Algemeen Reglement der Verrichtingen
Algemeen Reglement
der Verrichtingen
Geregistreerd te Brussel,
op 20/10/2020
Belfius Bank NV
Xxxxx Xxxxxxxxxxx 00 - 0000 Xxxxxxx
HOOFDSTUK I: ALGEMEEN
DEEL 1 – REGLEMENT EN AANPASSINGEN
1. Doel van dit reglement
Het Algemeen Reglement der Verrichtingen, hierna “het Reglement” genoemd, omschrijft de wederzijdse rechten en plichten van Belfius Bank NV, hierna “de Bank” genoemd, en de Klant, in het kader van hun contractuele relatie. Die relatie wordt beheerst door de volgende bepalingen, opgesomd in volgorde van prioriteit: bijzondere overeenkomsten, de bijzon- dere reglementen, onderhavig Reglement en de gebruiken in de banksector.
De Bank ondertekende de gedragscode voor banken, waarin onder meer de basisbeginselen voor goed bankieren worden bepaald. Dit document kan worden gelezen op de website van Febelfin.
2. Vindplaats en aanvaarding van dit reglement?
Het Reglement is beschikbaar in het Nederlands, het Frans en het Duits in de kantoren of op de website van de Bank: www.belfius. be. De Duitse vertaling van het Reglement geldt als officieuze vertaling. In geval van tegenspraak tussen de Duitse tekst, en de Franse of Nederlandse tekst, gelden enkel de laatstgenoemde teksten. De Klant die een relatie met de Bank aangaat, ontvangt kosteloos een exemplaar van dit Reglement en aanvaardt dit Reglement. De Klant heeft gedurende de klantenrelatie het recht een exemplaar van dit Reglement op duurzame drager te vragen.
3. Wijzigingen
De Bank kan het Reglement en de tarifering van haar diensten wijzigen of aanvullen, bijvoorbeeld als gevolg van de invoering van nieuwe technologieën.
3.1. Hoe worden deze wijzigingen meegedeeld?
De Bank deelt de wijzigingen mee aan de Klanten minstens twee maanden voor de inwerkingtreding ervan via een brief, rekeningafschriften of elektronische berichten. Indien de Klant een Niet-consument betreft, deelt de Bank de wijzigingen een redelijke termijn voor de inwerkingtreding mee.
Zodra de Klant in kennis wordt gesteld van wijzigingen aan het Reglement, moet hij zijn volmachthouder(s) in kennis stellen van de nieuwe versie van het Reglement, alsook van iedere wijziging, waardoor deze nieuwe versie en deze wijzigingen ook worden geacht tegenstelbaar te zijn aan zijn volmachthouder(s).
3.2. Wanneer worden deze wijzigingen van kracht?
Behoudens andersluidende wettelijke of reglementaire verplich- tingen worden de wijzigingen aan het Reglement van kracht na het verstrijken van een termijn van twee maanden die begint de dag nadat ze werden meegedeeld aan de Klant. Deze laatste wordt geacht de wijzigingen te hebben aanvaard indien hij de Bank niet voor de voorgestelde datum van inwerkintreding van die wijzigingen ervan in kennis heeft gesteld dat hij de wijzi- gingen niet aanvaardt. Een Klant die niet akkoord gaat met de aangekondigde wijziging, beschikt over de voormelde termijn van twee maanden om de diensten waarover hij beschikt, koste- loos op te zeggen. Wijzigingen in de rentevoet of de wisselkoers kunnen met onmiddellijke ingang zonder kennisgeving worden toegepast, indien de wijzigingen gebaseerd zijn op de overeen- gekomen referentierentevoet of -wisselkoers. De Klant wordt zo spoedig mogelijk van elke wijziging in kennis gesteld op de wijze zoals beschreven in artikel 3.1 van onderhavig Reglement.
Wijzigingen in de rentevoet of de wisselkoers in het voordeel van de Klant, kunnen zonder kennisgeving worden toegepast.
Klanten die gebruik blijven maken van de dienst nadat de wijzi- ging is ingegaan, stemmen stilzwijgend in met de nieuwe tarie- ven en/of voorwaarden.
3.3. Beslechting betwistingen
Betwistingen worden beslecht op basis van het van kracht zijnde Reglement op datum van het betwiste feit.
DEEL 2 – DEFINITIES
Voor de toepassing van dit Reglement, gelden de volgende definities:
Bank: Belfius Bank NV, gevestigd te 0000 Xxxxxxx, Karel Rogierplein 11 en ingeschreven in het Register der Rechtspersonen te Brussel onder het nummer 0403.201.185.
Zelfstandige agenten: voor het verstrekken van haar diensten doet de Bank onder meer een beroep op agenten in bank- en beleggingsdiensten. De agenten zijn in België ingeschreven in het register van de tussenpersonen in bank- en beleggingsdien- sten, subcategorie makelaars in bank- en beleggingsdiensten. Dit register wordt beheerd door de FSMA.
FSMA: Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, Xxxxxxxxxxxxx 00-00, 0000 Xxxxxxx, die als toezichthoudende over- heid optreedt en waarbij de Bank is ingeschreven in het register onder het nummer 19649 A.
SEPA: Single Euro Payments Area: de eengemaakte Europese betaalruimte die het mogelijk maakt dat gebruikers van beta- lingsdiensten met dezelfde betaalmiddelen hun betalingen kun- nen afhandelen in alle landen die deel (zullen) uitmaken van het SEPA-betalingsgebied. Laatstgenoemde bestaat uit de EU- en EER-lidstaten, Monaco, San Xxxxxx, Zwitserland, Andorra en Vaticaanstad.
EU-lidstaten (op heden): België, Duitsland, Finland, Frankrijk, Xxxxxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxxx, Xxxxxxxx Xxxxxx, Xxxxx en Xxxxxxxxx (xxxx-xxxxxxxxx) xx Xxxxxxxxxx, Xxxxxx, Xxxxxxxx Xxxxxxxxxx, Xxxxxxxxx, Xxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxxx, Xxxxxxx en Bulgarije (niet-euro-lidstaten).
EER-lidstaten (op heden): is de ruimte van de EU-lidstaten uitge- breid met IJsland, Noorwegen en Liechtenstein.
Klant: de persoon die een contractuele relatie heeft met de Bank en van een betalings- of andere dienst die de Bank aanbiedt gebruik maakt. Het kan zowel gaan om natuurlijke personen als rechtspersonen of verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid.
Consument: een natuurlijke persoon die, in het raam van het gebruik van betalings- of andere diensten aangeboden door de Bank, handelt voor doeleinden buiten zijn bedrijfs- of beroeps- werkzaamheden.
Niet-consument: de persoon of entiteit die niet onder het toe- passingsgebied van de definitie “Consument” van dit Reglement valt. Zo bijvoorbeeld entiteiten met rechtspersoonlijkheid, verenigingen zonder winstoogmerk, vrije beroepen, zelfstan- digen (in hun professionele hoedanigheid).
Betaler: de persoon die een Betaalrekening aanhoudt bij de Bank en een betalingstransactie vanaf die Betaalrekening toe- staat (bijv. een overschrijving), of voor een persoon die geen Betaalrekening heeft bij de Bank, diegene die een betalings- opdracht geeft (bijv. de storting op een rekening van een derde).
Begunstigde: de persoon die de beoogde uiteindelijke ontvanger is van de geldmiddelen waarop een betalingstransactie betrek- king heeft.
Duurzame drager: ieder hulpmiddel dat de Klant in staat stelt om persoonlijk aan hem gerichte informatie op te slaan op een wijze die deze informatie gemakkelijk toegankelijk maakt voor toekomstig gebruik gedurende een periode die is afgestemd op
het doel waarvoor de informatie kan dienen, en die een ongewij- zigde reproductie van de opgeslagen informatie mogelijk maakt.
Betaalrekening: een op naam van één of meer Klanten aange- hou- den rekening die voor de uitvoering van betalingstransac- ties wordt gebruikt.
(Gereglementeerde) Spaarrekening: de spaarrekening zoals bedoeld in artikel 2 van het Koninklijk Besluit tot uitvoering van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen met betrekking tot de vrijstelling van roerende voorheffing, ook het Koninklijk Besluit m.b.t. de gereglementeerde spaarrekeningen genoemd.
Niet-gereglementeerde Spaarrekening: de spaarrekening die niet voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in het artikel 2 van het Koninklijk Besluit tot uitvoering van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen met betrekking tot de vrijstelling van roerende voorheffing.
Termijnrekening: de rekening waarbij de gestorte gelden gedu- rende een vooraf bepaalde termijn vast staan en aldus in principe onbeschikbaar zijn tot aan het einde van de termijn.
Betalingsopdracht: door een Betaler of Begunstigde aan zijn bank gegeven instructie om een betalingstransactie uit te voe- ren.
Betalingstransactie: een door de Betaler of de Begunstigde geïnitieerde handeling waarbij geldmiddelen worden gedepo- neerd, overgemaakt of opgenomen, ongeacht of er onderlig- gende verplichtingen tussen de Betaler en de Begunstigde zijn.
Unieke identificator: de combinatie van letters, nummers of symbolen door de Betaler te verstrekken om voor een beta- lingstransactie de Begunstigde en/of zijn Betaalrekening ondub- belzinnig te identificeren. Voor betalingsopdrachten door de Klant doorgegeven aan een Belgische bank voor een Belgische rekening, gaat het om het zogenaamde IBAN-nummer. Het International Bank Account Number (IBAN) zal worden gebruikt om Belgische rekeningen en rekeningen in andere SEPA-landen te identificeren. Voor betalingsopdrachten waarbij de rekening van de Begunstigde een niet-Belgische rekening betreft, dient de Bank Identifier Code (BIC) door de Klant opgegeven te worden. De BIC is namelijk nodig ter identificatie van de bank waarbij de Begunstigde zijn rekening heeft.
Aanbieden van een debetkaart: de Bank verschaft een debet- kaart die gekoppeld is aan de rekening van de Klant. Het bedrag van elke transactie die met de debetkaart wordt uitgevoerd, wordt onmiddellijk en volledig afgehouden van de rekening van de Klant.
Aanbieden van een kredietkaart: de Bank verschaft een krediet- kaart die gekoppeld is aan de rekening van de Klant. Het totaal- bedrag van de met de kaart uitgevoerde transacties gedurende een overeengekomen periode, wordt ofwel volledig, ofwel gedeeltelijk op een overeengekomen datum afgehouden van de betaalrekening van de Klant. In een kredietovereenkomst tussen de aanbieder en de Klant wordt bepaald of de Klant rente in rekening wordt gebracht voor het opnemen van krediet wanneer het een kredietkaart met hernieuwbaar krediet betreft.
Aanbieden van een prepaid kaart: de Bank verschaft een betaal- kaart die gekoppeld is aan de rekening van de klant en waarop elektronisch geld kan worden opgeslagen. Het bedrag van elke verrichting met behulp van deze kaart wordt direct en integraal afgehouden van het opgeslagen bedrag op de vooraf prepaid van de Klant.
Beheren van de rekening: De Bank beheert de rekening in euro voor de Klant.
Domiciliëring: de Klant geeft toestemming aan iemand anders (de Begunstigde) om aan de Bank de instructie te geven geld over te maken van de rekening van de klant naar die van de
begunstigde. De Bank maakt vervolgens geld over aan de begun- stigde op een door de Klant en de begunstigde overeengekomen datum of data. Het bedrag kan variëren.
Doorlopende opdracht: de Bank maakt, op instructie van de klant, regelmatig een vast geldbedrag over van de rekening van de klant naar een andere rekening.
Geldopneming in euro: de Klant neemt geld op van zijn of haar eigen rekening in euro.
Geldopneming in andere valuta: de Klant neemt geld op van zijn of haar eigen rekening in andere valuta dan de euro.
Geoorloofde debetstand: de Bank en de Klant komen vooraf overeen dat de Klant in negatief mag gaan wanneer er geen geld meer beschikbaar is op de betaalrekening van de Klant. In deze overeenkomst wordt ook het maximumbedrag bepaald dat ter beschikking kan worden gesteld, en of de klant vergoedingen en rente in rekening wordt gebracht.
Overschrijving in euro: de Bank maakt, op instructie van de Klant, geld over van de rekening van de Klant naar een andere rekening, in euro in de SEPA zone.
Rekeninguittreksels: de Bank verstrekt informatie over het saldo en de verrichtingen op de rekening van de Klant.
Rekeningverzekering: de Bank biedt een verzekering aan ver- bonden aan de rekening van de Klant.
Transacties in financiële instrumenten: alle verrichtingen in financiële instrumenten zoals bijvoorbeeld de intekening, de aankoop, de verkoop, de terugkoop, de omruiling, de omzetting, de inning van de coupon, de terugbetaling, de uitoefening van de aan een financieel instrument verbonden rechten, de over- dracht van effecten.
Beleggingsdiensten: de beleggingsdiensten die voornamelijk worden aangeboden aan de Klanten, zijn de volgende:
o ontvangen en doorgeven van orders met betrekking tot één of meer Financiële Instrumenten;
o uitvoering van orders voor rekening van klanten;
o beleggingsadvies;
o vermogensbeheer;
o overname van Financiële instrumenten en/of het plaatsen van Financiële instrumenten met plaatsingsgarantie
o het plaatsen van Financiële instrumenten zonder plaatsings- garantie
Nevendiensten: de Bank en de Klant kunnen volgende diensten overeenkomen:
o bewaring en beheer van Financiële instrumenten voor reke- ning van klanten, met inbegrip van bewaarneming en daar- mee samenhangende diensten zoals contanten en/of zeker- hedenbeheer;
o het verstrekken van een krediet of een lening aan een beleg- ger-klant om deze in staat te stellen een transactie in één of meer Financiële Instrumenten te verrichten waarin de Bank betrokken is;
o advies aan ondernemingen inzake kapitaalstructuur, bedrijfs- strategie en daarmee samenhangende aangelegenheden, alsook advisering en dienstverlening op het gebied van fusies en overnames van ondernemingen;
o valutawisseldiensten voor zover deze samenhangen met het verrichten van Beleggingsdiensten;
o onderzoek op beleggingsgebied en financiële analyse of andere vormen van algemene aanbevelingen in verband met transacties in Financiële instrumenten;
o diensten in verband met het overnemen van Financiële instrumenten;
o Beleggingsdiensten, alsook nevendiensten die verband hou- den met de onderliggende waarde van de derivaten, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, 1°, e), f), g) en j) van de wet van 2 augustus 2002, wanneer verstrekt in samenhang met de verstrekking van beleggings- en nevendiensten.
Betalingstransactie geïnitieerd door of via de Begunstigde: een transactie die geïnitieerd wordt hetzij door de Begunstigde, bijv. domiciliëring, hetzij via de Begunstigde, bijv. een betaling met bankkaart op een verkoopspunt. Bij een transactie geïnitieerd door de Begunstigde wordt het domiciliëringsmandaat immers door de Begunstigde aan de bank van de Betaler aangeboden ter betaling. Een aankoop bij een handelaar (of op een ander verkoopspunt) verloopt via de betaalterminal die de hande- laar ter beschikking stelt van zijn cliënteel en wordt dus via de Begunstigde geïnitieerd.
Cheque: een cheque in de zin van de Chequewet van 1 maart 1961.
Werkdag: een dag waarop de Bank toegankelijk is voor de bij de uitvoering van een betalingstransactie vereiste werkzaamheden. Een gedetailleerd overzicht van de dagen die door de Belgische banksector niet als werkdag worden beschouwd, vindt u terug in het document Tarieven en interestvoeten dat beschikbaar is op de site xxx.xxxxxxx.xx of in het kantoor.
Cut off: het tijdstip aan het einde van de werkdag zoals door de Bank bepaald, waarna een betalingsopdracht geacht wordt te zijn ontvangen op de eerstvolgende werkdag. Een overzicht van deze tijdstippen, vindt u terug in het document Tarieven en interestvoeten dat beschikbaar is op de site xxx.xxxxxxx.xx of in het kantoor.
Referentiewisselkoers: de wisselkoers die als berekeningsgrond- slag wordt gehanteerd bij een valutawissel en die door de Bank beschikbaar wordt gesteld op de site xxx.xxxxxxx.xx en in het kantoor.
Referentierentevoet: de rentevoet die als berekeningsgrondslag wordt gehanteerd voor het aanrekenen van interesten en die afkomstig is van een voor het publiek toegankelijke bron en door de Bank en de Klant kan worden nagegaan. Meer details kunnen worden teruggevonden in het document Tarieven en interestvoeten.
Transfer: een transactie tussen verschillende rekeningen of com- partimenten van rekeningen die de Klant bij de Bank aanhoudt.
Betalingsinitiatiedienstverlener: een betalingsdienstaanbieder die activiteit van betalingsinitiatiediensten uitoefent en hiertoe vergund werd door de Nationale Bank van België.
Betalingsinitiatiedienst: een dienst voor het initiëren van een betalingsopdracht, op verzoek van de Klant, met betrekking tot een betaalrekening die bij een andere betalingsdienstaanbieder wordt aangehouden.
Rekeninginformatiedienstverlener: een betalingsdienstaanbie- der die activiteiten van rekeninginformatie uitoefent en zich hiertoe geregistreerd heeft bij de Nationale Bank van België.
Rekeninginformatiedienst: een onlinedienst voor het verstrek- ken van geconsolideerde informatie over een of meer betaalre- keningen die de Klant bij een andere betalingsdienstaanbieder of bij meer dan één betalingsdienstaanbieder aanhoudt.
Sterke Cliëntauthenticatie: authenticatie met gebruikmaking van twee of meer factoren die worden aangemerkt als kennis (iets wat alleen de Klant weet), bezit (iets wat alleen de Klant heeft) en inherente eigenschap (iets wat de Klant is) en die onderling onafhankelijk zijn, in die zin dat compromittering van één ervan geen afbreuk doet aan de betrouwbaarheid van de andere en die zodanig is opgezet dat de vertrouwelijkheid van de authenti- catiegegevens wordt beschermd.
DEEL 3 – TOEPASSINGSGEBIED
Behoudens andersluidende bepalingen, is dit Reglement van toepassing wanneer de transacties worden verricht in euro of in een munteenheid van een EU- of EER-lidstaat die de euro (nog) niet als munteenheid heeft.
De artikelen 10.3, 22.7 en 41van onderhavig Reglement zijn niet als zodanig van toepassing op Niet- Consumenten. De Bank behoudt zich het recht voor om passende kosten aan te rekenen aan Niet-Consumenten voor het vervullen van haar verplichtin- gen op basis van dit Reglement of geldende wetgeving. De Bank brengt de Klant desgevallend op de hoogte via het document Tarieven en interestvoeten.
De verplichtingen inzake Sterke Cliëntauthenticatie treden in werking op het moment van het van toepassing worden van de Regulatory Technical Standards inzake sterke cliëntauthenticatie en gemeenschappelijke en veilige open standaarden van com- municatie, met name op 14 september 2019.
DEEL 4 – ALGEMENE BEPALINGEN
4. Identificatie
4.1. Identificatiegegevens
De Bank gaat over tot de volledige identificatie van de Klant alvorens hem diensten toe te kennen of een van zijn orders uit te voeren, conform de wet van 18 september 2017 tot voorkoming van het witwassen van geld en de financiering van terrorisme en tot beperking van het gebruik van contanten) en conform de richtlijnen van de Nationale Bank van België. De identificatie omvat het nazicht van de identiteitsgegevens op basis van de wettelijk vereiste bewijsstukken, waarvan de Bank een kopie neemt. Zolang de identificatie niet heeft plaatsgehad, kan de Bank de dienst weigeren of de uitvoering van de order opschor- ten.
4.2. Naamlening
Als de Bank de mening is toegedaan dat de Klant niet voor eigen rekening handelt, kan zij eisen dat hij haar de identiteit mee- deelt van de persoon voor wie hij optreedt.
4.3. Bewijsstukken
De Bank kan bovendien de uitvoering van een verrichting laten afhangen van de mededeling van inlichtingen of bewijsstukken die zij nodig acht.
4.4. Controlerecht
De Klant machtigt de Bank om de juistheid/exactheid van de inlichtingen die de Klant, zelfs uit eigen initiatief, aan haar meedeelt, na te gaan of te laten nagaan. De Klant geeft de Bank uitdrukkelijk de toelating om al deze inlichtingen in een gegevensbank op te nemen. De Klant erkent dat, wat betreft de bewijsstukken inzake identificatie, de Bank een verzoek tot verificatie (bij naam) tot de bevoegde administratieve overheid kan richten.
5. Juridisch en fiscaal statuut van de Klant
5.1. Algemeen
De Klant is verplicht aan de Bank alle elementen en verant- woordingsstukken mee te delen die betrekking hebben op zijn juridisch of fiscaal statuut, zijn handelingsbekwaamheid, zijn huwelijksstelsel, de personen die gemachtigd zijn om hem te vertegenwoordigen, zijn naam, benaming en adres (woonplaats of maatschappelijke zetel), alsook op alle latere wijzigingen, en voegt daarbij de nodige bewijsstukken. De Klant is volledig aan- sprakelijk voor de inlichtingen en documenten die hij meedeelt. Hij waarborgt het juiste, conforme en geldige karakter ervan.
Elke Klant die onderworpen is aan een bijzonder statuut, leeft de wettelijke of reglementaire bepalingen die aan dit statuut ver- bonden zijn, na. De Bank is ter zake niet onderworpen aan enige controleplicht en kan geenszins aansprakelijk worden gesteld voor het niet naleven van deze regels door de Klant.
De bovenvermelde regels zijn ook van toepassing op de verte- genwoordigers, volmachthouders en de uiteindelijke begunstig- den van de Klant.
5.2. Vertegenwoordiging van een rechtspersoon
De organen van een rechtspersoon worden geacht te beschikken over een algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid. De Bank geeft verder gevolg aan de wijzigingen of de beperking van bevoegdheden, zoals door de Bank ontvangen, alsook aan de interne beheersregels, vanaf de derde bankwerkdag volgend op de mededeling ervan aan de Bank.
De Klant moet de vertegenwoordiging van een rechtsper- soon staven met de documenten vereist in het kader van de onder 4.1. beschreven identificatie van de Klant en met elk document dat moet worden neergelegd ter griffie van de Rechtbank van Koophandel of met een publicatie in de bij- lagen bij het Belgisch Staatsblad, zoals de benoemingen van bestuurders of zaakvoerders, alsook het bewijs van de registra- tie in het Rechtspersonenregister bij de Kruispuntbank van Ondernemingen.
5.3. Klanten van vreemde nationaliteit
De Bank kan aan Klanten met een vreemde nationaliteit vragen om het bewijs te leveren van hun (juridische) bekwaamheid of hun juridisch of fiscaal statuut. Deze Klanten stellen de Bank in kennis van de wijzigingen in de wetgeving die een weerslag kun- nen hebben op hun rechtsbekwaamheid of hun bevoegdheden.
5.4. Qualified Intermediary regime
Op basis van een akkoord met de Amerikaanse belastingdienst (“Internal Revenue Service” of “IRS) heeft de Bank het statuut van gekwalificeerd tussenpersoon (“Qualified Intermediary” of “QI”). Als Qualified Intermediary is de Bank onderworpen aan diverse verplichtingen betreffende:
- de identificatie van haar klanten;
- het rapporteren van bepaalde inkomsten gelieerd aan Amerikaanse financiële instrumenten; en
- het correct toepassen van Amerikaanse bronheffing.
Als gevolg van de voorwaarden opgelegd in dat akkoord en in de Amerikaanse belastingwetgeving (“Internal Revenue Code” of “IRC”), staat de Bank niet toe dat de Klant:
– Amerikaanse financiële instrumenten in bewaring heeft bij de Bank wanneer de Klant Amerikaans staatsburger en/of inwoner is;
– een effectendossier, ongeacht de inhoud ervan, beheert van- uit de VS;
– in de VS briefwisseling van de Bank ontvangt m.b.t. de ver- richtingen op producten die moeten worden gemeld aan de Amerikaanse belastingadministratie.
De Klant doet het nodige om te vermijden dat de Bank in gebreke zou worden gesteld met betrekking tot de toepassing van deze regels. Als de Bank vaststelt dat een Klant deze regels niet naleeft, kan zij:
– de Klant verzoeken hetzij de Amerikaanse financiële instru- menten uit zijn effectendossier te verwijderen, hetzij ze te verkopen. Indien de Klant dit niet zelf onverwijld uitvoert, is de Bank gemachtigd om deze financiële instrumenten te gelde te maken op de kosten en risico’s van de Klant;
– de Klant verzoeken een formulier W-9 te leveren waarin hij zichzelf identificeert. In dit geval gaat de Klant uitdrukkelijk akkoord dat de Bank zijn identiteit en gegevens met betrek- king tot onder andere de genoten inkomsten van financiële instrumenten bekendmaakt aan de Amerikaanse belasting- administratie. Indien de klant geen formulier W-9 levert is de Bank gemachtigd Amerikaanse bronheffing in te houden;
– geen gevolg geven aan de orders die worden gegeven vanuit de VS of het effectendossier opzeggen – of zelfs elke relatie met de Klant stopzetten of verbreken.
Wanneer de Klant fiscaal inwoner is van een land waarmee de VS een dubbelbelastingverdrag afsloot dat voorziet in een ander bronheffingstarief dan 0, 15 of 30% met betrekking tot dividen- den, dan zal de Bank het hogere tarief van 15 of 30% toepassen.
