Vervroegde aflossingen Voorbeeldclausules

Vervroegde aflossingen. Per leningdeel is 10% van de oorspronkelijke hoofdsom per kalenderjaar zonder aflossingsvergoeding aflosbaar. Dit recht is niet cumulatief. Een aflossing dient een maand van tevoren schriftelijk te worden aangekondigd. AFLOSSINGSVERGOEDING Als de vergelijkingsrente bij het Philips Pensioenfonds op het moment van vervroegde aflossing lager is dan de contractuele rente, wordt een vergoeding in rekening gebracht. Deze vergoeding dient om het renteverlies te compenseren. De vergoeding is gelijk aan de contante waarde van het renteverschil. Bij de berekening wordt het volgende vastgesteld:
Vervroegde aflossingen. 1. Bij vervroegde aflossing van de geldlening, buiten de rente herzieningsdata om, is Geldlener aan de Crowd een boete verschuldigd zoals vermeld in artikel 18. 2. Een in rekening gebrachte boete voor vervroegde aflossing komt bovenop het bedrag dat als vervroegde aflossing door Geldlener is betaald. 3. Door vervroegde aflossing wordt het bedrag aangepast dat Geldlener maandelijks verschuldigd is. SamenInGeld regelt dat het maandelijks verschuldigde bedrag is aangepast van het leningdeel waarop is afgelost met ingang van de eerste werkdag van de maand volgend op de maand waarin vervroegd is afgelost.
Vervroegde aflossingen. Stand per 31 december 2023 234,8 Per 1 januari van het begrotingsjaar zal het beschikbare werkkapitaal naar verwachting ca. € 75.000 bedragen. Dit bedrag is nodig om een adequaat en flexibel financierings- beleid te kunnen voeren. Voor een specificatie hiervan wordt verwezen naar de paragraaf Financiële positie en meerjarenperspectief. Bij de verzelfstandiging van het Havenbedrijf in 2017 is een kredietovereenkomst afgesloten tussen de Gemeenschappelijke Regeling Havenschap Moerdijk en het Havenbedrijf Moerdijk. Hierin is overeengekomen dat de financiering van het Havenbedrijf door de Gemeenschappelijke Regeling wordt uitgevoerd. In deze overeenkomst is opgenomen dat jaarlijks een kredietlimiet wordt aangevraagd voor dat betreffende jaar, waarbij het door de Gemeenteraad Moerdijk en Provinciale Staten Noord-Brabant vastgestelde kredietplafond van 280 miljoen niet mag worden overschreden. Door de onzekerheid over de timing van de inkomsten van het Logistiek Xxxx Xxxxxxxx, is het moment van de afname van de financieringsbehoefte nog onzeker. Indien de uitgifte van ontwikkelcel 1 aan DSV niet begin 2024 notarieel passeert en ook de gelden van de ontwikkelpartner vertragen, dan is het doorbreken van het kredietplafond on- vermijdelijk. Het proces voor goedkeuring van een tijdelijke verhoging van het krediet- plafond is in gang gezet. Goedkeuring voor de verhoging kan alleen door de Gemeente- raad Moerdijk en Provinciale Staten Noord-Brabant worden gegeven. Totdat de tijdelijke verhoging van het kredietplafond is verleend, of dat de inkomsten zijn ontvangen waardoor verhoging niet meer noodzakelijk is, zal de kredietlimiet op het maximale bedrag van € 280 miljoen worden aangevraagd. Eventueel benodigde nieuwe leningen zullen worden aangegaan met de gemeenschap- pelijke regeling bedrijfsvoering organisatie Havenschap Moerdijk (de GR, thans enig aandeelhouder in Havenbedrijf Moerdijk N.V. (de NV)). In een kredietovereenkomst tussen de GR en de NV is opgenomen dat het de NV is gehouden ervoor zorg te dragen dat de GR te allen tijde aan haar verplichtingen uit hoofde van de financieringsinstru- 39 menten kan voldoen, voor zover deze financieringsinstrumenten zijn benut om krediet aan de NV te verstrekken. Voor de financiering waarvoor de rente (nog) niet vast staat wordt een rentetarief van 3,98% gehanteerd in de begroting. Conform de kredietovereenkomst dient de NV jaarlijks een garantiepremie van € 320.000 aan de GR te betalen. REKENING-COURANT Voor lopende betal...
Vervroegde aflossingen. Geldnemer mag per kalenderjaar maximaal 10% van de oorspronkelijke hoofdsom zonder vergoeding aflossen. Als in een kalenderjaar geen vervroegde aflossing heeft plaatsgevonden, mag de voor dat kalenderjaar toegestane aflossing zonder vergoeding in een later kalenderjaar niet meer plaatsvinden. Indien vervroegde aflossing plaats- vindt voor een bedrag groter dan 10% van de (oorspronkelijke) hoofdsom, is geldnemer over het bedrag waarmee 10% van de (oorspronkelijke) hoofdsom wordt overschreden, aan geldgever een vergoeding verschuldigd gelijk aan de contante waarde van de rente- derving van het bedrag van de overschrijding. De contante waarde van de rentederving over het bedrag van de overschrijding wordt berekend op basis van:
Vervroegde aflossingen. In 2019 zijn geen leningen vervroegd afgelost.
Vervroegde aflossingen. In 2020 is één lening vervroegd afgelost met een schuldrestant van € 133.000 en een rente van 4,57%.
Vervroegde aflossingen. 1. U mag per kalenderjaar maximaal 20% van het oorspronkelijk geldleningbedrag zonder boete gedeeltelijk vervroegd aflossen. Als in een kalenderjaar geen vervroegde aflossing heeft plaatsgevonden, mag de voor dat kalenderjaar toegestane aflossing zonder boete niet meer plaatsvinden in een later kalenderjaar. 2. Er is een minimumbedrag voor een gedeeltelijk vervroegde aflossing. Dit bedrag kan tijdens de looptijd van de geldlening door geldgever worden gewijzigd, zie xxx.xxxxxx.xx. 3. Indien vervroegde aflossing plaatsvindt voor een bedrag groter dan 20% van het oorspronkelijk geldleningbedrag, bent u over het bedrag waarmee deze 20% wordt overschreden, aan geldgever een boete verschuldigd gelijk aan de contante waarde van de rentederving van het bedrag van de overschrijding. 4. De contante waarde van de rentederving over het bedrag van de overschrijding wordt door de geldgever op de volgende manier berekend:

