Common use of Verklaring over het werkkapitaal Clause in Contracts

Verklaring over het werkkapitaal. Op Datum van de Samenvatting beschikt de Vennootschap niet over voldoende middelen om haar huidige verbintenissen na te komen en om haar behoeften aan werkkapitaal te dekken over een periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvatting. Hierbij wordt het werkkapitaal gedefinieerd als de beschikbare cash plus de beschikbare kredietlijnen die nog niet werden aangewend. De basis van de werkkapitaalanalyse bestaat uit de beschikbare cash en beschikbare kredietlijnen (op 30 juni 2017 respectievelijk EUR 5 miljoen en EUR 15 miljoen (inclusief extra kredietlijn van EUR 10 miljoen afgesloten in juli 2017), de verwachte operationele cash flow (inclusief financiële kosten en belastingen) voor de komende 12 maanden en de cash flow van het investeringsprogramma zoals weergegeven in Element E.2.a. Verder houdt de Vennootschap ook rekening met het vooropgesteld dividend over het boekjaar dat afloopt op 31 december 2017 (EUR 2,17 bruto per Aandeel). De verwachte operationele cash flow werd opgemaakt op basis van de volgende assumpties: o Huurcontracten die op einddatum komen binnen de periode van 12 maanden leveren geen inkomsten op; er wordt uitgegaan van een worstcase scenario waarbij geen assumptie worden genomen voor wat betreft herverhuur o Panden die op 30 juni 2017 niet verhuurd zijn, leveren voor de berekeningen geen huurinkomsten op voor de komende 12 maanden; ook hier wordt er uitgegaan van een worstcase scenario o Projecten in uitvoering leveren maar hun bijdrage op vanaf moment dat ze gepland staan om opgeleverd te worden o Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven alsook de algemene kosten worden opgenomen conform voorbijgaande periodes o Financiële kosten worden opgenomen op moment dat ze betaalbaar zijn (voor kredietlijnen, obligatieleningen met variabele rentevoet en afdekkingsinstrumenten is dit ieder trimester, voor obligatieleningen met vaste rentevoet is dit jaarlijks) o Uitgaven met betrekking tot belastingen worden opgenomen in de periode dat ze verwacht worden betaaalbaar te zijn Zonder rekening te houden met de opbrengst van het Aanbod, verwacht Montea over onvoldoende werkkapitaal te beschikken vanaf oktober 2017, één maand na de datum van de Samenvatting. Het tekort aan werkkapitaal bedraagt tussen de datum van de Samenvatting en 13 september 2018 maximaal EUR 76,5 miljoen in juni 2018. Per 13 september 2018 wordt het tekort op EUR 75 miljoen geraamd. De Vennootschap verwacht de netto-opbrengst van het Aanbod aan te wenden om dit tekort te financieren. In dit verband wordt tevens verwezen naar de inschrijvingsverbintenissen die Montea op datum van deze Samenvatting reeds ontvangen heeft voor een totaal bedrag van EUR 30,5 miljoen. Indien het Aanbod niet succesvol zou zijn, zou de Vennootschap er ook voor kunnen opteren om dit tekort te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten, in zulk geval zou de schuldgraad van Montea op 31 december 2017 60% bedragen. De Vennootschap is op heden in vergevorderde onderhandelingen met twee financiële instellingen om bijkomende kredietlijnen af te sluiten voor een bedrag van EUR 25 miljoen (de Vennootschap kan voor EUR 149,2 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% schuldgraad te bereiken). De eventuele overblijvende tekorten zal de Vennootschap trachten te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten. De Vennootschap heeft een stevig track record inzake het bekomen van bijkomende kredietlijnen. De Vennootschap verwacht dat bovenstaande maatregelen haar in staat zullen stellen om haar huidige behoeften aan werkkapitaal te kunnen voldoen voor een periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvatting.