5.5. Klanten die Amerikaans staatsburger of Amerikaans inwoner zijn (US Citizens of US Residents)
5.5.1. FATCA
Als financiële instelling heeft de Bank het statuut van “Reporting Model 1 Foreign Financial Institution” (“FFI”), zoals voorzien door de Amerikaanse Foreign Account Tax Compliance Act (“FATCA”) en in België toegepast in het kader van de IGA (“InterGovernmental Agreement”) van 23 april 2014 tussen België en de VS, en van de Belgische wet van 16 december 2015. De Bank moet, als FATCA compliant FFI, bepaalde verplichtingen nakomen ten aanzien van de Amerikaanse belastingadministra- tie. Dit betreft onder andere het identificeren van Klanten, zowel particulieren die Amerikaans staatsburger of inwoner zijn, als Amerikaanse en bepaalde andere categorieën van rechtsper- sonen. Van deze Klanten kan de Bank eisen dat een formulier W-8BEN, W-8BEN-E, W-9, alsook enig ander vereist document moet ingevuld, ondertekend en bezorgd worden binnen een vooropgestelde termijn om zich te identificeren zoals bepaald onder FATCA.
De Bank behoudt zich het recht voor om, bij gebrek aan de nodige documenten, identificatienummers en/of verklaringen:
– bepaalde producten te blokkeren of niet te openen;
– identificatie- en bancaire gegevens uit te wisselen; en
– de klantenrelatie gedeeltelijk of volledig te beëindigen.
Indien een Klant FFI is, maar niet FATCA compliant, zal de Bank verplicht zijn om een bronheffing van 30% toe te passen op bepaalde betalingen van Amerikaanse oorsprong en het recht hebben de klant te verzoeken hetzij de Amerikaanse financiële instrumenten uit zijn effectendossier te verwijderen, hetzij ze te verkopen, of zelfs elke relatie met de Klant stop te zetten of te verbreken. Indien de Klant de effecten niet zelf onverwijld ver- wijdert of verkoopt is de Bank gemachtigd om deze financiële instrumenten te gelde te maken op kosten van de Klant.
Wanneer de Klant werd geïdentificeerd door de Bank als poten- tieel een Amerikaans staatsburger of inwoner, een Amerikaanse rechtspersoon, of een Passieve “Non-Financial Foreign Entity” (“NFFE”), gebeurt er uitwisseling van identificatie- en bancaire gegevens aan de Belgische belastingadministratie, die verder zal communiceren naar de Amerikaanse belastingadministratie, tenzij de klant het tegendeel heeft bewezen door het leveren van de vereiste documenten. De Klant gaat uitdrukkelijk akkoord met elke gegevensuitwisseling waartoe de Bank op basis van de wetgeving ter zake verplicht wordt. De Klant vrijwaart de Bank voor elke schade die het gevolg zou kunnen zijn van zijn nalatig- heid bij het nakomen van de verplichtingen vermeld in dit artikel, alsook de verplichtingen die voortvloeien uit de Belgische wetge- ving ter omzetting van de IGA tussen België en de VS.
De Klant verbindt er zich toe om elke wijziging die invloed heeft op zijn FATCA statuut, onmiddellijk en schriftelijk mede te delen aan de Bank.
5.5.2. US Residenten
Elke Klant die door een wijziging in zijn persoonlijke situatie als resident van de Verenigde Staten van Amerika inclusief over- zeese gebieden zoals Puerto Rico (“US resident”) dient te wor- den beschouwd, zal de Bank hiervan onmiddellijk schriftelijk in kennis te stellen. Het statuut van US resident heeft betrekking op, onder andere, natuurlijke personen met een verblijfplaats of woonplaats in de USA, rechtspersonen met maatschappelijke zetel of fysieke vestiging in de USA of rechtspersonen opgericht naar Amerikaans recht.
In het kader van haar dienstverlening met betrekking tot finan- ciële instrumenten, zoals omschreven in artikel 136.1 en met inbegrip van beleggingsverzekeringscontracten, zullen Klanten die beschouwd dienen te worden als US-resident geen financiële instrumenten, ongeacht het type, bij de Bank kunnen aanhou- den en geen rol van titularis, volmachthouder of vertegenwoor- diger met betrekking tot een effectendossier kunnen opnemen. De Bank kan de Klant in dergelijk geval verzoeken hetzij de financiële instrumenten uit zijn effectendossier te verwijderen, hetzij ze te verkopen. Indien de Klant dit niet zelf onverwijld uit-
voert, is de Bank gemachtigd om deze financiële instrumenten te gelde te maken op de kosten en risico’s van de Klant.
De Klant vrijwaart de Bank voor elke schade die het gevolg zou kunnen zijn van zijn nalatigheid bij het nakomen van de verplich- tingen vermeld in dit artikel.
5.6. Gegevensuitwisseling met de Nationale Bank van België in het kader van het Centraal Aanspreekpunt (hierna “CAP”)
De Bank is wettelijk verplicht om bepaalde gegevens mee te
delen aan het Centraal Aanspreekpunt (CAP), dat wordt beheerd door de Nationale Bank van België (Berlaimontlaan 14 te 0000 Xxxxxxx). De meegedeelde gegevens worden in het CAP opge- slagen.
De Bank deelt volgende gegevens mee aan het CAP:
– de datum van opening en afsluiting van een bank- of betaal- rekening waarvan de Klant houder of medehouder is, de datum van toekenning of intrekking van een volmacht aan volmachthouder(s) op deze bank- of betaalrekening en het nummer van deze bank- of betaalrekening;
– het bestaan en de datum van financiële verrichtingen waarbij contanten betrokken zijn boven de bij wet bepaalde bedra- gen en waardoor contanten werden gestort of afgehaald door de Klant of voor zijn rekening, alsook, in dit laatste geval, de identiteit van de natuurlijke persoon die de contan- ten daadwerkelijk heeft gestort of ontvangen voor rekening van de Klant;
– de datum van het bestaan of het einde van bestaan van een contractuele relatie tussen de Bank en de Klant betreffende de bij de wet van 8 juli 2018 vermelde categorieën van finan- ciële contracten. Het gaat onder meer om volgende catego- rieën van contracten:
- de overeenkomsten van xxxxxxx xxx xxxxxxx;
- de overeenkomsten met betrekking tot beleggingsdien- sten en/of nevendiensten;
- de overeenkomsten van hypothecair krediet;
- de leningsovereenkomsten op afbetaling;
- de overeenkomsten van kredietopening;
- elke andere overeenkomst waarbij de Bank geldmiddelen ter beschikking stelt van een natuurlijke persoon of van een rechtspersoon, zich ertoe verbindt geldmiddelen ter beschikking te stellen van een onderneming onder de voorwaarde van de terugbetaling ervan op termijn, of zich garant stelt voor een onderneming;
- elke andere overeenkomst of verrichting die specifiek bij Koninklijk Besluit zou worden bepaald.
Het CAP registreert eveneens de volgende identificatiegegevens van de Klanten en volmachthouders:
– voor een natuurlijke persoon:
• het identificatienummer van het Rijksregister of, bij gebrek aan dergelijk nummer, het identificatienummer van de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. Bij gebrek aan dergelijke identificatienummers, registreert het CAP de volgende inlichtingen:
o Naam,
o Eerste officiële voornaam,
o Geboortedatum, of wanneer de juiste datum onbekend of onzeker is, het geboortejaar,
o Geboorteplaats,
o Geboorteland.
– voor een rechtspersoon:
• het inschrijvingsnummer bij de Kruispuntbank van Ondernemingen of, bij gebrek hieraan:
o Volledige benaming
o Eventuele rechtsvorm, en
o Land van vestiging.
De bewaartermijn van de in het CAP geregistreerde gegevens vervalt :
– voor de gegevens met betrekking tot de bank- of betaalreke- ningen: tien jaar vanaf het einde van het jaar tijdens hetwelk het einde van de hoedanigheid als houder, medehouder of volmachthouder aan het CAP werd meegedeeld;
– voor de gegevens met betrekking tot de financiële verrich- tingen waarbij contanten betrokken zijn: tien jaar vanaf het einde van het jaar tijdens hetwelk het bestaan van de finan- ciële verrichting aan het CAP werd meegedeeld;
– voor de gegevens met betrekking tot de contractuele rela- ties: tien jaar vanaf het einde van het jaar tijdens hetwelk het einde van de contractuele relatie van een specifieke catego- rie aan het CAP werd meegedeeld;
– voor de identificatiegegevens: bij het verstrijken van het laat- ste jaar van een ononderbroken periode van tien jaar tijdens welke geen enkel gegeven betreffende de bovenstaande drie categorieën werd geregistreerd in verband met de betrokken persoon.
Daarnaast bewaart de Nationale Bank van België de lijst van de aanvragen om informatie van de CAP gedurende twee kalen- derjaren.
De gegevens die zijn geregistreerd in het CAP mogen onder meer worden gebruikt in het kader van een fiscaal onderzoek, alsme- de in het kader van de opsporing van strafbare inbreuken en van de bestrijding van het witwassen van geld en van de financiering van het terrorisme en van de zware criminaliteit, mits de door de wet opgelegde voorwaarden worden nageleefd.
De Klant of de volmachthouder heeft het recht de op zijn naam geregistreerde gegevens in te zien bij de Nationale Bank van België. De Klant of de volmachthouder heeft eveneens het recht om zowel de Bank als de Nationale Bank van België te contacte- ren ter verbetering en verwijdering van onjuiste gegevens die door het CAP op zijn naam zijn geregistreerd.
5.7. Gegevensuitwisseling in het kader van de Europese Bijstandsrichtlijn of op basis van bilaterale akkoorden in het kader van de OESO Common Reporting Standard (‘CRS’).
De Common Reporting Standard en de Europese Bijstandsrichtlijn voorzien in een automatische uitwisseling van identificatie- en bancaire gegevens tussen deelnemende landen. Als financiële instelling is de Bank verplicht om al haar klanten te identificeren en hun fiscale woonplaats te bepalen. Wanneer blijkt dat de Klant potentieel fiscaal inwoner is van een land waarmee België informatie uitwisselt, dan zal de Bank de vereiste identificatie- en bancaire gegevens overmaken aan de Belgische belasting- administratie, die verder zal communiceren naar de relevante buitenlandse fiscus.
De Klant verklaart zich uitdrukkelijk akkoord dat er identificatie- en bancaire gegevens uitgewisseld worden wanneer de Bank op basis van de geldende regelgeving over aanwijzingen beschikt dat de Klant fiscaal inwoner is van een voor uitwisseling in aan- merking komend land.
In het kader van de bovenvermelde identificatie, kan de Bank van de Klant eisen dat bepaalde documenten, identificatienummers en/of verklaringen bezorgd worden binnen een vooropgestelde termijn. De Bank behoudt zich het recht voor om, bij gebrek aan de nodige documenten, identificatienummers en/of verklarin- gen:
- bepaalde producten te blokkeren of niet te openen;
- gegevens uit te wisselen naar alle landen waar de Klant potentieel fiscaal inwoner is; en
- de klantenrelatie gedeeltelijk of volledig te beëindigen.
De Klant verbindt er zich toe om elke wijziging die invloed heeft op zijn fiscale woonplaats (bv. een adreswijziging), onmiddellijk en schriftelijk mede te delen aan de Bank.
5.8. Gegevensuitwisseling met betrekking tot grensoverschrijdende fiscale constructies (DAC6)
Op grond van de Europese Richtlijn 2018/822, omgezet in
Belgisch recht en in de wetgeving van de andere EU-lidstaten (hierna: “DAC6”) kan de Bank in bepaalde gevallen verplicht zijn gegevens met betrekking tot de Klant aan de Belgische belas-
tingadministratie te melden. Deze gegevens worden vervolgens doorgestuurd naar belastingadministraties van andere betrok- ken EU-lidstaten.
De Bank heeft dergelijke meldingsplicht onder DAC6 indien zij een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie bedenkt, aanbiedt, opzet, beschikbaar maakt voor implemen- tatie of de implementatie ervan beheert, of indien zij weet of aanwijzingen heeft dat zij, met haar dienstverlening, de Klant of andere personen, hulp, bijstand of advies verstrekt met betrek- king tot het bedenken, aanbieden, opzetten, beschikbaar maken voor implementatie of beheren van de implementatie van een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie.
Een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie is een constructie met grensoverschrijdend karakter, die aan een of meerdere wezenskenmerken voldoet die in DAC6 opgesomd zijn. Deze wezenskenmerken zijn aanwijzingen van agressieve fiscale planning. Bij sommige van deze wezenskenmerken moet evenwel enkel een melding plaatsvinden, indien het belang- rijkste voordeel dat of een van de belangrijkste voordelen die, gelet op alle relevante feiten en omstandigheden, redelijkerwijs te verwachten valt van een constructie, het verkrijgen van een belastingvoordeel is.
De Bank beoordeelt zelf, op basis van de informatie waarover zij beschikt, of haar dienstverlening aan de Klant verband houdt met een meldingsplichtige grensoverschrijdende constructie, en, zo ja, of de Bank een wettelijke verplichting tot melding heeft onder DAC6. De Bank beslist autonoom, op basis van haar eigen interpretatie van DAC6 regelgeving, of een melding nodig is, en desgevallend kan de Bank op geen enkele wijze verantwoordelijk worden gehouden voor de eventuele gevolgen die de melding zou hebben voor de Klant.
5.9. Juridische bekwaamheid
In geval van een gerechtelijke uitspraak die de juridische bekwaamheid van de Klant wijzigt, of in geval de Klant zich bevindt in een toestand als bedoeld in art. 488/1 of 488/2 Burgerlijk Wetboek, dient de Klant of zijn vertegenwoordiger de Bank zo snel mogelijk hiervan op de hoogte te stellen.
De Bank behoudt zich het recht voor om de rekeningen van de Klant te blokkeren indien de Bank redelijke vermoedens of aanwijzingen heeft dat de Klant zich bevindt in een toestand als bedoeld in art. 488/1 of 488/2 Burgerlijk Wetboek.
5.10. Buitengerechtelijke bescherming
De Klant kan een volmacht geven die tot doel heeft om zijn buitengerechtelijke bescherming te regelen. De Klant kan voor- zien dat deze volmacht direct in werking treedt, of dat deze pas begint te lopen wanneer de Klant zich bevindt in een toestand van wilsonbekwaamheid, zoals bedoeld in art. 488/1 of 488/2 Burgerlijk Wetboek. Bij discussie tussen de Bank en de volmacht- drager of onduidelijkheid over de draagwijdte van de bevoegd- heden van de volmachtdrager, behoudt de Bank zich het recht voor om zulke volmachten te weigeren, dan wel de rekeningen en bankdiensten van de Klant te blokkeren en een gerechtelijke tussenkomst te eisen.
Wanneer de volmacht pas in werking treedt wanneer de Klant zich in een toestand bevindt, zoals bedoeld in art. 488/1 of 488/2 Burgerlijk Wetboek, is de volmachtdrager bevoegd om te oordelen over het tijdstip waarop de Klant zich in zulk een toestand bevindt. Deze beoordeling door de volmachtdrager is tegenstelbaar aan de Bank. De volmachtdrager draagt de ver- antwoordelijkheid voor deze beoordeling en de Bank kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor een eventuele onjuiste beoordeling door de volmachtdrager.
5.11. Bijzondere bepalingen bij schenking
De Bank is niet verantwoordelijk voor de naleving of de uit- voering van bijzondere bepalingen die worden voorzien in een schenking, zoals een last, een beding van aanwas, een beding
van terugkeer, een beding van blokkering, een bewind… De Bank behoudt zich het recht voor om voor de uitvoering van zulke bijzondere bepalingen, steeds het akkoord van alle partijen (of hun rechtsopvolgers) te vragen.
6. Het indienen van een specimen van handtekening
Enkel het specimen van de handtekening dat wordt ingediend door de Klant, via het document “identificatiegegevens Klant” of het document “opening/wijziging rekening”, kan worden ingeroepen tegen de Bank.
Wanneer de Klant aan de Bank een nieuwe volmachthouder of vertegenwoordiger meedeelt, certificeert hij de authenticiteit van de handtekening van de volmachthouder of vertegenwoor- diger op het document van aanstelling.
De Bank behoudt zich evenwel het recht voor om de handteke- ning van een Klant op om het even welk document voorzien van het opschrift van de Bank te beschouwen als een specimen van diens handtekening.
Voor zover niet in tegenstrijd met dwingende wettelijke bepa- lingen en behoudens bewezen opzet, bedrog of zware fout vanwege de Bank, haar aangestelden of lasthebbers, kunnen opdrachten, waarvan achteraf zou blijken dat ze zijn uitgevoerd op basis van een valse of vervalste handtekening of andere valse of vervalste elementen van een opdracht, worden tegengewor- pen aan de Klant, eventueel in afwijking van de gemeenrechte- lijke principes (bijvoorbeeld inzake bewaarneming, betaling, en dergelijke meer), en dus als geldig worden beschouwd.
7. Contractuele vrijheid
De Bank beslist, behoudens toepasselijke bepalingen van dwin- gend recht, vrij of (en in welke mate) zij een contractuele relatie wenst aan te gaan. Wanneer n.a.v. een eerste contact een Klant- of rekeningnummer wordt gecreëerd of bepaalde verrichtingen worden uitgevoerd, vormt dit bijgevolg nog geen vermoeden of uitdrukking van aanvaarding van de relatie. Gebeurlijk zal de Bank de Klant inlichten dat zij geen relatie met de betrokkene wenst aan te gaan. Onderhavig Reglement is van toepassing op verrichtingen die in tussentijd plaatsvonden.
8. Wijziging van de titularis, vertegenwoordiger of vol- machthouder
Indien de Bank een wijziging van rekeninghouder toestaat, dient de nieuwe titularis de werkingsinstrumenten zoals debet- en kredietkaarten te recupereren. Hij is verantwoordelijk voor ver- richtingen die vanaf die wijziging uitgevoerd zouden worden door de voormalige titularissen en hun volmachthouders door middel van deze instrumenten. Hetzelfde geldt voor de rechts- persoon of de leden van een feitelijke vereniging, of onverdeeld- heid in geval van wijzigingen aangebracht in de lijst van hun vertegenwoordigers of volmachthouders met betrekking tot de instrumenten ter beschikking gesteld aan voormalige vertegen- woordigers of volmachthouders.
9. Keuze van kantoor
Het domiciliekantoor is het kantoor waartoe de Klant zich heeft gewend bij de aanvang van de commerciële relatie en dat hij verondersteld wordt te kiezen voor zijn verdere relatie met de Bank. De Klant kan veranderen van domiciliekantoor door het formulier in te vullen dat het nieuwe kantoor hem ter beschik- king zal stellen.
Als de Klant de kluis die hij huurde in zijn oude kantoor niet wil behouden, moet hij zijn contract m.b.t. die kluis opzeggen via het daartoe bestemde formulier.
10. Briefwisseling
10.1. Vorm, drager en taal
De Bank bepaalt de vorm en de drager van de documenten die bestemd zijn voor de Klant, bijvoorbeeld voor de rekeningaf- schriften. De informatieverstrekking en communicatie vanwege de Bank ten aanzien van de Klant verlopen in de taal die de Klant bij het aangaan van zijn Klantenrelatie aangegeven heeft. De Klant heeft daarbij de keuze tussen het Nederlands, het Frans of
het Duits. Bepaalde documenten zullen echter ook in het Engels beschikbaar zijn.
10.2. Verzendingsadres
De briefwisseling voor de Klant wordt verstuurd naar zijn laatst gekend adres of naar elk ander daartoe door hem opgegeven adres.
De Klant kan de briefwisseling betreffende de gebruikte dien- sten die hem ter beschikking worden gesteld, eveneens laten domiciliëren in het kantoor van zijn keuze.
Om veiligheidsredenen kan de Bank beslissen om bepaalde wer- kingsinstrumenten (zoals kredietkaarten) niet naar de Klant te versturen per post, maar ze in het domiciliekantoor ter beschik- king te houden van de Klant.
10.3. Terbeschikkingstelling van rekeninguittreksels en verzendingsfrequentie
De Bank stelt de rekeninguittreksels minstens eenmaal per
maand kosteloos ter beschikking van de Klant via de automa- tische loketten, het systeem voor internetbankieren of via het telefoonnummer 0800 12 053 (enkel voor Klanten die geen toegang hebben tot de automatische loketten of het systeem van internetbankieren, bijv. omdat zij niet over een bankkaart beschikken). Uitgezonderd dwingende wettelijke of reglemen- taire bepalingen, kiest de Klant zelf de verzendingsfrequentie van zijn briefwisseling.
Bij het aangaan van de klantenrelatie kan de Klant zelf de peri- odiciteit kiezen voor de verzending van zijn rekeninguittreksels naar het door hem opgegeven adres. Indien de Klant gedurende deze periode zijn rekeninguittreksels niet heeft opgevraagd, verzendt de Bank deze naar het door de Klant opgegeven domi- cilie- of verzendingsadres. De Bank kan, omwille van dwingende wettelijke of reglementaire bepaling, de rekeninguittreksels verzenden zonder rekening te houden met de door de Klant bepaalde periodiciteit. De Klant erkent dat de Bank, omwille van technische redenen, de rekeninguittreksels verzendt eens er 30 (dertig) transacties op rekening werden uitgevoerd. De Bank kan hiervoor redelijke kosten aanrekenen.
10.4. Opvragen van de briefwisseling
De Klant wordt geacht de briefwisseling geregeld op te vragen via de middelen die de Bank daartoe ter beschikking stelt (auto- matische loketten, elektronische kanalen, internetbankieren …).
De Klant wordt geacht kennis te hebben genomen van deze cor- respondentie binnen de drie dagen vanaf de terbeschikkingstel- ling door de Bank.
10.5. Bijzondere gevallen
De Bank kan in dezelfde omslag afschriften van diverse – zelfs verschillende – rekeningen versturen als deze rekeningen geopend werden op naam van dezelfde titularis of als deze afschriften aan dezelfde geadresseerde gericht zijn.
De briefwisseling die betrekking heeft op een rekening die of een effectendossier dat geopend werd op naam van verschei- dene natuurlijke personen of op naam van een rechtspersoon, wordt verzonden naar het (de) adres(sen) die werden meege- deeld door de perso(o)n(en) die gemachtigd is (zijn) de reke- ning of het effectendossier te beheren. Bij gebrek aan precieze instructies, wordt de briefwisseling verzonden naar de persoon wiens naam als eerste vermeld staat op de openingsdocumenten van de rekening of van het effectendossier.
10.6. Bewijs van verzending en inhoud van de briefwisseling
De Bank kan de verzending van de briefwisseling t.o.v. de Klant bewijzen door overlegging van een kopie van deze briefwisseling of van een overzicht van verrichtingen. Deze kopie kan een ande- re vorm hebben dan het origineel document, als dit het gevolg is van de gebruikte technologie, bijvoorbeeld de informatica.
10.7. Aansprakelijkheid
De Klant kan de Bank niet aansprakelijk stellen voor zijn eigen nalatigheid en kan niet aanvoeren dat hij niet tijdig kennis heeft genomen van een mededeling als hij zijn briefwisseling niet afhaalt.
10.8 Elektronische communicatie
De briefwisseling, waaronder ook rekeningafschriften, uitgaven- staten en andere berichten, documenten en informatie kunnen via elektronische weg en elektronische kanalen voor bankieren op afstand (zoals bijvoorbeeld Belfius Direct Net (Business)), per sms of door middel van een elektronische informatiedrager (zoals bijvoorbeeld een USB-stick) ter beschikking van de Klant worden gesteld. Ook documenten die betrekking hebben op ver- zekeringsproducten, alsook hypothecaire kredieten, kunnen via elektronische weg aan de Klant verzonden worden. Wat betreft Klanten die gebruik maken van Belfius Direct Net Business heb- ben de personen met een mandaat op rekening toegang tot de via dit elektronisch kanaal verzonden communicaties
Wanneer de Klant een telefoonnummer, faxnummer of e-mail- adres heeft opgegeven of gebruikt, zal de Bank aannemen dat dit een door de Klant gekozen kanaal is. In die gevallen houdt de Bank zich dan ook het recht voor om een kennisgeving of een mededeling die per gewone brief kan geschieden, via de elek- tronische kanalen voor bankieren op afstand, per sms, per fax of per elektronische post te doen. De briefwisseling wordt in ieder geval geldig verzonden naar het laatst opgegeven telefoonnum- mer, faxnummer of e-mailadres. De Bank is niet verantwoordelijk voor eventuele schade wanneer de Klant de wijziging van die gegevens niet of niet tijdig heeft meegedeeld.
10.9. Gebruik van elektronische post
De Bank behoudt zich het recht voor te communiceren met de Klant per e-mail.
Noch de Klant, noch de Bank hebben het recht de geldigheid of het bewijs van per e-mail overgemaakte informatie aan te vech- ten louter op grond van het feit dat deze informatie per e-mail verstuurd is.
De Bank gaat er redelijkerwijze van uit dat het e-mailbericht afkomstig is van de Klant. Dit e-mailbericht geldt als bewijs van ontvangst door de Bank en als bewijs van de datum en van de inhoud.
De Bank kan niet aansprakelijk gesteld worden voor een verlies van het e-mailbericht of voor de laattijdige uitvoering van een in het bericht vervatte opdracht, behoudens opzet of zware fout vanwege de Bank, zijn aangestelden of zijn lasthebbers.
De Klant is aansprakelijk voor de risico’s verbonden aan zijn eigen elektronische apparatuur (zoals bijvoorbeeld onbevoegde toegang of wijziging van een e-mailbericht), alsook voor de risico’s tijdens het verzenden van een e-mailbericht. De daaruit voortvloeiende schade is voor rekening van de Klant.
11. Persoonlijke levenssfeer
Belfius Bank, de andere entiteiten van de Belfius-groep, zijn rechtsopvolgers respectievelijk ten algemene titel (na fusie, splitsing, inbreng of anderzijds) en ten bijzondere titel (na over- dracht, indeplaatsstelling of anderzijds) en de vennootschappen waarmee hij/ze contractueel verbonden is/zijn in het kader van hun activiteiten, verwerken de persoonlijke gegevens van de Klant. De bescherming van de persoonlijke gegevens is bepaald door de wet.