Related to Vervroegde aflossingen

  • Vervroegde aflossing 8.1. Tijdens de looptijd van de Overeenkomst Lening mag de Geldnemer niet gedeeltelijk vervroegd aflossen. De Geldnemer mag de Overeenkomst Lening tijdens de looptijd alleen in één keer in zijn geheel vervroegd aflossen met bijbetaling van een bedrag gelijk aan 12 maal de maandrente over het op dat moment nog niet afgeloste deel van de Lening. Daarvan komt de Investeerders 10 maanden rente en Xxxxxxxxxxxxxx.xx 2 maanden rente toe. 8.2. Indien de resterende looptijd van de Lening minder dan 10 maanden bedraagt, is de Geldnemer bij vervroegde gehele aflossing van de Lening een bijbetaling verschuldigd aan de Investeerders die gelijk is aan het aantal resterende maanden van de looptijd van de Lening maal de maandrente over het op dat moment nog niet afgeloste deel van de lening. Bij de berekening van dit bedrag wordt het aantal resterende maanden van de Lening naar beneden afgerond (als voorbeeld: een resterende looptijd van 4 maanden en 15 dagen, geldt bij de berekening van het verschuldigde bedrag als een looptijd van 4 maanden). Xxxxxxxxx is daarnaast aanvullend altijd een bijbetaling van 2 maal de maandrente verschuldigd aan Xxxxxxxxxxxxxx.xx. 8.3. In geval van overlijden van de Geldnemer [(in dit geval niet zijnde een Medegeldnemer), zijnde een natuurlijk persoon,] mogen de erven de Lening (inclusief de hoofdsom en de opgebouwde rente tot het moment van overlijden) ineens geheel aflossen. Gedeeltelijke aflossing is niet toegestaan. 8.4. Xxxxxxxxxxxxxx.xx brengt voor vervroegde aflossing administratiekosten in rekening bij de Geldnemer. Het tarief van de administratiekosten staat vermeld op het Tarievenblad Geldnemer.