Appears in 2 contracts

Samples: www.fsma.be, montea.com

Verklaring over het werkkapitaal. Op De analyse van het werkkapitaal is zoals gebruikelijk opgesteld zonder rekening te houden met de opbrengst van de transactie en gemaakt tot 31 mei 2016 zijnde 12 maanden na Datum van de Samenvatting beschikt de Vennootschap niet over voldoende middelen om haar huidige verbintenissen na te komen en om haar behoeften aan werkkapitaal te dekken over een periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvattinghet Prospectus. Hierbij wordt het werkkapitaal gedefinieerd als de beschikbare cash plus volgt: de beschikbare kredietlijnen die nog niet werden aangewendaangewend plus de beschikbare cash. De basis bouwstenen van de werkkapitaalanalyse bestaat bestaan, in essentie, uit de beschikbare cash en beschikbare kredietlijnen op 31 maart 2015 (op 30 juni 2017 respectievelijk 1,46 mio EUR 5 miljoen en EUR 15 miljoen (inclusief extra kredietlijn van EUR 10 miljoen afgesloten in juli 2017resp. 95,21 mio EUR), de verwachte operationele cash flow (inclusief financiële kosten op basis van het vooropgestelde dividend voor boekjaar 2015-2016 en belastingen) geprorateerd voor de komende 12 maanden en periode 01/04/2015 tot 31/05/2016 bedraagt deze 28,22 mio EUR), de cash flow van investeringen (-29,50 mio EUR) en desinvesteringen (31,97 mio EUR) en de afname van de beschikbare kredietlijnen (-58,40 mio EUR). Alhoewel Retail Estates NV een stevig track record heeft voor wat betreft het investeringsprogramma zoals weergegeven in Element E.2.ahernieuwen van haar bestaande kredietlijnen, wordt er voor doel van de verklaring over het werkkapitaal uitgegaan van de assumptie dat een kredietlijn niet langer beschikbaar is voor de vennootschap na de vervaldatum. Verder houdt de Vennootschap vennootschap ook rekening met het vooropgesteld voorgesteld dividend over het boekjaar dat afloopt op 31 december 2017 maart 2015 en dat dient goedgekeurd te worden door de algemene vergadering van 3 juli 2015 (EUR 2,17 bruto per Aandeel-23,43 mio EUR). De verwachte Rekening houdend met bovenstaande methodologie en cijfers bedraagt het werkkapitaal op 31 mei 2016 45,53 mio EUR. In bovenstaande berekening nemen we de assumptie dat de netto bedrijfskasstroom (= operationele cash flow werd opgemaakt op basis flow) van de volgende assumpties: o Huurcontracten die op einddatum komen binnen de periode van 12 maanden leveren geen inkomsten op; er wordt uitgegaan van een worstcase scenario waarbij geen assumptie worden genomen minstens gelijk zal zijn aan het vooropgesteld dividend voor wat betreft herverhuur o Panden die op 30 juni 2017 niet verhuurd zijn, leveren voor de berekeningen geen huurinkomsten op voor de komende 12 maanden; ook hier wordt er uitgegaan van een worstcase scenario o Projecten in uitvoering leveren maar hun bijdrage op vanaf moment dat ze gepland staan om opgeleverd te worden o Andere met verhuur verbonden inkomsten het boekjaar 2015-2016 en uitgaven alsook de algemene kosten worden opgenomen conform voorbijgaande periodes o Financiële kosten worden opgenomen op moment dat ze betaalbaar zijn (voor kredietlijnen, obligatieleningen met variabele rentevoet en afdekkingsinstrumenten is dit ieder trimester, voor obligatieleningen met vaste rentevoet is dit jaarlijks) o Uitgaven met betrekking tot belastingen worden opgenomen in de periode dat ze verwacht worden betaaalbaar te zijn Zonder rekening te houden met de opbrengst van het Aanbod, verwacht Montea over onvoldoende werkkapitaal te beschikken vanaf oktober 2017, één maand na de datum van de Samenvatting. Het tekort aan werkkapitaal bedraagt tussen de datum van de Samenvatting en 13 september 2018 maximaal EUR 76,5 miljoen in juni 2018. Per 13 september 2018 wordt het tekort op EUR 75 miljoen geraamdbehoudens onvoorzien omstandigheden. De Vennootschap verwacht meent dat zij, rekening houdend met haar beschikbare geldmiddelen en kasequivalenten, over voldoende middelen beschikt om de netto-opbrengst van het Aanbod aan te wenden om dit tekort te financieren. In dit verband wordt tevens verwezen naar de inschrijvingsverbintenissen die Montea op datum van deze Samenvatting reeds ontvangen heeft voor een totaal bedrag van EUR 30,5 miljoen. Indien het Aanbod niet succesvol zou zijn, zou de Vennootschap er ook voor kunnen opteren om dit tekort te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten, in zulk geval zou de schuldgraad van Montea op 31 december 2017 60% bedragen. De Vennootschap is op heden in vergevorderde onderhandelingen met twee financiële instellingen om bijkomende kredietlijnen af te sluiten voor een bedrag van EUR 25 miljoen (de Vennootschap kan voor EUR 149,2 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% schuldgraad te bereiken). De eventuele overblijvende tekorten zal de Vennootschap trachten te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten. De Vennootschap heeft een stevig track record inzake het bekomen van bijkomende kredietlijnen. De Vennootschap verwacht dat bovenstaande maatregelen haar in staat zullen stellen om haar huidige behoeften aan werkkapitaal te kunnen voldoen voor een periode in de loop van 12 de komende twaalf maanden vanaf de datum Datum van deze Samenvatting.het Prospectus te dekken. 28 februari 2015