De verwerking kan een mededeling of een uitwisseling van gegevens tussen de entiteiten van de Belfius-groep inhouden. De beoogde doeleinden voor de verwerking van de persoonlijke gegevens door Belfius bank, alsook de rechten van de Klant, zijn uiteengezet in het Privacycharter. Dit charter maakt deel uit van de contractuele relatie met de Klant en is de Klant tegenstelbaar. Dit charter is beschikbaar in kantoor en kan eveneens geraad- pleegd worden op xxxxxxx.xx/xxxxxxxxxxxxxx.
Om aan haar wettelijke verplichtingen te voldoen, deelt de Bank bepaalde persoonsgegevens mee aan de Nationale Bank van België. Dit betreft onder andere de gegevens die het mogelijk maken kredietrisico’s te evalueren, de gegevens i.v.m. contrac- ten rond het consumentenkrediet en het hypothecair krediet, alsook de gegevens betreffende de Centrale voor Kredieten aan Ondernemingen.
Daarnaast volgt uit een overeenkomst tussen de Bank en de Nationale Bank de verplichting om in het ENR-bestand melding te maken van de betalingsachterstanden (waaronder ook over- schrijdingen op professionele rekeningen) bij kredietovereen- komsten en financiële verbintenissen die voor privé- of beroeps- doeleinden worden afgesloten door natuurlijke personen en die niet gereguleerd worden door het Wetboek Economisch Recht. De Klant erkent deze contractuele verplichting in hoofde van de Bank.
In geval van effectisering, cessie of inpandgeving of registratie in het register van het bijzonder vermogen van een krediet- over- eenkomst (of de rechten/schuldvorderingen die daaruit voort- vloeien), kan/kunnen de Bank/zijn rechtsopvolgers ten algemene of ten bijzondere titel, de gegevens en verplichtingen van de kre- dietnemer en/of de betrokken borg/waarborgsteller meedelen aan een dergelijke entiteit of aan een derde emittent van effec- ten, overnemer, pandhouder of respectievelijk aan de beheerder van het compartiment van het bijzonder vermogen of van de onderliggende schuldvorderingen of aan de ratingbureaus, aan de toezichthoudende overheden en aan de marktautoriteiten, op voorwaarde dat de ontvanger van die gegevens het vertrou- welijk karakter en de beveiliging van die gegevens garandeert, vooral indien dat betekent dat er persoonsgegevens moeten worden overgeheveld naar een land buiten de Europese Unie, waar de wetgeving geen beschermingsniveau biedt dat verge- lijkbaar is met dat wat geldt in België of in de Europese Unie en op voorwaarde dat ze enkel worden gebruikt voor de uitvoering van de overgedragen of in pand gegeven schuld- vordering/ kredietovereenkomst en/of van zijn wettelijke of reglementaire verplichtingen aangaande het meedelen van die gegevens (inclu- sief de plicht om te rapporteren aan de Europese Centrale Bank op contractniveau en waarbij dergelijke informatie moet worden ter beschikking gesteld van de personen die beleggen in die financiële instrumenten).
12. Discretieplicht
De Bank heeft een discretieplicht. Zij deelt aan derden geen inlichtingen mee betreffende de verrichtingen van haar Klanten, behalve indien zij hiervoor hun uitdrukkelijke toelating heeft gekregen, ertoe verplicht wordt door een Belgische of buiten- landse wet of indien een gewettigd belang dit rechtvaardigt, of op grond van een uitdrukkelijk bevel van een toezichthoudende overheid of op grond van een gerechtelijke beslissing.
13. Nalatenschappen
13.1. Kennisgeving van het overlijden
Bij het overlijden van een Klant of diens partner, moeten de erfgenamen of de rechthebbenden de Bank onverwijld schrifte- lijk verwittigen en de Klant maakt zich sterk dat zij zulks zullen doen. De Klant, zijn erfgenamen of rechthebbenden zijn hoof- delijk aansprakelijk voor de gevolgen van een te late aangifte aan de Bank.
Zodra de Bank op enige wijze kennis krijgt van het overlijden van de Klant, mag de Bank overgaan tot saldering van alle schuldvor- deringen die op het ogenblik van het overlijden over en weer bestaan tussen de Klant en de Bank, zonder dat enige mede- deling zoals bedoeld in artikel 19.1 daartoe een noodzakelijke voorwaarde vormt. Tevens mag de Bank in dat geval overgaan tot compensatie zoals nader bepaald in de artikelen 19.2 tot 19.4,
alsof het zou gaan om een geval waarin de Klant zijn verplichtin- gen ten aanzien van de Bank niet meer nakomt.
13.2. Vrijgeven van de tegoeden van de nalatenschap
– Algemeen
Met het oog op de uitbetaling van de tegoeden of de opening van de kluizen en de teruggave van een gesloten omslag, moeten de erfgenamen of rechthebbenden een akte van erfopvolging opgesteld door een notaris of een attest van erfopvolging opge- steld door de ontvanger van het successiekantoor die de erfop- volging vaststelt, voorleggen evenals het eensluidend akkoord van de erfgenamen of rechthebbenden, of elk ander document dat op grond van de fiscale wetgeving vereist zou zijn.
De tegoeden zullen slechts worden vrijgegeven indien blijkt uit de akte of het attest van erfopvolging dat er geen kennisgeving is gedaan van enige fiscale of sociale schulden, hetzij dat de schulden waarvan kennis werd gegeven betaald zijn. Een erf- genaam kan zijn gedeelte van de nalatenschap opeisen mits hij een akte of attest van erfopvolging voorlegt waaruit blijkt dat geen kennisgeving is gedaan van enige fiscale of sociale schul- den in hoofde van de betrokken erfgenaam, noch in hoofde van de overledene hetzij dat deze schulden reeds betaald werden. Daarnaast dient de betrokken erfgenaam eveneens te beschik- ken over het eensluidend akkoord van al de erfgenamen of rechthebbenden met deze vrijgave.
Langstlevende echtgenoot of langstlevende wettelijk samen- wonenden
Na de kennisgeving van het overlijden stelt de Bank aan de langstlevende echtgeno(o)t(e) of aan de langstlevende wet- telijk samenwonende partner een bedrag ter beschikking, voor zover het globale saldo van alle schuldvorderingen die de Bank en de Klant tegenover elkaar hebben, positief is.
Het ter beschikking gestelde bedrag is maximaal 5 000 EUR, en dient om de langstlevende echtgeno(o)t(e) of de langstlevende wettelijk samenwonende partner toe te laten in de dringende kosten van diens levensonderhoud te voorzien.
Het bedrag van 5 000 EUR geldt als absoluut maximum dat de langstlevende kan opvragen bij de Bank en bij alle andere finan- ciële instellingen samen.
Het Burgerlijk Wetboek laat niet toe dat de langstlevende echtgeno(o)t(e) meer dan de helft van de beschikbare creditsaldi op de gemeenschappelijke of onverdeelde zicht- of spaarreke- ningen waarvan de overledene of de langstlevende echtgenoot houder of medehouder is, aanwendt zonder het akkoord van alle erfgenamen aangeduid in de akte of attest van erfopvolging, noch dat de langstlevende wettelijke samenwonende partner meer dan de helft van de beschikbare creditsaldi op de gemeen- schappelijke of onverdeelde zicht- of spaarrekeningen waarvan de langstlevende wettelijk samenwonende medehouder is, aan- wendt zonder het akkoord van alle erfgenamen aangeduid in de akte of attest van erfopvolging.
Indien de langstlevende echtgeno(o)t(e) of de langstlevende wettelijk samenwonende meer aanwendt dan de helft van de bovenvermelde beschikbare creditsaldi, met een toegelaten absoluut maximum van 5 000 EUR bij de Bank en alle andere financiële instellingen samen, dan verliest deze ter waarde van de som die boven dat bedrag is afgehaald enig aandeel in het gemeenschappelijk vermogen, de onverdeeldheid of de nala- tenschap en verliest deze daarenboven de bevoegdheid om de nalatenschap te verwerpen of te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving.
In voorkomend geval zal de langstlevende echtgeno(o)t(e) of de langstlevende wettelijk samenwonende partner de Bank vrijwa- ren voor elke vordering die ten aanzien van de Bank zou worden ingesteld wegens het ter beschikking stellen van een bedrag dat hoger is dan de wettelijk toegelaten maxima.
13.3. Kosten
Algemeen
De kosten voor het beheer en de vereffening van de tegoeden van een nalatenschap worden geboekt op het debet van de rekeningen van de nalatenschap. De opzoekingskosten komen ten laste van de erfgenaam die de opzoekingen aanvraagt. Zij moeten vóór de opzoeking worden betaald. Bij gebrek aan verduidelijkingen aanvaardt hij dat deze kosten worden gedebi- teerd van om het even welke rekening waarvan hij houder is bij de Bank. Deze kosten worden vermeld in het document Tarieven en interestvoeten.
Verkoop van financiële instrumenten
Als de erfgenamen opdracht geven tot verkoop van financiële instrumenten waarvan de waarde lager ligt dan de verkoopkos- ten (bijvoorbeeld “strips”), worden de erfgenamen veronder- steld, bij gebrek aan verdere verduidelijkingen, er onherroepelijk van af te zien ten gunste van de Bank. Hetzelfde geldt voor de opvraging of de overdracht van financiële instrumenten wanneer de vaste kosten hoger liggen dan de waarde van de betrokken financiële instrumenten.
13.4. Hoofdelijkheid en ondeelbaarheid
De erfgenamen en rechthebbenden van een overleden Klant zijn hoofdelijk en ondeelbaar gehouden alle verbintenissen van de Klant ten aanzien van de Bank na te komen.
14. Tarieven
14.1. Tarieven en voorwaarden
De tarieven en voorwaarden van toepassing op de diensten aan- geboden door de Bank, staan vermeld in het document Tarieven en interestvoeten dat ter beschikking is in alle kantoren of op de website van de Bank xxx.xxxxxxx.xx. De Klant die een relatie aangaat met de Bank ontvangt gratis een exemplaar van deze tarieven en voorwaarden op papier of op duurzame drager. Op verzoek van de Klant verstrekt de Bank informatie omtrent de verschuldigde kosten, en de eventuele uitsplitsing daarvan, voor een uit te voeren individuele betalingstransactie.
14.2. Kosten of commissieloon
Behoudens andersluidende wettelijke of contractuele bepaling, zijn de gebruikelijke door de Bank aangerekende kosten en com- missielonen alsmede kosten die de Bank heeft moeten maken op vraag van de Klant of in zijn belang, ten laste van de Klant. Het betreft onder andere de kosten van bewaring, opzoekingen, verzending of terbeschikkingstelling van waarden op welke wijze dan ook, kosten, van duplicata, van tussenkomst van correspon- denten of tussenpersonen, kosten verbonden aan beslagen, verzet of revindicatie, alsook raadplegingskosten van derden of informatiecentrales, kosten van onderzoek ten laste van de Klant. gevoerd door de overheden, alsook kosten verbonden aan bewaringsmaatregelen, van hernieuwing en de recuperatie van rechten van de Bank tegenover de Klant.
14.3. Rechten, taksen, belastingen
Alle zegel- en registratierechten en andere taksen van welke aard ook, of retributies die verschuldigd zijn wegens of ter gele- genheid van een verrichting die door de Klant werd uitgevoerd, zijn ten laste van deze Klant. De inkomstenbelastingen die de Bank afhoudt als schuldenaar of als tussenpersoon, blijven ten laste van de begunstigde van de inkomsten.
14.4. Aanrekening van de kosten
De Bank verstrekt duidelijke informatie omtrent de aangere- kende kosten (met de eventuele uitsplitsing daarvan) en kan alle voornoemde kosten of taksen automatisch debiteren van de rekeningen van de Klant (ongeacht of deze houder, medehouder of volmachthouder is).
15. Archivering van de documenten – Bewijskracht
15.1. Plichten van de Bank
De Bank is niet verplicht de boekhouding, de bewijsstukken of andere documenten, onder welke vorm ook, langer te bewaren dan door de wet wordt bepaald.
15.2. Bewijskracht
De Klant aanvaardt dat de door de Bank opgeslagen informa- torische/elektronische gegevens het bewijs vormen van ver- richtingen, orders, berichten of informatie uitgewisseld via elektronische weg, ongeacht de drager waarop deze gegevens zich bevinden. Voor deze elektronische verrichtingen vervangt de elektronische handtekening van de Klant de handgeschreven handtekening. In functie van de diensten onderschreven door de Klant en de daarmee verbonden bijzondere reglementen, wordt
o.m. het inbrengen van de volgende gegevens als een elektroni- sche handtekening beschouwd: de pincode, de geheime code, de toegangscode, de combinatie van het inbrengen van de bank- of kredietkaart met de persoonlijke code, de combinatie van het rekening- en/of identificatienummer met de persoonlijke code, de dubbele (publieke en privé-) sleutel. De Klant aanvaardt het opnemen van zijn telefonisch gegeven orders en aanvaardt dat deze opnames in een gerechtelijke procedure worden gebruikt en een bewijsmiddel vormen.
15.3. Archiveringswijze
De Bank heeft het recht alle documenten te bewaren in de vorm van fotografische, microfotografische (films, microfilms), magnetische, elektronische of optische afschriften. Deze heb- ben dezelfde bewijskracht als de originele stukken waarvan zij geacht worden een waarheidsgetrouwe kopie te zijn en dit tot het bewijs van het tegendeel.
16. Verjaring
Het recht om tegen de Bank in rechte op te treden voor om het even welke dienst, met inbegrip van de kredieten, verjaart na een termijn van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van de betwiste verrichting, tenzij de wet voorziet in een kortere ter- mijn, in welk geval de wettelijke termijn toepassing vindt.
17. Klachten
17.1. Bewijs tegen de Bank
De documenten of borderellen die de Bank aflevert bij een stor- ting in contanten of de afgifte van financiële instrumenten, han- delspapier enz. kunnen slechts tegen de Bank worden ingeroe- pen als zij ten minste één handtekening van de Bank of een door de Bank erkend identificatieteken dragen. Om tegen de Bank te kunnen worden ingeroepen, moeten deze documenten de Klant identificeren, hetzij door de vermelding van zijn volledige identiteit, hetzij door de vermelding van een rekeningnummer.
17.2. Termijn om klacht in te dienen
Algemeen
De Klant moet onmiddellijk en schriftelijk alle anomalieën of vergissingen melden die hij vaststelt in alle documenten, zoals rekeningafschriften die hij van de Bank ontvangt.
Indien de Klant binnen een termijn van 30 dagen vanaf de terbe- schikkingstelling geen klacht indient, worden alle documenten, zoals rekeningafschriften, geacht goedgekeurd te zijn door de Klant en vormen zij een titel voor de Bank. De Klant wordt desgevallend geacht definitief afstand te doen van elk recht op betwisting.
Betalingstransacties
De Klant die zich rekenschap geeft van ofwel een niet-toege- stane betalingstransactie, ofwel een niet-correct uitgevoerde betalingstransactie, welke aanleiding geeft tot een vordering, verkrijgt alleen maar rechtzetting van de Bank indien hij haar onverwijld en uiterlijk 13 maanden na de valutadatum van de debitering of de creditering, kennis geeft van de bewuste trans- actie. Niet-Consumenten in de zin van de Wet betreffende de betalingsdiensten, verkrijgen desgevallend alleen maar recht- zetting van de Bank indien ze haar onverwijld en uiterlijk één maand na de valutadatum van de debitering of de creditering kennis geven van de bewuste transactie.
Transacties in financiële instrumenten
De Klant die zich rekenschap geeft van ofwel een niet-correct uitgevoerde transactie in financiële instrumenten, ofwel een niet-toegestane transactie in financiële instrumenten, verkrijgt alleen maar rechtzetting van de Bank indien hij haar onverwijld en uiterlijk 10 dagen na de debitering of de creditering, kennis geeft van de bewuste transactie.
17.3. Ontbreken van een bevestiging
Als de Klant geen bevestiging ontvangt van een verrichting die hij heeft uitgevoerd, meldt hij dit onmiddellijk aan de Bank.
17.4. Automatische rechtzetting
De Bank heeft altijd het recht om binnen een redelijke termijn na de vaststelling ervan ambtshalve, met de juiste valutadatum de verrichtingen recht te zetten die hetzij in het nadeel van de Klant of van de Bank geboekt zouden zijn als gevolg van een vergissing van haar diensten, van haar volmachthouders of aangestelden, of van de financiële instelling die optreedt als tussenpersoon dan wel als opdrachtgevende instelling.
17.5. Debetinteresten
Telkens wanneer een automatische rechtzetting niet mogelijk is en de Klant weigert om het ten onrechte ontvangen bedrag terug te betalen, is hij vanaf de ingebrekestelling debetinteres- ten verschuldigd die gelden voor een overschrijding.
17.6. Klachten- en beroepsprocedure
Voor elke klacht in verband een bank- en/of verzekeringspro- duct dient de consument zich in eerste instantie tot de Bank te richten,
of online via het klachtenformulier op xxx.xxxxxxx.xx of via het e-mailadres xxxxxxxxxx@xxxxxxx.xx
of op het volgend adres: Belfius Bank NV, dienst Klachtenbeheer (Collinummer: 7908), Xxxxx Xxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx
of per telefoon op nummer : 02/000.00.00.
Indien het antwoord van de dienst Klachtenbeheer niet volstaat voor de consument, kan hij zich richten tot de Negotiator,
of online via het klachtenformulier op xxx.xxxxxxx.xx of via het e-mailadres xxxxxxxxxxx@xxxxxxx.xx
of op volgend adres: Belfius Bank NV, Negotiation (Collinummer: 7913), Xxxxx Xxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx
of per telefoon op het nummer: 02/000.00.00.
Indien ook het antwoord van de Negotatior niet bevredigend is voor de consument, kan hij voor bankproducten Ombudsfin (de Ombudsman in financiële geschillen) en voor verzekeringspro- ducten de Ombudsman van de Verzekeringen aanspreken. Deze gekwalificeerde entiteiten voor buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen hebben als opdracht op een onafhanke- lijke manier geschillen te onderzoeken en een onderling akkoord te vinden. In dat geval kan de consument zijn aanvraag versturen naar het volgende adres:
- Voor bankproducten: Ombudsfin (Ombudsman in financiële geschillen),
North Gate II, Xxxxxx Xxxxxx XX-xxxx 0 xxx 0,0000 Xxxxxxx.
De gedetailleerde informatie over de kenmerken en toepas- singsvoorwaarden van deze buitengerechtelijke regeling, is raadpleegbaar op de website xxx.xxxxxxxxx.xx.
- Voor verzekeringsproducten: Ombudsman van de Verzekeringen, de Xxxxxxxxxxx 00, 0000 Xxxxxxx.
De gedetailleerde informatie over de kenmerken en toepas- singsvoorwaarden van deze buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen, is raadpleegbaar op de website www. xxxxxxxxx.xx.
De Bank heeft zich geëngageerd deel te nemen aan deze buiten- gerechtelijke regeling van consumentengeschillen.
18. Aansprakelijkheid van de Bank
18.1. Principe
Uitgezonderd afwijkende wettelijke of contractuele bepalingen, is de Bank enkel aansprakelijk in geval van een zware of opzet- telijke fout begaan tijdens de uitoefening van haar professionele activiteiten.
De aansprakelijkheid van de Bank tegenover de Klant als gevolg van een tekortkoming van de Bank kan in geen geval aanleiding geven tot schadeloosstelling voor onrechtstreekse schade van financiële, commerciële of andere aard.
Onder onrechtstreekse schade wordt onder meer verstaan: de verhoging van de algemene kosten, het verstoren van de plan- ning, het verder moeten leveren van prestaties, het verlies van winst, imago, klanten of verhoopte besparingen.
18.2. Overmacht – Overheidsmaatregelen
De Bank is niet aansprakelijk voor schade die haar Klanten zou- den lijden als gevolg van overmacht of van handelingen gesteld door de overheid.
18.3. Bijzondere gevallen
De Bank is evenmin aansprakelijk voor schade die wordt veroor- zaakt door gewapende overvallen, vergissingen of vertragingen die te wijten zijn aan derden, door onderbreking van telecom- municatieverbindingen, het geheel of gedeeltelijk uitvallen van informaticasystemen of ten gevolge van stakingen.
18.4. Minderjarigen
De wettige vertegenwoordigers van de minderjarige Klant vrij- waren de Bank hoofdelijk en ondeelbaar voor elke vordering ten aanzien van de Bank ten gevolge van het feit dat de wettige vertegenwoordigers de tegoeden van de minderjarige Klant niet hebben beheerd in het belang van de minderjarige Klant en in voorkomend geval niet beschikten over de noodzakelijke vooraf- gaande rechterlijke machtiging.
19. Waarborgen gesteld ten gunste van de Bank
19.1. Eenheid van de rekeningen
De diverse rekeningen waarvan een Klant (mede)houder is, vormen, tenzij anders overeengekomen en voor zover hun werkingsmodaliteiten dit toelaten, de compartimenten van één enkele en ondeelbare rekening. De Bank mag op elk ogenblik, mits een eenvoudige mededeling, overdrachten verrichten van een compartiment naar een ander, van een debetsaldo naar een creditsaldo en omgekeerd, of van een debetsaldo naar een debetsaldo, teneinde te komen tot een enig saldo. Indien bepaalde compartimenten zijn uitgedrukt in vreemde munten, vormen zij ook deel van deze ene rekening. Bij afsluiting van de rekening worden de vreemde munten omgezet in euro op kosten van de Klant, zodat het eindsaldo van de rekening in euro wordt uitgedrukt.
19.2. Compensatie: principes
In geval de Klant zijn verplichtingen ten aanzien van de Bank niet nakomt, kan de Bank, zelfs na het faillissement van de Klant of na elke toestand van samenloop, al haar vorderingen ten aanzien van een Klant compenseren met alle vorderingen van deze Klant te haren laste, ongeacht of dit opeisbare dan wel niet-opeisbare vorderingen betreft en ongeacht of het vorderingen in euro dan wel in vreemde munten betreft.
19.3. Compensatie: gemeenschappelijke rekening
De Bank kan gelijk wanneer het debetsaldo van een gemeen- schappelijke rekening waarvan de Klant medehouder is, compen- seren met het creditsaldo van een rekening waarvan diezelfde Klant de enige houder is.
19.4. Compensatie: volmachthouder
Zo ook kan de Bank te allen tijde het debetsaldo van een reke- ning waarvan de Klant volmachthouder is, compenseren met het creditsaldo van een rekening waarvan diezelfde Klant de enige
houder is, op voorwaarde dat deze Klant het debetsaldo heeft veroorzaakt.
19.5. Blokkering
Om objectief gerechtvaardigde redenen, evenals wanneer zulks nodig is ter vrijwaring van de rechten van de Bank of van derden, alsook om gevolg te geven aan enig bevel van een bevoegde overheid, kan de Bank het saldo van een rekening voor een bepaalde periode, geheel of gedeeltelijk, onbeschikbaar maken.
19.6. Pandgeving
Alle bedragen, financiële instrumenten en tegoeden die de Bank voor rekening van een Klant houdt, dienen als waarborg voor de goede uitvoering van de verplichtingen van laatstgenoemde ten aanzien van de Bank. Indien de Klant in gebreke blijft zijn verplichtingen t.o.v. de Bank na te leven, mag de Bank deze bedragen aanwenden en deze tegoeden te gelde maken tot aanzuivering van de schulden van de Klant mits naleving van de wettelijke procedures.
De Bank mag eveneens de in pand gegeven financiële instrumen- ten in portefeuille houden of overeenkomstig de op dat ogenblik geldende wettelijke bepalingen te gelde maken tot aanzuivering van de schulden van de Klant ongeacht het tijdstip en zonder aansprakelijkheid van de bank wat betreft het tijdstip van de tegeldemaking.
De Klant verbindt zich ertoe niets te ondernemen dat de waarde van deze pandgeving zou verlagen of de uitvoering ervan zou bemoeilijken, en onder andere deze bedragen, financiële instru- menten of tegoeden niet in pand te geven, noch over te dragen aan derden, zonder voorafgaande en schriftelijke goedkeuring van de Bank.
19.7. Retentierecht
De Bank kan eveneens weigeren om de bedragen, waarden of tegoeden die zij voor rekening van de Klant houdt aan de Klant terug te geven, zolang die zijn verplichtingen niet nakomt.
19.8. Overdracht van schuldvordering
Als waarborg voor de terugbetaling van alle bedragen die de Klant aan de Bank verschuldigd zou kunnen zijn, draagt de Klant al zijn schuldvorderingen aan de Bank over, zowel actuele als toekomstige, ten laste van: alle huurders, pachters of andere personen die over een zakelijk of persoonlijk recht op een aan hem toebehorend roerend of onroerend goed beschikken; ver- zekeringsmaatschappijen; andere banken of financiële instel- lingen; elke werkgever of instelling voor sociale zekerheid; alle schuldenaars van inkomsten, renten of alimentatievergoedin- gen; en in het algemeen, alle bedragen waarvan hij schuldeiser zou worden.
Indien de Klant een van zijn verbintenissen tegenover de Bank niet zou nakomen, kan deze laatste de overdracht betekenen aan de debiteuren van de schuldvorderingen, die vanaf dat ogenbik alleen nog geldig aan de Bank kunnen betalen.
De Klant verbindt zich om de Bank alle inlichtingen en docu- menten betreffende deze overgedragen schuldvorderingen te verstrekken indien zij daar om verzoekt. Hij machtigt bovendien de debiteuren om hetzelfde te doen.
20. Keuze van woonplaats
Voor de uitvoering van dit Reglement kiest de Bank woonplaats op haar zetel, Karel Rogierplein 11 te 0000 Xxxxxxx. De Klant kiest woonplaats op het laatst door hem aan de Bank meegedeeld adres.
Indien de Klant geen bekende verblijf- of woonplaats heeft, wordt hij geacht woonplaats te kiezen bij het parket van de Procureur des Konings te Brussel, bij wie alle betekeningen en kennisgevingen rechtsgeldig kunnen gebeuren.