  • Gebruiksbeperkingen Deze dienst is alleen beschikbaar als het voertuig stilstaat, de deur van de bestuurder is gesloten, het ontstekingsmechanisme is uitgeschakeld en de sleutel niet in het contactslot zit. Aanvullende beperkingen kunnen van toepassing zijn in overeenstemming van land- specifieke voorschriften.

  • Bestuursvergaderingen 1. Het bestuur vergadert tenminste éénmaal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of ten minste twee bestuursleden dit nodig achten. 2. De wijze en termijn van oproeping worden bij bestuursbesluit geregeld.

  • Tegenstrijdigheid en wijziging Verwerkersovereenkomst 1. In het geval van tegenstrijdigheid tussen de bepalingen uit deze Verwerkersovereenkomst en de bepalingen van de Product- en Dienstenovereenkomst, dan zullen de bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst leidend zijn. 2. Indien Partijen van de artikelen in de Model Verwerkersovereenkomst door omstandigheden moeten afwijken, of deze willen aanvullen, dan zullen deze wijzigingen en/of aanvullingen door Partijen worden beschreven en gemotiveerd in een overzicht dat als Bijlage 3 aan deze Verwerkersovereenkomst zal worden gehecht. Het bepaalde in dit lid geldt niet voor aanvullingen en/of wijzigingen van de Bijlagen 1 en 2. 3. Bij belangrijke wijzigingen in het product en/of de (aanvullende) diensten die van invloed zijn op de Verwerking van de Persoonsgegevens wordt, alvorens de Onderwijsinstelling de keuze hiertoe aanvaardt, de Onderwijsinstelling in begrijpelijke taal geïnformeerd over de consequenties van deze wijzigingen. Onder belangrijke wijzigingen wordt in ieder geval verstaan: de toevoeging of wijziging van een functionaliteit die leidt tot een uitbreiding ten aanzien van de te Verwerken Persoonsgegevens en de doeleinden waaronder de Persoonsgegevens worden Verwerkt. De wijzigingen zullen in Bijlage 1 worden opgenomen. 4. Wijzigingen in de artikelen van de Verwerkersovereenkomst kunnen uitsluitend in gezamenlijkheid worden overeengekomen. 5. In het geval enige bepaling van deze Verwerkersovereenkomst nietig, vernietigbaar of anderszins niet afdwingbaar is of wordt, blijven de overige bepalingen van deze Verwerkersovereenkomst volledig van kracht. Partijen zullen in dat geval met elkaar in overleg treden om de nietige, vernietigbare of anderszins niet afdwingbare bepaling te vervangen door een uitvoerbare alternatieve bepaling. Daarbij zullen partijen zoveel mogelijk rekening houden met het doel en de strekking van de nietige, vernietigde of anderszins niet afdwingbare bepaling.

  • Dekkingen In uw bijzondere voorwaarden staat vermeld welke dekkingen u hebt onderschreven.

