Bestemming en gebruik van het Goed Voorbeeldclausules

Bestemming en gebruik van het Goed. 8.1. De Uitbater gebruikt het Goed als een goed huisvader en overeenkomstig de bestemming ervan als drankgelegenheid. De wijziging van de bestemming is verboden. De Uitbater erkent uitdrukkelijk dat deze bestemming een essentiële voorwaarde van de Overeenkomst uitmaakt zonder dewelke de VGC niet zou gecontracteerd hebben. 8.2. De Uitbater gebruikt het Goed uitsluitend in het kader van de activiteiten zoals omschreven in artikel 1.2. Het gebruik van het Goed voor kantoor-, kleinhandel of enige andere doeleinde is strikt verboden. 8.3. De Uitbater staat in voor het bekomen van de benodigde vergunningen, machtigingen, attesten en toelatingen die vereist zijn in het kader van de uitbating van een drankgelegenheid en/of het verrichten van activiteiten verband houdend met de uitbating van een drankgelegenheid. De Uitbater staat in voor de naleving van alle reglementeringen en voorschriften die verband houden met de uitbating van een drankgelegenheid. Elke boete van welke aard ook wegens de niet-naleving van enige verplichting die verband houdt met de uitbating van een drankgelegenheid is ten laste van de Uitbater zonder enige verhaalsmogelijkheid op de VGC en/of het Gemeenschapscentrum. 8.4. Onverminderd artikel 10 van de Overeenkomst en enig verbod of beperking voortvloeiend uit artikel 11 van de Overeenkomst, is de Uitbater gerechtigd om op haar kosten in het Goed mits het voorafgaand schriftelijk akkoord van de VGC telefoon, internet- en andere telecommunicatieaansluitingen en andere technische apparaten te plaatsen in het Goed. De VGC kan haar akkoord louter weigeren wegens een redelijkerwijs aanvaardbare reden. In dat laatste geval doet de VGC middels een aangetekend schrijven tegen ontvangstbewijs binnen een termijn van twee weken na de ontvangst van het verzoek van de Uitbater opgave van de reden van weigering aan de Uitbater.
Bestemming en gebruik van het Goed. Het in gebruik gegeven goed zal uitsluitend worden bestemd voor stadsgerichte landbouw zoals omschreven onder punt 2.1. De gebruiker zal deze bestemming niet mogen wijzigen zonder uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de Stad. De Stad zal er niet toe gehouden zijn het goed geschikt te maken voor het gebruik waarvoor het is bedoeld, noch om enige kost inzake de geschiktmaking van het goed te dragen.
Bestemming en gebruik van het Goed. Het in gebruik gegeven goed zal uitsluitend worden bestemd voor activiteiten zoals omschreven onder punt 2.1 De gebruiker zal deze bestemming niet mogen wijzigen zonder uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de GMH. De GMH zal er niet toe gehouden zijn het goed geschikt te maken voor het gebruik waarvoor het is bedoeld, noch om enige kost inzake de geschiktmaking van het goed te dragen.