De Bank behoudt zich evenwel het recht voor rekening te hou- den met de werkelijke woon- of verblijfplaats van de Klant.
21. Toepasselijk recht en bevoegde rechtbanken
Behoudens andersluidende wettelijke of contractuele bepaling, vallen de betwistingen tussen de Bank en een Klant onder de toepassing van het Belgisch recht en zijn de Belgische rechtban- ken uitsluitend bevoegd.
22. Opzegging, stopzetting van de relaties
22.1. Opzegging met een opzeggingstermijn
Opzegging van een betaal- en spaarrekening:
De Klant kan elke overeenkomst te allen tijde kosteloos opzeg- gen mits naleving van een opzeggingstermijn van één maand. De Bank behoudt zich het recht voor om passende kosten aan te rekenen wanneer de overeenkomst gedurende minder dan zes maanden in werking is geweest.
De Bank kan een voor onbepaalde duur afgesloten overeen- komst beëindigen mits inachtneming van een opzegtermijn van ten minste 2 maanden. Zij brengt de Klant van deze beëindiging op de hoogte per brief of via elke andere duurzame drager. De beëindiging van deze overeenkomst dient niet gemotiveerd te worden.
Opzegging van andere diensten:
Behoudens afwijking in bijzondere contractuele voorwaarden, kan de Klant elke overeenkomst te allen tijde kosteloos opzeg- gen mits naleving van een opzeggingstermijn van één maand. De Bank kan een voor onbepaalde duur afgesloten overeen- komst beëindigen mits inachtneming van een opzegtermijn van ten minste één maand. Zij brengt de Klant van deze beëindiging op de hoogte per brief of via elke andere duurzame drager. Desgevallend dient de beëindiging niet gemotiveerd te worden.
22.2. Onmiddellijke beëindiging
In geval van een vertrouwensbreuk, niet-naleving van de Reglementen of een fout in hoofde van de Klant, heeft de Bank het recht onmiddellijk, zonder opzeggingstermijn en zonder ingebrekestelling een einde te maken aan de overeenkomst.
22.3. Inactieve rekeningen
De Bank behoudt zich eveneens het recht voor om de rekeningen en effectendossiers van de Klant af te sluiten wanneer op deze rekeningen en effectendossiers gedurende een periode van vijf jaar geen andere verrichtingen werden geregistreerd dan de aanrekening van de kosten. Deze afsluiting houdt in voorko- mend geval de opzeg in van alle eraan verbonden diensten.
22.4. Teruggave
Wanneer de Klant of de Bank een einde maken aan het gebruik van een dienst, moet de Klant alle werkinstrumenten (overschrij- vingsformulieren of cheques, toegangskaart voor de automa- tische loketten, kredietkaarten enz.) onmiddellijk aan de Bank terugbezorgen. De Klant is aansprakelijk voor het gebruik van deze instrumenten na de beëindiging.
22.5. Opeisbaarheid
Wanneer de contractuele betrekkingen tussen de Bank en de Klant worden stopgezet of wanneer bepaalde diensten worden beëindigd, worden alle aan de Bank verschuldigde bedragen opeisbaar en lopen de creditinteresten niet langer.
22.6. Beschikbaarstelling van de tegoeden
Indien na de terugbetaling en teruggave van alle werkinstru- menten de Klant nog tegoeden bezit, stelt de Bank het credit- saldo ter beschikking van de Klant.
22.7. Aanrekening van de kosten
Op gezette tijden aangerekende kosten voor betalingsdiensten zijn slechts naar evenredigheid verschuldigd door de Klant tot de beëindiging van het contract. Indien de kosten vooraf zijn betaald, worden zij onverwijld en naar evenredigheid terugbe- taald vanaf de maand volgend op de datum van de beëindiging.
De Bank zal het positieve saldo van de Betaalrekening, met inbegrip van alle interesten waarop de Klant ingevolge de wette- lijke en reglementaire bepalingen en de algemene voorwaarden recht heeft, zonder bijkomende kost uitbetalen, hetzij overschrij- ven op een door de Klant aangegeven Betaalrekening bij een financiële instelling of betalingsinstelling.
Na het afsluiten van een Betaalrekening, betaalt de Bank de door de Klant op jaarbasis betaalde beheerskosten voor de betaal- rekening terug naar evenredigheid met het aantal volledige kalendermaanden vanaf de maand volgend op de datum van het afsluiten van de rekening tot het einde van de periode waarvoor de beheerskosten werden betaald.
Dit artikel is van toepassing op betaal- en spaarrekeningen.
DEEL 5 – VOLMACHTEN
23. Volmachten: algemeen
Via de formulieren die de Bank hem ter beschikking stelt, kan de Klant een volmacht geven aan een derde om hem te vertegenwoordigen in zijn relaties met de Bank in het alge- meen of voor een bepaalde dienst waarvan hij titularis is bij de Bank. Uitgezonderd andersluidende overeenkomst, heeft de volmachthouder dezelfde bevoegdheden (beheer, beschik- king, opzeg- ging, schrappen van volmachten …) als de titularis zelf, met uitzondering van het toevoegen van andere vol- machten. Bovendien heeft de volmachthouder de bevoegdheid om Rekeninginformatiediensten en Betalingsinitiatiediensten te activeren.
Tijdens de duur van de volmacht heeft de volmachthouder recht op alle informatie met betrekking tot de diensten waarop de vol- macht betrekking heeft, dus ook over verrichtingen van voor het begin van de volmacht. Na het einde van de volmacht heeft de volmachthouder nog recht op alle informatie met betrekking tot de diensten waarop de volmacht betrekking had, maar beperkt tot de periode van de duur van de volmacht.
24. Herroeping van de volmacht
De volmachten lopen ten einde op de eerste bankwerkdag na de ontvangst door de Bank van het formulier voor herroeping, behoudens overmacht. Zij houden in elk geval op te bestaan op de dag dat een einde wordt gemaakt aan de dienst. Wanneer de volmachtgever of de volmachthouder een einde wenst te stellen aan de volmacht, moet hij dat schriftelijk doen en gebruik maken van het daartoe bestemde formulier.
25. Overige manieren waarop de volmacht eindigt
Volmachten lopen ten einde bij het overlijden van de volmacht- gever of van de volmachthouder, uitgezonderd voor bepaalde onherroepelijke volmachten, en in het algemeen wegens de redenen voorzien in artikel 2003 van het Burgerlijk Wetboek. De volmachten die werden verleend door vennootschappen of door verenigingen zonder rechtspersoonlijkheid, lopen ten einde in geval van vereffening, ontbinding of faillissement.
26. Aansprakelijkheid van de volmachtgever
De volmachtgever is volledig aansprakelijk voor de verrichtin- gen die worden uitgevoerd door de volmachthouder, ongeacht of zij voortvloeien uit het gewettigd gebruik van de werkings- instrumenten die ter beschikking werden gesteld of van het frauduleus gebruik of misbruik ervan. De Bank is niet verplicht te controleren of de volmachten geldig werden verleend door vertegenwoordigers van een rechtspersoon. Wanneer de titula- ris van dienst een einde maakt aan een volmacht, brengt hij de volmachthouder daarvan op de hoogte d.m.v. een aangetekende zending en is hij verplicht de werkingsinstrumenten en de toe- gangskaart tot de kluis te recupereren van de volmachthouders.
27. Aansprakelijkheid van de volmachthouder
De volmachthouder is hoofdelijk en ondeelbaar aansprakelijk voor alle door hem gegeven opdrachten of uitgevoerde ver- richtingen.
DEEL 6 – VERSCHEIDENE PERSONEN
Gemeenschappelijke bankdiensten
28. Rekeningen, effectendossiers en kluizen
Om gezamenlijke diensten te benoemen/aan te duiden, spreekt men over de rekening, het effectendossier of de kluis “Mr./Mevr. of Mevr./Mevr. of Mr./Mr.”. Zijn er meer dan twee houders, dan zal het opschrift de twee eerste namen hernemen, tenzij de Klant een andere benaming heeft opgegeven. De overschrij- vingen of cheques betreffende deze rekeningen, vermelden dezelfde benaming. De houders van een gezamenlijke rekening, effectendossier of kluis zijn zowel t.a.v. de Bank als t.a.v. elke belanghebbende derde, hoofdelijk en ondeelbaar, actief en pas-
sief, aansprakelijk voor de verplichtingen die voortvloeien uit het bestaan en de werking van de rekening of het effectendossier. Rechtspersonen kunnen, elk in de hoedanigheid van houder, een gezamenlijke rekening openen/beheren.
29. Beschikkings-, toegangs- en opzeggingsrecht
Elke houder van een gemeenschappelijke rekening, effectendos- sier of huurder van een gezamenlijke kluis, geniet van een indi- vidueel beschikkings-, toegangs- of opzeggingsrecht, behoudens andersluidende bepaling. Hij kan individueel alle verrichtingen doen, beschikt over dezelfde bevoegdheden en heeft dezelfde verplichtingen als een individuele houder of huurder. Elke huur- der van een gezamenlijke kluis ontvangt een toegangskaart voor een volmachthouder. De medehuurders of volmachthouders die toegang willen hebben tot de kluis, tekenen het register van de gevolmachtigden.
In het geval waar een rekening gemeenschappelijk beheerd wordt door twee of meerdere rechtspersonen, dienen, behou- dens anders- luidend beding, alle medehouders steeds hun akkoord te geven voor het uitvoeren van verrichtingen.
Diensten in onverdeeldheid
30. Rekeningen, effectendossiers, kluizen
Om diensten in onverdeeldheid aan te duiden, spreken we over de rekening/het dossier “Mr./Mevr., Mr./Mr. en Mevr./Mevr.” Als er meer dan twee houders zijn, omvat de benaming van de dienst de vermelding “onverdeeldheid”, gevolgd door de twee eerste namen, als de Klant geen andere benaming heeft opgegeven. Alle houders of huurders moeten samen optreden voor elke beheers- of beschikkingsdaad of voor elk verzoek tot toegang tot de kluis. Zij kunnen evenwel hun bevoegdheden delegeren aan een of meer volmachthouders of aan elkaar wederzijdse volmacht geven.
31. Kaarten voor de toegang tot de kluizenzaal
De toegangskaart wordt opgemaakt op de naam van alle huur- ders. Het register der volmachthouders moet worden getekend door alle huurders of eventueel door de volmachthouder bij elke toegang tot de kluis.
Feitelijke verenigingen
32. Hoedanigheid van lid of vertegenwoordiger
Indien geen lijst met leden wordt overhandigd, erkent de Bank als leden, hierna “de leden” of “de vertegenwoordigers” genoemd, enkel die personen die werden geïdentificeerd en die hun hand- tekening hebben geplaatst op het document Identificatie Klant “feitelijke vereniging”. Indien de perso(o)n(en) die gemachtigd is (zijn) om de rekeningen of andere diensten, geopend door de vereniging (gevolmachtigden), te beheren, niet worden ver- meld, zorgen de vertegenwoordigers zelf voor het beheer en hebben zij de dubbele hoedanigheid van vertegenwoordiger en volmachthouder.
33. Regels die gelden bij het deponeren van de statuten of het reglement
Het beheer gebeurt conform de statuten die of het reglement dat via het daartoe bestemde formulier gedeponeerd werd(en) bij de Bank.
34. Regels die gelden bij gebrek aan of bij stilzwijgen van statuten of reglement
34.1. Beheer
Indien de vertegenwoordigers geen volmachthouders hebben aangeduid voor het beheer van een bepaalde rekening of een bepaald dossier, moeten de vertegenwoordigers twee aan twee optreden. Zij kunnen met deze dubbele handtekening een of meer volmachthouders aanstellen voor het beheer van de dien- sten die werden geopend in naam van de vereniging. Wijzigingen aan de lijst van de vertegenwoordigers zijn enkel tegenstelbaar
aan de Bank als het daartoe opgesteld document wordt onder- tekend door minstens twee vertegenwoordigers. Bij overlijden moet een overlijdenscertificaat worden voorgelegd. Indien een volmachthouder wordt uitgesloten, is de handtekening van twee vertegenwoordigers noodzakelijk. Als het gaat om een ontslag, volstaat het dat het ontslag is ondertekend door de volmacht- houder. Zo ook kan een lid (vertegenwoordiger) individueel een rekening van de vereniging niet laten blokkeren, noch een kluis laten verzegelen of laten openbreken. Het verzoek moet op zijn minst worden ondertekend door twee vertegenwoordigers.
34.2. Eigendom van de tegoeden van de vereniging
De tegoeden behoren toe aan de vereniging; de leden of verte- genwoordigers verzaken uitdrukkelijk voor zichzelf en voor hun erfgenamen of rechthebbenden, aan alle rechten op de tegoe- den van de vereniging.
In geval van ontbinding van de vereniging of wanneer er nog slechts één lid is, worden de tegoeden bij voorkeur overgedra- gen aan een vereniging uit dezelfde regio die dezelfde doelein- den nastreeft.
35. Hoofdelijkheid en ondeelbaarheid
De leden van de vereniging zijn hoofdelijk en ondeelbaar aansprakelijk ten aanzien van de Bank en van alle belangheb- bende derden voor de verbintenissen die voortvloeien en zullen voortvloeien uit het bestaan en de werking van de rekening, het effectendossier of de huurovereenkomst.
DEEL 7 – ALS WAARBORG GEBLOKKEERDE TEGOEDEN
36. Algemeen
De Bank kan op verzoek van de Klant een bepaald bedrag blok- keren op een spaarrekening of op een effectendossier en dit als waarborg van de verbintenissen van deze Klant ten aanzien van een derde. De Bank bevestigt de blokkering schriftelijk aan de derde.
Indien een beleggingsrekening wordt gebruikt als waarborg, moet het totaal saldo altijd als waarborg geblokkeerd zijn.
37. Vrijgave
De aldus geblokkeerde tegoeden kunnen enkel worden vrijge- geven na het overmaken van een document dat gezamenlijk wordt ondertekend door de houder van de rekening en de derde begunstigde van de waarborg, of van een uitvoerbaar vonnis dat bepaalt hoe de bedragen kunnen worden vrijgemaakt.
HOOFDSTUK II: DE REKENINGEN
DEEL 1 – ALGEMEEN
38. Opening van een rekening
De Klant kiest het type van de rekening alsook de werkings- en de beheersmodaliteiten uit de diverse formules die door de Bank ter beschikking worden gesteld door op het openingsdocument de gepaste vakjes aan te kruisen.
39. Verrichtingen aan de automatische loketten
De modaliteiten voor de opvraging aan de automatische loket- ten d.m.v. een bankkaart worden bepaald in de algemene voor- waarden van de betrokken kaarten.
40. Geldopname aan de loketten
De Klant kan opnemingen in contanten doen in de hoofdze- tel of aan de loketten van de Bank, mits voorlegging van zijn identiteitskaart en zijn betaalkaart. De Bank kan opnemingen in contanten toestaan mits de enkele voorlegging van de identi- teitskaart van de houder. Om veiligheidsredenen kan het bedrag van de geldopnemingen beperkt worden. Om de veiligheid van de personen in de kantoren te verbeteren, kan de Bank maat- regelen nemen om de opname van contanten aan de loketten te beperken of de Klant alternatieve oplossingen aan- bieden. De Klant moet zich vooraf bij het kantoor informeren over de beschikbare hoeveelheid contanten en over de opname- moda- liteiten.
41. Rekeningafschriften
Op de rekeningafschriften vermeldt de Bank voor elke verrich- ting die werd geregistreerd op de rekening, een referentie aan de hand waarvan de Klant kan uitmaken om welke (betalings) transactie het gaat, de benaming van de verrichting, de naam van de Begunstigde zoals ingegeven door de Betaler, het bedrag van de verrichtingen en de valuta waarin de Betaalrekening van de Klant wordt gedebiteerd of gecrediteerd, het bedrag van de kosten voor de verrichting (en indien mogelijk de uitsplitsing ervan), desgevallend de gehanteerde wisselkoers en het bedrag van de betalingstransactie na de valutawissel, de datum van de verrichting, de valutadatum, het saldo van de rekening vóór de verrichtingen en het saldo na de verrichtingen. De afschriften zijn genummerd en worden opgemaakt in één exemplaar. De rekeninguittreksels worden minstens éénmaal per maand gratis ter beschikking gesteld van de Klant. Voor het versturen van de rekeninguittreksels naar het domicilie- of verzendingsadres van de Klant of het afleveren van extra exemplaren of van duplicata kunnen kosten worden aangerekend.
42. Valutadatum en datum van de verrichting
De datum vanaf dewelke een bedrag dat op een rekening wordt gestort, interest begint op te leveren of vanaf dewelke een opgevraagd bedrag ophoudt interest op te brengen, wordt valutadatum genoemd. De datum waarop de verrichting wordt uitgevoerd door de Klant is de verrichtingsdatum.
43. Credit- en debetrente
De geldende rentevoeten staan vermeld in het document Tarieven en interestvoeten. De Klant wordt op de door dit Reglement bepaalde wijze ingelicht over de rentewijzigingen. De Bank behoudt zich het recht voor om de debet- of creditrente die onder de in het document Tarieven en interestvoeten vastge- legde minima blijven, niet op de rekening te boeken.
DEEL 2 – BETAALREKENINGEN
44. Valutadatum
Bij een storting in contanten op een Betaalrekening in de valuta van die Betaalrekening, zorgt de Bank ervoor dat het bedrag van de storting, onmiddellijk na het tijdstip van ontvangst van de geldmiddelen, onder voorbehoud van controle en verificatie, beschikbaar wordt gesteld en wordt gevaluteerd. Wanneer de storting in contanten door een Niet-Consument gebeurt, wordt het bedrag uiterlijk op de eerstvolgende werkdag na de ont- vangst van de geldmiddelen op de betaalrekening beschikbaar gesteld en gevaluteerd.
De valutadatum van de creditering van de Betaalrekening van de Klant (Begunstigde) valt uiterlijk op de werkdag waarop het bedrag van de betalingstransactie op de rekening van de Bank van de Klant (Begunstigde) wordt gecrediteerd.
De valutadatum van de debitering van de Betaalrekening van de Klant (Betaler) valt niet vroeger dan het tijdstip waarop het bedrag van de betalingstransactie van die rekening is gedebi- teerd.
De stortingen brengen interest op vanaf de werkdag waarop het bedrag op de rekening van de Klant wordt gecrediteerd. De opgevraagde bedragen houden op rente op te brengen vanaf de werkdag waarop het bedrag van de rekening van de Klant wordt gedebiteerd.
45. Debet op de rekening
Elke schuld op betaalrekening levert van rechtswege en zonder ingebrekestelling debetrente op voor de Bank tot de datum waarop deze schuld volledig wordt aangezuiverd, ongeacht of de rekening wordt afgesloten of niet.
46. Tijdstip van ontvangst van betalingsorders en uitvoeringstermijnen
46.1. Tijdstip van ontvangst
De Bank acht een betalingsopdracht te hebben ontvangen op het tijdstip waarop de betalingsopdracht die (i) rechtstreeks door de Betaler of (ii) onrechtstreeks door of xxx xx Xxxxxxxxxxx xx
(xxx) xxx xx Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx wordt gegeven aan de Bank, door haar werd ontvangen.
Indien dit tijdstip van ontvangst voor de Bank niet op een werk- dag valt, wordt de betalingsopdracht geacht op de eerstvol- gende werkdag te zijn ontvangen.
Voor elk type betalingstransactie bepaalt de Bank een uiterste tijdstip aan het einde van een werkdag, na welk tijdstip een ontvangen betalingsopdracht geacht wordt op de eerstvolgende werkdag te zijn ontvangen. De uitvoeringstermijn zal derhalve ook maar pas op die eerstvolgende werkdag aanvatten.
De Bank en de Klant kunnen overeenkomen dat de uitvoering van de betalingsopdracht aanvangt hetzij op een specifieke datum, hetzij aan het einde van een bepaalde termijn, hetzij op de dag waarop de Klant de geldmiddelen ter beschikking van zijn Bank heeft gesteld. Het tijdstip van ontvangst van de beta- lingsopdracht wordt dan geacht op de overeengekomen dag te vallen. Is de overeengekomen dag geen werkdag voor de Bank, dan wordt de betalingsopdracht geacht op de eerstvolgende werkdag te zijn ontvangen.
Indien op de verrichtingsdatum onvoldoende geldmiddelen ter beschikking van de Bank zijn gesteld, wordt overeengekomen dat de Klant het tijdstip van ontvangst wenst uit te stellen tot de geldmiddelen ter beschikking zijn gesteld. Dit uitstel kan maxi- maal vier bankwerkdagen bedragen.
46.2. Uitvoeringstermijnen
46.2.1 Voor een binnenlandse overschrijving gelden volgende principes:
– indien de overschrijving van een rekening in euro naar een rekening in euro gebeurt, dan wordt de rekening van de bank van de begunstigde gecrediteerd, uiterlijk aan het einde van de eerstvolgende Bankwerkdag die volgt op het tijdstip van ont- vangst zoals omschreven in artikel 46.1. De uitvoeringstermijn wordt verlengd met een bankwerkdag wanneer de opdracht op papier wordt gegeven.
– Voor de uitvoering van een elektronisch doorgegeven Overschrijving en wanneer de Bank handelt in de dub- bele hoedanigheid van bank van de betaler en bank van de begunstigde, is de uitvoeringstermijn beperkt tot het einde van de bankwerkdag waarop de opdracht werd ontvangen zoals omschreven in artikel 46.1
– Indien de overschrijving niet in euro gebeurt maar wel in een EER-munt, dan wordt de rekening van de bank van de begunstigde gecrediteerd uiterlijk aan het einde van de vierde bankwerkdag die volgt op het tijdstip van ontvangst zoals omschreven in artikel 46.1.
– Indien de overschrijving gebeurt in een niet-EER-munt kun- nen de Bank en de betaler een uitvoeringstermijn overeen- komen.
46.2.2 Voor een grensoverschrijdende overschrijving naar een rekening van een begunstigde die aangehouden wordt bij een bank gevestigd in de EER en waarbij de overschrijving in euro of in een EER-munt gebeurt, gelden volgende principes:
– indien de overschrijving van een rekening in euro naar een rekening in euro gebeurt, dan wordt de rekening van de bank van de begunstigde gecrediteerd, uiterlijk aan het einde van de eerstvolgende Bankwerkdag die volgt op het tijdstip van ontvangst zoals omschreven in artikel 46.1. De uitvoeringstermijn wordt verlengd met een bankwerkdag wanneer de opdracht op papier wordt gegeven.
– indien de overschrijving een valutawissel tussen de euro en de valuta van een EER-land noodzaakt, waarbij de valutawis- sel wordt uitgevoerd in het EER-land waar niet de euro als munteenheid geldt en de overschrijving in euro geschiedt, wordt de rekening van de bank van de begunstigde uiterlijk op het einde van de eerste bankwerkdag volgend op het tijdstip van ontvangst zoals omschreven in artikel 46.1 gecre- diteerd. De uitvoeringstermijn wordt verlengd met een bank- werkdag wanneer de opdracht op papier wordt gegeven.
– indien de overschrijving niet onder de hierboven vermelde gevallen valt, wordt de rekening van de bank van de begun- stigde uiterlijk op het einde van de vierde bankwerkdag die volgt op het tijdstip van ontvangst zoals omschreven in arti- kel 46.1 gecrediteerd. De uitvoeringstermijn wordt verlengd met een bankwerkdag wanneer de opdracht op papier wordt gegeven.
- Indien de overschrijving binnen de EER geschiedt en niet-EER- munt betreft, kunnen de Bank en de betaler een uitvoerings- termijn overeenkomen.
De Klant erkent dat de Bank bepaalde vervaldagverbonden Overschrijvingen (met name betalingen die onderhevig zijn aan boetes in geval van laattijdige betaling) als dringend behandelt teneinde tijdige ontvangst door de Begunstigde te garanderen. Op eerste verzoek van de Klant wordt deze dienst uitgeschakeld. De Klant aanvaardt de aan deze dienst verbonden kosten.
46.2.3 De uitvoeringstermijn van een Domiciliëring in euro is maximaal één bankwerkdag vanaf het ogenblik van ontvangst van de opdracht. Voor de uitvoering van een elektronisch doorgegeven Domiciliëring en wanneer de Bank handelt in de dubbele hoedanigheid van bank van de betaler en bank van de begunstigde, is de uitvoeringstermijn beperkt tot het einde van de bankwerkdag waarop de opdracht werd ontvangen.
47. Doorlopende opdrachten
Elke Rekeninghouder kan aan de Bank een opdracht geven om op vaste tijdstippen ten laste van zijn rekening automatisch wel- bepaalde overschrijvingsopdrachten uit te voeren.
48. Domiciliëringen
De totstandkoming van een domiciliëring vereist het verlenen van een lastgeving door de Betaler aan, naargelang, één of meerdere van de hierna volgende personen:
– de Begunstigde (schuldeiser)
– de bank van de Begunstigde
– de bank van de Betaler (schuldenaar).
Een exemplaar van deze lastgeving dient te worden overhandigd aan de Betaler en bevat de uitdrukkelijke toestemming van deze laatste en de te geven volmacht moet uitdrukkelijk verwijzen naar de onderliggende overeenkomst die op haar beurt de draagwijdte van de gedomicilieerde schuldvorderingen bepaalt
m.b.t. de aard, de vervaltermijn en zo mogelijk het juiste bedrag. De Klant informeert zich voldoende wat betreft de draagwijdte van de gedomicilieerde schuldvordering en draagt alle verant- woordelijkheid ter zake.
De domiciliëring kan slechts rechtsgeldig tot stand komen indien de Betaler (schuldenaar) voorafgaand in kennis werd gesteld van de onderliggende overeenkomst.
Een domiciliëring en de hiermee verbonden lastgeving kan door elke partij te allen tijde rechtsgeldig worden opgezegd, door de kennisgeving aan de medecontractant/tegenpartij.
