Common use of Activiteiten Clause in Contracts

Activiteiten. Zoveel mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwoner, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. • De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. • De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. • Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). • Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. • Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis geïndiceerd. • Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. • Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. • Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren.

Appears in 3 contracts

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015, Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015, Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015

Activiteiten. Zoveel mogelijk stabiel houden Aanbieder kan één of meer van de situatievolgende activiteiten, achteruitgang voorkomen niet limitatief, uitvoeren binnen de hiervoor genoemde resultaatsgebieden: 1. Hulp bij het structureren van het huishouden. 2. Het oefenen of afremmenondersteunen bij het oefenen met vaardigheden of handelingen zoals gebruik geleidestok en gebruik hulpmiddelen voor communicatie, stimuleren van wenselijk gedrag, inslijpen van gedrag. Het kan hierbij gaan om: (a) Hulp bij uitvoeren of overnemen van eenvoudige of complexe taken/activiteiten, of bij oplossen van praktische problemen die buiten de dagelijkse routine vallen. (b) Hulp bij uitvoeren van vaardigheden die geleerd zijn tijdens AWBZ- of GGZ-behandeling. (c) Hulp bij het beheren van (huishoud)geld. (d) Hulp bij de administratie (alleen in de zin van oefenen). (e) Hulp bij openbaar vervoer gebruik (alleen in de zin van oefenen). (f) Hulp bij of overnemen van post openmaken, voorlezen en regelen afhandeling praktische zaken. (g) Hulp bij of overnemen van oppakken, aanreiken, verplaatsen van dagelijks noodzakelijke dingen zoals het oppakken van dingen die op de grond zijn gevallen als een leesbril, het aanreiken van dingen die buiten bereik zijn geraakt zoals een kussen, het verplaatsen van een boek, telefoon e.d. (h) Hulp bij plannen en stimuleren van contact in persoonsgebonden sociale omgeving. (i) Hulp bij communicatie in de persoonsgebonden omgeving bij bijvoorbeeld afasie. 3. Oefenen van de mantelzorger hoe om te gaan met de gevolgen van de aandoening, stoornis of beperking van Inwoner. 4. Het oefenen of ondersteunen bij het oefenen met het aanbrengen van (dag)structuur of het voeren van regie. Het kan hierbij gaan om: (a) Hulp bij initiëren of compenseren van eenvoudige of complexe taken, besluiten nemen en gevolgen daarvan wegen. (b) Xxxx bij het regelen van randvoorwaarden op het gebied van wonen, onderwijs, werk, inkomen, iets kopen/betalen, het stimuleren tot en voorbereiden van een gesprek met dit type instanties (dit betreft niet het meegaan naar of aanwezig zijn bij het gesprek). (c) Hulp bij plannen, stimuleren en voorbespreken van activiteiten. (d) Hulp bij het initiëren of compenseren van op/bijstellen van dag/weekplanning, dagelijkse routine. (e) Inzicht geven in (mogelijke) gevolgen van besluiten. (f) Hulp bij zich aan regels, afspraken houden, corrigeren van besluiten of gedrag. 5. Het overnemen van toezicht en het aansturen van gedrag ten gevolge van een stoornis, thuis of elders (bijvoorbeeld tijdens onderwijs). 6. Het overnemen van toezicht gericht op het bieden van fysieke zorg, zodat tijdig in kan worden gegrepen bij bijvoorbeeld valgevaar, of complicaties bij een ziekte. 7. Het aansturen van gedrag. 8. Het begeleiden in verband met ernstig tekortschietende vaardigheden in het zelfregelend vermogen (dagelijkse bezigheden regelen, besluiten nemen, plannen en uitvoeren van taken, beheerszaken regelen, communicatie, sociale relaties, organisatie van de huishouding, persoonlijke zorg). 9. Het begeleiden bij sociaal-emotionele problematiek die samenhangt met de stoornis. 10. Het begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving en de sociale participatie (bijvoorbeeld hulp bij de opbouw van een sociaal netwerk) met als doel zelfredzaamheid. 11. Het begeleiden bij de mogelijke integratie in de samenleving, met extra aandacht voor ontwikkeltrajecten op het vlak van wonen, werken, sociaal netwerk (doelgericht toepassen van methoden van casemanagement). 12. Het begeleiden van de achteruitgangof consultatie aan een andere Aanbieder. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn Dit kan alleen op verzoek van de Inwoner, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. • De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. • De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. • Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). • Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. • Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel behandelende arts van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis geïndiceerd. • Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. • Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. • Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er andere Aanbieder plaatsvinden (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voerenoutreaching).

Appears in 2 contracts

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Begeleiding, Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Begeleiding

Activiteiten. Zoveel mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwonerinwoner, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. • De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. • De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. • Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). • Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. • Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis Specialistisch geïndiceerd. • Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. • Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde wijziging van de indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied resultaat gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding het uitbreiden van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. • Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren.