Related to Bestemming en gebruik van het Goed

  • Bestemming en gebruik 9.1 Het is de Huurder niet toegestaan het Gehuurde te gebruiken voor een andere bestemming dan opslagruimte voor roerende zaken. 9.2 Het is de Huurder niet toegestaan veranderingen van welke aard dan ook aan te brengen aan het Gehuurde. Xxxxxxxxx het boren en of aanbrengen van gaten. 9.3 Vóór ingebruikname van het Gehuurde zal een door de Huurder en Verhuurder te ondertekenen beschrijving gemaakt worden van de staat van het Gehuurde. Wordt het Gehuurde na het einde van de Huurovereenkomst in dezelfde staat opgeleverd als waarin zij volgens de beschrijving is aanvaard, zal de Verhuurder de borgsom(wanneer van toepassing) binnen twee weken terugstorten op de bankrekening van de Huurder. 9.4 Bij het ontbreken van een beschrijving dient de Huurder het Gehuurde in goede staat, vrij van afval en beschadigingen op te leveren. 9.5 De Verhuurder is bevoegd het Gehuurde te allen tijde te inspecteren. 9.6 De Huurder zal derhalve de Verhuurder op eerste verzoek toegang verschaffen tot het Gehuurde en overige noodzakelijke medewerking verlenen voor het verrichten van onderhoudswerkzaamheden en inspectie, dit zonder recht op vermindering van de huurprijs of een andere betalingsverplichting, gehele of gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst en/of schadevergoeding; 9.7 Huurder is bekend met het Gehuurde en heeft onderzocht, zonodig geïnspecteerd, dat het Gehuurde geschikt is voor het wettelijke en overeengekomen doel en gebruik. Verhuurder verstrekt uitdrukkelijk geen garanties en aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor het wettelijke en overeengekomen doel en gebruik. 9.8 Het is de Huurder niet toegestaan: • het Gehuurde te gebruiken voor een bestemming die strijdig is met strafrechtelijke of invoerrechtelijke wetsbepalingen, waaronder ook begrepen, het opslaan van wapens, explosieven, drugs (of andere middelen die vallen onder de Opiumwet), smokkelwaar, gestolen of geheelde goederen of illegaal ingevoerde goederen; • het Gehuurde geheel of gedeeltelijk onder te verhuren; • toxische, ontplofbare, ontvlambare of andere voor mens, milieu, of in welk zin dan ook (mogelijk) gevaarlijke stoffen, aan bederf onderhevige goederen, levende have in het Gehuurde op te slaan of te laten verblijven; • zonder voorafgaande schriftelijke melding aan de Verhuurder juwelen, bont, kunstvoorwerpen, collectiestukken of onvervangbare voorwerpen, voorwerpen met een emotionele of bijzondere waarde op slaan, dit op straffe van volledige uitsluiting van aansprakelijkheid van de Verhuurder; • voorts is het de Huurder niet toegestaan goederen op te slaan welke zijn genoemd in art. 3 van het ‘Besluit opslag- en transportbedrijven milieubeheer’ (besluit van 15 juni 2000, Staatsblad 2000, nr. 278) en goederen welke zijn genoemd in art. 2 van het ‘Besluit verpakking en aanduiding milieugevaarlijke stoffen en preparaten’ (besluit van 14 oktober 1987, Staatsblad 1991, nr. 534). • ten behoeve van elektrische of andere apparaten gebruik te maken van de elektriciteitsvoorzieningen in het Gehuurde, zonder voorafgaande toestemming van de Verhuurder; • het Gehuurde als werkplaats of toonzaal te gebruiken of het Gehuurde op een zodanige wijze te gebruiken dat hierdoor overlast ontstaat voor de omgeving; • in of vanuit het Gehuurde enige commerciële activiteit uit te oefenen; • domicilie te vestigen of de statutaire zetel van een onderneming te kiezen in het Gehuurde; • enig recht uit hoofde van de Huurovereenkomst, de Algemene Voorwaarden, het Huishoudelijk Reglement of uit enige andere rechtsbetrekking met de Verhuurder, over te dragen aan derden. • derden toegang te verschaffen tot het Gehuurde zonder schriftelijke volmacht. Gedurende de openingstijden van de receptie dient de derde-gevolmachtigde zich vóór het betreden van het Gehuurde met vertoon van een geldig legitimatiebewijs en deugdelijke volmacht te melden bij de receptie; • om na toegang tot het complex toegangs-(overhead)deuren open te laten staan. Indien huurder nalatig is en toch nood-, toegangs-(overhead)deuren open laat staan, wordt eventuele gevolgschade op huurder verhaald. Met een minimum van €75,00.

