Wanneer vervallen vakantie-uren? Voorbeeldclausules

Wanneer vervallen vakantie-uren?. 1. Is een werknemer arbeidsongeschikt vóór het begin van een voor hem vastgestelde vakantiedag of voor hem aaneengesloten vakantie? Dan mag hij de vakantiedagen of -uren die hij daardoor niet heeft kunnen gebruiken, opnemen op een later moment. Dit mag tot uiterlijk vijf jaar na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak op vakantie is ontstaan. 2. De werknemer kan vakantie-uren of –dagen sparen. Dit wijkt af van wat staat in art. 7:640a BW. In lid 3 en lid 4 hieronder staan de regels daarvoor. 3. De werknemer kan over een periode van 5 jaar vakantie-uren of -dagen sparen voor maximaal 26 keer de overeengekomen gemiddelde arbeidsduur per week. Deze uren zijn dan voor een individueel doel dat hij zelf bepaalt. 4. Als de werknemer deze gespaarde vakantie-uren of -dagen wil gebruiken, moet hij dat van tevoren aan de werkgever laten weten: - Als hij 3 weken of minder wil gebruiken, moet hij dit drie maanden van tevoren laten weten. - Als hij meer dan 3 weken wil gebruiken, moet hij dit zes maanden van tevoren laten weten. In Bijlage 11G staan de wettelijke regels voor het verjaren van vakantie-aanspraken.

Related to Wanneer vervallen vakantie-uren?

  • Opbouw vakantie-uren Voor de opbouw van de vakantie-uren wordt in beginsel uitgegaan van het aantal overeengekomen contracturen (ofwel de basisuren). Als de medewerker op basis van een vakantiejaar meer werkt dan zijn basisuren, dan worden over het meerdere ook vakantie-uren opgebouwd, tenzij de plusuren conform artikel 4 in tijd worden opgenomen. Bij de bepaling van het aantal op te nemen uren bij (een) vakantie(dag), wordt in beginsel uitgegaan van het aantal uren dat de medewerker volgens zijn rooster zou werken. Is geen rooster vastgesteld, dan is het aantal op te nemen vakantie-uren in de betreffende week gelijk aan het aantal uren per week dat de medewerker gemiddeld in de laatste 13 weken voorafgaand aan de vakantie heeft gewerkt. Wanneer die referteperiode niet representatief is, wordt uitgegaan van de laatste 52 weken voorafgaande aan de dag van de vakantie. De medewerker heeft per kalenderjaar recht op twee weken aaneengesloten vakantie. De medewerker heeft het recht om in april van het betreffende jaar maximaal vier extra vakantiedagen (bij parttimers naar rato) per kalenderjaar te kopen. Deze dienen in het kalenderjaar te worden opgenomen waarin ze zijn gekocht. Indien de gekochte vakantiedagen door bijzondere omstandigheden niet in hetzelfde kalenderjaar worden opgenomen, zullen ze uiterlijk op 31 december van dat jaar worden uitbetaald voor hetzelfde bedrag als waarvoor ze zijn gekocht. De medewerker mag in april van het betreffende jaar maximaal vier (bij parttimers naar rato) in het voorafgaande kalenderjaar opgebouwde maar nog niet opgenomen bovenwettelijke vakantiedagen verkopen. Als de medewerker toestemming heeft gekregen om tijdens de ziekteperiode op vakantie te gaan (zie ook het verzuimreglement in Wettelijke vakantiedagen vervallen 6 maanden na het kalenderjaar waarin ze zijn verworven, maar de werkgever mag in overleg met de ondernemingsraad afwijken van deze verjaringstermijn en dan de oude verjaringstermijn van 5 jaar hanteren. De dan afgesproken regeling geldt in dat geval voor alle medewerkers. De werkgever kan in overleg met de ondernemingsraad voor de onderneming ten hoogste 2 dagen per jaar als verplichte collectieve vakantiedagen aanwijzen. Afwijkingen per vestiging en locatie zijn hierbij mogelijk. Verdere uitvoeringsregels kunnen door de werkgever in overleg met de ondernemingsraad worden vastgesteld.

  • Vakantie en verlof art. 51 Algemene bepalingen vakantierechten art. 52 Berekening vakantiedagen

  • Vakantie-uren De bovenwettelijke vakantie-uren Vakantietoeslag Alles boven de vakantietoeslag van het wettelijk minimumloon Toeslag voor werk buiten de normale Maximaal de in de keuzeperiode te ontvangen toeslag werktijden van de onderneming Salaris Alles boven het wettelijk minimumloon Extra-uren De schriftelijk overeengekomen te werken extra uren boven de 36-urige werkweek, voor werknemers met een contractuele arbeidsduur van 36 uur per week, met een maximum van 4 uur per week, zoals bedoeld in artikel 3.1.2 CAO.