Appears in 2 contracts

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015, Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015

Activiteiten. Zoveel mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwonercliënt, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. • De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. • De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. • Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). • Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. • Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis Specialistisch geïndiceerd. • Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. • Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde wijziging van de indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied resultaat gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding het uitbreiden van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. • Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. • Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren.

Appears in 1 contract

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015

Activiteiten. Zoveel  Xxxxxx mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwonercliënt, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. • Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis Specialistisch geïndiceerd. Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde wijziging van de indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied resultaat gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding het uitbreiden van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren.

Appears in 1 contract

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015

Activiteiten. Zoveel  Xxxxxx mogelijk stabiel houden van de situatie, achteruitgang voorkomen of afremmen, of het begeleiden van de achteruitgang. Het gaat hierbij veelal om het bevorderen van het welzijn van de Inwoner, het ontlasten van mantelzorgers en langer thuis wonen mogelijk maken. De inzet van deze ondersteuning is onder andere gericht op praktische ondersteuning, samen taken uitvoeren, de cliënt ondersteunen en stimuleren (kleine) taken zelf te (blijven) doen, contacten te onderhouden of (deels) overname van (regie) taken. De cliënt leert vaardigheden om voldoende te participeren, dagelijkse handelingen uit te voeren en het persoonlijk leven te structureren en daar zoveel mogelijk regie over te voeren. Het participatieniveau wordt ontwikkeld dan wel verhoogd. Het toe leiden naar andere meer passende zorg en/ of ondersteuning (zowel afschalen als opschalen valt hieronder). Dat wil zeggen het afschalen naar het voorliggend veld zoals een algemene voorziening of het opschalen naar uitbreiding van Wmo of andere wetgeving zoals ZvW of Wlz. Reflectieve gespreksvoering: Evalueren hoe het afgelopen week gegaan is. Waar liep de client tegenaan. Hoe kan hij het de volgende keer anders aanpakken/voorkomen? Indien noodzakelijk is dergelijke gespreksvoering op afroep beschikbaar. Waar mogelijk wordt gebruik gemaakt van innovatieve middelen zoals digitaal contact of in kleine groepjes inrichting geven aan praktische processen van individuele begeleiding. (In kleine groep leren administratie te doen bijvoorbeeld). Niet bedoeld wordt therapeutische behandeling zoals het zwemmen met dolfijnen of therapeutisch paardrijden. Een cliënt kan een ondersteuningsvraag hebben op meerdere leefgebieden. Uitgangspunt voor het bepalen van het passende traject is echter het aantal leefgebieden waar door middel van de maatwerkvoorziening tegelijkertijd aan zal worden gewerkt. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat vragen binnen een bepaald leefgebied door middel van inzet van het Voorliggend Veld of door het eigen netwerk worden opgelost. Dan wordt voor dit leefgebied geen Begeleiding Thuis geïndiceerd. Ook is het mogelijk dat uit het gesprek volgt dat er niet aan alle leefgebieden in één keer, maar gefaseerd in de tijd, zal worden gewerkt. Denk hierbij aan prioritering. Er wordt gekeken met welke leefgebieden de ondersteuning moet starten de eerste periode. Het is vaak niet realistisch om aan alle doelen tegelijkertijd te werken. In de regel wordt aan één tot twee leefgebieden tegelijkertijd gewerkt. Tijdens het begeleidingstraject is het mogelijk dat het aantal leefgebieden wijzigt. Dit leidt niet tot een gewijzigde indicatie. Als binnen een leefgebied het resultaat is bereikt, kan aan het volgende leefgebied gewerkt gaan worden. Als het aantal leefgebieden waaraan tegelijkertijd wordt gewerkt niet verandert, dan leidt dit ook niet tot een uitbreiding van de indicatie. Mogelijk leidt dit wel tot aanpassing van het zorgplan, welke wordt besproken tijdens evaluatiemomenten. Bij deze vorm van ondersteuning is het van belang dat er (tussentijds) gemonitord/ geëvalueerd wordt. De situatie van de cliënt kan veranderen waardoor de ondersteuningsbehoefte veranderd en bijvoorbeeld leefgebieden of de benodigde intensiteit wijzigen. Mogelijk is er nieuw aanbod in het Voorliggend Veld of binnen het eigen netwerk waardoor professionele ondersteuning kan worden afgebouwd of helemaal kan worden stopgezet. De mogelijkheid van het stoppen van de professionele ondersteuning wordt altijd tijdens evaluaties besproken. Als de gemeente opdracht geeft aan de betrokken aanbieder om coördinatie op te pakken dan voert de aanbieder dat uit, tenzij de gemeente aangeeft zelf de coördinatie uit te voeren.

Appears in 1 contract

Samples: Deelovereenkomst Maatwerkvoorziening Wmo 2015