Appears in 1 contract

Samples: www.fsma.be

Verklaring over het werkkapitaal. Op Datum datum van de Samenvatting Verrichtingsnota, en rekening houdende met de terugbetaling van alle kredietlijnen die op vervaldag zullen komen binnen een periode van 12 maanden vanaf de datum van de Verrichtingsnota, beschikt de Vennootschap niet over voldoende middelen om haar huidige verbintenissen na te komen en om haar behoeften aan werkkapitaal te dekken over een deze periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvattingmaanden. Hierbij wordt het werkkapitaal gedefinieerd als de beschikbare cash plus de beschikbare kredietlijnen die nog niet werden aangewendaangewend plus de beschikbare cash. De basis bouwstenen van de werkkapitaalanalyse bestaat bestaan, in essentie, uit de beschikbare cash en beschikbare kredietlijnen op 31 maart 2015 (op 30 juni 2017 respectievelijk 2 miljoen EUR 5 resp. 40 miljoen en EUR 15 miljoen (inclusief extra kredietlijn van EUR 10 miljoen afgesloten in juli 2017EUR), de verwachte operationele cash flow (inclusief financiële kosten op basis van het geraamde resultaat vóór IAS 39 en belastingen) IAS 40 voor het vierde kwartaal van het boekjaar 2014/2015 en voor de komende 12 maanden periode vanaf 1 juli 2015 tot en met 10 juni 2016, zonder rekening te houden met bijkomende investeringen, bedraagt deze 33 miljoen EUR), de cash flow van het investeringsprogramma zoals weergegeven in Element E.2.adat bestaat op datum van de Verrichtingsnota (-68 miljoen EUR) en de afname van de beschikbare kredietlijnen (-30 miljoen EUR). Alhoewel de Vennootschap een stevig track record heeft inzake het hernieuwen van haar bestaande kredietlijnen, wordt er voor doeleinden van de verklaring over het werkkapitaal uitgegaan van de assumptie dat een kredietlijn niet langer beschikbaar is voor de Vennootschap na vervaldatum. Verder houdt de Vennootschap ook rekening met het vooropgesteld voorgesteld dividend over het boekjaar dat afloopt op 31 december 2017 30 juni 2015 en onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering van 23 oktober 2015 (EUR 2,17 bruto per Aandeel-22 miljoen EUR). De verwachte operationele cash flow werd opgemaakt op basis van de volgende assumpties: o Huurcontracten die op einddatum komen binnen de periode van 12 maanden leveren geen inkomsten op; er wordt uitgegaan van een worstcase scenario waarbij geen assumptie worden genomen voor wat betreft herverhuur o Panden die op 30 juni 2017 niet verhuurd zijn, leveren voor de berekeningen geen huurinkomsten op voor de komende 12 maanden; ook hier wordt er uitgegaan van een worstcase scenario o Projecten in uitvoering leveren maar hun bijdrage op vanaf moment dat ze gepland staan om opgeleverd te worden o Andere Rekening