De opzegging van de domiciliëring door de Betaler is rechtsgel- dig, en tegenstelbaar aan al zijn lasthebbers, wanneer de Betaler hiervan kennis geeft, hetzij aan zijn schuldeiser, hetzij aan zijn Bank. De Bank kan slechts rekening houden met deze opzegging vanaf de bankwerkdag volgend op de ontvangst van deze ken- nisgeving.
De Bank wijst als bank van de Betaler alle aansprakelijkheid af inzake de echtheid of de geldigheid van de aan de Begunstigde gegeven lastgeving.
De Betaler kan:
– de inning van een domiciliëring tot een bepaald bedrag of een bepaalde periodiciteit, of beide, beperken;
– alvorens dat zijn Betaalrekening op basis van de informatie over het mandaat gedebiteerd wordt, iedere inning van een domiciliëring verifiëren (bijvoorbeeld het bedrag van de inning, de periodiciteit) doch enkel indien de domiciliëring verwerkt wordt via een betalingsschema waar geen recht op terugbetaling bestaat;
– domiciliëringen vanaf zijn Betaalrekening blokkeren (hele- maal, bepaalde Begunstigden weigeren, enkel bepaalde Begunstigden toestaan).
Deze modaliteiten worden niet aangeboden indien de Domiciliëring verwerkt wordt via het Sepa Direct Debit Business- to-Business betaalschema.
49.1 Overschrijvingen
De overschrijvingsopdracht wordt door de betaler gegeven hetzij via elektronische weg (automatische loketten, internetbankie- ren), hetzij via een papieren overschrijvingsformulier.
De Bank kan, om veiligheidsredenen, het uitvoeren van over- schrijvingen naar het buitenland beperken. De Klant kan deze beperkingen steeds (tijdelijk) opheffen via de elektronische kanalen voor bankieren (zoals bijvoorbeeld Belfius Direct Net) of via kantoor.
De Bank kan de mogelijkheid een overschrijvingsopdracht via papieren overschrijvingsformulier tot de Bank te richten blok- keren. De Klant kan deze beperking steeds (tijdelijk) opheffen via de elektronische kanalen voor bankieren (zoals bijvoorbeeld Belfius Direct net) of via kantoor.
49.2 Sepa Instant Credit Transfer (‘Instantbetaling’)
De Bank biedt de Klant de mogelijkheid te kiezen voor een Instantbetaling. Dit is een overschrijving dewelke voldoet aan de voorwaarden van de Sepa Instant Credit Transfer Rulebook. De bepalingen van dit reglement, van toepassing op overschrijvin- gen, zijn, behoudens afwijking in deze bepaling, van toepassing op Instantbetalingen.
Artikel 53 is integraal van toepassing op Instantbetalingen. Bijgevolg wordt een Instantbetaling, uitgevoerd in overeen- stemming met de Unieke Identificator, geacht correct te zijn uitgevoerd in hoofde van de Bank voor wat de in de Unieke Identificator gespecifieerde Begunstigde betreft. De Bank hoeft geen rekening te houden met bijkomende informatie die ver- strekt werd door de Klant.
Een Instantbetaling heeft volgende bijzondere kenmerken:
• In afwijking van artikel 46.2 zijn de gelden, mits voldoende provisie op de Betaalrekening van de Betaler, binnen enkele seconden ter beschikking op de Betaalrekening van de Begunstigde.
• Enkel Betalingstransacties in EUR zijn mogelijk.
• In afwijking van artikel 46.1 is een Instantbetaling op elke kalenderdag en 24/24 beschikbaar. De Bank acht bijgevolg een Instantbetaling te hebben ontvangen op het tijdstip waarop de betalingsopdracht rechtstreeks door de Betaler wordt gegeven aan de Bank.
• De Bank kan extra kosten aanrekenen. Desgevallend worden deze kosten voorafgaandelijk kenbaar gemaakt via het docu- ment ‘Tarieven en interestvoeten’.
• Herroeping van de verrichting is niet mogelijk eens de Betaler, conform artikel 50, instemming met het order heeft gegeven.
De Bank brengt de Betaler op de hoogte wanneer een Instantbetaling niet kan uitgevoerd worden, onder andere, omwille van onvoldoende provisie of onbereikbaarheid van de bank van de Begunstigde.
50. Instemming met orders
Een betalingstransactie wordt pas als toegestaan beschouwd indien de Klant (Betaler) heeft ingestemd met de uitvoering van de betalingsopdracht. Dit kan voorafgaand aan de uitvoering gebeuren, of na de uitvoering.
Bij gebreke van een dergelijke instemming wordt een betalings- transactie als niet toegestaan aangemerkt.
De Klant (Betaler) wordt geacht te hebben ingestemd met een betalingstransactie wanneer:
– voor doorlopende opdrachten:
• geïnitieerd op papier: door het ondertekenen van een door de Bank overhandigd borderel
• geïnitieerd via elektronische weg (bv. automatische loket- ten, internetbankieren): door het invoeren van de pin- code en/ of het volgen en correct voltooien van bepaalde authenticatieprocedures (bv. kaartlezer, paswoord, itsme- diensten) ter bevestiging van de via het elektronische kanaal ingevoerde transactie. De Betaler kan vermelde authenticatieprocedures desgevallend invoeren via de Betalingsinitiatiedienstverlener.
• geïnitieerd door de Begunstigde: de Klant na kennisname van het rekeningafschrift ter bevestiging van de creatie van de bestendige opdracht zich niet heeft verzet
– voor domiciliëringen: een geldige lastgeving werd gegeven door xx Xxxxxxx overeenkomstig artikel 48 van het Reglement
– voor overschrijvingen:
• geïnitieerd op papier: door een geldig ondertekend papieren overschrijvingsformulier aan de Bank te over- handigen
• geïnitieerd via elektronische weg (bv. automatische loket- ten, internetbankieren): door het invoeren van de pin- code en/ of het volgen en correct voltooien van bepaalde authenticatieprocedures (bv. kaartlezer, paswoord, itsme- diensten) ter bevestiging van de via het elektronische
kanaal ingevoerde transactie. De Betaler kan vermelde authenticatieprocedures desgevallend invoeren via de Betalingsinitiatiedienstverlener.
51. Betwisting van een betalingstransactie
Niet-toegestane of niet correct uitgevoerde betalingstransacties De Klant die zich rekenschap geeft van een niet-toegestane of niet correct uitgevoerde betalingstransactie, welke aanleiding geeft tot een vordering, verkrijgt alleen rechtzetting van de Bank indien hij haar onverwijld en uiterlijk 13 maanden na de valutadatum van de debitering of de creditering, kennis geeft van de bewuste transactie.
Niet-consumenten verkrijgen desgevallend alleen maar recht- zetting van de Bank indien ze haar onverwijld en uiterlijk één maand na de valutadatum van de debitering of de creditering kennis geven van de bewuste transactie.
Wanneer de Klant ontkent dat hij een uitgevoerde betalings- transactie heeft toegestaan of aanvoert dat de betalingstransac- tie niet correct werd uitgevoerd, is de Bank gehouden het bewijs te leveren dat de betalingstransactie door de Klant toegestaan werd, juist geregistreerd en geboekt is en niet door een techni- sche storing of enig ander falen is beïnvloed.
Aansprakelijkheid in geval van niet-toegestane betalingstrans acties
De Bank betaalt de Betaler, in geval van een niet-toegestane betalingstransactie, na een onderzoek met betrekking tot even- tueel bedrog in hoofde van de Betaler, onmiddellijk het bedrag van de niet-toegestane betalingstransactie terug en herstelt, in voorkomend geval, de Betaalrekening die met dat bedrag was gedebiteerd, in de toestand zoals die geweest zou zijn, mocht de niet-toegestane betalingstransactie niet hebben plaatsge- vonden, desgevallend vermeerderd met de rente op dat bedrag. De Bank vergoedt tevens de eventueel verdere financiële gevol- gen, in het bijzonder het bedrag van de door de Klant gedragen kosten ter bepaling van de te vergoeden schade.
Indien de betalingstransactie via een Betalingsinitiatie- dienstverlener wordt geïnitieerd, betaalt de Bank de Betaler, in geval van een niet-toegestane betalingstransactie, onmiddellijk het bedrag van de niet-toegestane betalingstransactie terug en herstelt de Betaalrekening die met dat bedrag was gedebiteerd, in de toestand zoals die geweest zou zijn mocht de niet-toegesta- ne betalingstransactie niet hebben plaatsgevonden. Vermelde verplichting tot terugbetaling geldt niet wanneer de Klant een Niet-Consument betreft.
Wanneer de Bank optreedt als betalingsdienstaanbieder van de Betaler en geen Sterke Cliëntauthenticatie hanteert, draagt de Betaler geen financiële verliezen tenzij de Betaler frauduleus heeft gehandeld. Voormeld principe geldt niet wanneer de Betaler optreedt als Niet-Consument.
Ingeval Sterke Cliëntauthenticatie door de Begunstigde of de betalingsdienstaanbieder van de Begunstigde niet wordt aan- vaard, wordt de door de betalingsdienstaanbieder van de Betaler geleden financiële schade door eerstgenoemde vergoed.
52. Terugbetaling van een door of via een Begunstigde geïnitieerde betalingstransactie
Te vervullen voorwaarden
De bank van de Betaler dient een toegestane, door of via een Begunstigde geïnitieerde betalingstransactie die reeds is uit- gevoerd, terug te betalen aan de Betaler, indien de volgende voorwaarden beide vervuld zijn:
1° toen de transactie werd toegestaan, werd het precieze bedrag van de betalingstransactie niet gespecifieerd, en
2° het bedrag van de betalingstransactie ligt hoger dan de Betaler, op grond van zijn eerdere uitgavenpatroon, de voor- waarden van zijn raamcontract en relevante aspecten van de zaak, redelijkerwijs had kunnen verwachten.
Voor deze laatste voorwaarde kan de Xxxxxxx evenwel geen beroep doen op met een valutawissel verband houdende rede- nen indien de referentiewisselkoers werd toegepast die werd overeengekomen.
De Betaler verstrekt de Bank op diens verzoek de feitelijke ele- menten omtrent die voorwaarden.
De terugbetaling bestaat uit het volledige bedrag van de uitge- voerde betalingstransactie.
Indien de Betaler een Consument is, kan hij voor domiciliëringen terugbetaling bekomen zonder dat voormelde voorwaarden zijn vervuld.
Afhankelijk van het gekozen domiciliëringschema kunnen de Betaler en de Begunstigde, mits beide Niet-consumenten zijn, overeenkomen dat er geen recht op terugbetaling van toepas- sing is.
Periode
De Betaler kan gedurende een periode van 8 weken na de datum waarop de geldmiddelen zijn gedebiteerd, om de terugbetaling van een toegestane, door of via een Begunstigde geïnitieerde betalingstransactie verzoeken.
In het geval van domiciliëringen heeft de Bank niet het recht de terugbetaling te weigeren. Voor domiciliëringen betaalt de Bank de Klant/Consument onmiddellijk het bedrag van de toegestane transactie terug.
Voor de andere door of via een Begunstigde geïnitieerde trans- acties betaalt de Bank, binnen de 10 werkdagen na ontvangst van het verzoek om terugbetaling, het volledige bedrag van de betalingstransactie terug of motiveert zij waarom zij weigert tot terugbetaling over te gaan. De Bank is niet verantwoordelijk voor het niet naleven van de voormelde termijn, indien dit te wijten is aan de tussenkomst van een derde partij.
De Betaler heeft geen recht op terugbetaling indien:
(i) Hij zijn instemming met de uitvoering van de betalingstrans- actie rechtstreeks aan de Bank heeft gericht, en
(ii) Er door de Begunstigde ten minste vier weken vóór de verval- dag informatie betreffende de toekomstige betalingstrans- actie ten behoeve van de Betaler wordt verstrekt.
53. Uitvoering in overeenstemming met de Unieke Identificator
Een Betalingsopdracht uitgevoerd in overeenstemming met de Unieke Identificator, wordt geacht correct te zijn uitgevoerd in hoofde van de Bank voor wat de in de Unieke Identificator gespecificeerde Begunstigde betreft. De Bank hoeft geen reke- ning te houden met bijkomende informatie die verstrekt werd door de Klant.
Indien de Unieke Identificator verstrekt door de Klant onjuist is, is de Bank niet aansprakelijk voor de niet-uitvoering of gebrek- kige uitvoering van de betalingstransactie.
De Bank levert wel de redelijke inspanningen om de met de betalingstransactie gemoeide geldmiddelen terug te verkrij- gen. De Bank zal hiertoe de betalingsdienstaanbieder van de Begunstigde contacteren teneinde alle voor de te innen geldmid- delen relevante informatie te bekomen.
De Bank werkt desgevallend mee aan die inspanningen, mede door alle voor de te innen geldmiddelen relevante informatie aan de betalingsdienstaanbieder van de Betaler mee te delen. Indien het innen van geldmiddelen niet mogelijk is, verstrekt de Bank aan de Betaler, op diens schriftelijk verzoek, alle voor de betalingsdienstaanbieder van de Betaler beschikbare informatie die relevant is voor de Betaler om een rechtsvordering in te stel- len om de geldmiddelen terug te krijgen.
Voor het terug verkrijgen van de gelden kunnen door de Bank kosten worden aangerekend.
54. Betalingsopdracht geïnitieerd door de Betaler
Wanneer de Bank optreedt als bank van de Betaler, is zij aanspra- kelijk voor de juiste uitvoering van de betalingstransactie, tenzij zij kan bewijzen dat de bank van de Begunstigde het bedrag van de betalingstransactie heeft ontvangen.
In het geval de aansprakelijkheid van de Bank wordt vastgesteld, betaalt ze haar Klant onverwijld het bedrag van de niet-uitge- voerde of gebrekkig uitgevoerde transactie terug en herstelt zij, in voorkomend geval, de Betaalrekening van de Klant die met dat bedrag was gedebiteerd, in de toestand zoals die geweest zou zijn mocht de gebrekkig uitgevoerde betalingstransactie niet hebben plaatsgevonden.
In het geval de aansprakelijkheid van de bank van de Begunstigde wordt vastgesteld, stelt deze onmiddellijk het bedrag van de betalingstransactie ter beschikking van de Begunstigde en cre- diteert zij, voor zover van toepassing, de Betaalrekening van de Begunstigde met het overeenkomstige bedrag.
Wanneer de betalingstransactie niet of gebrekkig is uitgevoerd, tracht de Bank op vraag van de Betaler onmiddellijk de betalings- transactie te traceren en stelt zij de Betaler op de hoogte van de resultaten ervan.
Indien de betalingstransactie via een Betalingsinitiatie- dienstverlener wordt geïnitieerd, betaalt de Bank de Betaler, in geval van een niet-toegestane betalingstransactie, onmiddellijk het bedrag van de niet-toegestane betalingstransactie terug en herstelt de Betaalrekening, die met dat bedrag was gedebiteerd, in de toestand zoals die geweest zou zijn mocht de niet-toegesta- ne betalingstransactie niet hebben plaatsgevonden.
55. Betalingsopdracht geïnitieerd door of via de Begunstigde
Wanneer de Bank optreedt als bank van de Begunstigde is zij aansprakelijk jegens de Begunstigde voor de juiste verzending van de betalingsopdracht aan de bank van de Betaler.
In het geval de aansprakelijkheid van de Bank wordt vastgesteld, geeft zij de betrokken betalingsopdracht onmiddellijk door aan de bank van de Betaler.
De Bank is jegens haar Klant verantwoordelijk voor de behan- deling van de betalingstransactie overeenkomstig de geldende valutaregels en zorgt ervoor dat het bedrag van de betalings- transactie onmiddellijk ter beschikking van de Klant wordt gesteld zodra de rekening van de Bank met het overeenkomstige bedrag is gecrediteerd.
Bij een niet-uitgevoerde of gebrekkig uitgevoerde betalings- transactie waarvoor de Bank niet aansprakelijk is uit hoofde van dit artikel, is de bank van de Betaler aansprakelijk jegens de Betaler.
Wanneer de bank van de Betaler aansprakelijk is, betaalt zij, in voorkomend geval, de Betaler onverwijld het bedrag van de niet-uitgevoerde of gebrekkig uitgevoerde betalingstransactie terug en herstelt zij de Betaalrekening die met dat bedrag was gedebiteerd, in de toestand zoals die geweest zou zijn mocht de gebrekkig uitgevoerde betalingstransactie niet hebben plaats- gevonden.
Wanneer een betalingstransactie niet of gebrekkig is uitgevoerd, tracht de Bank, ongeacht de aansprakelijkheid uit hoofde van dit artikel, desgevraagd onverwijld de betalingstransactie te traceren en stelt zij de Begunstigde op de hoogte van de resu taten daarvan.
56. Aansprakelijkheid voor kosten
De Bank is jegens de Klant enkel aansprakelijk voor de kosten waarvoor de Bank verantwoordelijk is en de interesten die de Klant worden aangerekend wegens niet-uitvoering of gebrek- kige uitvoering van de betalingstransactie.
57. Overmacht
De Bank is niet aansprakelijk in geval van overmacht (daarin begrepen doch niet beperkt tot staking, lock-out, opstand, oorlog, burgeroorlog, gewapende overval, terreurdaden, aan- slagen, blikseminslag, natuurrampen of andere rampen, extreme of uitzonderlijke weersomstandigheden, stroomonderbreking, instorting, hacking, embargo, epidemie of enige gebeurtenis die de Bank redelijkerwijze niet kon vermijden middels normale voorzichtigheid), noch wanneer de Bank uit hoofde van regio- nale, nationale of Europese gemeenschapswetgeving, of op basis van een beslissing of uitspraak van een toezichthoudende of rechterlijke instantie bepaalde verplichtingen zou hebben.
Wanneer een betalingstransactie werd ingeleid op apparaten, terminals in eigendom van de Bank of die door de Bank werden aanvaard, en waarop zij al dan niet toezicht heeft, dan kan de Bank geen overmacht inroepen in geval van niet-uitvoering of gebrekkige uitvoering ingevolge het niet behoorlijk functione- ren van deze apparatuur, tenzij wanneer de gebrekkige uitvoe- ring of de niet-uitvoering het gevolg is van een van de hierboven vermelde gevallen van overmacht.
58. Rekeninginformatiediensten
De Klant kan, mits uitdrukkelijke toestemming van zijn kant, gebruik maken van Rekeninginformatiediensten.
Rekeninginformatiediensten zijn alleen beschikbaar voor betaal- rekeningen die online toegankelijk zijn.
Rekeninginformatiediensten betreffen ‘read-only’ –diensten, wat betekent dat er geen betalingstransacties kunnen worden uitgevoerd op de aangewezen betaalrekeningen.
De Bank behoudt zich het recht voor een Rekeninginformatiedienstverlener de toegang tot een betaal- rekening te ontzeggen om objectief gerechtvaardigde redenen in verband met niet-toegestane of frauduleuze toegang tot de betaalrekening door die Rekeninginformatiedienstverlener, waaronder de niet-toegestane of fraudeleuze initiëring van een betalingstransactie.
59. Betalingsinitiatiediensten
De Klant kan, mits uitdrukkelijke toestemming van zijn kant, gebruik maken van Betalingsinitiatiediensten.
Betalingsinitiatiediensten zijn alleen beschikbaar voor betaalre- keningen die online toegankelijk zijn.
De Bank behoudt zich het recht voor een Betalingsinitiatie- dienstverlener de toegang tot een betaalrekening te ontzeggen om objectief gerechtvaardigde redenen in verband met niet-toe- gestane of frauduleuze toegang tot de betaalrekening door die Betalingsinitiatiedienstverlener, waaronder de niet-toegestane of fraudeleuze initiëring van een betalingstransactie.
60. Bevestiging beschikbaarheid geldmiddelen
De Klant kan, mits uitdrukkelijke toestemming van zijn kant, gebruik maken van een op kaarten gebaseerde betaalinstru- ment. De uitgever van een op kaarten gebaseerde betaalinstru- ment verzoekt desgevallend de Bank mee te delen of het bedrag, dat noodzakelijk is voor de uitvoering van een op kaarten geba- seerde betaalinstrument, beschikbaar is op de betaalrekening.
Deze diensten zijn alleen beschikbaar voor betaalrekeningen die online toegankelijk zijn.
Na de bevestiging dat geldmiddelen beschikbaar zijn op de betaalrekening, is er geen sprake van een blokkering van deze middelen. De Bank deelt aan de uitgever van op kaarten geba- seerde betaalinstrumenten enkel mee of de noodzakelijke geld- middelen beschikbaar zijn (“ja”/”nee”-communicatie).
DEEL 3 – SPAARREKENINGEN
61. Gereglementeerde spaarrekeningen
De verrichtingen die kunnen worden uitgevoerd met een gere- glementeerde spaarrekening alsook het systeem van de valuta- data, zijn in overeenstemming met de criteria vastgelegd bij Koninklijk Besluit voor de niet-belastbaarheid van spaarinkom- sten. Deze voorwaarden worden aangepast afhankelijk van de evolutie van de reglementering en meegedeeld aan de Klant volgens de modaliteiten voorzien in dit Reglement.
62. Geldopneming
Opnames van een bedrag van meer dan 1 250 EUR zijn mogelijk mits men vijf dagen vooraf verwittigt. Opnames kunnen worden beperkt tot 2 500 EUR per periode van twee weken. De vervallen rente kan op elk ogenblik worden opgevraagd.
63. Interest en premies
De basisrentevoet, de eventuele premies en hun respectieve percentages worden vermeld in het document Tarieven en inte- restvoeten. Rentewijzigingen worden aan de Klant meegedeeld via de rekeningafschriften of via elk ander geschikt kanaal. De wijze van berekening van de premies wordet beschreven in het informatiedocument over de spaarrekeningen, dat beschikbaar is in de kantoren of op de website van de Bank. De basisinterest en de verworven premies worden jaarlijks op 31 december berekend en geboekt met als valutadatum 1 januari van het daaropvol- gende jaar.
XXXX (last in, first out) -principe
Ingeval er geld van een spaarrekening wordt gehaald, worden de premies berekend volgens het LIFO-principe. Elke opvraging wordt dus afgetrokken van de bedragen waarvoor de premiever- werving het minst ver is gevorderd.
64. Interest: berekeningswijze en valutadatum
De basisinterest wordt per dag berekend op basis van een kalen- derjaar van 365 (of 366) dagen.
De deposito’s brengen interest op vanaf de kalenderdag die volgt op de storting en houden op interest op te leveren vanaf de kalenderdag van de opname. De stortingen en de opnames die op dezelfde dag plaatsvinden, compenseren elkaar wat de berekening van de interest betreft.
65. Premies
Valutadatum en toekenningsvoorwaarden
De premieberekening gebeurt per kalenderdag. De premies beginnen te lopen vanaf de kalenderdag, volgend op de kalen- derdag van de storting. De berekeningswijze van de premies en de toekenningsvoorwaarden zijn beschikbaar in het kantoor of op de website van de Bank. De premies zijn niet gegarandeerd en zijn onderworpen aan schommelingen verbonden aan de marktvoorwaarden.
Aangroeipremie
De aangroeipremie is een vergoeding voor de toename van het kapitaal dat gedurende een periode van zes opeenvolgende maanden op de rekening blijft staan, de zogenaamde verwer- vingsperiode.
Getrouwheidspremie
In voorkomend geval begint de getrouwheidspremie te lopen onmiddellijk na de verwerving van de aangroeipremie. De verwervingsperiode is de periode waarin de kapitalen op de rekening moeten blijven staan. Telkens een getrouwheidspre- mie verworven is, start een nieuwe berekeningsperiode voor de getrouwheidspremie.
Ingevolge wettelijke bepalingen kunnen één of meerdere pre- mies uitgesloten worden.
DEEL 4 – XXXXXXXXXXXXXXXXX
00. Centralisatierekening
Een termijnrekening is altijd gekoppeld aan een betaalrekening of een spaarrekening, die centralisatierekening wordt genoemd, en waarop de interest wordt gestort die de beleggingen op de tussentijdse vervaldagen hebben opgeleverd.
67. Bedrag van de beleggingen
Het minimumbedrag vereist voor een belegging op een termijn- rekening wordt vermeld in het document Tarieven en interest- voeten.
68. Duur van de belegging
De duur van de belegging wordt bepaald op het ogenblik van de belegging. De belegging begint te lopen op de dag dat de Bank de gelden in ontvangst neemt als het gaat om een rekening in euro, of op de tweede bankwerkdag na de ontvangst van de gelden als het gaat om vreemde munten. Zij loopt ten einde op de eerste bankwerkdag die volgt op het verstrijken van de over- eengekomen looptijd. Op de vervaldag kan de Klant opnieuw beschikken over de gelden.
69. Bestemming van de fondsen op de vervaldag
Afhankelijk van de instructies van de Klant, te geven uiterlijk de eerste bankwerkdag vóór de vervaldag als het gaat om bedragen in euro, of de tweede bankwerkdag als het gaat om vreemde munten, wordt de belegging (vermeerderd met de opbrengsten) stilzwijgend verlengd voor dezelfde periode, tegen de voorwaar- den die gelden op datum van de verlenging. Als de Klant een einde maakt aan een belegging in vreemde munten, worden deze overgeschreven naar de centralisatierekening in de munt van de belegging.
70. Rentevoeten
De rentevoet blijft vast gedurende de volledige looptijd van de belegging.
71. Volledige of gedeeltelijke vervroegde vrijmaking
De Bank kan op verzoek van de Klant, een gedeeltelijke of vol- ledige vrijmaking van de belegging vóór de vervaldag aanvaar- den, mits de daaraan verbonden kosten of vergoeding worden betaald.
72. Nalatenschap
Zolang de rechthebbenden van een overleden Xxxxx niet bekend zijn of geen instructies hebben gegeven, worden de beleggingen van de overledene voor dezelfde periode verlengd.
