Vergoeding meerwerk en arbeid op inconveniënte uren. 1. De vergoeding voor arbeid op inconveniënte uren als bedoeld in artikel 7 lid 4, bedraagt het uurloon vermeerderd met de volgende toeslagen: Xxx Xxxx vergoeding in vrije tijd (minuten) vergoeding ter vervanging van vrije tijd in % van het uurloon. ma t/m vr 21:00 - 07:00 30 50% zaterdag 00:00 - 07:00 30 50% zaterdag 18:00 - 24:00 60 100% zon- feestdag* 00:00 - 19:00 60 100% zon- feestdag* 19:00 - 21:00 75 125% zon- feestdag* 21:00 - 24:00 90 150% * Zie artikel 1 sub h. 2. De vergoeding voor meerwerk als bedoeld in artikel 7 lid 1 bedraagt: a. voor de eerste twee uur meerwerk: het uurloon vermeerderd met een toeslag van 15 minuten vrije tijd of 25% ter vervanging in geld; b. voor het derde en volgende uren: het uurloon vermeerderd met een toeslag van 30 minuten vrije tijd of 50% ter vervanging in geld. 3. Indien op grond van het bepaalde in de artikelen 7 en 8 recht op meerdere toeslagen bestaat, kan uitsluitend aanspraak worden gemaakt op één toeslag, te weten de hoogste. 4. De toeslag voor meerwerk en/of arbeid op inconveniënte uren wordt door de werkgever uitge- keerd in vrije tijd, tenzij werkgever en werknemer vergoeding in geld overeenkomen. De opge- bouwde extra vrije tijd zal in principe binnen uiterlijk 6 maanden na het ontstaan van de aanspraak daarop dienen te worden gegeven, bij gebreke waarvan vervangende vergoeding in geld dient plaats te hebben. 5. De extra vrije tijd kan eventueel in combinatie met aan de werknemer uit anderen hoofde toekomende vrije tijd worden gegeven, waarbij de werkgever rekening houdt met de wensen van de werknemer. 6. Indien de toeslag in geld wordt verstrekt, dan dient dit specifiek uit de loonspecificatie opgemaakt te kunnen worden. Verstrekking toeslag in geld geschiedt per het einde van de 26-weeks periode als bedoeld in artikel 6 lid 7. 7. De werknemer die een salaris geniet hoger dan € 37.500,= (inclusief vakantiebijslag) bruto per jaar heeft geen aanspraak op de toeslag voor het werken op inconveniënte uren.
Appears in 3 contracts
Samples: Collective Labor Agreement (Cao), Collective Labor Agreement (Cao), Collective Labor Agreement (Cao)
Vergoeding meerwerk en arbeid op inconveniënte uren. 1. De vergoeding voor arbeid op inconveniënte uren als bedoeld in artikel 7 lid 4, bedraagt het uurloon vermeerderd met de volgende toeslagen: Xxx Xxxx vergoeding in vrije tijd (minuten) vergoeding ter vervanging van vrije tijd in % van het uurloon. ma t/m vr 21:00 - 07:00 21:00–07:00 30 50% zaterdag 00:00 - 07:00 00:00–07:00 30 50% zaterdag 18:00 - 24:00 18:00–24:00 60 100% zon- feestdag* 00:00 - 19:00 feestdag 00:00–19:00 60 100% zon- feestdag* 19:00 - 21:00 feestdag 19:00–21:00 75 125% zon- feestdag* 21:00 - 24:00 feestdag 21:00–24:00 90 150% * Zie artikel 1 sub h.%
2. De vergoeding voor meerwerk als bedoeld in artikel 7 lid 1 bedraagt:
a. voor de eerste twee uur meerwerk: het uurloon vermeerderd met een toeslag van 15 minuten vrije tijd of 25% ter vervanging in geld;
b. voor het derde en volgende uren: het uurloon vermeerderd met een toeslag van 30 minuten vrije tijd of 50% ter vervanging in geld.
3. Indien op grond van het bepaalde in de artikelen 7 en 8 recht op meerdere toeslagen bestaat, kan uitsluitend aanspraak worden gemaakt op één toeslag, te weten de hoogste.
4. De toeslag voor meerwerk en/of arbeid op inconveniënte uren wordt door de werkgever uitge- keerd uitgekeerd in vrije tijd, tenzij werkgever en werknemer vergoeding in geld overeenkomen. De opge- bouwde opgebouwde extra vrije tijd zal in principe binnen uiterlijk 6 maanden na het ontstaan van de aanspraak daarop dienen te worden gegeven, bij gebreke waarvan vervangende vergoeding in geld dient plaats te hebben.
5. De extra vrije tijd kan eventueel in combinatie met aan de werknemer uit anderen hoofde toekomende vrije tijd worden gegeven, waarbij de werkgever rekening houdt met de wensen van de werknemer.
6. Indien de toeslag in geld wordt verstrekt, dan dient dit specifiek uit de loonspecificatie opgemaakt te kunnen worden. Verstrekking toeslag in geld geschiedt per het einde van de 26-weeks periode als bedoeld in artikel 6 lid 7.
7. De werknemer die een salaris geniet hoger dan € 37.500,= 37.500,– (inclusief vakantiebijslag) bruto per jaar heeft geen aanspraak op de toeslag voor het werken op inconveniënte uren.
Appears in 1 contract
Samples: Collective Labor Agreement (Cao)