  • Opleidingen 1 KPN onderscheidt drie aanleidingen voor het volgen van een opleiding: a. de opleiding is nodig voor de uitoefening van je functie; b. de opleiding is nodig om je om te scholen naar een andere functie in een groeidomein binnen KPN; c. de opleiding vergroot je inzetbaarheid en heeft niet direct een bedrijfsbelang; deze opleiding kies je zelf. 2 Een functieopleiding, zoals genoemd in lid 1 sub a, is een opleiding die nodig is voor de uitoefening van je functie. Opleidingsresultaten moeten direct in praktijk kunnen worden gebracht. Bij de keuze van je opleiding wordt rekening gehouden met - de functiebeschrijving, en; - je aanwezige kennis en vaardigheden. KPN betaalt de functieopleiding, je volgt deze in werktijd. 3 Een omscholingsopleiding, zoals genoemd in lid 1 sub b, is een opleiding om je in staat te stellen een andere functie in een groeidomein binnen KPN te gaan vervullen. Deze opleiding wordt in overleg met je manager vastgesteld. Van een omscholingsopleiding kan pas sprake zijn als jij en KPN samen de intentie hebben dat je gaat werken in dit groeidomein binnen KPN na afronding van de opleiding. In dat geval worden de kosten van deze omscholing door KPN vergoed en volg je deze opleiding in werktijd. 4 Een opleiding ten behoeve van je inzetbaarheid, zoals genoemd in lid 1 sub c, kun je onder andere kiezen uit de opleidingen die in KPN Academy staan vermeld. Als de opleiding niet in KPN Academy staat, kun je daar een ‘Aanvraag Buiten Catalogus’ voor doen. KPN Academy toetst je aanvraag aan een aantal voorwaarden. Meer informatie hierover vind je op TeamKPN. 5 Als een opleiding ten behoeve van je inzetbaarheid meer kost dan je Inzetbaarheidbudget toelaat, kan je manager beslissen het deel boven het beschikbare Inzetbaarheidbudget door KPN te laten betalen. 6 Ongeacht de hoogte van het bedrag dat jouw manager boven het Inzetbaarheidbudget voor jouw opleiding betaalt, geldt dat wanneer je stopt je met de betreffende opleiding voordat je die hebt afgerond en dit aan jou te wijten is, je het door KPN betaalde aanvullende deel terugbetaalt.

  • Slotbepalingen 1. Op elke overeenkomst en alle daaruit tussen partijen voortvloeiende rechtsverhoudingen is uitsluitend Nederlands recht van toepassing. 2. Partijen zullen niet eerder een beroep doen op de rechter dan nadat zij zich optimaal hebben ingespannen om het geschil in onderling overleg te beslechten. 3. Voor zover de wet daarvan onder de gegeven omstandigheden van het geval niet dwingend afwijkt, wordt uitsluitend de bevoegde rechter binnen het arrondissement van de vestigingsplaats van Mega-Schutting aangewezen om van gerechtelijke geschillen kennis te nemen.

  • Verbodsbepalingen 18.1 Het is de aanvrager en de verbruiker verboden: a. door middel van de binneninstallatie via het net van het bedrijf hinder of schade te veroorzaken voor het bedrijf of andere verbruikers; b. door of vanwege het bedrijf aangebrachte verzegelingen te verbreken of te doen verbreken; c. handelingen te verrichten of te doen verrichten, waardoor de omvang van de levering niet of niet juist kan worden vastgesteld, dan wel een situatie te scheppen, waardoor het normaal functioneren van de meetinrichting(en), de eventuele warmte en/of koudewisselaar of (andere) apparatuur van het bedrijf wordt verhinderd of het van kracht zijnde tarievenblad van het bedrijf niet of niet juist kan worden toegepast; d. een net van het bedrijf te gebruiken voor aarding van elektrische installaties, toestellen, bliksemafleiders en dergelijke; e. water aan de circulatie in het stadsverwarmingssysteem te onttrekken; f. (vloei-)stoffen toe te voegen aan het water in het stadsverwarmingssysteem. 18.2 Het is de verbruiker verboden zonder schriftelijke toestemming van het bedrijf de geleverde warmte en/of koude en/of het geleverde warm tapwater anders dan ten behoeve van het eigen perceel te gebruiken. Het bedrijf kan aan een dergelijke toestemming voorwaarden verbinden. 18.3 Indien wordt vastgesteld dat circulatiewater verloren is gegaan, zal, behoudens in geval van overmacht, de verloren gegane hoeveelheid water alsmede de daarin aanwezige warmte en/of koude aan de verbruiker in rekening worden gebracht. Alle schade die het bedrijf door dit verloren gaan mocht lijden, zal door de verbruiker aan het bedrijf worden vergoed, waarbij artikel 20, lid 7 van overeenkomstige toepassing is.

  • AFWIJKENDE BEPALINGEN KLEINVERBRUIKAANSLUITINGEN In afwijking van artikel 10 lid 2 zijn Klanten met een Kleinverbruikaansluiting een opzegvergoeding verschuldigd conform de Richtsnoeren Redelijke Opzegvergoedingen.