houdend met verhuur verbonden inkomsten bovenstaande methodologie en uitgaven alsook de algemene kosten worden opgenomen conform voorbijgaande periodes o Financiële kosten worden opgenomen op moment dat ze betaalbaar zijn (voor kredietlijnen, obligatieleningen met variabele rentevoet cijfers en afdekkingsinstrumenten is dit ieder trimester, voor obligatieleningen met vaste rentevoet is dit jaarlijks) o Uitgaven met betrekking tot belastingen worden opgenomen in de periode dat ze verwacht worden betaaalbaar te zijn Zonder zonder rekening te houden met de opbrengst van het Aanbod, verwacht Montea over onvoldoende zal het werkkapitaal te beschikken negatief worden vanaf oktober 2017, één maand na de datum van de Samenvatting. Het november 2015 en varieert dit tekort aan werkkapitaal bedraagt tussen de datum van de Samenvatting Verrichtingsnota en 13 september 2018 10 juni 2016 tussen 29 miljoen EUR in december 2015 en maximaal 52 miljoen EUR 76,5 miljoen in juni 2018maart 2016. Per 13 september 2018 10 juni 2016 wordt het tekort op 45 miljoen EUR 75 miljoen geraamdgeschat. De Vennootschap verwacht dit tekort te financieren door haar kredietlijnen die vervallen te verlengen of te vervangen, alsook door bijkomende kredietlijnen af te sluiten. De Vennootschap is thans in vergevorderde onderhandelingen met een bepaalde kredietinstelling om een bijkomende kredietlijn af te sluiten voor een bedrag van 35 miljoen EUR. Daarnaast zou de Vennootschap ook kunnen overwegen om de netto-opbrengst van het Aanbod aan te wenden om dit tekort te financieren. In dit verband wordt tevens verwezen naar de inschrijvingsverbintenissen die Montea op datum van deze Samenvatting reeds ontvangen heeft voor een totaal bedrag van EUR 30,5 miljoen. Indien het Aanbod niet succesvol zou zijn, zou de Vennootschap er ook voor kunnen opteren om dit tekort te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten, in zulk geval zou de schuldgraad van Montea op 31 december 2017 60% bedragen. De Vennootschap is op heden in vergevorderde onderhandelingen met twee financiële instellingen om bijkomende kredietlijnen af te sluiten voor een bedrag van EUR 25 miljoen (de Vennootschap kan voor EUR 149,2 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% schuldgraad te bereiken). De eventuele overblijvende tekorten zal de Vennootschap trachten te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten. De Vennootschap heeft een stevig track record inzake het bekomen van bijkomende kredietlijnen. De Vennootschap verwacht dat bovenstaande bovenvermelde maatregelen haar in staat zullen stellen om haar huidige behoeften aan werkkapitaal te kunnen voldoen voor een periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvattingde Verrichtingsnota.