  • Gebruik van het voertuig 1. De verhuurder verhuurt uitsluitend oude voertuigen, zogeheten ‘young-/oldtimers’, voor recreatief, ludiek of promotioneel gebruik. De voertuigen van verhuurder worden goed onderhouden en verkeren – zeker gezien de leeftijd – in prima staat. De voertuigen voldoen aan de geldende technische eisen, maar wijken qua comfort en rij eigenschappen af van hetgeen gangbaar is bij moderne voertuigen en het verkeer in de huidige tijd. Huurder dient hiermee bij het huren van een voertuig rekening te houden. 2. Huurder is verplicht zich voor vertrek met het voertuig te legitimeren. 3. Xxxxxxx doet op verzoek van de verhuurder bij vertrek opgave van de reisbestemming. 4. Huurder realiseert zich dat het voertuig wat betreft snelheid en eigenschappen minder geschikt is voor gebruik op de autosnelweg. Partijen staat een recreatief gebruik voor ogen en huurder is gehouden om waar mogelijk gebruik te maken van de secundaire wegen. 5. Huurder dient op zorgvuldige wijze met het voertuig om te gaan. 6. Huurder is verplicht erop toe te zien dat de verplichtingen en verboden van deze algemene voorwaarden door bestuurder, passagiers en andere bestuurders of gebruikers van het voertuig worden nageleefd. Huurder is aansprakelijk voor alle gevolgen van gedragingen en nalaten van gebruikers en passagiers van het voertuig, ook indien deze niet de instemming van huurder hadden. 7. Huurder is ervoor verantwoordelijk dat alle bestuurders beschikken over de bevoegdheid en de gesteldheid die voor het besturen van het voertuig is vereist. 8. Personen dienen ten minste een jaar in het bezit te zijn van een geldig rijbewijs om het voertuig te mogen besturen, en leeftijd van 21 jaar te hebben bereikt voor de aanvang van de huurperiode, tenzij uitdrukkelijk schriftelijk anders overeengekomen. 9. Het is de huurder niet toegestaan meer mensen in, op of met het voertuig te vervoeren dan waarvoor de verhuurder toestemming heeft gegeven, daarbij zal de huurder in geen geval het maximaal aantal volgens het kentekenbewijs toegestane aantal personen overschrijden. 10. Huurder dient ingeval van meerijdende kinderen te zorgen voor een degelijk kinderzitje. Een kind neemt in elk geval wél één beschikbare plaats in het voertuig in. 11. De verhuurder geeft voor vertrek een instructie aan de eerste bestuurder en meerijdende inzittenden. 12. De verhuurder is op geen enkele wijze aansprakelijk voor schade, verlies of diefstal van eigendommen van de huurder die samenhangen met het gebruik van het voertuig tijdens de huurperiode. Dit geldt tevens voor eigendommen die door huurder in een afgesloten (gedeelte van het) voertuig worden bewaard. 13. Het is de huurder alsmede eventuele andere bestuurders, gebruikers een passagiers ten strengste verboden in het voertuig te roken. 14. Alleen wanneer de huurder daartoe de geldende toeslag heeft betaald, is het toegestaan huisdieren in het voertuig te vervoeren. De huurder dient alle redelijke en logische voorzorgsmaatregelen te nemen om eventuele beschadiging aan het voertuig door huisdieren te voorkomen. 15. Huurder dient (bij meerdaags verhuur) alle vloeistoffen en de bandenspanning op het vereiste niveau te (laten) houden en controleert met regelmaat het oliepeil. 16. Huurder dient voor het voertuig geschikte brandstof te tanken. 17. De verhuurder behoudt te allen tijde het recht om in geval van strijd met voorgaande bepalingen, het voertuig in te vorderen en/ of een of meer bestuurders verder gebruik te ontzeggen. 18. Het is huurders niet anders dan met toestemming van de verhuurder toegestaan het voertuig door te verhuren aan derden.

  • Staat van het goed – Gebreken Het goed wordt verkocht in de toestand waarin het zich op de dag van de toewijzing bevindt, ook al voldoet het niet aan de wettelijke voorschriften, zonder vrijwaring voor zichtbare of verborgen gebreken en zonder enig verhaal noch recht om van de koop af te zien, zelfs wanneer de beschrijving van het goed en de opgave van de erfdienstbaarheden foutief, onnauwkeurig of onvolledig is. De vrijstelling van de vrijwaring voor verborgen gebreken geldt niet voor een beroepsverkoper, noch voor een verkoper te kwader trouw.

