Arbeidstijden Rondvaartbedrijven. Controleregels 4A Model-arbeidsovereenkomst
Arbeidstijden Rondvaartbedrijven. 1. In de dagvaart bedraagt de ononderbroken rusttijd van een bemanningslid ten minste 8 uur in elke periode van 24 uur, te rekenen vanaf het einde van iedere rusttijd van ten minste 8 uur.
2. Een wisseling van exploitatiewijze is slechts mogelijk met inachtneming van het volgende voorschrift: van de exploitatiewijze dagvaart mag slechts dan naar semi-continuvaart worden gewisseld indien de bemanning in zijn geheel is afgelost.
3. In de dagvaart mag de vaartijd van een schip ten hoogste eenmaal per week tot ten hoogste 16 uur worden verlengd indien:
a. het schip is uitgerust met een goed functionerende tachograaf die in werking is gesteld vanaf het einde van de voorgaande ten minste 8 aaneengesloten uren gedurende onderbreking van de vaart en
b. de bemanning voor de dagvaart uit ten minste 2 schippers bestaat.
4. In de dagvaart onderbreekt een schip de vaart van 23.00 uur tot 06.00 uur, tenzij het schip is uitgerust met een goed functionerende tachograaf die in werking is gesteld vanaf het einde van de voorgaande ten minste 8 aaneengesloten uren durende onderbreking van de vaart. In dat geval wordt de vaart onderbroken gedurende ten minste 8 aaneengesloten uren in elke periode van 24 uur, te rekenen vanaf het einde van iedere onderbreking van ten minste 8 uur. CONTROLEREGELS IN HET KADER VAN DE BESTRIJDING VAN ZIEKTEVERZUIM
A. Hieronder volgen de in artikel 24 lid 4 bedoelde controlevoorschriften