Appears in 1 contract

Samples: www.fsma.be

Verklaring over het werkkapitaal. Op Datum van de Samenvatting beschikt de Vennootschap niet over voldoende middelen om haar huidige verbintenissen na te komen en om haar behoeften aan werkkapitaal te dekken over een periode van 12 maanden vanaf de datum Datum van deze Samenvatting. Hierbij wordt het werkkapitaal gedefinieerd als de beschikbare cash plus de beschikbare kredietlijnen die nog niet werden aangewend. De basis van de werkkapitaalanalyse bestaat uit de beschikbare cash (EUR 4,6 miljoen op 31 december 2018) en beschikbare kredietlijnen (op 30 juni 2017 respectievelijk EUR 5 miljoen en EUR 15 miljoen (inclusief extra kredietlijn van EUR 10 miljoen afgesloten in juli 2017op 31 december 2018), de verwachte operationele cash flow (inclusief financiële kosten en belastingen) voor de komende 14 maanden na 31 december 2018 (tot 12 maanden na verrichting) en de cash flow van het investeringsprogramma (tot 12 maanden na de verrichting) zoals weergegeven in Element E.2.a. Verder houdt de Vennootschap ook rekening met het vooropgesteld dividend over het boekjaar dat afloopt op 31 december 2017 (EUR 2,17 bruto per Aandeel)2018. De verwachte operationele cash flow werd opgemaakt op basis van de volgende assumpties: o - Huurcontracten die op einddatum komen binnen de periode van 12 maanden vanaf de Datum van deze Samenvatting leveren geen inkomsten op; er wordt uitgegaan van een worstcase scenario waarbij geen assumptie worden genomen voor wat betreft herverhuur o - Panden die op 30 juni 2017 31 december 2018 niet verhuurd zijn, leveren voor de berekeningen geen huurinkomsten op voor de komende 12 maandenmaanden vanaf de Datum van deze Samenvatting; ook hier wordt er uitgegaan van een worstcase scenario o - Projecten in uitvoering leveren maar hun bijdrage op vanaf moment dat ze gepland staan om opgeleverd te worden o - Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven alsook de algemene kosten worden opgenomen conform voorbijgaande periodes o - Financiële kosten worden opgenomen op moment dat ze betaalbaar zijn (voor kredietlijnen, obligatieleningen met variabele rentevoet en afdekkingsinstrumenten is dit ieder trimester, voor obligatieleningen met vaste rentevoet is dit jaarlijks) o - Uitgaven met betrekking tot belastingen worden opgenomen in de periode dat ze verwacht worden betaaalbaar betaalbaar te zijn Zonder rekening te houden met de opbrengst van het Aanbod, verwacht Montea over onvoldoende werkkapitaal te beschikken vanaf oktober 2017mei 2019, één maand drie maanden na de datum Datum van de Samenvatting. Het tekort aan werkkapitaal bedraagt tussen de datum Datum van de deze Samenvatting en 13 september 2018 19 februari 2020 maximaal EUR 76,5 89,9 miljoen in juni 2018december 2019. Per 13 september 2018 19 februari 2020 wordt het tekort op EUR 75 87,7 miljoen geraamd. De Vennootschap verwacht de netto-netto opbrengst van het Aanbod aan te wenden om dit tekort te financieren. In dit verband wordt tevens verwezen naar de inschrijvingsverbintenissen die Montea op datum van deze Samenvatting reeds ontvangen heeft voor een totaal bedrag van EUR 30,5 39,4 miljoen. Indien het Aanbod niet succesvol zou zijn, zou de Vennootschap er ook voor kunnen opteren om dit tekort te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten, in zulk . In dergelijk geval zou de schuldgraad pro forma Schuldratio2 van Montea 58,1% bedragen inclusief de impact van IFRS 16 (zie Element E.2.a.). De Vennootschap kan (op 31 december 2017 60basis van de Schuldratio op 01/01/2019 die circa 53,5% bedragenbedraagt) voor EUR 328 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% Schuldratio te bereiken. De Vennootschap is op heden in vergevorderde onderhandelingen met twee drie financiële instellingen om bijkomende kredietlijnen af te sluiten voor een bedrag van EUR 25 miljoen (de Vennootschap kan voor EUR 149,2 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% schuldgraad te bereiken)35 miljoen. De eventuele overblijvende tekorten zal de Vennootschap trachten te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluitensluiten daar een vermindering van het investeringsbedrag niet mogelijk is gezien de verschillende geïdentificeerde projecten committed zijn. De Vennootschap heeft een stevig track record inzake het bekomen van bijkomende kredietlijnen. De Vennootschap verwacht dat bovenstaande maatregelen haar in staat zullen stellen om haar huidige behoeften aan werkkapitaal te kunnen voldoen voor een periode van 12 maanden vanaf de datum Datum van deze Samenvatting.