  • Diefstal van het verzekerde motorrijtuig De schade die voortvloeit uit de betrokkenheid van het verzekerde motorrijtuig nadat personen door diefstal, geweldpleging of heling de macht erover hebben verkregen, is uitgesloten.

  • Waar sturen we onze berichten naartoe? Als we u willen informeren over de verzekering sturen we een brief of e-mail naar u of uw verzekeringsadviseur.

  • Gevolgen van niet melden risicowijziging a. Verzuimt verzekeringnemer tijdig verzekeraar in kennis te stellen van de risicowijziging, maar voortzetting van de verzekering en/of Dekking zou zijn overeengekomen indien verzekeringnemer zijn verplichting tot melding wel zou zijn nagekomen, zijn per de wijzigingsdatum opeisbaar de premie en assurantiebelasting die verzekeringnemer na de risicowijziging verschuldigd zou zijn. b. Indien voortzetting op basis van gewijzigde voorwaarden zou zijn overeengekomen, bestaat, vanaf de datum waarop verzekeringnemer de risicowijziging uiterlijk had moeten melden, slechts dekking alsof deze voorwaarden waren overeengekomen. c. Indien geen voortzetting zou zijn overeengekomen, bestaat er geen dekking voor gebeurtenissen die plaatsvinden na de datum waarop verzekeringnemer de risicowijziging uiterlijk had moeten melden.

  • Als arbeidsongeschiktheid van een medewerker te verwachten is Raakt een medewerker binnen zes maanden na de start van de module of van zijn dienstverband arbeidsongeschikt? En was zijn gezondheidstoestand bij de start van de module of van zijn dienstverband al zodanig dat u de arbeidsongeschiktheid had kunnen verwachten? Dan kunnen we de aanvulling tijdelijk of blijvend, geheel of gedeeltelijk weigeren. Had u direct voor de start van de module een soortgelijke verzekering, dan is bovenstaande bepaling bij de start van de module niet van toepassing. De bepaling is wel altijd van toepassing bij nieuwe medewerkers.

  • Elektronische communicatie en elektronisch deponeren van jaarstukken 1. Tijdens de uitvoering van de Opdracht kunnen Opdrachtgever en Opdrachtnemer door middel van elektronische middelen met elkaar communiceren en/of gebruik maken van elektronische opslag (zoals cloud-toepassingen). Behoudens voor zover schriftelijk anders is overeengekomen, mogen partijen ervan uitgaan dat verzending van correct geadresseerde faxberichten, e-mails (met inbegrip van e-mails die via internet worden verstuurd) en voicemailberichten ongeacht of deze vertrouwelijke informatie of stukken bevatten die op de Opdracht betrekking hebben, over en weer worden aanvaard. Hetzelfde geldt voor andere door de andere partij gebruikte of aanvaarde communicatiemiddelen. 2. Opdrachtgever en Opdrachtnemer zijn jegens elkaar niet aansprakelijk voor schade die eventueel voortvloeit bij één of ieder van hen ten gevolge van het gebruik van elektronische middelen van communicatie, netwerken, applicaties, elektronische opslag, of overige systemen waaronder – maar niet beperkt tot – schade ten gevolge van niet-aflevering of vertraging bij de aflevering van elektronische communicatie, omissies, vervorming, onderschepping of manipulatie van elektronische communicatie door derden of door programmatuur/apparatuur gebruikt voor verzending, ontvangst of verwerking van elektronische communicatie, overbrenging van virussen en het niet of niet goed functioneren van het telecommunicatienetwerk of andere voor elektronische communicatie benodigde middelen, behoudens voor zover de schade het gevolg is van opzet of grove schuld. Het voorgaande geldt eveneens voor het gebruik dat Opdrachtnemer daarvan maakt in haar contacten met derden. 3. In aanvulling op het vorige lid aanvaardt Opdrachtnemer geen aansprakelijkheid voor enige schade ontstaan door of in verband met het elektronisch verzenden van (elektronische) jaarstukken en het digitaal deponeren daarvan bij de Kamer van Koophandel. 4. Zowel Opdrachtgever als Opdrachtnemer zullen al hetgeen redelijkerwijs van ieder van hen verwacht mag worden doen of nalaten ter voorkoming van het optreden van voornoemde risico’s. 5. De data-uittreksels uit de computersystemen van verzender leveren dwingend bewijs op van (de inhoud van) de door verzender verzonden elektronische communicatie tot het moment dat tegenbewijs is geleverd door de ontvanger. 6. Het bepaalde in artikel 11 is van dienovereenkomstige toepassing.

  • WANNEER KRIJGT U GEEN VERGOEDING? Premie niet betaald 6.1 Wij vergoeden geen kosten en verlenen geen hulp als u de premie voor deze verzekering niet heeft betaald.

  • Wijze van verkopen De toewijzing gebeurt in het openbaar in één enkele online zitting bij opbod.