VERVOERGARANTIE Voorbeeldclausules

VERVOERGARANTIE. Voor Reizigers is het belangrijk om de zekerheid te hebben dat als zij op een Halte staan ze ook met de eerstvolgende Rit mee kunnen. Om te bewerkstelligen dat reizigers zo comfortabel mogelijk kunnen reizen stelt de Vervoerregio bovendien hoge normen ten aanzien van de door de Concessiehouder in te zetten capaciteit.
VERVOERGARANTIE. 1 De Concessiehouder vervoert met de eerstkomende Rit van een Lijn alle Reizigers, alsmede de door hen meegevoerde handbagage en levende dieren, die zich op een Halte of Station bevinden om te reizen met de desbetreffende Rit van de desbetreffende Lijn (met in achtneming van de Algemene voorwaarden stads- en streekvervoer 2015 of diens opvolger(s)). 2 De Concessiehouder draagt er zorg voor dat op iedere Rit de aangeboden capaciteit niet lager is dan de minimale capaciteit die is vastgelegd in de Geldende Dienstregeling, tenzij de Concessieverlener vooraf met de inzet van een lagere capaciteit heeft ingestemd. 3 De Concessiehouder draagt er zorg voor dat op iedere Lijn in iedere richting tijdens ieder uur van de Dag en Nacht op het drukste punt gemiddeld niet meer dan 60% van het maximale aantal zit- en staanplaatsen in de Voertuigen bezet is, die de Concessiehouder tijdens het desbetreffende uur voor de uitvoering van de Ritten van de desbetreffende Lijn in de desbetreffende richting inzet. 4 In aanvulling op het bepaalde in lid 3 draagt de Concessiehouder er zorg voor dat Reizigers in een Ontsluitende Lijn op zo veel mogelijk Ritten kunnen zitten. 5 De Concessiehouder draagt er blijvend zorg voor dat op iedere Lijn de aangeboden capaciteit steeds voldoende is om aan het bepaalde in leden 1 en/of 3 te voldoen. Indien de Concessiehouder vaststelt dat de aangeboden capaciteit op een Lijn structureel onvoldoende is (geworden) om aan het bepaalde in leden 1 en/of 3 te voldoen, zet de Concessiehouder op de desbetreffende Lijn extra capaciteit in en past hij daartoe zo nodig de Geldende Dienstregeling van de desbetreffende Lijn aan, zodat alsnog aan het bepaalde in leden 1 en/of 3 wordt voldaan, tenzij de Concessieverlener en de Concessiehouder anders overeenkomen. Indien als gevolg van voornoemde aanpassing van de Dienstregeling de in de tot het moment van de aanpassing Geldende Dienstregeling opgenomen Aansluitingen en/of Afstemmingen geheel of gedeeltelijk zouden komen te vervallen, past de Concessiehouder tevens de Dienstregeling van andere Lijnen zodanig aan dat deze Aansluitingen en/of Afstemmingen behouden blijven, tenzij de Concessieverlener en de Concessiehouder anders overeenkomen. 6 De Concessieverlener kan de Concessiehouder opdragen, binnen zes weken na een daartoe gedane Aanwijzing van de Concessieverlener, op een Lijn extra capaciteit in te zetten en daartoe zo nodig de Geldende Dienstregeling van de desbetreffende Lijn aan te passen, indien de Co...
VERVOERGARANTIE. Vervoergarantie 5.1.1 De Concessiehouder heeft een vervoerplicht: hij vervoert alle Reizigers die bij een Halte aanwezig zijn met de eerstkomende Rit die in de Geldende Dienstregeling is opgenomen. 5.1.2 De vervoerplicht zoals genoemd in artikel 5.1.1 geldt ook bij Evenementen. 5.1.3 De Concessiehouder zorgt ervoor dat Xxxxxxxxx nooit meer dan 30 minuten hoeven te staan tijdens een Rit. Het is ongewenst dat Reizigers moeten staan op wegen waar de maximumsnelheid 80 km/h of hoger is. 5.1.4 Bij een te voorziene extra vervoervraag zet de Concessiehouder extra capaciteit in om te voorkomen dat Xxxxxxxxx niet meekunnen of langer dan 30 minuten moeten staan. 5.1.5 Bij een niet te voorziene extra vervoervraag zet de Concessiehouder zo spoedig mogelijk (een) extra Rit(ten) in, zodat Xxxxxxxxx niet langer dan 30 minuten op een Halte hoeven te wachten op het eerstvolgende Voertuig.
VERVOERGARANTIE. 13.1 De Opdrachtnemer vervoert iedere Pashouder die met inachtneming van de voorwaarden beschreven in deze Overeenkomst een verzoek doet tot het laten uitvoeren van een Rit. 13.2 De in het eerste artikellid beschreven verplichting geldt niet indien de Opdrachtnemer kan aantonen dat de Staat het vervoer van de Pashouder in redelijkheid niet van hem kan verlangen.

