Common use of Uitlooptoeslag onderwijzend personeel Clause in Contracts

Uitlooptoeslag onderwijzend personeel. 1. De maandelijkse uitlooptoeslag is bestemd voor de werknemer behorend tot de functiecategorie leraar die op 31 december 1999 en op 1 januari 2000 in dienst was bij dezelfde werkgever in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal, dan wel op 1 januari 2000 bij een andere werkgever in dienst is getreden in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal en die op 1 januari 2000: x. xxxxxx dan 1 schooljaar bezoldigd werd volgens het hoogste bedrag van de hoogste aanloopschaal, of; b. bezoldigd werd volgens de bij de functie behorende maximumschaal, of; c. een salaris ontving hoger dan het reguliere maximumsalaris van de functie, zulks op grond van een garantieregeling. 2. De in het eerste lid bedoelde werknemer ontvangt de maandelijkse uitlooptoeslag met ingang van 1 augustus volgend op het schooljaar waarin hij bezoldigd wordt volgens het maximale bedrag van zijn carrièrepatroon. 3. De hoogte van de uitlooptoeslag bedraagt per maand: a. schaal LB € 26,78; b. schaal LC € 48,93; c. schaal LD € 24,21. 4. De uitlooptoeslag is gebaseerd op een normbetrekking. De uitlooptoeslag wordt aangemerkt als bezoldiging en maakt deel uit van het inkomen, bedoeld in het pensioenreglement. 5. De werknemer die voldoet aan de voorwaarden genoemd in de voorgaande leden, behoudt aanspraak dan wel uitzicht op de uitlooptoeslag als hij op enig moment van werkgever verandert en aansluitend bij een nieuwe werkgever wordt benoemd, dan wel aangesteld in eenzelfde functie met dezelfde maximumschaal. Onder de term ‘aansluitend’ wordt mede verstaan: ‘aansluitend aan de periode waarin betrokkene gebruikmaakt van een Wovo-uitkering’. 6. De leraar met een LB-functie, resp. een LC-functie die een salaris heeft dat hoger is dan het reguliere bijbehorende maximumsalaris en die op enig moment wordt benoemd in een LC- of een LD-functie, resp. in een LD-functie, behoudt zijn uitlooptoeslag.

Appears in 6 contracts

Samples: Collective Labor Agreement (Cao), Collectieve Arbeidsovereenkomst Voor Het Voortgezet Onderwijs, Collectieve Arbeidsovereenkomst Voor Het Voortgezet Onderwijs

Uitlooptoeslag onderwijzend personeel. 1. De maandelijkse uitlooptoeslag is bestemd voor de werknemer behorend tot de functiecategorie leraar die op 31 december 1999 en op 1 januari 2000 in dienst was bij dezelfde werkgever in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal, dan wel op 1 januari 2000 bij een andere werkgever in dienst is getreden in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal en die op 1 januari 2000: x. xxxxxx a langer dan 1 een schooljaar bezoldigd werd volgens het hoogste bedrag van de hoogste aanloopschaal, of; b. b bezoldigd werd volgens de bij de functie behorende maximumschaal, of; c. c een salaris ontving hoger dan het reguliere maximumsalaris van de functie, zulks op grond van een garantieregeling. 2. De in het eerste lid bedoelde werknemer ontvangt de maandelijkse uitlooptoeslag met ingang van 1 augustus volgend op het schooljaar waarin hij bezoldigd wordt volgens het maximale bedrag van zijn carrièrepatroon. 3. De hoogte van de uitlooptoeslag bedraagt per maand: a. schaal LB € 26,78; b. schaal LC € 48,93; c. schaal LD € 24,21en is opgenomen in bijlage A6 van deze CAO. 4. De uitlooptoeslag is gebaseerd op een normbetrekking. De uitlooptoeslag wordt aangemerkt als bezoldiging en maakt deel uit van het inkomen, bedoeld in het pensioenreglement. 5. De werknemer die voldoet aan de voorwaarden genoemd in de voorgaande leden, behoudt aanspraak dan wel uitzicht op de uitlooptoeslag als hij op enig moment van werkgever verandert en aansluitend bij een nieuwe werkgever wordt benoemd, dan wel aangesteld in eenzelfde functie met dezelfde maximumschaal. Onder de term ‘aansluitend’ wordt mede verstaan: ‘aansluitend aan de periode waarin betrokkene gebruikmaakt van een Wovo-BBWO- uitkering’. 6. De leraar met een LB-functie, resp. een LC-functie die een salaris heeft dat hoger is dan het reguliere bijbehorende maximumsalaris en die op enig moment wordt benoemd in een LC- LC of een LD-functie, resp. in een LD-functie, behoudt zijn uitlooptoeslag.

Appears in 2 contracts

Samples: Collective Labor Agreement, Collective Labor Agreement

Uitlooptoeslag onderwijzend personeel. 1. De maandelijkse uitlooptoeslag is bestemd voor de werknemer behorend tot de functiecategorie leraar die op 31 december 1999 en op 1 januari 2000 in dienst was bij dezelfde werkgever in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal, dan wel op 1 januari 2000 bij een andere werkgever in dienst is getreden in dezelfde functie met dezelfde maximumschaal en die op 1 januari 2000: x. xxxxxx a langer dan 1 een schooljaar bezoldigd werd volgens het hoogste bedrag van de hoogste aanloopschaal, of; b. b bezoldigd werd volgens de bij de functie behorende maximumschaal, of; c. c een salaris ontving hoger dan het reguliere maximumsalaris van de functie, zulks op grond van een garantieregeling. 2. De in het eerste lid bedoelde werknemer ontvangt de maandelijkse uitlooptoeslag met ingang van 1 augustus volgend op het schooljaar waarin hij bezoldigd wordt volgens het maximale bedrag van zijn carrièrepatroon. 3. De hoogte van de uitlooptoeslag bedraagt per maand: a. schaal LB € 26,78; b. schaal LC € 48,93; c. schaal LD € 24,21en is opgenomen in bijlage12 A6 van deze CAO. 4. De uitlooptoeslag is gebaseerd op een normbetrekking. De uitlooptoeslag wordt aangemerkt als bezoldiging en maakt deel uit van het inkomen, bedoeld in het pensioenreglement. 5. De werknemer die voldoet aan de voorwaarden genoemd in de voorgaande leden, behoudt aanspraak dan wel uitzicht op de uitlooptoeslag als hij op enig moment van werkgever verandert en aansluitend bij een nieuwe werkgever wordt benoemd, dan wel aangesteld in eenzelfde functie met dezelfde maximumschaal. Onder de term ‘aansluitend’ wordt mede verstaan: ‘aansluitend aan de periode waarin betrokkene gebruikmaakt van een Wovo-BBWO- uitkering’. 6. De leraar met een LB-functie, resp. een LC-functie die een salaris heeft dat hoger is dan het reguliere bijbehorende maximumsalaris en die op enig moment wordt benoemd in een LC- LC of een LD-functie, resp. in een LD-functie, behoudt zijn uitlooptoeslag.

Appears in 1 contract

Samples: Collectieve Arbeidsovereenkomst