DEEL 5 – EFFECTENDOSSIER
73. Algemeen
De Klant kan zijn gedematerialiseerde effecten en buiten- landse effecten aan toonder deponeren in een effectendossier geopend bij de Bank. Belgische effecten aan toonder kunnen niet meer gedeponeerd worden in een effectendossier. De ter- men “effecten” en “financiële instrumenten” worden zonder onderscheid gebruikt.
74. Centralisatierekening
Het effectendossier moet gekoppeld zijn aan een centralisatie- rekening (betaalrekening of spaarrekening) die bedoeld is voor het in ontvangst nemen van de opbrengst of de tegenwaarde van de effecten die werden gedeponeerd in het effectendossier. De Klant zorgt voor voldoende provisie op zijn centralisatiereke-
ning met het oog op de afhouding van de kosten of vergoedin- gen, vermeld in de tarieven voor de voornaamste beleggingsver- richtingen, alsook voor de kosten of taksen die verschuldigd zijn aan een correspondent van de Bank of voor de kosten voor het afleveren van speciale attesten.
75. Effecten die kunnen worden gedeponeerd
75.1. Zowel Belgische als buitenlandse effecten
Zowel Belgische als buitenlandse effecten kunnen worden gede- poneerd in of geboekt op een effectendossier mits daarvoor de kosten worden betaald die vermeld staan in de tarievengids. De Bank behoudt zich evenwel het recht voor de deponering of boeking van bepaalde effecten te weigeren of onder bepaalde voorwaarden te aanvaarden.
75.2. Regelmatige effecten
Elk effect dat aan de Bank wordt overhandigd moet “in goede staat” zijn, wat met name inhoudt dat het regelmatig moet zijn, in een goede materiële staat verkeert, dat het alle te vervallen coupons bevat, dat het niet vervallen verklaard werd, dat het niet in beslag werd genomen of dat er geen verzet tegen werd aangetekend, noch in België noch in het buitenland. De Klant stelt de Bank of haar onderbewaarders schadeloos voor de kos- ten of schade die voortvloeit uit de afgifte van een financieel instrument dat niet aan deze criteria voldoet.
75.3. Aansprakelijkheid
De Bank kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor de schade die de Klant zou kunnen lijden als gevolg van gebreken die aan de door hem gedeponeerde effecten zelf verbonden zijn of voor onregelmatigheden die vóór de deponering zijn ontstaan.
76. Fungibiliteit
De Klant aanvaardt dat de financiële instrumenten die in bewa- ring worden gegeven, onderworpen zijn aan het stelsel van de fungibiliteit en dat zij dus kunnen worden vervangen door instrumenten van dezelfde aard en van gelijke waarde, maar met andere nummers, behalve als dit niet verenigbaar zou zijn met de kenmerken van het instrument.
77. Tussenkomst van derden
77.1. Beroep op onderbewaarnemers
De Klant machtigt de Bank om financiële instrumenten te depo- neren bij andere Belgische of buitenlandse (inter)professionele bewaarnemers. inclusief bewaarnemers gevestigd in andere lan- den dan Lidstaten van de Europese Economische ruimte. De Bank selecteert deze bewaarnemers met de nodige zorg. Zij houdt daarbij rekening met de marktreputatie en deskundigheid van de onderbewaarnemers.
77.2. Toepasselijk recht
De bij derden in bewaring gegeven effecten zijn onderworpen aan de werkingsregels van deze instellingen, aan de overeen- komsten die werden afgesloten tussen de Bank en deze bewaar- nemers, alsook aan de reglementering en de wetgeving van het land waar zij gevestigd zijn. Dit kan een invloed hebben op de rechten van de Klant met betrekking tot zijn financiële instru- menten.
77.3. Aansprakelijkheid van de Bank
De Bank zal voor het verlies van de effecten bij de onderbe- waarnemer en voor de daden van de onderbewaarnemer enkel verantwoordelijk zijn indien zou blijken dat de Bank bij de keuze van de onderbewaarnemer een keuze heeft gemaakt die een normaal en zorgvuldig bankier geplaatst in dezelfde omstandig- heden niet zou hebben gemaakt. In geval van faillissement van de onderbewaarnemer heeft dit mogelijks ook negatieve gevol- gen op de rechten van de Klant met betrekking tot de financiële instrumenten.
77.4. Omnibusrekening en geïndividualiseerde klantenrekening De Klant stemt ermee in dat de Bank de effecten van de Klant houdt op een rekening bij
andere Belgische of buitenlandse (inter)professionele bewaarne- mers waarop ook de effecten van andere Klanten van de Bank geboekt staan ( « Omnibusrekening »). De Bank kan echter op vraag van de Klant aan de bewaarnemer vragen om de effecten van de Klant op een geïndividualiseerde klantenrekening met een vermogensscheiding («geïndividualiseerde klantenrekening
») aan te houden. De hieraan verbonden kosten worden vermeld in het document Tarieven en interestvoeten.
Door de boeking van de effecten op een Omnibusrekening heeft de Klant geen individueel eigendomsrecht, maar een gedeeld mede-eigendomsrecht, waardoor elke Klant een proportioneel recht verkrijgt op de onverdeeldheid van alle effecten van dezelfde soort in verhouding tot het aantal effecten dat hij aan- houdt bij de Bank.
Het risico van het eventuele verlies of tekort van effecten, bijvoorbeeld ten gevolge van het faillissement van de onder- bewaarnemer, wordt proportioneel gedragen door alle mede- eigenaars in het geval van een Omnibusrekening en wordt indi- vidueel gedragen bij een geïndividualiseerde klantenrekening. Bij een eventueel faillissement van de onderbewaarnemer zal de curator bij een geïndividualiseerde klantenrekening misschien sneller kunnen vaststellen aan wie de effecten toebehoren, maar dit hoeft niet te betekenen dat er ook een snellere uitbetaling zal zijn.
Als het op de financiële instrumenten toepasselijke recht de onderbewaarnemer belet om de financiële instrumenten van de klanten van de Bank te onderscheiden van de financiële instrumenten van de Bank, stemt de Klant ermee in dat de Bank de desbetreffende financiële instrumenten van de Klant houdt op een rekening bij deze onderbewaarnemer waarop ook de financiële instrumenten van de Bank geboekt staan. In geval van faillissement van de Bank kan dit negatieve gevolgen hebben op de rechten van de Klant met betrekking tot zijn financiële instru- menten aangezien het risico kan bestaan dat deze in de boedel van het faillissement van de Bank vallen.
77.5. Rechten van de onderbewaarder
In voorkomend geval kan de onderbewaarnemer een voorrecht, een recht van compensatie of enig ander zakelijk zekerheidsrecht hebben op de effecten van de Klant (zoals onder andere het voorrecht van de gekwalificeerde tussenpersonen zoals bedoeld in artikel 31 van de wet van 2 augustus 2002 met betrekking tot het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten).
77.6. Mededelingen
Wanneer de Bank in haar hoedanigheid van bewaarnemer, con- form de wetgeving die van toepassing is op de effecten, wordt gehoord over buitenlandse effecten die in bewaring zijn gege- ven door de Klant, machtigt deze de Bank onherroepelijk om aan de buitenlandse onderbewaarnemer, aan de bevoegde toezicht- houdende overheid of aan de vennootschap die het buitenlands effect heeft uitgegeven, de identiteit van de Klant bekend te maken, alsook de rechten die hij bezit op deze effecten (volle eigendom, vruchtgebruik …).
78. Wettelijk voorrecht van de bewaarder
De Bank beschikt over een voorrecht op de financiële instrumen- ten, gelden en deviezen:
A) die haar door de Klant zijn overhandigd om de dekking te vormen voor de uitvoering van transacties in financiële instrumenten, voor inschrijvingen op financiële instrumenten of voor termijnverrichtingen op deviezen;
B) die de Klant houdt ingevolge de uitvoering van transacties in financiële instrumenten of van termijnverrichtingen op deviezen of ingevolge de haar opgedragen vereffening van transacties in financiële instrumenten, van inschrijvingen op financiële instrumenten of van termijnverrichtingen op deviezen die door de Klant rechtstreeks zijn verricht.
Dit voorrecht waarborgt elke schuldvordering van de Bank ont- staan naar aanleiding van deze transacties, verrichtingen of ver- effeningen zoals bedoeld in het eerste lid, met inbegrip van de schuldvorderingen ontstaan uit leningen of voorschotten.
Werking van het effectendossier
79. Plichten van de Bank: administratief beheer
Het administratief beheer van de in bewaring gegeven effecten berust bij de Bank, wat het volgende inhoudt: de bewaring van de effecten; de regularisatieverrichtingen (omruiling, omzetting, enz.); de inning van de interest, dividenden en andere opbrengs- ten; de inning van de premies en van het beschikbaar geworden kapitaal; en de storting van deze bedragen op de centralisatie- rekening.
80. Corporate actions
80.1. Verplichtingen van de Bank
De Bank licht de Klant schriftelijk in over de facultatieve regula- risatieverrichtingen en over de uitoefening van de inschrijvings- of toewijzingsrechten, in de mate waarin zij daar te gelegener tijd kennis van heeft. Deze informatieplicht geldt niet voor de “mini tender offers” (een verplicht bod tot aankoop van aande- len gericht aan bestaande aandeelhouders en beperkt to 5% van de uitgegeven aandelen) of voor de regularisatieverrichtingen van de Instellingen voor Collectieve Belegging (ICB’s). De Bank handelt volgens de instructies van de Klant wanneer zij regu- larisatiever- richtingen uitvoert met de in bewaring gegeven effecten.
80.2. Aansprakelijkheid van partijen
De Klant moet zijn instructies geven binnen de door de Bank aan hem vooraf schriftelijk gemelde termijnen wanneer hij voor een verrichting een keuze moet maken. Bij ontstentenis van derge- lijke instructies, neemt de Bank de beslissing die zij in haar brief aankondigt. De Klant kan de Bank niet verwijten dat deze een beslissing heeft genomen, en haar evenmin aansprakelijk stellen als deze laatste te laat werd ingelicht over de keuze of wanneer de Klant zijn keuze niet binnen de gestelde termijn te kennen heeft gegeven.
80.3. Bijzondere gevallen
De Bank vraagt de betaling in contanten van een vervallen cou- pon wanneer het niet mogelijk is de Klant te vragen naar zijn keuze tussen de betaling in contanten en de toekenning van een nieuw instrument. Indien de Klant te gelegener tijd kiest voor de toekenning van een nieuw financieel instrument, ziet de Bank erop toe dat de Klant een maximum aantal financiële instrumen- ten ontvangt als tegenwaarde voor de coupons. Als de emittent vooraf vastlegt welke verhouding in acht moet worden genomen tussen de betaling in contanten en de toekenning van nieuwe effecten, worden enkel de coupons van de Klant die recht geven op de toekenning van een volledig effect aangeboden aan de emittent met het oog op de toekenning van nieuwe effecten; de eventuele overblijvende coupons worden aangeboden met het oog op een uitbetaling in contanten. Als deze verhouding niet vooraf werd vastgelegd door de emittent, worden alle coupons van de Klant aangeboden met het oog op het verkrijgen van nieuwe financiële instrumenten. De Klant is zich bewust van het feit dat hem bij de eindafrekening naast de nieuwe financiële instrumenten een fractie van de verkoopprijs kan worden toege- kend van het financieel instrument dat de Bank heeft verworven op een gereglementeerde of georganiseerde markt. Aangezien de Bank pas zal overgaan tot een verkoop op de markt nadat zij van de emittent de financiële instrumenten heeft ontvangen, kan deze waarde verschillen van de waarde van de in contanten uitbetaalde coupons of van de fiscale waarde van het financieel instrument, waarop een eventuele voorheffing of belasting werd berekend.
De Bank is in geen geval verplicht de aanzet te geven tot of deel
te nemen aan een zogenaamde “class action” of aan elke andere collectieve procedure voor de betaling van een schadevergoe- ding. De Bank kan evenwel, zonder hiertoe verplicht te worden, de Klant op de hoogte brengen van een dergelijke procedure
op voorwaarde dat deze laatste op dat ogenblik zijn financiële instrumenten nog altijd in zijn effectendossier aanhoudt. Als de bank een standpunt inneemt in een geval dat betrekking heeft op een emittent, kan de Klant zich hierop niet baseren om zijn rechten te doen gelden of om de aansprakelijkheid van de Bank in te roepen.
81. Uittreksels uit de effectendossiers
81.1. Principe
Elke transactie in financiële instrumenten wordt door de Bank ten laatste één werkdag na uitvoering ervan bevestigd aan de Klant, hetzij via een bijlage aan de rekeninguittreksels van zijn effectendossier, hetzij via fax, hetzij op een andere door de Bank bepaalde wijze.
81.2. Overzicht
De Klant ontvangt periodiek (in principe trimestrieel) een over- zicht van de effecten die in bewaring werden gegeven op zijn effectendossier.
Als de Klant vaststelt dat er een fout staat in dit overzicht, moet hij dit binnen de tien werkdagen schriftelijk melden aan de Bank, zo niet wordt hij geacht akkoord te gaan met de inhoud.
Inschrijvingen op naam
82. Principe
De Klant kan via de Bank inschrijven op nominatieve effecten. Het nominatief certificaat dat de emittent aan de Klant bezorgt bij een dergelijke inschrijving, kan niet dienen als eigendomstitel. Enkel de inschrijving in het register van aandeelhouders of in het register van obligatiehouders kan dienen als eigendomsbewijs.
83. Deponeren van nominatieve certificaten
De Klant kan zijn nominatieve certificaten deponeren in een effectendossier. De kosten voor deze inbewaringneming staan voor de voornaamste beleggingsverrichtingen vermeld in de tarievengids. De Bank neemt evenwel het administratief beheer van deze certificaten niet voor haar rekening. De diverse nomi- natieve posities die worden vastgelegd en die de Klant louter bij wijze van informatie ontvangt, kunnen niet worden ingeroepen of gebruikt als eigendomsbewijs.
DEEL 6 – VRUCHTGEBRUIK EN BLOTE EIGENDOM
84. Spaarrekeningen, termijnrekeningen en effectendossiers
Behoudens andersluidende overeenkomst worden effectendos- siers in vruchtgebruik en blote eigendom als volgt beheerd:
– de overschrijvingen en transfers op dergelijke rekeningen of effectendossiers mogen enkel tegoeden in vruchtgebruik
- blote eigendom betreffen met uitzondering van die tegoe- den die in blote eigendom aangehouden worden ;
– het kapitaal is geblokkeerd op de (spaar-, termijn-)rekening of op het effectendossier, dat geopend is op naam van de blote eigenaar;
– de uittreksels en alle briefwisseling worden verstuurd naar de vruchtgebruiker;
– de opvragingen van financiële instrumenten, de vervreem- ding ervan, de uitoefening van de inschrijvings- of toewij- zingsrechten, alsook de geldopnemingen kunnen uitsluitend worden uitgevoerd met de gezamenlijke hand- tekening van de blote eigenaar en de vruchtgebruiker;
– de rente en dividenden worden gestort op de centralisatie- rekening op naam van de vruchtgebruiker, die het eventueel bewaarloon verschuldigd is;
– de vruchtgebruiker en de blote eigenaar zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van alle kosten en taksen die voortvloeien uit de verrichtingen betreffende de financiële instrumenten waarop het vruchtgebruik slaat;
– de Bank behoudt zich het recht voor om bij het einde van het vruchtgebruik geen proratering toe te passen in verband met de periode voor, tijdens of na het vruchtgebruik. De partijen zullen dit onderling moeten regelen.
– de vervallen financiële instrumenten kunnen worden vervan- gen door soortgelijke instrumenten van dezelfde aard met een kortere of een gelijke looptijd, waarvoor enkel de hand- tekening van de vruchtgebruiker vereist is. Voor elke andere wederbelegging zijn de handtekeningen van de vruchtge- bruiker en van de blote eigenaar vereist.
DEEL 7 – BESCHERMING VAN DE DEPOSITO’S EN FINANCIËLE INSTRUMENTEN
85. Algemeen regime
De Bank is toegetreden tot de Belgische Beschermingsregeling inzake Deposito's en Financiële Instrumenten.
De tegoeden en effecten van de Klant worden bijgevolg onder bepaalde voorwaarden beschermd wanneer de Bank ten gevolge van deficiëntie haar verplichtingen niet meer kan voldoen.
86. Informatie voor de Klanten
De gedetailleerde voorwaarden van deze bescherming zijn ter beschikking van de klant in alle kantoren en op de website van de Bank.
HOOFDSTUK III: DIENSTEN VERBONDEN AAN REKENINGEN
DEEL 1 – VERRICHTINGEN OP REKENING
87. Soorten verrichtingen
De Bank bepaalt welke diensten zij aanbiedt, welke verrichtin- gen of orders zij aanvaardt om uit te voeren, alsook tegen welke voorwaarden zij dit doet.
88. Geweigerde verrichtingen
Behoudens bijzondere voorwaarden betreffende de toegang tot de automatische loketten en tot de nachtkluizen, mag geen enkele storting in contanten worden afgegeven in een enve- loppe.
Om veiligheidsredenen is het aanbevolen dat de Klant geen enkele waarde of overschrijving deponeert in de brievenbus- sen van de gebouwen van de Bank en dat hij geen waarden ter incasso via de post verstuurt. Doet hij dat wel, dan is dat onder eigen verantwoordelijkheid.
Wanneer de Bank een betalingsopdracht weigert uit te voeren, wordt de Klant in kennis gesteld van deze weigering en, indien mogelijk, van de redenen daarvoor en van de procedure voor de correctie van eventuele feitelijke onjuistheden die tot de weige- ring hebben geleid.
De kennisgeving van deze weigering kan gebeuren via een reke- ningafschrift, via het systeem van internetbankieren of op het scherm van het automatische loket afhankelijk van het kanaal via hetwelk de Klant de betalingsopdracht doorgeeft.
89. Ontvangstbewijs
Bij elk depot in contanten levert de Bank een voorlopig ont- vangstbewijs af op een officieel formulier met vermelding van de te crediteren of de te debiteren rekening.
DEEL 2 – BETALINGSORDERS
Vorm van de orders
90. Papier en elektronische kanalen
De Bank stelt haar Klanten diverse papieren formulieren en elek- tronische kanalen ter beschikking om hun overdrachts- of beta- lingsorders door te geven. De Klant moet de formulieren met de grootste zorg bewaren en is aansprakelijk voor alle mogelijke gevolgen van diefstal, verlies of het wederrechtelijk gebruik van deze documenten. De Bank kan weigeren om een onvolledige of dubbelzinnige order uit te voeren die niet wordt gegeven op het daartoe voorziene formulier of waarvan de echtheid niet kan worden nagegaan. Behoudens een zware of opzettelijke fout kan de Klant de Bank niet aansprakelijk stellen voor het slecht uitvoeren van een order.
Uitvoering van de orders
91. Orders die elektronisch, telefonisch of per fax worden gegeven
Behoudens een andersluidende contractuele bepaling is de Bank niet verplicht enig gevolg te geven aan orders die worden gege- ven over de telefoon, via fax, e-mail, een elektronisch berichten- systeem of via elk ander medium. Als de Bank ze uitvoert, dan gebeurt dit steeds onder de verantwoordelijkheid van de Klant.
92. Onvoldoende provisie, niet-beschikbaarheid
De Bank voert de betalingsorders uit voor zover de rekening voldoende gestijfd is, wat inhoudt dat de bedragen definitief geboekt zijn of dat de bedragen beschikbaar zijn. De beschik-
baarheid hangt af van het niet opgenomen bedrag van de op de rekening toegekende kredietlijnen. De Bank kan de betaling toch uitvoeren zonder dat de Klant hieruit voor de toekomst enig recht op betalingsfaciliteiten kan afleiden.
93. Schadevergoeding
Behoudens andersluidende wettelijke bepalingen en voor zover de Bank aansprakelijk kan worden gesteld, kan de Klant niet meer eisen dan de herstelling in de toestand zoals voor de ver- richting de terugbetaling van de moratoire rente of van de boete die hij heeft moeten betalen of de betaling van de creditinterest die hij heeft moeten derven als gevolg van de te late of foute uitvoering van zijn order door de Bank.
94. Xxxxxxxxx of herroeping van de orders
De Bank kan, maar moet geen rekening houden met de verzoe- ken tot wijziging of herroeping van de door de Klant gegeven orders.
De Klant kan betalingstransacties niet meer herroepen zodra de Bank die heeft ontvangen, behoudens wettelijk andersluidende bepaling.
95. Conversie begunstigde rekening
Behoudens uitdrukkelijk andersluidende instructie van de Klant, mag de Bank de bedragen of waarden boeken op het credit van de rekening van de Begunstigde in haar eigen boeken, zelfs indien de order een rekening van de Begunstigde bij een andere kredietinstelling vermeldt.
96. Order ten gunste van onbestaande rekeningen
De Bank, die een order ontvangt ten gunste van een geschrapt of onbestaand rekeningnummer, mag de fondsen weer overmaken aan de opdrachtgever of ze overhevelen naar een andere reke- ning in haar boeken op naam van diezelfde begunstigde.
DEEL 3 – INTERNATIONALE VERRICHTINGEN
De bepalingen van dit reglement gelden eveneens voor deze afdeling voor zover de volgende bepalingen daar niet uitdrukke- lijk van afwijken. Onder “internationale verrichtingen” verstaat men hier alle betalingsorders van of naar het buitenland, die al dan niet verlopen via rekeningen van de Klant of worden uitge- voerd door tussenpersonen (correspondenten). Deze verrichtin- gen zijn onderworpen aan de Belgische wisselreglementering en eventueel aan de reglementering van het derde land. De Klant moet vooraf de geldende tarieven raadplegen om kennis te heb- ben van de voorwaarden die gelden voor grensoverschrijdende overschrijvingen.
Bij de uitvoering van bepaalde verrichtingen (bv. internationale verrichtingen, verrichtingen in deviezen (met name verrichting in ander devies dan euro) …) kan de Bank een beroep op de diensten van CVBA SWIFT doen. In voorkomend geval kunnen persoonsgegevens worden doorgegeven naar het exploitatie- centrum van CVBA SWIFT in de Verenigde Staten, waardoor het Amerikaanse "Department of the Treasury" toegang kan hebben tot deze persoonsgegevens in het kader van de terrorismebestrij- ding. Door het geven van een opdracht tot een verrichting, aan aardt de Klant dat zijn gegevens kunnen worden overgedragen naar een land dat niet een evenwaardig beschermingsniveau als België biedt voor persoonsgegevens.
Voor overschrijvingen van en naar een niet-EER-land moeten de Bank en de betaler een uitvoeringstermijn overeenkomen. Wanneer de opdracht op papier wordt gegeven, wordt de ter- mijn verleng met een bankwerkdag.
Uitvoering van verrichtingen met het buitenland
97. Identificatie van de begunstigde
Een correcte identificatie van de begunstigde, zijn rekening- nummer en de buitenlandse instelling is onontbeerlijk om een internationale verrichting te kunnen uitvoeren. De Klant moet er
dus op toezien dat hij rekening houdt met de rekeningstructuur die van kracht is in het land van de begunstigde (bijvoorbeeld:
IBAN-code) en hij is aansprakelijk voor alle gevolgen van het niet naleven van deze voorschriften, zoals een foutieve uitvoering. Indien de Klant gelet op zijn individueel statuut of om enige andere reden gunstiger voorwaarden kan genieten, moet hij de Bank daarvan voorafgaandelijk op de hoogte brengen.
98. Kosten
Voor overschrijvingen van en naar een rekening buiten de EER moet de Klant de Bank vooraf laten weten of de kosten van de grensoverschrijdende overschrijvingen aan de begunstigde dan wel aan de opdrachtgever moeten worden aangerekend, of dat de opdrachtgever en de begunstigde elk voor zich de door hun respectieve bank in rekening gebrachte kosten betalen.
Bij gebrek aan een duidelijke opdracht, en behoudens anders- luidende wettelijke bepaling, betalen de opdrachtgever en de begunstigde elk voor zich de door hun bank in rekening gebrachte kosten.
99. Uitvoeringswijze of weigering van bepaalde orders
De Bank voert de orders uit volgens de wijze die zij het meest geschikt acht en dit in functie van hun aard, de procedures of modaliteiten die bij haar van kracht zijn. De Bank kan bepaalde verrichtingen weigeren, met name omdat zij bepaalde soorten verrichtingen niet uitvoert (bijvoorbeeld: beschikbaarstelling van geld aan het loket van een buitenlandse bank), omdat de gevraagde verrichting een risico inhoudt van schending van wettelijke bepalingen in hoofde van de Bank, of omdat de voor- waarden voor uitvoering niet vervuld zijn. In voorkomend geval mag de Bank de uitvoering van de betalingsopdracht uitstellen totdat zij er zich van vergewist heeft dat de gevraagde betalings- opdracht niet geweigerd moet worden omwille van een van de hierboven vermelde redenen.
100. Boeking van de orders ten gunste van een Klant
De bedragen van verrichtingen die werden uitgevoerd door een correspondent of door een andere financiële instelling ten gunste van een rekening in de boeken van de Bank, zijn enkel verworven vanaf het ogenblik dat de bedragen door de cor- respondent of de kredietinstelling effectief en definitief gecre- diteerd zijn. Het crediteren van de rekening wordt altijd geacht te zijn gebeurd “onder voorbehoud”. Behoudens een schrifte- lijke andersluidende order, worden de overdrachten in vreemde munten geboekt in de vreemde munt van de overdracht op de rekening vermeld in de order.
DEEL 4 – HANDELSPAPIER
Incasso van handelspapier
101. Credit na incasso – Credit onder voorbehoud
101.1. Wissels en orderbriefjes
De Bank aanvaardt ter incasso enkel wisselbrieven/orderbriefjes die gedomicilieerd zijn op een rekening, op voorwaarde dat de Belgische financiële instelling, waarbij de rekening wordt aange- houden, wisselbrieven/orderbriefjes aanvaardt. De Bank kan de rekening van de Klant crediteren na de definitieve uitbetaling van de gelden om de rekening van de Klant te crediteren, een “credit na incasso”.