Related to VERVOERGARANTIE

  • Nakomingsgarantie 1. Stichting Garantiefonds Groen staat garant voor de nakoming van de bindende adviezen van de Geschillencommissie door de leden van Branchevereniging VHG, tenzij het lid van Branchevereniging VHG besluit het bindend advies binnen 2 maanden na de verzending ervan, ter toetsing aan de rechter voor te leggen. Deze garantstelling herleeft, indien het bindend advies na toetsing door de rechter in stand is gebleven en het vonnis waaruit dit blijkt, in kracht van gewijsde is gegaan. Tot maximaal een bedrag van € 10.000,- per bindend advies wordt dit bedrag door Stichting Garantiefonds Groen aan de consument uitgekeerd, onder de voorwaarde dat de consument tegelijkertijd met honorering van het beroep op de nakomingsgarantie zijn vordering uit hoofde van het bindend advies tot maximaal het uitgekeerde bedrag cedeert aan de Stichting Garantiefonds Groen. Voor het meerdere heeft de Stichting Garantiefonds Groen een inspanningsverplichting om er voor te zorgen dat het lid van Branchevereniging VHG het bindend advies nakomt. Deze inspanningsverplichting houdt in dat de consument wordt aangeboden zijn vordering voor het meerdere eveneens aan de Stichting Garantiefonds Groen over te dragen waarna deze organisatie op naam en kosten van de Stichting Garantiefonds Groen de betaling daarvan in rechte zal vragen ter voldoening aan de consument. 2. Stichting Garantiefonds Groen verschaft geen nakomingsgarantie indien, voordat ten behoeve van het in behandeling nemen van het geschil door de consument is voldaan aan de daartoe bepaalde formele innamevereisten (betaling klachtengeld, retournering ingevuld en ondertekend vragenformulier en eventuele depotstorting), van één van de volgende situaties sprake is: • Aan het lid is surseance van betaling verleend. • Het lid is failliet verklaard. • De bedrijfsactiviteiten zijn feitelijk beëindigd. Bepalend voor deze situatie is de datum waarop de bedrijfsbeëindiging in het Handelsregister is ingeschreven of een eerdere datum, waarvan Stichting Garantiefonds Groen aannemelijk kan maken dat de bedrijfsactiviteiten feitelijk zijn beëindigd.

  • Omzetgarantie Indien een omzetgarantie is afgegeven is de klant verplicht ter zake de betreffende horecaovereenkomst(en) tenminste het in de omzetgarantie bepaalde bedrag aan het horecabedrijf te betalen.

  • Nakominggarantie 1. De NRTO staat garant voor de nakoming van de bindende adviezen van De Geschillencommissie Particuliere Onderwijsinstellingen door zijn leden, tenzij het lid het bindend advies binnen twee maanden na de verzending daarvan ter vernietiging aan de rechter voorlegt. 2. De NRTO verschaft geen nakomingsgarantie indien, voordat ten behoeve van het in behandeling nemen van het geschil door u is voldaan aan de innamevereisten (betaling klachtengeld, ontvangst ingevuld en ondertekend vragenformulier en eventuele depotstorting), van één van de volgende situaties sprake is: - aan het lid is surseance van betaling verleend, of - het lid is failliet verklaard, of - de bedrijfsactiviteiten zijn feitelijk beëindigd. Bepalend voor deze laatste situatie is de datum waarop de bedrijfsbeëindiging in het Handelsregister is ingeschreven of een eerdere datum, waarvan de NRTO aannemelijk kan maken dat de bedrijfsactiviteiten feitelijk zijn beëindigd. 3. De garantstelling door de NRTO is beperkt tot € 5000,- per bindend advies. De NRTO verstrekt deze garantstelling onder de voorwaarde dat u op deze garantie een beroep doet, en dat u vordering op grond van het bindend advies tot maximaal het uitgekeerde bedrag aan de NRTO overdraagt (cedeert) gelijktijdig met de honorering van uw beroep op de nakomingsgarantie. Voor het meerdere heeft de NRTO een inspanningsverplichting om ervoor te zorgen dat het lid het bindend advies nakomt.

