kan telkens opnieuw een ruilafspraak tot stand komen als bedoeld in lid 4. 6. Wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet 0,607% van het maandsalaris per uur zoals genoemd in artikel 43 cao (0,658% per uur van het vierwekensalaris). 1. Een werknemer wil 8 uur vrije tijd kopen en heeft een maandsalaris van € 1500,- Deze 8 uur vrije tijd kost dan 8 x 0,607% x € 1500,- = € 72,84. 2. Een werknemer wil een vakantiedag van 8 uur ruilen tegen geld en heeft een maandsalaris van € 1500,-. Deze 8 uur heeft dan een waarde van 8 x 0,607% x € 1500,- = € 72,84. 7. Voor het verrekenen kan de werknemer kiezen uit de volgende mogelijkheden: a. De kosten van de koop van vrije tijd in gevolge lid 3, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, worden ingehouden op aan de werknemer uit te betalen toeslagen toe- slagen zoals, en voor zover voorzover van toepassing overwerktoeslag, ploegentoeslag, vakantiebijslag, dagvenstertoeslag, een en ander voor zover voorzover de toeslag niet is inbegrepen in het salaris als bedoeld in artikel 43 cao. Indien het bedrag van de toeslag(en) ontoereikend is voor de bekostiging van de vrije tijd, vindt inhouding plaats op het salaris in de periode(s) waarin de vrije tijd wordt genoten. Ingeval er sprake is van betaling voor de verkoop van vrije tijd, gebeurt de uitbetaling in de periode(s) waarin op deze dagen wordt gewerkt. De door verkoop ver- koop van vrije tijd verkregen gelden kunnen ook worden aangewend voor fiscaal gefaciliteerde regelingen. b. De kosten of baten, berekend op basis van de ruilvoet uit lid 6, die voor de werknemer verbonden zijn aan de ruil, worden gedurende het kalenderjaar in gelijke delen bij de betaling van het maandsalaris dan wel het vier-weken-weken- salaris ingehouden op de salarisbetaling of in gelijke delen uitbetaald. c. In overleg tussen werkgever en werknemer kan voor een andere verrekeningswijze verrekenings- wijze worden gekozen. 1. De ruilafspraak moet in het kalenderjaar worden geëffectueerd. 2. Indien Als blijkt dat aan het eind van een kalenderkwartaal een (deel van de) ruilafspraak door arbeidsongeschiktheid van de werknemer niet of niet volledig geëffectueerd kan worden, vindt aan het eind van dat kalenderkwartaal verrekening plaats. Ingehouden bedragen waar geen verlof voor kon worden opgenomen in dat kwartaal worden alsdan alsnog uitbetaald bij de salarisbetalingsalaris- betaling; extra uitbetaalde bedragen waarvoor geen extra werk in dat kwartaal kon worden verricht, worden dan alsnog ingehouden c.q. niet uitbetaald. In overleg kunnen werkgever en werknemer hierover andere afspraken maken. 1. Een gemaakte ruilafspraak heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor de berekening van bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen bestand- delen zoals de overwerktoeslag en de dagvenstertoeslag, met uitzondering van de vakantiebijslag als bedoeld in artikel 81. 2. Een gemaakte ruilafspraak werknemer heeft geen effect op het salaris als bedoeld in artikel 43 voor 13 adv-dagen geruild tegen geld. De werknemer heeft een maandsalaris van € 1500,-. Door de ruil van 13 adv-dagen ontvangt hij maandelijks € 1578,95 (40/38 x € 1500,-). Voor de berekening van niet bij cao geregelde inkomensgerelateerde bestanddelen zoals een dertiende maand of een winstdelingsregeling, tenzij daarover in overleg tussen de werkgever en OR/PVT, de werknemersdelegatie dan wel bij gebreke daarvan de v.v. andere afspraken bij- voorbeeld overwerktoeslag moet worden gemaakt. 10.Bij beëindiging dienstverband vindt verrekening uitgegaan van de ruil dan wel de gekochte extra vrije dagen plaats conform artikel 79 lid 3, 4, 5 en 7. 00.Xx afwijking van het hiervoor gestelde in lid 6 geldt voor de werknemer als bedoeld in artikel 2 lid 3 cao het volgende: wanneer bij het ruilen een omzetting plaatsvindt van tijd in geld of andersom, geldt als ruilvoet het volgende: € 1500,- ((12/260)/(het aantal overeengekomen arbeidsuren per week/538/40 x € 1578,95)) maal 100. Het aldus verkregen percentage geldt dan als ruilvoet van het maandsalaris per uur (bij een vierwekensalaris dient in de genoemde formule het getal 12 te worden vervangen door 13). Aan de beloningselementen genoemd in dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend als deze ingevolge de cao expliciet niet van toepassing zijn.

Appears in 1 contract

Samples: Collective Labor Agreement (Cao)