101.2. Ander handelspapier
De Bank aanvaardt ter incasso enkel handelspapier dat gedomi- cilieerd is op een rekening. De Bank kan ofwel de rekening van de Klant crediteren onder voorbehoud van de effectieve inning, een “credit onder voorbehoud”, ofwel wachten op de definitieve uitbetaling van de gelden om de rekening van de Klant te credi- teren, een “credit na incasso”.
102. Niet betaald handelspapier
Wanneer het ter incasso aangeboden effect niet wordt betaald, gaat de Bank over tot het aantekenen van verzet en het laten opmaken van protest. De Klant draagt de kosten van de niet- betaling, alsook de protestkosten. De Klant mandateert de Bank deze kosten ambtshalve te debiteren van zijn rekening.
Bijzondere bepalingen betreffende incassoverrichtingen met het buitenland
103. Eenvormige incassoregels
De uniforme incassoregels (URU 522) van de Internationale Kamer van Koophandel in Parijs gelden voor de hypothesen die niet voorzien zijn in dit Reglement of in de bijzondere overeen- komsten met de Klant.
104. Risico’s
De Klant draagt de risico’s die verbonden zijn aan de afgifte van effecten ter incasso in het buitenland, met inbegrip van de risico’s van de verzending van deze effecten door of aan de Bank. Hij moet het bedrag terugbetalen dat hem reeds door de Bank zou zijn gecrediteerd in de veronderstelling dat op grond van de geldende wetgeving deze laatste het effect moet terugbe- talen. Deze bedragen mogen ambtshalve in mindering worden gebracht van de rekening van de Klant.
Specifieke bepalingen voor handelspapier, met uitzondering van de cheque
105. Algemeen
De Bank verwerkt handelspapier dat uitgedrukt is in euro en gedomicilieerd bij een Belgische financiële instelling op een rekening, op voorwaarde dat de instelling, waarbij de rekening wordt aangehouden, handelspapier aanvaardt en de procedure voor de interbancaire verwerking van binnenlands handelspapier heeft onderschreven.
106. Vermelding van een rekeningnummer
De enige vermelding van een rekeningnummer van de betrok- kene op het effect doet een vermoeden ontstaan dat het effect gedomicilieerd en geldig is. De betrokkene die het effect aan- vaardt, wordt geacht de domiciliëring te aanvaarden. Als de debiteur het effect wil betalen na de vervaldag, voert hij de betaling uit via diezelfde rekening.
107. Recht op het terugkrijgen van het effect
De Klant ziet af van zijn recht tot teruggave van het effect te eisen in zijn hoedanigheid van debiteur van het effect nadat hij het effect heeft betaald.
108. Echtheid
De Bank staat niet in voor de authenticiteit of de geldigheid van de in bewaring gegeven effecten. Zij hebben desbetreffende geen enkele aansprakelijkheid.
109. Domiciliëring
Elke Klant van de Bank die houder is van een betaalrekening kan de betaling van de op hem getrokken handelseffecten in euro of in een vreemde munt domiciliëren aan de loketten van de hoofdzetel van de Bank. De Klant kan aan de Bank algemene richtlijnen geven om via debitering van zijn rekening ambtshalve alle handelseffecten te betalen die op hem werden getrokken en die door derden ter incasso zouden worden afgegeven, zelfs als deze handelseffecten niet de gewone domiciliëringsvermelding dragen.
Deze richtlijnen moeten ten minste acht dagen vóór de voorziene betaaldatum worden overgemaakt en blijven geldig tot de aan de Bank gerichte uitdrukkelijke herroeping ervan.
110. Provisie
De rekening van de Klant moet op de vervaldag van het handels- effect een toereikende provisie of een toereikend beschikbaar saldo vertonen.
Bijzondere bepalingen aangaande cheques
111. Beschikbaarstelling van de dienstverlening inzake cheques
De Bank beslist vrij over het al dan niet verlenen van de “dienst- verlening cheques” aan een Klant en over de voorwaarden hier- aan verbonden.
112. Verlies, diefstal of wederrechtelijk gebruik
Behoudens opzet of grove schuld van de Bank is de Klant aan- sprakelijk voor alle mogelijke gevolgen van het verlies, de dief- stal of het wederrechtelijk gebruik van zijn cheques of cheque- formulieren.
De Klant is verplicht de politie of de gerechtelijke instanties onmiddellijk op de hoogte te brengen van het verlies, de diefstal of het wederrechtelijk gebruik van zijn cheques of chequefor- mulieren, en moet de Bank hiervan schriftelijk op de hoogte brengen met een kopie van zijn aangifte. De aangifte op zich van het verlies of de diefstal van de cheques of de chequeformulieren via de spoedprocedure van verzet via de telefoon “Card Stop”, ontslaat de Klant niet van deze verplichting.
113. Xxxxxxxxxx en verzet
Een Klant die een cheque herroept of er verzet tegen aantekent, doet dit op eigen risico. De Bank moet geen rekening houden met de herroepingen of verzetsprocedures die in strijd zijn met de wet, de gebruiken of de interbancaire protocollen.
De herroeping van een cheque wordt pas van kracht na het verstrijken van de aanbiedingstermijn. Zolang er geen akkoord bestaat tussen de houder en de trekker van de cheque, kan de Bank op een rekening van de trekker een bedrag laten blokkeren (reserveren) of er een bedrag van laten debiteren dat overeen- stemt met het bedrag van de cheque. Dit bedrag brengt geen rente op.
De Klant kan verzet aantekenen tegen verloren, gestolen of wederrechtelijk gebruikte cheques ongeacht of het verlies, de diefstal of het wederrechtelijk gebruik van de cheques heeft plaatsgehad vóór of na de uitgifte ervan door de trekker zelf. De systemen van de Bank bewaren het verzet gedurende 24 maanden.
114. Weigering van betaling
De Bank kan de betaling weigeren van:
- cheques zonder provisie;
- cheques die niet voortkomen uit een door haar afgeleverd boekje;
- onvolledige of ongeldige cheques.
115. Cheques zonder provisie
De Bank kan zonder opzeggingstermijn noch schadevergoeding een einde maken aan haar relatie met de Klant en diens rekenin- gen afsluiten indien deze een ongedekte cheque uitgeeft.
DEEL 5 – DOCUMENTAIRE KREDIETEN EN DOCUMENTAIRE INCASSO'S
Documentaire kredieten
116. Regels inzake documentaire kredieten
De door de Bank toegekende documentaire kredieten val- len onder toepassing van de bepalingen van het document “Aanvraag tot opening van een documentair krediet”, de “Client trade”-conventie en de Uniforme Regels en Usances met betrek- king tot de Documentaire Kredieten (URU), die werden uitge- vaardigd door de Internationale Kamer van Koophandel (IKK).
117. Opeisbaarheid van de schuldvordering
De schuldvordering van de Bank ten aanzien van de opdracht- gever is opeisbaar vanaf de beschikbaarstelling van het docu- mentair krediet aan de begunstigde.
Tenzij anders overeengekomen, kan de Bank zelfs vooraleer zij haar verbintenissen uitvoert, stortingen in contanten eisen van de bedragen die nodig zijn voor de betaling van het documentair krediet of de rekening van de Klant voor de tegenwaarde ervan debiteren.
In elk geval verbindt de Klant zich ertoe tijdig te zorgen voor de nodige dekking, zodat hij de verbintenissen kan vereffenen die de Bank voor zijn rekening is aangegaan. Dat doet hij uiterlijk één dag voor het bedrag opeisbaar wordt, zoals bepaald in de kredietvoorwaarden.
118. Xxxxx van de correspondent
Indien de Bank een beroep doet op een correspondent naar haar keuze voor de uitvoering van de orders van de Klant, kan de Bank niet aansprakelijk worden gesteld voor de eventuele fouten of nalatigheid van de correspondent.
119. Kosten en provisielonen
Tenzij anders werd overeengekomen tussen de partijen, worden de verschuldigde kosten en commissielonen bepaald door het artikel 18 C van de URU.
120. Schade aan de goederen
Zijn de goederen waarop het documentair krediet betrekking heeft, beschadigd, dan komt de verzekeringsvergoeding bij voorrang toe aan de Bank, ten belope van de haar verschuldigde bedragen.
121. Regels inzake “incoterms”
Behoudens anders overeengekomen tussen de partijen, zijn de regels die werden uitgevaardigd door de Internationale Kamer van Koophandel en die betrekking hebben op de internationale commerciële voorwaarden (incoterms) van toepassing op de door de Bank toegestane documentaire kredieten.
Documentaire incasso's
122. Algemeen
Deze aangelegenheid wordt geregeld door de “uniforme regels en gebruiken van de IKK betreffende het incasso (URU 522)” in de mate dat de bijzondere overeenkomsten er niet van afwijken.
123. Rol en plichten van de Bank
De Bank komt niet tussen in de handelstransactie waarop de documenten betrekking hebben. Zij incasseert enkel de docu- menten in naam en voor rekening van de Klant. Zij staat in geen geval borg voor de solvabiliteit of de betrouwbaarheid van de tegenpartijen. De Klant kan de Bank niet aansprakelijk stellen als de documenten niet worden betaald en evenmin voor fouten, professionele tekortkomingen of het gebrek aan instructies van de verzekeringsmaatschappijen en van de vennootschappen die belast zijn met de uitwerking en de controle van de documenten en de goederen.
DEEL 6 – AANBIEDEN VAN DEBET-, KREDIET- EN PREPAIDTKAARTEN
De voorwaarden voor de toekenning en het gebruik van de debet- of de kredietkaart maken deel uit van een bijzonder reglement. Deze teksten zijn beschikbaar op xxx.xxxxxxx.xx.
DEEL 7 – MULTIDEVIEZENDIENSTEN
124. Algemeen
De houder van een betaalrekening (of de volmachthouder op de rekening) kan op eenvoudig verzoek gebruikmaken van de mul- tideviezendienst. Hij vermeldt het aantal compartimenten “in deviezen” dat hij aan zijn betaalrekening wenst toe te voegen, op basis van één compartiment per munt. De Bank beslist vrij of ze deze dienst al dan niet toekent of hem beperkt tot bepaalde munten.
125. Reglementering inzake vreemde munten
De Bank moet zich houden aan de nationale of internationale reglementeringen die van toepassing zijn op de munten of de waarden die worden aangehouden in een compartiment. De munten van een Klant in een compartiment kunnen worden aangehouden door een correspondent van de Bank die zich in het land van de betrokken munt bevindt. In dat geval zijn alle reglementeringen die aangaande deze munt van kracht zijn in dat land, van toepassing op het betrokken compartiment. Dit omvat de wisselreglementering of de beperkingen op het vrij verkeer van de munt buiten het land.
126. Interest
De debet- en creditinterestvoet worden vastgelegd per com- partiment. Voor de berekening van de interest gelden voor elk compartiment dezelfde regels inzake valutadatum als voor de betaalrekening. De debet- of creditinterest wordt elk kwartaal per compartiment in de overeenkomstige munt geboekt.
127. Koersen
De Bank voert de orders van de Klant uit, met inbegrip van de transfers tussen de compartimenten van eenzelfde rekening, tegen de koers van de dag van de boeking.
128. Kosten
De Bank behoudt zich het recht voor het overeenkomstig com- partiment te debiteren voor de kosten die de correspondent zou aanrekenen voor de uitvoering van een order in de munt van het betrokken compartiment. De kosten voor de toekenning van de multideviezendienst (zie tarief) worden per kwartaal en vooraf van de betaalrekening gedebiteerd. De Klant moet zorgen voor voldoende provisie op zijn rekening met het oog op de aanreke- ning van deze kosten.
129. Rekeningafschriften
De afschriften geven een globaal overzicht van de betaalreke- ning en een overzicht van de verrichtingen per compartiment waarin er verrichtingen werden uitgevoerd.
130. Afsluiten van compartimenten
Alvorens een compartiment af te sluiten, zuivert de Bank elk debetsaldo van dit compartiment aan door het bedrag in minde- ring te brengen op de tegoeden van de andere compartimenten. Bij gebrek aan instructies van de Klant wordt het debetsaldo in de eerste plaats aangerekend op het compartiment in euro en wordt het creditsaldo geboekt op het compartiment in euro.
De Bank kan op eigen initiatief de compartimenten afsluiten die niet meer actief zijn, d.w.z. de compartimenten waarop sinds meer dan zes maanden geen enkele verrichting meer heeft plaatsgehad, tenzij andere instructies van de Klant.
131. Opzegging van de multideviezendienst
De Klant kan net als de Bank op elk ogenblik de multideviezen- dienst beëindigen zonder opzeggingstermijn en zonder zijn of haar beslissing te moeten rechtvaardigen. Deze rekening wordt dan weer een gewone betaalrekening in euro. Het verschuldigd geacht deel van de kosten voor de multideviezendienst blijft verworven voor de Bank als de opzegging uitgaat van de Klant of aan hem te wijten is.
132. Opdrachten in munten waarvoor er geen compartiment bestaat
Na de omzetting in een compartiment in euro, kan de Bank op risico van de Klant een bepaalde verrichting uitvoeren in een munt waarvoor geen compartiment was geopend.
133. Beschikbaar saldo
De Bank voert een order in een bepaalde munt enkel uit als het globale saldo van de rekening met de multideviezenfunctie of als eventueel het saldo van het betrokken compartiment toereikend is tot dekking van de verrichting en de eventueel ermee verbon- den kosten.
Het globale saldo wordt berekend door de samenvoeging of de consolidatie van de diverse beschikbare saldi van alle comparti- menten van de multideviezenrekening na omzetting van de saldi van elk compartiment in euro tegen de contante wisselkoers.
De cheques worden geboekt in het compartiment van de munt waarin de cheque werd uitgeschreven, en als een dergelijk com- partiment niet voorhanden is, in het compartiment in euro.
Indien de Klant op zijn multideviezenrekening een kredietlijn in euro heeft, mag het globale debetsaldo op zijn rekening nooit hoger zijn dan het bedrag van zijn kredietlijn. Hij moet elke drie maanden zijn kredietlijn globaal op nul brengen en de debet- saldi in elk compartiment aanzuiveren.
DEEL 8 – Overschrijding
134. Overschrijding op betaalrekening
De Bank kan, ten uitzonderlijke titel, de Klant de mogelijk- heid bieden te beschikken over bedragen die het beschikbaar tegoed op zijn rekening overschrijden teneinde te vermijden dat bepaalde betalingsopdrachten niet worden uitgevoerd of dat cheques niet worden voldaan of dat verbintenissen ten aanzien van de Bank niet worden voldaan. Debetinteresten op de overschrijding zijn slechts verschuldigd op het bedrag van de overschrijding. De Klant wordt onverwijld op papier of op een andere duurzame drager geïnformeerd van deze overschrij- ding en is gehouden het totale bedrag van de overschrijding vermeerderd met de verschuldigde interesten terug te betalen.
HOOFDSTUK IV: BELEGGINGSDIENSTEN
DEEL 1 – Algemene Bepalingen
135. Voorwerp
Dit hoofdstuk regelt de rechten en de plichten van de Klant en de Bank in het kader van de Transacties in Financiële instrumenten. Het tweede deel houdt verband met de gedragsregels die de Bank in acht moet nemen ten aanzien van de Klanten in het kader van het uitvoeren van beleggingsactiviteiten of het leve- ren van Beleggingsdiensten.
Het derde deel geeft toelichting bij de diverse modaliteiten in verband met de orders van de Klanten. Ten slotte is er het vierde deel, dat betrekking heeft op de belangenconflicten.
Een gedetailleerder praktische beschrijving van de beleggings- benadering van de Bank is beschikbaar op xxxxxxx.xx.
De modaliteiten met betrekking tot de beleggingsdiensten ver- mogensbeheer en periodiek beleggingsadvies kunnen geraad- pleegd worden in de reglementen en/of contracten die betrek- king hebben op deze beleggingsdiensten.
136. Distributiekanalen
Afhankelijk van het type van de Financiële instrumenten en de situatie van de Klant, kan de Klant zijn orders plaatsen via het kantorennet van Belfius of via andere distributiekanalen, zoals Belfius Direct Net, Belfius Mobile, Belfius Tablet, Belfius Direct Private enz.
137. Herroepingsrecht
In het kader van de aankoop van financiële diensten op afstand, kan het herroepingsrecht niet ingeroepen worden voor financi- ele diensten waarvan de prijs afhankelijk is van schommelingen op de financiële markten, zoals de Transacties in Financiële instrumenten.
DEEL 2 – GEDRAGSREGELS
138. Categorieën van Klanten
Bij het verstrekken van Beleggingsdiensten en -activiteiten en conform de wettelijke bepalingen, brengt de Bank haar Klanten in diverse beleggerscategorieën onder, nl. in aanmerking komen- de tegenpartijen, professionele Klanten en niet-professionele Klanten. Elk van die categorieën geniet een aangepast bescher- mingsniveau.
138.1. In aanmerking komende tegenpartijen
Een Klant wordt geclassificeerd als een in aanmerking komende tegenpartij als hij actief is in de financiële sector. Dat is onder meer het geval voor banken, beursvennootschappen, verzeke- ringsmaatschappijen, pensioenfondsen, centrale banken, maar ook voor nationale regeringen en overheidsdiensten die betrok- ken zijn bij het beheer van de overheidsschuld. Een in aanmer- king komende tegenpartij wordt verondersteld te beschikken over voldoende kennis van de financiële markten, en daarom geniet zij het laagste beschermingsniveau. Zo is de Bank er ten aanzien van dit soort Klant niet toe verplicht de onderstaande gedragsregels na te leven.
138.2. Professionele Klanten
Klanten die als professioneel kunnen worden beschouwd, wor- den opgesomd in een bijlage bij het Koninklijk Besluit van 19 december 2017 tot bepaling van nadere regels tot omzetting van de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten (“MiFID II”).. Een Klant is professionele Klant door de aard van de Klant in kwestie of op basis van financiële criteria. De gedrags- regels zijn van toepassing op die Klanten, maar dan wel in min- dere mate. Een professionele Klant wordt immers verondersteld
te beschikken over de nodige kennis, ervaring en deskundigheid op het vlak van beleggingen om zelf zijn beleggingsbeslissingen te nemen en om zelf de genomen risico’s adequaat in te schat- ten. Bijgevolg zijn de informatieverplichtingen die de Bank ten aanzien van professionele Klanten heeft, minder verregaand dan die ten aanzien van niet-professionele Klanten.
138.3. Niet-professionele Klanten
Klanten die niet onder één van de twee vorige categorieën kunnen worden ingedeeld , behoren tot de categorie van de niet-professionele Klanten. Zij beschikken over minder kennis en ervaring inzake beleggingen en genieten daarom het hoogst mogelijke beschermingsniveau. Alle gedragsregels die hieronder staan opgesomd, zijn van toepassing op de Klanten die als niet- professionele Klanten worden beschouwd.
138.4. Informatie betreffende de classificatie
De Klant wordt door de Bank op de hoogte gebracht van de categorie waartoe hij op grond van de wettelijke bepalingen behoort. De Klant mag vragen om van categorie te veranderen om een hoger of lager beschermingsniveau te genieten dan wat aan hem of haar was toegekend. In dat geval moet hij dat schriftelijk verzoeken aan de Bank. De Bank mag niet ingaan op het verzoek van de Klant als de juridische voorwaarden in dat verband niet zijn nageleefd.
139. Beleggingsadvies en uitvoering van orders met of zonder evaluatie van de passendheid van de belegging
139.1. Verstrekken van beleggingsadvies
De Bank kan via haar relatiebeheerders en haar digitale kanalen beleggingsadvies verstrekken aan de Klant.
Onder "beleggingsadvies" verstaat de Bank het geven van gepersonaliseerde en geschikte aanbevelingen rekening hou- dend met de individuele situatie van de Klant.
Behoudens een andersluidende contractuele bepaling:
- houdt het advies van de Bank rekening met de situatie en de behoeften van de Klant op het ogenblik dat hij een advies wenst te ontvangen. De Bank volgt dus niet actief de evolutie van de portefeuille van de Klant op.
- wordt het advies van de Bank niet op een onafhankelijke basis gegeven. De Bank raadt immers vooral Financiële instru- menten aan die worden uitgegeven of geleverd door enti- teiten uit haar Groep of door entiteiten waarmee de Bank juridische en/of economische banden heeft.
De Bank kan beleggingsadvies verstrekken aan niet-professione- le en aan professionele Klanten:
• Niet-professionele Klant
Om beleggingsadvies te kunnen krijgen, moet de niet-profes- sionele Klant de Bank informeren over zijn beleggingsdoelstel- lingen, zijn financiële situatie en zijn kennis en ervaring. Zonder die informatie kan de Bank geen inschatting maken van de per- soonlijke situatie van de Klant en zal zij dus niet in staat zijn hem advies te geven over Transacties met Financiële instrumenten.
De Bank behoudt zich het recht voor Transacties in Financiële instrumenten te weigeren die niet geschikt zijn voor de Klant. Het door de Bank verleend advies leidt tot het overhandigen van een geschiktheidsverklaring aan de Klant waarin de Bank uiteen- zet hoe het advies beantwoordt aan de behoeften van de Klant.
• Professionele Klant
In tegenstelling tot niet-professionele klanten worden profes- sionele Klanten verondersteld te beschikken over de kennis, de ervaring en de deskundigheid om zelf de beslissingen over hun beleggingen te nemen. Zij worden eveneens verondersteld te beschikken over voldoende financiële draagkracht om de even- tuele risico's te dragen. Bijgevolg zal de Bank, alvorens hem een belegging aan te raden, enkel de beleggingsdoelstellingen van die Klant analyseren. Zonder die informatie kan de Bank geen inschatting maken van de persoonlijke situatie van de Klant en zal zij hem dus geen beleggingsadvies kunnen geven.
De Bank behoudt zich het recht voor om Transacties in Financiële instrumenten te weigeren die niet in overeenstemming zijn met de beleggingsdoelstellingen van de Klant.
139.2. Uitvoering van orders met of zonder evaluatie van de passendheid van de belegging
Als de Bank geen gepersonaliseerde aanbevelingen doet aan de
Klant of als de Klant er geen wenst te krijgen, wordt de dienst- verlening beperkt tot de uitvoering van Transacties in Financiële instrumenten met of zonder evaluatie van de passendheid van de betrokken belegging :
• Niet professionele Klant
Afhankelijk van de complexiteit van het product en van het kanaal via hetwelk de Klant zijn order uitvoert, kan de Bank verplicht worden na te gaan of de betrokken belegging passend is voor de Klant. Daartoe gaat de Bank na of de Klant over de nodige kennis en ervaring beschikt voor het Financieel instru- ment dat het voorwerp vormt van de verrichting.
Als de Bank vaststelt dat de kennis en de ervaring van de Klant niet voldoende zijn, wordt hij daarvan verwittigd.
Als de Klant weigert de door de Bank gevraagde informatie te verstrekken, of als de informatie over zijn kennis en zijn erva- ring niet voldoende zijn, meldt de Bank dat zij niet zal kunnen nagaan of de Klant over de nodige kennis en ervaring beschikt om Transacties met Financiële instrumenten uit te voeren.
•. Professionele Klant
De dienstverlening beperkt zich tot het uitvoeren van orders zonder evaluatie van de passendheid van de belegging. Een professionele Klant wordt immers verondersteld te beschikken over de vereiste kennis, ervaring en deskundigheid op het vlak van beleggingen.
139.3. Verplichting van de Klant
De Klant moet de door de Bank gestelde vragen correct beant- woorden zodat zij een behoorlijke inschatting kan maken van de individuele situatie van de Klant.
Bovendien moet de Klant de Bank op de hoogte brengen van elke wijziging in zijn financiële situatie, beleggingsdoelstellin- gen, kennis of ervaring. Zolang die mededeling niet is gebeurd, mag de Bank vertrouwen op de voordien door de Klant ver- strekte informatie.
140. Informatie
De Bank moet aan de Klanten correcte, duidelijke en niet mis- leidende informatie verstrekken. Die informatie kan worden verstrekt op papier of via elektronische weg.
Zoals hierboven vermeld, hangt de hoeveelheid informatie die Belfius verstrekt af van de categorie van de Klant.
140.1. Kosten, verbonden lasten en voordelen
De kosten en lasten die verbonden zijn aan de Beleggingsdienst en aan het Financieel instrument en die verschuldigd zijn door de Klant, zoals de makelaarslonen, de instap- of de uitstapkosten, alsook de taksen, zijn beschikbaar in de documentatie verstrekt door de Bank over de Financiële instrumenten.
De Bank kan, indien conform met de wettelijk bepaalde voor- waarden, van geldelijke voordelen genieten zoals vergoedingen van derden in het kader van de Beleggingsdienst die de bank voor haar Klanten verricht en van niet-geldelijke voordelen. De Klant wordt hierover ook geïnformeerd in de door de Bank ver- strekte documentatie over de Financiële instrumenten.
De Bank verstrekt jaarlijkse informatie achteraf over alle kos- ten en lasten die verbonden zijn aan zowel het (de) Financiële Instrument(en) als de Beleggings- en Nevendienst(en) wanneer zij het (de) Financiële Instrument(en) heeft aanbevolen of ver- kocht of wanneer zij de Klant de essentiële beleggersinformatie (KIID) of het essentiële-informatiedocument (KID) m.b.t. het (de) Financiële Instrument(en) heeft verstrekt en zij tijdens het jaar een lopende relatie met de Klant heeft of heeft gehad. Die informatie is gebaseerd op gemaakte kosten en wordt op geper- sonaliseerde basis verstrekt.
De Klant aanvaardt dat hij in geval van beëindiging van zijn rela- ties met de Bank de hiervoor genoemde jaarlijkse kosteninforma- tie pas zal ontvangen in het jaar volgend op deze beëindiging.