Appears in 1 contract

Samples: www.fsma.be

Verklaring over het werkkapitaal. Op Datum datum van deze Samenvatting, en rekening houdende met de Samenvatting terugbetaling van alle kredietlijnen die op vervaldag zullen komen binnen een periode tot eind 2019, beschikt de Vennootschap niet over voldoende middelen om haar huidige verbintenissen na te komen en om in haar behoeften aan werkkapitaal te dekken over een periode van 12 maanden vanaf de datum van deze Samenvatting. Hierbij wordt het werkkapitaal werkkapitaal, gedefinieerd als de beschikbare cash plus de beschikbare kredietlijnen die nog niet werden aangewend. De basis van de werkkapitaalanalyse bestaat uit aangewend plus de beschikbare cash (bestaande uit cash en beschikbare kredietlijnen (op 30 juni 2017 respectievelijk EUR 5 miljoen kortlopende vorderingen en EUR 15 miljoen (inclusief extra kredietlijn van EUR 10 miljoen afgesloten in juli 2017verplichtingen), te voorzien. Het is hierbij van belang te duiden dat de verwachte operationele cash flow (inclusief financiële kosten en belastingen) voor Vennootschap beschikt over een Commercial Paper programma ten belope van 250 miljoen EUR waarmee geen rekening werd gehouden in de komende 12 maanden berekening van het beschikbare werkkapitaal, gegeven het kortetermijnkarakter en de cash flow onvoorspelbare beschikbaarheid van het investeringsprogramma zoals weergegeven in Element E.2.a. Verder houdt de Vennootschap ook rekening met het vooropgesteld dividend over het boekjaar dat afloopt op 31 december 2017 (EUR 2,17 bruto per Aandeel). De verwachte operationele cash flow werd opgemaakt op basis van de volgende assumpties: o Huurcontracten die op einddatum komen binnen de periode van 12 maanden leveren geen inkomsten op; er wordt uitgegaan van een worstcase scenario waarbij geen assumptie worden genomen voor wat betreft herverhuur o Panden die op 30 juni 2017 niet verhuurd zijn, leveren voor de berekeningen geen huurinkomsten op voor de komende 12 maanden; ook hier wordt er uitgegaan van een worstcase scenario o Projecten in uitvoering leveren maar hun bijdrage op vanaf moment dat ze gepland staan om opgeleverd te worden o Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven alsook de algemene kosten worden opgenomen conform voorbijgaande periodes o Financiële kosten worden opgenomen op moment dat ze betaalbaar zijn (voor kredietlijnen, obligatieleningen met variabele rentevoet en afdekkingsinstrumenten is dit ieder trimester, voor obligatieleningen met vaste rentevoet is dit jaarlijks) o Uitgaven met betrekking tot belastingen worden opgenomen in de periode dat ze verwacht worden betaaalbaar te zijn Zonder rekening te houden met de opbrengst van het Aanbod, verwacht Montea over onvoldoende werkkapitaal te beschikken vanaf oktober 2017, één maand na de datum van de Samenvatting. Het tekort aan werkkapitaal bedraagt tussen de datum van de Samenvatting en 13 september 2018 maximaal EUR 76,5 miljoen in juni 2018. Per 13 september 2018 wordt het tekort op EUR 75 miljoen geraamd. De Vennootschap verwacht de netto-opbrengst van het Aanbod aan te wenden om dit tekort te financieren. In dit verband wordt tevens verwezen naar de inschrijvingsverbintenissen die