  • De medeveiler aan wie het goed wordt toegewezen, heeft dezelfde verplichtingen als elke andere koper Hij is gehouden de gehele koopprijs te betalen zonder dat hij schuldvergelijking kan inroepen. Commandverklaring door de medeveiler is niet toegelaten.

  • Uitvoeringsduur, uitstel van oplevering en schadevergoeding wegens te late oplevering 32.1. Indien de termijn, waarbinnen het Werk zal worden opgeleverd, is uitgedrukt in werkbare Werkdagen, worden dagen als onwerkbaar beschouwd, wanneer daarop door niet voor rekening van de Opdrachtnemer komende omstandigheden gedurende ten minste 5 uren door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kan worden gewerkt. 32.2. De Opdrachtnemer heeft recht op verlenging van de termijn waarbinnen het Werk zal worden opgeleverd indien door overmacht, door voor rekening van de Opdrachtgever komende omstandigheden, dan wel als gevolg van meer- en minderwerk, niet van de Opdrachtnemer kan worden gevergd dat het Werk binnen de overeengekomen termijn wordt opgeleverd. 32.3. Indien echter een termijn is uitgedrukt in een aantal kalenderdagen, -weken of -maanden dan wel een concrete datum als opleveringsdatum is overeengekomen, draagt de Opdrachtnemer het risico voor de binnen deze periode optredende onwerkbare dagen. Hij kan zich in dat geval slechts in zeer uitzonderlijke gevallen beroepen op overmacht. 32.4. Onverminderd het recht van Opdrachtgever om ter zake aanvullende schadevergoeding te vorderen is bij overschrijding van de overeengekomen bouwtijd de Opdrachtnemer een boete aan de Opdrachtgever verschuldigd, waarvan de hoogte nader wordt overeengekomen in de opdracht. Is in de opdracht geen bedrag genoemd, dan geldt een boete van 25 euro per woning per kalenderdag tot de dag waarop het Werk aan de Opdrachtgever wordt opgeleverd, behoudens voor zover de Opdrachtnemer recht heeft op bouwtijdverlenging. Voor de toepassing van dit lid wordt als dag van oplevering aangemerkt de dag waarop het Werk volgens de Opdrachtnemer gereed is voor oplevering en door de Opdrachtgever goedgekeurd wordt. 32.5. De in het vorige lid genoemde boete is zonder ingebrekestelling verschuldigd. Artikel 15 lid 2 is van overeenkomstige toepassing.

  • Wat gebeurt er als u niet betaalt? Na het verstrijken van de termijn van veertien dagen sturen wij u een betalingsherinnering en krijgt u van ons de gelegenheid alsnog te betalen binnen een termijn van veertien dagen na ontvangst van de betalingsherinnering. Als u daarna nog steeds niet heeft betaald, brengen wij rente en buitengerechtelijke incassokosten bij u in rekening vanaf het verstrijken van de eerste betalingstermijn. De rente is gelijk aan de wettelijke rente. De buitengerechtelijke incassokosten worden berekend conform het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten.