140.2 Risico’s verbonden aan financiële instrumenten
Aan alle Financiële instrumenten zijn er risico’s verbonden. Deze risico’s worden meegedeeld in de desbetreffende documentatie. Het risico kan eveneens voortvloeien uit de modaliteiten van het order. Door een “beursorder zonder limiet” te geven, aanvaardt de Klant dat zijn (verkoop- of koop-)order wordt uitgevoerd tegen om het even welke voorwaarden. Hij neemt dus het risico te kopen tegen een hogere prijs of te verkopen tegen een lagere prijs dan hij zou willen.
141. Beleid van optimale uitvoering voor Transacties in Financiële instrumenten
Behoudens specifieke instructies van de Klant, is de Bank ver- plicht de nodige maatregelen te nemen om in staat te zijn om de orders van de Klanten in optimale omstandigheden uit te voeren (best execution – optimale uitvoering).
Daartoe heeft de Bank een beleid uitgewerkt inzake de uitvoe- ring van orders waarvan de Klant verklaart kennis genomen te hebben alvorens een order in te dienen bij de Bank. Dit beleid informeert de Klant ervan dat door het indienen van orders via de Bank, de Klant ermee akkoord gaat dat de Bank orders buiten een gereglementeerde markt, een multilaterale handelsfaciliteit (MTF) of een georganiseerde handelsfaciliteit (OTF) kan uitvoe- ren. Dit beleid is ter beschikking in elk Belfius-kantoor en op de website xxx.xxxxxxx.xx.
Het beleid wordt geregeld aan een controle onderworpen en te gelegener tijd geactualiseerd.
142. Registratie van telefoongesprekken en elektronische communicatie
Conform de geldende wettelijke bepalingen is de Bank verplicht de telefoongesprekken en elektronische communicatie te regi- streren die minstens betrekking hebben op het verstrekken van diensten betreffende het ontvangen, doorgeven en uitvoeren van orders van Klanten.
Een kopie van de registratie van de gesprekken en de communi- catie met de Klanten is op verzoek gedurende vijf jaar beschik- baar vanaf de datum van registratie.
Een kopie van de registratie van de gesprekken en de communi- catie met de Klanten is op verzoek gedurende vijf jaar beschik- baar.
DEEL 3 – MODALITEITEN IN VERBAND MET DE TRANSACTIES IN FINANCIELE INSTRUMENTEN
143. Tussenkomst van derde instellingen
De tussenkomst van een derde instelling, zoals onder andere de financiële markten, financiële tussenpersonen en de markt- autoriteiten, kan de uitvoeringstermijnen beïnvloeden zonder dat de Bank daar enige controle op kan uitoefenen. Zo kan de uitvoering beperkt zijn tot de openingsuren van de betreffende tussenkomende partijen.
144. Provisie
Bij een intekening, een aankoop of een uitoefening moet de Klant zorgen voor voldoende provisie op zijn centralisatiere- kening, tenzij de Bank een andere dekking aanvaardt of eist. Debetinterest op de betaalrekening is van rechtswege en zonder ingebrekestelling verschuldigd op een debetstand die het gevolg is van onvoldoende provisie. In geval van verkoop, terugkoop, omruiling, uitoefening of omzetting, moet de Klant in zijn effec- tendossier over de betrokken Financiële instrumenten beschik- ken met het oog op de vereffening van de verrichting.
Alle Financiële instrumenten, geldmiddelen en deviezen die de Klant overhandigt aan de Bank of die deze laatste voor reke- ning van de Klant aanhoudt, vormen de provisie die bestemd is voor de goede uitvoering door de Klant van zijn Transacties met Financiële instrumenten. De Bank kan die tegoeden op kosten en op risico van de Klant inhouden, verkopen en/of verrekenen indien de Klant in gebreke blijft.
De Bank heeft het recht om bij de plaatsing van een Transactie met Financiële instrumenten een percentage van de tegen- waarde van het order te reserveren op de rekening waarvan de tegenwaarde op het einde van de Transactie wordt afgeboekt (vereffeningrekening). Die reservering heeft geen effect op het saldo van de rekening, vermits er pas een debitering gebeurt bij de valutadatum dat de datum is waarop de transactie effectief in aanmerking wordt genomen. Wel wordt het beschikbare saldo met het bedrag van de reservering verminderd.
De Bank heeft het recht de door de Klant aangekochte Financiële instrumenten of eventuele andere Financiële instrumenten met- een te verkopen ter aanzuivering van het eventueel ontoerei- kend saldo op de rekening van de Klant.
145. Uiterste termijn voor het in ontvangst nemen van een order
Een order m.b.t. een Financieel instrument moet tijdig aankomen bij de Bank, rekening houdend met de openingsuren van de Bank en de inschrijvingsperiode of de periode van vervroegde afslui- ting die door de emittent werden bepaald. Een aankoop- of ver- kooporder m.b.t. een genoteerd Financieel instrument kan enkel in de markt worden geplaatst als het tijdig is aangekomen op de zetel van de Bank, rekening houdend met de openings- en slui- tingsuren van de Bank en van die van de betrokken markt, alsook met een redelijke termijn voor het doorgeven van dat order. De orders aangaande de Expert Market van Euronext (de Belgische markt voor Openbare Veilingen) worden ingediend afhankelijk van het tijdschema voor de veilingen zoals het wordt vastgelegd door de betrokken overheid.
De orders m.b.t. deelbewijzen van een instelling voor collectieve belegging moeten tijdig aankomen op de zetel van de Bank, rekening houdend met het uiterste uur voor de aanvaarding zoals de emittent heeft bepaald in het prospectus en/of het document essentiële beleggersinformatie (hierna ook de “KIID”) en met een redelijke termijn voor het plaatsen van dat order. Bij ontstentenis hiervan en behoudens een andersluidende instruc- tie van de Klant, wordt het order bij de volgende afsluiting aangeboden.
146. Limietorders
Bij het plaatsen of het wijzigen van een order kan de Klant voor bepaalde Financiële instrumenten en voor bepaalde verrichtin- gen de geldigheidsduur beperken of limietkoersen vastleggen. Die limieten worden vermeld in de bevestiging van de Transactie. Wijzigingen van beursorders geven niet automatisch recht op een aanpassing van de geldigheidsduur. Als de Klant een limiet- koers opgeeft die niet in overeenstemming is met de regels van de betrokken markt, behouden de Bank en haar corresponden- ten zich het recht voor het order te annuleren. De Bank vestigt de aandacht van de Klant op de risico’s van orders die worden gegeven zonder limietkoers.
147. Geldigheidsduur van een order
De geldigheidsduur van een order hangt af van het Financieel instrument en van gebeurtenissen op de markt. De geldigheids- duur kan in bepaalde types van orders worden gespecificeerd.
147.1. Financiële instrumenten die op een markt genoteerd staan Onder voorbehoud van de specifieke regels van de betrokken markt, worden de orders die betrekking hebben op Financiële instrumenten die genoteerd staan op een markt, bijgehouden gedurende een periode van één maand die begint op de dag dat de orders "tegen limietkoers" en de "stop loss"-orders worden geplaatst. De orders “tegen marktkoers" worden bijgehouden tot de afsluiting van de volgende beursdag.
147.2. Financiële instrumenten die worden geïntroduceerd op de Expert Market van Euronext
De aankooporders die moeten worden uitgevoerd op de Expert
Market van Xxxxxxxx, zijn maar geldig voor één zitting. De ver- kooporders worden bijgehouden gedurende een periode van drie maanden die begint vanaf de dag dat de orders werden geplaatst.
147.3. Euro-obligaties
De orders die betrekking hebben op dit soort van Financiële instrumenten worden bijgehouden gedurende een periode van één maand die begint vanaf de dag dat het order werd geplaatst.
147.4. Instelling voor collectieve belegging
De orders die betrekking hebben op deelbewijzen van instel- lingen voor collectieve belegging zijn geldig tijdens de aanvan- kelijke inschrijvingsperiode of tijdens de volgende cut off tenzij de uitvoeringsdatum door de klant is opgegeven.144. Wijziging van de orders
Enkel orders die betrekking hebben op beursgenoteerde Financiële instrumenten kunnen gewijzigd worden zolang de initieel doorgegeven orders nog niet op de markt (gedeeltelijk) werden uitgevoerd.
Indien de Klant niet verduidelijkt dat het een wijziging is van een vroeger order, wordt elk later order beschouwd als een nieuw order en zal dit bestaan naast het eerste order. Het annuleren van deze dubbele uitvoering gebeurt op kosten van de Klant.
148. Annulatie van orders
De orders die betrekking hebben op beursgenoteerde Financiële instrumenten kunnen, onder voorbehoud dat de initieel doorge- geven orders nog niet op de markt werden uitgevoerd, worden geannuleerd hetzij op verzoek van de Klant, hetzij automatisch door toepassing van de regels van de betrokken markt of na een beslissing van de bevoegde overheden, bijvoorbeeld wanneer een coupon of enig recht of voordeel werd losgekoppeld van het betrokken Financieel instrument of in geval van wijziging van de nominale waarde of de stopzetting van de beursnotering.
Het uitgifteprospectus bepaalt of de orders die betrekking heb- ben op deelbewijzen van beleggingsinstellingen kunnen worden geannuleerd of geschorst.
De Bank kan de orders ambtshalve schorsen of annuleren in afwachting van de uitvoering wanneer de Klant in staking van betaling is, failliet werd verklaard of wanneer een uitvoerend beslag werd gelegd op zijn goederen.
Het is niet mogelijk om een transactie te annuleren tijdens een beursintroductie (IPO).
149. Gedeeltelijke uitvoering van een order
Orders die betrekking hebben op beursgenoteerde Financiële instrumenten kunnen gedeeltelijk worden uitgevoerd. In dat geval wordt het niet-uitgevoerde gedeelte bijgehouden tijdens de volledige geldigheidsduur van het order (zie hierboven).
150. Informatie voor de Klant over zijn Transacties
De Klant kan op elk ogenblik inlichtingen inwinnen over de situ- atie van zijn roerende waarden, rechten en gedematerialiseerde Financiële instrumenten, alsook van de orders die hij geplaatst heeft via zijn kantoor, Belfius Direct Net, Belfius Mobile, Belfius Tablet of via de telefoon, op grond van de bijzondere overeen- komsten die hij hierover met de Bank sluit. De Klant verklaart kennis te hebben genomen van het feit dat die informatie pas beschikbaar zal zijn nadat zijn Transactie werd overgemaakt.
Bovendien zal de beschikbare informatie afhangen van de aard van het Financieel instrument, van de markt waarop dat toege- laten is, alsook van de eventuele tussenpersoon op wie de Bank een beroep heeft moeten doen. De Bank verbindt zich ertoe de beschikbare informatie aangaande de Transactie zo snel mogelijk ter beschikking te stellen.
De informatie over de posities van de Klant op diens rekening zal pas beschikbaar zijn na de (gedeeltelijk) uitvoering van de Transactie en de volledige verwerking ervan door de Bank. De Bank verbindt zich ertoe de beschikbare informatie aangaande de posities zo snel mogelijk ter beschikking te stellen.
151. Overlijden van de opdrachtgever
Behoudens een andersluidende overeenkomst leidt het overlij- den van de Klant niet tot de schorsing of annulatie van een order of van de uitvoering ervan. In geval van overlijden deponeert de Bank dus de Financiële instrumenten in een effectendossier of de opbrengst van hun tegeldemaking op een betaalrekening, die beide werden geopend op naam van de nalatenschap.
152. Kosten verbonden aan de overdracht van Financiële instrumenten of bij de niet-levering van Financiële instrumenten
Alle kosten, uitgaven en vergoedingen die gemaakt worden ten gevolge van een situatie waarin Financiële instrumenten niet geleverd kunnen worden, of die gemaakt worden met de bedoe- ling om een dergelijke situatie te vermijden, en die veroorzaakt worden door één of meer transactie(s) met financiële instrumen- ten die verhandeld mogen worden op diverse markten, kunnen aan de Klant aangerekend worden.
Die situatie kan zich voordoen in geval van aankoop en verkoop van eenzelfde Financieel instrument op twee verschillende markten. De Klant geeft de Bank de toestemming om van zijn rekening automatisch de bedragen af te houden die hij te dezen titel verschuldigd zou zijn, zodra ze opeisbaar zijn.
153. Vereffening van orders
Behoudens uitzonderingen worden de verrichtingen met Financiële instrumenten vereffend binnen drie bankwerkdagen na de uitvoering van het order. De orders die betrekking hebben op deelbewijzen van instellingen voor collectieve belegging wor- den uitgevoerd binnen de termijn en volgens de modaliteiten die omschreven staan in het prospectus.
Behoudens een andersluidende bepaling worden de verrichtin- gen vereffend door het debiteren en/of crediteren van het effec- tendossier en/of de vereffeningrekening van de Klant.
De vereffening door de Bank van Financiële instrumenten gebeurt onder voorbehoud. Als de Bank ze om de een of andere reden niet kan innen, moet de Klant de Bank terugbetalen op haar eerste verzoek. De Klant machtigt de Bank om automatisch van zijn rekeningen de door hem verschuldigde bedragen af te houden vanaf de datum dat zij opeisbaar zijn geworden. In de veronderstelling dat de beschikbare bedragen niet volstaan om het order te vereffenen, moet de Klant de gevolgen dragen van de annulering van zijn order door de Bank.
In geval van over-inschrijving gebeurt de toewijzing van de effec- ten volgens de aanwijzingen van de emittent.
De geldende gebruiken op de diverse markten kunnen worden ingeroepen tegen de Klant. Zo vindt op bepaalde markten de levering van de effecten niet noodzakelijk plaats op het ogenblik van de betaling.
Behalve indien de Klant een deviezenrekening heeft geopend, worden de verrichtingen met deviezen automatisch omgezet in euro, behalve indien dit anders vermeld staat op het orderformu- lier. De omzetting in euro vindt plaats tegen de koers van twee werkdagen vóór de datum van de vereffening of de betaaldatum die in het prospectus vermeld staat. Dit principe geldt eveneens voor de verrichtingen met instellingen voor collectieve beleg- ging, waarbij de wisselkoers evenwel niet kan worden berekend vóór de Bank de netto-inventariswaarde heeft ontvangen.
De berekeningen voor de vereffening (omzetting, interest, kapi- talisatie...) zijn beperkt tot drie decimalen.
154. Credit onder voorbehoud of credit na incasso
Als de terugbetaling van de coupons en de mantels die materieel werden aangeboden, gebeurt door een onmiddellijk credit of met een bepaalde valutadatum voor de centralisatierekening
van de Klant, gebeurt dat altijd onder voorbehoud, d.w.z. onder voorbehoud van de goede uitvoering van de verrichting. Als de terugbetaling plaatsheeft na incasso, wacht de Bank de definitieve betaling door de tegenpartij af alvorens de centrali- satierekening van de Klant te crediteren. De valutadatum die de Bank toepast, hangt af van de datum van de betaling door de tegenpartij, als het gaat om een terugbetaling na incasso, of van de datum van de vervaldag of van de betaling of van het soort van product en van de datum van de voorlegging door de Klant als het gaat om een credit onder voorbehoud. In dat laatste geval vermeldt de Bank de valutadatum op het borderel.
DEEL 4 - BEWAREN VAN FINANCIELE INSTRUMENTEN
De Klant wordt verwezen naar deel 5, 6 en 7 van hoofdstuk II van dit reglement.
DEEL 5 - BELANGENCONFLICTEN
In het kader van haar beleggingsactiviteiten en –diensten, neemt de Bank de nodige en redelijke maatregelen om er voor te zor- gen dat zij eventuele belangenconflicten met haar Klanten of tussen Klanten onderling kan detecteren en voorkomen. Ingeval de Bank van mening is dat zij een dergelijk belangenconflict dat een nadeel inhoudt voor de Klant niet kan voorkomen of beheersen, dan zal zij de Klant daarvan informeren en/of zich onthouden van verdere transacties of dienstverlening. De Klant kan op eenvoudig verzoek meer gedetailleerde informatie over het beleid op vlak van belangenconflicten bekomen via zijn rela- tiebeheerder of op xxxxxxx.xx.
Inhoudstafel
HOOFDSTUK I: ALGEMEEN 3
DEEL 1 – REGLEMENT EN AANPASSINGEN 3
1. Doel van dit reglement 3
2. Vindplaats en aanvaarding van dit reglement? 3
3. Wijzigingen 3
DEEL 2 – DEFINITIES 3
DEEL 3 – TOEPASSINGSGEBIED 5
DEEL 4 – ALGEMENE BEPALINGEN 5
4. Identificatie 5
5. Juridisch en fiscaal statuut van de Klant 5
6. Het indienen van een specimen van handtekening 8
7. Contractuele vrijheid 8
9. Keuze van kantoor 8
10. Briefwisseling 8
11. Persoonlijke levenssfeer 9
12. Discretieplicht 10
13. Nalatenschappen 10
14. Tarieven 11
15. Archivering van de documenten – Bewijskracht 11
16. Verjaring 11
17. Klachten 11
17.5. Debetinteresten 12
18. Aansprakelijkheid van de Bank 12
19. Waarborgen gesteld ten gunste van de Bank 12
20. Keuze van woonplaats 13
21. Toepasselijk recht en bevoegde rechtbanken 13
22. Opzegging, stopzetting van de relaties 13
DEEL 5 – VOLMACHTEN 14
23. Volmachten: algemeen 14
24. Herroeping van de volmacht 14
25. Overige manieren waarop de volmacht eindigt 14
26. Aansprakelijkheid van de volmachtgever 14
27. Aansprakelijkheid van de volmachthouder 14
DEEL 6 – VERSCHEIDENE PERSONEN 14
Gemeenschappelijke bankdiensten 14
28. Rekeningen, effectendossiers en kluizen 14
29. Beschikkings-, toegangs- en opzeggingsrecht 15
Diensten in onverdeeldheid 15
30. Rekeningen, effectendossiers, kluizen 15
31. Kaarten voor de toegang tot de kluizenzaal 15
Feitelijke verenigingen 15
32. Hoedanigheid van lid of vertegenwoordiger 15
33. Regels die gelden bij het deponeren van de statuten of het reglement 15
34. Regels die gelden bij gebrek aan of bij stilzwijgen van statuten of reglement 15
35. Hoofdelijkheid en ondeelbaarheid 15
DEEL 7 – ALS WAARBORG GEBLOKKEERDE TEGOEDEN 15
HOOFDSTUK II: DE REKENINGEN 16
DEEL 1 – ALGEMEEN 16
38. Opening van een rekening 16
39. Verrichtingen aan de automatische loketten 16
40. Geldopname aan de loketten 16
41. Rekeningafschriften 16
42. Valutadatum en datum van de verrichting 16
43. Credit- en debetrente 16
DEEL 2 – BETAALREKENINGEN 16
44. Valutadatum 16
45. Debet op de rekening 16
46. Tijdstip van ontvangst van betalingsorders en uitvoeringstermijnen 16
47. Doorlopende opdrachten 17
48. Domiciliëringen 17
49.1 Overschrijvingen 17
49.2 Sepa Instant Credit Transfer (‘Instantbetaling’) 18
50. Xxxxxxxxxx met orders 18
51. Betwisting van een betalingstransactie 18
52. Terugbetaling van een door of via een Begunstigde geïnitieerde betalingstransactie 18
53. Uitvoering in overeenstemming met de Unieke Identificator 19
54. Betalingsopdracht geïnitieerd door de Betaler 19
55. Betalingsopdracht geïnitieerd door of via de Begunstigde 19
56. Aansprakelijkheid voor kosten 19
57. Overmacht 20
58. Rekeninginformatiediensten 20
59. Betalingsinitiatiediensten 20
60. Bevestiging beschikbaarheid geldmiddelen 20
DEEL 3 – SPAARREKENINGEN 20
61. Gereglementeerde spaarrekeningen 20
62. Geldopneming 20
63. Interest en premies 20
65. Premies 20
DEEL 4 – TERMIJNREKENINGEN 21
66. Centralisatierekening 21
67. Bedrag van de beleggingen 21
68. Duur van de belegging 21
69. Bestemming van de fondsen op de vervaldag 21
70. Rentevoeten 21
71. Volledige of gedeeltelijke vervroegde vrijmaking 21
72. Nalatenschap 21
DEEL 5 – EFFECTENDOSSIER 21
73. Algemeen 21
74. Centralisatierekening 21
75. Effecten die kunnen worden gedeponeerd 21
76. Fungibiliteit 21
77. Tussenkomst van derden 21
78. Wettelijk voorrecht van de bewaarder 22
79. Plichten van de Bank: administratief beheer 22
80. Corporate actions 22
81. Uittreksels uit de effectendossiers 23
82. Principe 23
83. Deponeren van nominatieve certificaten 23
DEEL 6 – VRUCHTGEBRUIK EN BLOTE EIGENDOM 23
84. Spaarrekeningen, termijnrekeningen en effectendossiers 23
DEEL 7 – BESCHERMING VAN DE DEPOSITO’S EN FINANCIËLE INSTRUMENTEN 23
85. Algemeen regime 23
86. Informatie voor de Klanten 23
HOOFDSTUK III: DIENSTEN VERBONDEN AAN REKENINGEN 24
DEEL 1 – VERRICHTINGEN OP REKENING 24
87. Soorten verrichtingen 24
88. Geweigerde verrichtingen 24
89. Ontvangstbewijs 24
DEEL 2 – BETALINGSORDERS 24
Vorm van de orders 24
90. Papier en elektronische kanalen 24
Uitvoering van de orders 24
91. Orders die elektronisch, telefonisch of per fax worden gegeven 24
92. Onvoldoende provisie, niet-beschikbaarheid 24
93. Schadevergoeding 24
94. Xxxxxxxxx of herroeping van de orders 24
95. Conversie begunstigde rekening 24
96. Order ten gunste van onbestaande rekeningen 24
DEEL 3 – INTERNATIONALE VERRICHTINGEN 24
Uitvoering van verrichtingen met het buitenland 24
97. Identificatie van de begunstigde 24
98. Kosten 25
99. Uitvoeringswijze of weigering van bepaalde orders 25
100. Boeking van de orders ten gunste van een Klant 25
DEEL 4 – HANDELSPAPIER 25
Incasso van handelspapier 25
101. Credit na incasso – Credit onder voorbehoud 25
Bijzondere bepalingen betreffende incassoverrichtingen met het buitenland 25
103. Eenvormige incassoregels 25
104. Risico’s 25
Specifieke bepalingen voor handelspapier, met uitzondering van de cheque 25
105. Algemeen 25
106. Vermelding van een rekeningnummer 25
107. Recht op het terugkrijgen van het effect 25
108. Echtheid 25
109. Domiciliëring 25
110. Provisie 26
Bijzondere bepalingen aangaande cheques 26
111. Beschikbaarstelling van de dienstverlening inzake cheques 26
112. Verlies, diefstal of wederrechtelijk gebruik 26
113. Xxxxxxxxxx en verzet 26
114. Weigering van betaling 26
DEEL 5 – DOCUMENTAIRE KREDIETEN EN DOCUMENTAIRE INCASSO'S 26
Documentaire kredieten 26
116. Regels inzake documentaire kredieten 26
117. Opeisbaarheid van de schuldvordering 26
118. Xxxxx van de correspondent 26
119. Kosten en provisielonen 26
120. Schade aan de goederen 26
121. Regels inzake “incoterms” 26
Documentaire incasso's 26
122. Algemeen 26
123. Rol en plichten van de Bank 26
DEEL 6 – AANBIEDEN VAN DEBET-, KREDIET- EN PREPAIDTKAARTEN 26
DEEL 7 – MULTIDEVIEZENDIENSTEN 27
124. Algemeen 27
125. Reglementering inzake vreemde munten 27
126. Interest 27
127. Koersen 27
128. Kosten 27
SDOP3890-2
Algemeen Reglement der Verrichtingen
129. Rekeningafschriften 27
130. Afsluiten van compartimenten 27
131. Opzegging van de multideviezendienst 27
132. Opdrachten in munten waarvoor er geen compartiment bestaat 27
133. Beschikbaar saldo 27
DEEL 8 – Overschrijding 27
134. Overschrijding op betaalrekening 27
HOOFDSTUK IV: BELEGGINGSDIENSTEN 28
DEEL 1 – Algemene Bepalingen 28
135. Voorwerp 28
136. Distributiekanalen 28
137. Herroepingsrecht 28
DEEL 2 – GEDRAGSREGELS 28
138. Categorieën van Klanten 28
139. Beleggingsadvies en uitvoering van orders met of zonder evaluatie van de passendheid van de belegging 28
140. Informatie 29
141. Beleid van optimale uitvoering voor Transacties in Financiële instrumenten 29
142. Registratie van telefoongesprekken en elektronische communicatie 29
DEEL 3 – MODALITEITEN IN VERBAND MET DE TRANSACTIES IN FINANCIELE INSTRUMENTEN 29
143. Tussenkomst van derde instellingen 29
144. Provisie 29
145. Uiterste termijn voor het in ontvangst nemen van een order 30
146. Limietorders 30
147. Geldigheidsduur van een order 30
148. Annulatie van orders 30
149. Gedeeltelijke uitvoering van een order 30
150. Informatie voor de Klant over zijn Transacties 30
151. Overlijden van de opdrachtgever 31
152. Kosten verbonden aan de overdracht van Financiële instrumenten of bij de niet-levering van Financiële instrumenten 31
153. Vereffening van orders 31
154. Credit onder voorbehoud of credit na incasso 31
DEEL 4 - BEWAREN VAN FINANCIELE INSTRUMENTEN 31
DEEL 5 - BELANGENCONFLICTEN 31
Belfius Bank NV • Maatschappelijke zetel: Karel Rogierplein 11 – 0000 Xxxxxxx • Tel.: 00 000 00 00 – xxx.xxxxxxx.xx •
RPR Brussel BTW BE 0403.201.185 • Verzekeringsagent FSMA 019649 A • BIC: XXXXXXXX – IBAN: XX00 0000 0000 0000 –
Rekeningnummer 000-0000000-00