Montea op datum van deze Samenvatting reeds ontvangen heeft voor een totaal bedrag van EUR 30,5 miljoen. Indien het Aanbod niet succesvol zou zijn, zou de Vennootschap er ook voor kunnen opteren om dit tekort te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluiten, in zulk geval zou de schuldgraad van Montea op 31 december 2017 60% bedragen. De Vennootschap is op heden in vergevorderde onderhandelingen met twee financiële instellingen om bijkomende kredietlijnen af te sluiten voor een bedrag van EUR 25 miljoen (de Vennootschap kan voor EUR 149,2 miljoen bijkomende kredietlijnen afsluiten alvorens de 65% schuldgraad te bereiken). De eventuele overblijvende tekorten zal de Vennootschap trachten te financieren door bijkomende kredietlijnen af te sluitensoort schulden. De Vennootschap heeft een stevig track record inzake projectie gemaakt tot 31 december 2019 vertrekkend van de gereviseerde cijfers van 30 juni 2018 en houdt (uitsluitend) rekening met de gecommitteerde investeringen opgenomen in E.2a en met het bekomen geplande programma om de portefeuille in stand te houden. De werkkapitaalanalyse neemt als startpunt de beschikbare cash (bestaande uit cash en kortlopende vorderingen en verplichtingen) en beschikbare kredietlijnen op datum van bijkomende kredietlijnendeze Samenvatting. Dit saldo bedraagt 52,8 miljoen EUR. - Rekening houdend met bovenstaande methodologie en cijfers, beschikt de Vennootschap over een negatief werkkapitaal vanaf oktober 2019 (-49,2 miljoen EUR) en evolueert dit saldo naar -94,3 miljoen EUR in december 2019. De Vennootschap verwacht dit tekort als volgt te financieren: - Er kan gebruik worden gemaakt van het Commercial Paper programma voor een maximaal bedrag van 250 miljoen EUR. - Het tekort in Q4 2019 ontstaat voornamelijk omwille van het feit dat bovenstaande de retail bond van 75 miljoen EUR op vervaldag komt op 9 oktober 2019. Daarnaast vervallen eind 2019 25 miljoen EUR aan kredietlijnen bij BCEE en 22,5 miljoen EUR bij BNPP Fortis. Het is de bedoeling zowel de retail bond als de vervallende kredietlijnen te herfinancieren/heronderhandelen in de loop van 2019. In ieder geval zal de Vennootschap moeten overgaan tot de onderhandeling van bijkomende kredieten, de verhoging van de plafonds van bestaande en bijkomende kredieten of het uitstellen van bijkomende investeringen. Gegeven het sterke track record van de Vennootschap qua herfinancieringen in het verleden, heeft de Vennootschap er alle vertrouwen in dat bovenvermelde maatregelen haar in staat zullen stellen om haar huidige behoeften aan werkkapitaal te kunnen voldoen voor een periode tot eind 2019. Indien dit, in een zeer onwaarschijnlijke assumptie, toch niet zou lukken, zal de Vennootschap bijkomende acties moeten ondernemen om haar eigen vermogen te versterken (zoals het overwegen van 12 maanden vanaf een kapitaalverhoging, bijvoorbeeld onder de vorm van een inbreng in natura), dan wel overgaan tot de desinvestering van een aantal activa. De Vennootschap plant niet om het tekort, dat zich pas meer dan een jaar na de datum van deze Samenvattingde Verrichtingsnota zal voordoen, met de opbrengst van het Aanbod te financieren.

Appears in 1 contract

Samples: www.nextensa.eu