  • Waarborgsom, bankgarantie Ter zake van deze overeenkomst is geen waarborgsom c.q. bankgarantie verschuldigd.

  • Garantie D.2.1 Opdrachtnemer staat na levering gedurende 1 jaar na levering in voor de werking van de geleverde Hardware conform de vooraf aan de Opdrachtgever bekendgemaakte specificaties en is daarop door Opdrachtgever aanspreekbaar. D.2.2 Indien de fabrikanten van de geleverde Hardware specifieke garantieregelingen kennen die langer zijn dan de door Opdrachtnemer afgegeven garantie, dan behouden die hun geldigheid en blijft Opdrachtnemer verantwoordelijk voor de correcte afhandeling van Hardware die valt onder die garantieregeling. D.2.3 De door Opdrachtnemer en fabrikanten afgegeven garanties doen niet af aan de wettelijke garantietermijn, die op de Hardware van toepassing is. D.2.4 De garantie op Hardware komt te vervallen indien er sprake is van ongeoorloofde wijzigingen, het niet nakomen van de gebruiksinstructies of ander onzorgvuldig gebruik van de Hardware door de Opdrachtgever. D.2.5 Indien Opdrachtgever binnen de gestelde termijnen en regels gebruik maakt van de garantieregeling, dan zal Opdrachtnemer zich inspannen zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 30 dagen na de correcte ontvangst van de geretourneerde Hardware, voor de reparatie van de Hardware of voor vervangende Hardware te zorgen. D.2.6 Opdrachtnemer is niet aansprakelijk voor het verlies van gegevens die het gevolg is van het herstellen of vervangen van Hardware.

  • Bankgarantie Indien de Verkrijger, in plaats van een waarborgsom tot nakoming van zijn verplichtingen, een schriftelijke bankgarantie jegens de Ondernemer doet stellen tot hetzelfde bedrag als genoemd in artikel 3 keuzemogelijkheid (B) lid 1 van de aannemingsovereenkomst, dient deze bankgarantie:

  • Garantieregeling Er is een garantieregeling van kracht voor werknemers waarvoor per 1 januari 2003 een nieuw functiewaarderingssysteem is overeengekomen. De regeling luidt als volgt: • De werknemer die op 31 december 2002 ingeschaald is als vakarbeider en na invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem ingedeeld wordt naar functiegroep III, behoudt het recht op een maximale uitloop van € 1877,- per maand (niveau 31-12-2002), dit bedrag wordt verhoogd met de reguliere loonaanpassingen. Dit betekent een maximale uitloop per 1 januari 2018 van € 2393,89. De maandelijkse maximale uitloop wordt met ingang van: 1 januari 2018 € 2.393,89 1 juli 2018 € 2.423,81 1 januari 2019 € 2.454,11 1 juli 2019 € 2.492,15 1 januari 2020 € 2.530,78 1 november 2020 € 2.556,09 • De werknemer die op 31 december 2002 ingeschaald is als vakarbeider A en na invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem ingedeeld wordt naar functiegroep IV, behoudt het recht op een maximale uitloop van € 1981,- per maand (niveau 31-12-2002), dit bedrag wordt verhoogd met de reguliere loonaanpassingen. Dit betekent een maximale uitloop per 1 januari 2018 van € 2.541,64. De maandelijkse maximale uitloop wordt met ingang van: 1 januari 2018 € 2.541,64 1 juli 2018 € 2.573,41 1 januari 2019 € 2.605,58 1 juli 2019 € 2.645,96 1 januari 2020 € 2.686,98 1 november 2020 € 2.713,85 • Overige werknemers die door de invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem worden ingedeeld op het maximum van een nieuwe loonschaal, ontvangen, indien dat maximum lager is dan het functiejaren-loon conform de cao op 31-12-2002, een bruto garantietoeslag ter hoogte van het verschil tussen het oude functiejaren-loon en het nieuwe schaalmaximum. Voor deze categorie werknemers wordt het feitelijk loon (cao-loon plus garantietoeslag) aangepast met de helft van de in deze cao overeengekomen loonaanpassingen. Omdat het cao-loon stijgt conform de in deze cao opgenomen loonschalen, neemt de garantietoeslag (het verschil tussen het feitelijke loon en de betreffende cao-loonschaal) af. Het toekennen van verlaagde loonaanpassingen wordt gestaakt zodra de bruto garantietoeslag geheel is afgebouwd. Werkgever en werknemer kunnen in goed overleg aanvullende en/of afwijkende afspraken maken. Het functiehandboek is niet gewijzigd ten opzichte van het handboek dat bij het ministerie SZW is ingediend bij de cao voor het Hoveniersbedrijf voor de periode 1 januari 2014 tot en met 29 februari 2016. Dit handboek vormt integraal onderdeel van deze cao (Artikel 4). U kunt het handboek opvragen via Branchevereniging VHG, Xxxxxxxxxxxxx 00, 0000 XX Xxx.