  • Opneming en goedkeuring 1.Een redelijke termijn voor de dag waarop het werk naar de mening van de aannemer voltooid zal zijn, nodigt de aannemer de opdrachtgever schriftelijk uit om tot opneming van het werk over te gaan. De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen acht dagen na de hiervoor bedoelde dag. De opneming vindt plaats door de opdrachtgever in aanwezigheid van de aannemer en strekt ertoe, te constateren of de aannemer aan zijn verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan. 2.Nadat het werk is opgenomen, wordt door de opdrachtgever aan de aannemer binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld, of het werk al dan niet is goedgekeurd, in het eerste geval met vermelding van de eventueel aanwezige kleine gebreken als bedoeld in het zesde lid, in het laatste geval met vermelding van de gebreken, die de reden voor onthouding van de goedkeuring zijn. Xxxxx het werk goedgekeurd, dan wordt als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende mededeling aan de aannemer is verzonden. 3.Xxxxx niet binnen acht dagen na de opneming een schriftelijke mededeling of het werk al dan niet is goedgekeurd, aan de aannemer verzonden, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de opneming te zijn goedgekeurd. 4.Geschiedt de opneming niet binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag, dan kan de aannemer bij aangetekende brief een nieuwe aanvrage tot de opdrachtgever richten, met verzoek het werk binnen acht dagen op te nemen. Voldoet de opdrachtgever niet aan dit verzoek, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de in het eerste lid bedoelde dag te zijn goedgekeurd. Voldoet de opdrachtgever wel aan dit verzoek, dan vinden het tweede en derde lid overeenkomstige toepassing. 5.Het werk wordt geacht te zijn goedgekeurd indien en voorzover het in gebruik wordt genomen. De dag van ingebruikneming van het werk of een gedeelte daarvan geldt als dag van goedkeuring van het werk of van het desbetreffende gedeelte. 6.Kleine gebreken, die gevoeglijk in de onderhoudstermijn kunnen worden hersteld, zullen geen reden tot onthouding van goedkeuring mogen zijn, mits zij een eventuele ingebruikneming niet in de weg staan. 7.Met betrekking tot een heropneming na onthouding van goedkeuring vinden de bovenvermelde bepalingen overeenkomstige toepassing.

  • WAT KUNT U DOEN ALS U EEN KLACHT HEEFT? 14.1 Als u ontevreden bent over deze verzekering, of over onze dienstverlening, kunt u een klacht bij ons indienen. Stuur een brief of e-mail aan de directie van Europeesche Verzekeringen, Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxxxxxxxx, xxxx@xxxxxxxxxxx.xx. 14.2 Vindt u dat uw klacht niet goed is afgehandeld? Leg uw klacht dan voor aan de Stichting Klachteninstituut Finan- ciële Dienstverlening (KiFiD), Xxxxxxx 00000, 0000 XX Xxx Xxxx. Of bel: 0900-355 22 48. Doe dit binnen 3 maanden nadat wij een definitief besluit hebben genomen over uw klacht. 14.3 Komt u er met ons of KiFiD niet uit? Dan kunt u de klacht voorleggen aan de bevoegde rechter.

  • Wat zijn de gevolgen als u de premie niet op tijd of niet volledig betaalt? Als u de premie en kosten niet op tijd of niet volledig betaalt, schorsen we de dekking van uw module. U ontvangt van ons bericht vanaf welke datum uw dekking geschorst is. Wordt de verzekerde tijdens de schorsing arbeidsongeschikt? Xxx heeft u geen recht op een vergoeding voor deze verzekerde. Dit geldt voor de gehele periode dat de verzekerde arbeidsongeschikt is, ook als u de premie en kosten later alsnog betaalt en de verzekerde nog steeds arbeidsongeschikt is. Moeten wij voor deze verzekerde de vergoeding op grond van de garantieverklaring aan UWV betalen, dan zullen wij deze vergoeding van u terugvorderen. Was de verzekerde al arbeidsongeschikt voordat de dekking werd geschorst? Xxx heeft u voor deze verzekerde wel recht op een vergoeding. Hebben we de dekking geschorst en betaalt u de premie en kosten nog steeds niet? Dan kunnen we de module beëindigen. U bent dan niet langer verzekerd. U wordt dan weer verplicht verzekerd bij UWV.

  • Wat zijn de gevolgen als u een wijziging in uw medewerkersbestand niet of te laat doorgeeft? We willen uw melding van een nieuwe medewerker binnen een maand ontvangen. Ontvangen we uw melding niet of te laat, dan is deze medewerker niet verzekerd. Dat betekent dat u een eventuele aanvulling die we aan deze medewerker verlenen, aan ons moet terugbetalen. We verlenen deze aanvulling alleen als we daartoe verplicht zijn op grond van de Pensioenwet. Ontvangen we uw melding van een nieuwe medewerker na een maand of later alsnog? Dan nemen we hem in de module op vanaf de datum dat hij in dienst is getreden, of – als dat later is – vanaf de ingangsdatum van de module. Vanaf die datum bent u ook premie verschuldigd voor deze medewerker. De dekking van de module gaat echter pas in op het moment dat hij is aangemeld.