  • Vergaderingen Het Auditcomité vergadert zo vaak als nodig is voor de goede werking van het Comité, maar komt op zijn minst vier maal per jaar bijeen. Voor zover als mogelijk, worden de vergaderingen jaarlijks van tevoren vastgelegd en vinden deze zo kort mogelijk voor de vergaderingen van de Raad van Bestuur plaats. De vergaderingen van het Auditcomité worden in beginsel bijeengeroepen door de secretaris van het Auditcomité, in overleg met de voorzitter van het Auditcomité. Elk lid van het Auditcomité mag aan de voorzitter vragen om een vergadering van het Auditcomité bijeen te laten roepen. Behalve in dringende gevallen (onderworpen aan de beoordeling van de voorzitter van het Auditcomité), wordt de oproepingsbrief (met inbegrip van de agenda van de vergadering) tenminste vijf werkdagen vóór de vergadering toegezonden aan alle leden van het Auditcomité. Voor elk agendapunt wordt zoveel mogelijk schriftelijke informatie verschaft en worden relevante documenten toegevoegd aan de oproepingsbrief. Indien alle leden aanwezig of geldig vertegenwoordigd zijn, dient de naleving van de oproepingsformaliteiten niet te worden nagegaan. Het Auditcomité kan geldig beraadslagen en besluiten over de agendapunten op voorwaarde dat tenminste de helft van zijn leden aanwezig of geldig vertegenwoordigd is. Besluiten worden genomen met meerderheid van de stemmen uitgebracht door de leden van het Comité die aanwezig of geldig vertegenwoordigd zijn. De vergaderingen kunnen door middel van een conference call gehouden worden. De Voorzitter van de Raad van Bestuur is te allen tijde uitgenodigd om de vergaderingen van het Auditcomité bij te wonen, zelfs indien hij of zij hier geen lid van is. De Commissaris kan de voorzitter van het Auditcomité verzoeken een vergadering van het Auditcomité bij te mogen wonen. Het Auditcomité heeft minstens twee maal per jaar een ontmoeting met de Commissaris en de Directeur ACR, om met hen te overleggen over aangelegenheden die tot de bevoegdheden van het Auditcomité behoren en alle aangelegenheden die voortvloeien uit het auditproces (in het bijzonder de belangrijke zwaktes van de interne controle). Om zijn controlefunctie zo efficiënt mogelijk uit te oefenen, kan het Auditcomité apart vergaderen met het Uitvoerend Management, de interne auditors en de Commissaris. Het Auditcomité is derhalve vrij om op geregelde tijdstippen afzonderlijk met elk van hen te vergaderen. Teneinde zijn efficiëntie te verhogen, beslist het Auditcomité welke personen de vergaderingen van het Auditcomité mogen bijwonen zonder lid te zijn. Het kan onder meer ook aan vertegenwoordigers van het Uitvoerend Management vragen om zijn vergaderingen bij te wonen teneinde het Auditcomité in te lichten over bepaalde aangelegenheden. Indien nodig, en na de Voorzitter van de Raad van Bestuur hierover voorafgaandelijk te hebben ingelicht, kan het Auditcomité, op kosten van de Vennootschap, extern professioneel advies inwinnen over onderwerpen die tot haar bevoegdheid behoren. Ieder lid van het Auditcomité heeft toegang tot de boeken, gegevens en kantoren van de Vennootschap en van haar Dochtervennootschappen en heeft de toelating gesprekken te voeren met het leidinggevende personeel en/of werknemers van de Vennootschap en van haar Dochtervennootschappen, voor zover dit nodig is of nuttig kan zijn voor een goede vervulling van zijn taak. Een lid van het Auditcomité oefent dit recht uit in overleg met de voorzitter van het Auditcomité. Hiertoe kan het Auditcomité zich richten tot de Secretaris. Elk lid van het Auditcomité dient het Auditcomité in kennis te stellen van: - elk rechtstreeks of onrechtstreeks financieel belang bij enige aangelegenheid waarop het Auditcomité moet toezien; of - elk belangenconflict dat zou kunnen ontstaan omwille van andere mandaten die hij of zij vervult. Dit lid mag niet deelnemen aan de beraadslaging en de stemming over beslissingen van het Auditcomité waaromtrent zulk financieel belang of belangenconflict bestaat en, indien vereist door de Raad van Bestuur, neemt dit lid ontslag als lid van het Auditcomité.