  • Garantiebepalingen 1.Opdrachtnemer garandeert dat het aan hem opgedragen werk deugdelijk zal worden uitgevoerd en zal voldoen aan de toepasselijke normen en praktijkrichtlijnen. 2.Buiten de garantie vallen:- Gebreken die het gevolg zijn van ongeschiktheid van of gebreken aan zaken afkomstig van de opdrachtgever, tenzij de opdrachtnemer zijn waarschuwingsplicht heeft geschonden of anderszins met betrekking tot deze gebreken in deskundigheid of zorgvuldigheid tekort is geschoten. 1.Gebreken die de opdrachtgever op het tijdstip van oplevering redelijkerwijs had moeten ontdekken, maar niet heeft gemeld. 2.Kleine onvolkomenheden in het opgeleverde werk, die nauwelijks zichtbaar zijn en die de deugdelijkheid van het werk niet aantasten. 3.Gebreken die zijn ontstaan doordat de opdrachtgever heeft gewenst het werk op een bepaalde manier uit te laten voeren, ondanks de waarschuwing van opdrachtnemer voor de kans op het ontstaan van gebreken. 4.Gebreken die zijn ontstaan doordat de opdrachtgever niet voldoende of niet het juiste onderhoud heeft gepleegd aan het opgeleverde werk. 5.Afwijkingen van door de opdrachtnemer aan de opdrachtgever getoonde of verstrekte modellen, monsters of voorbeelden. Deze worden slechts bij wijze van aanduiding verstrekt. 6.Gebreken welke het gevolg zijn van normale slijtage. Onder normale slijtage wordt in ieder geval verstaan veroudering en verkleuring. 7.Gebreken ontstaan door andere oorzaken welke niet toe te rekenen zijn aan de opdrachtnemer, waaronder in ieder geval onjuist gebruik, vandalisme en extreme weersinvloeden. 0.Xx termijn van garantie gaat in op de dag van oplevering. Indien en zolang de opdrachtgever niet aan zijn betalingsverplichtingen aan opdrachtnemer heeft voldaan, kan hij geen aanspraak maken op enigerlei garantie. 4.Opdrachtnemer kan gedurende de garantieperiode het volgende eisen:- uitvoering van het werk, dat nog niet is uitgevoerd, maar wel deel uitmaakt van de offerte - herstel van het opgeleverde werk, tenzij opdrachtnemer hieraan redelijkerwijs niet kan voldoen - vervanging van het opgeleverde werk. Opdrachtgever heeft geen recht op herstel of vervanging indien dit niet mogelijk is of niet van de opdrachtnemer kan worden gevergd. Wat betreft vervanging geldt voorts dat het gebrek in het opgeleverde werk vervanging dient te rechtvaardigen. Het recht op vervanging vervalt indien, na het tijdstip dat de opdrachtgever redelijkerwijs met teruggave rekening moet houden, het opgeleverde werk gebreken begint te vertonen, doordat de opdrachtgever niet als zorgvuldig schuldenaar voor het behoud ervan heeft gezorgd. De rechten zoals hierboven vermeld komen de consument toe onverminderd de rechten of vorderingen voortvloeiende uit de wet. 5.Vervangingskosten komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij de opdrachtgever een consument is. 6.Voor zover dat in redelijkheid kan worden geëist, zullen gebreken binnen drie weken, na melding aan de opdrachtnemer, worden hersteld. Afhankelijk van het gebrek kan de termijn per geval worden aangepast. 7.Indien de door opdrachtnemer verstrekte garantie een zaak betreft die door een derde werd geproduceerd, is de garantietermijn beperkt tot de garantietermijn die door de producent van de zaak wordt gehanteerd. 8.Het recht op garantie vervalt indien: 0.Xx opdrachtgever de gebreken niet binnen een termijn van 2 weken, nadat hij deze heeft ontdekt of redelijkerwijs had moeten ontdekken aan de opdrachtnemer heeft gemeld. Voor consumenten geldt een termijn van 2 maanden, die begint te lopen vanaf de dag van ontdekking. 0.Xx opdrachtgever aan het opgeleverde werk werkzaamheden, waaronder reparaties, wijzigingen en toevoegingen, heeft verricht of heeft laten verrichten, zonder de uitdrukkelijke toestemming van de opdrachtnemer.

  • Klachten en garantie 1. Alle klachten dienen schriftelijk en aangetekend binnen 8 (acht) dagen na aflevering van de zaken, voltooiing van de werkzaamheden of na het tijdstip waarop redelijkerwijze het gebrek geconstateerd had kunnen worden, te worden ingediendbijgebrekewaarvan de wederpartij wordtgeacht de betreffendezaken en/ofwerkzaamheden te hebben goedgekeurd. 2. Klachtenbetreffende de geleverdezaken kunnen alleen dan in behandelingwordengenomen, indien de wederpartij alle terzake geldendeinstructies heeft opgevolgd. Geenenkeleklachtkan in behandelingwordengenomen wanneer dewederpartijtotverwerkingofdoorleveringisovergegaanterwijlhijhetbeweerde gebrekhadkunnen constateren. Klachten die het gevolg zijn van ondeugdelijke opslag van de zaken door de wederpartij, onjuist gebruik van de zaken door de wederpartij en/of diens afnemer of verband houdende met de deugdelijkheid van de ruimte, waarin de zaak wordt en/of is verwerkt, geïnstalleerd en/of geplaatst, kunnen nimmer in behandeling worden genomen. Voor gebrekenen fouten evenals de gevolgenhiervan, ookbijdoorlevering aan derden, kan slechts garantie worden gegeven indien en voor zover de leveranciers van Zwembaden met Stijl B.V. ten aanzien van Zwembaden met Stijl B.V. garantie geven. De wederpartij dient de gegrondheid van de klacht aan te tonen en dat zaken waarop de klacht betrekking heeft dezelfde zijn als die welke door Zwembaden met Stijl B.V. zijn geleverd. Bij een klacht waarvan de gegrondheid door de wederpartij is bewezen en door Zwembaden met Stijl B.V. is geaccepteerd, kan Zwembaden met Stijl B.V. naar zijn keuze de zaken of de onderdelen waarop de klacht betrekking heeft, vervangen of de factuurwaarde daarvan vergoeden. 3. Alle klachten met betrekking tot een factuur, dienen binnen 8 (acht) dagen na de factuurdatum schriftelijk en aangetekendte wordeningediend, bijgebrekewaarvande wederpartijgeachtwordtmet de factuurakkoord te gaan.

  • Garantie- en waarborgregeling De Ondernemer verklaart, dat de woning, die het onderwerp is van deze overeenkomst, deel uitmaakt van een door SWK geregistreerd project en door deze instelling is ingeschreven onder planregistratienummer en verbindt zich tegenover de Verkrijger ter zake van deze woning de verplichtingen uit de Garantie- en waarborgregeling van deze instelling te zullen nakomen.