BESTEMMING VAN DE WINST. Op voorstel van de raad van bestuur beslist de algemene vergadering met gewone meerderheid van stemmen over de bestemming van de nettowinst in overeenstem- ming met artikel 13 van het GVV-KB.
BESTEMMING VAN DE WINST. De jaarlijkse nettowinst wordt bepaald overeenkomstig de wettelijke bepalingen. Van die winst wordt ten minste vijf procent ingehouden voor de vorming van de wettelijke reserve. Deze verplichting houdt op wanneer het reservefonds één tiende van het kapitaal van de vennootschap bereikt. De verplichting herleeft indien de wettelijke reserve wordt aangesproken, tot het reservefonds opnieuw één tiende van het kapitaal van de vennootschap heeft bereikt. De aanwending van het saldo der winsten wordt geregeld door de jaarvergadering bij gewone meerderheid van stemmen, op voorstel van de enige bestuurder/raad van bestuur.
BESTEMMING VAN DE WINST. 30.1 Indien en voor zolang als wettelijk vereist, wordt van de nettowinst van de Vennootschap elk jaar ten- minste vijf ten honderd afgenomen voor de vorming van de wettelijke reserve.
BESTEMMING VAN DE WINST. 42.1. Het batig saldo van de resultatenrekening vormt de te bestemmen winst van het boekjaar.
BESTEMMING VAN DE WINST. Bij toepassing van artikel 45, 2° van de GVV-Wet verdeelt de vennootschap als kapitaal jaarlijks minstens tachtig procent (80 %) van het resultaat zoals gedefinieerd krachtens de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen. Deze verplichting doet evenwel geen afbreuk aan artikel 7:212 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
BESTEMMING VAN DE WINST. De jaarlijkse nettowinst wordt bepaald overeenkomstig de wettelijke bepalingen. Van die winst wordt ten minste vijf procent ingehouden voor de vorming van de wettelijke reserve. Deze verplichting houdt op wanneer het reservefonds één tiende van het kapitaal van de vennootschap bereikt. De verplichting herleeft indien de wettelijke reserve wordt aangesproken, tot het reservefonds opnieuw één tiende van het kapitaal van de vennootschap heeft bereikt. De aanwending van het saldo der winsten wordt geregeld door de jaarvergadering bij gewone meerderheid van stemmen, op voorstel van de raad van bestuur. In afwijking van het vorige lid kan de jaarvergadering, op voorstel van de raad van bestuur, beslissen dat alles of een gedeelte van het saldo der winsten zal worden ingehouden om reserves of voorzieningen aan te leggen of zal worden overgedragen naar het volgende boekjaar.
BESTEMMING VAN DE WINST. De vennootschap bestemt haar winst in overeenstemming met artikel 13 van het GVV-KB.
BESTEMMING VAN DE WINST. Het batig saldo van de resultatenrekening, vormt de te bestemmen winst van het boekjaar. Van deze winst houdt de algemene vergadering jaarlijks een bedrag in van ten minste een twintigste van de nettowinst voor de vorming van een reservefonds. De verplichting tot deze afneming houdt op wanneer het reservefonds een tiende van het kapitaal heeft bereikt. Over het saldo beslist de algemene vergadering bij meerderheid van twee/derden van de stemmen op voorstel van de raad van bestuur. Artikel 41 : Uitbetaling van dividenden - Uitkering van een interimdividend De raad van bestuur bepaalt het tijdstip en de wijze waarop de dividenden zullen worden uitbetaald, na besluit daartoe van de algemene vergadering. De uitbetaling moet geschieden vóór het einde van het boekjaar waarin het bedrag is vastgesteld. Aan de raad van bestuur wordt bevoegdheid verleend om op het resultaat van het lopende boekjaar een interim- dividend uit te keren in overeenstemming met artikel 7:213 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.
BESTEMMING VAN DE WINST. Het batig saldo van de resultatenrekening, vormt de te bestemmen winst van het boekjaar. Van deze winst wordt tenminste vijf ten honderd voorafgenomen om de wettelijke reserve te vormen totdat deze één/tiende van het maatschappelijk kapitaal bedraagt. Over het saldo beslist de algemene vergadering bij meerderheid van twee/derden van de stemmen op voorstel van de raad van bestuur. Artikel 39 : Uitbetaling van dividenden - Uitkering van een interimdividend De raad van bestuur bepaalt het tijdstip en de wijze waarop de dividenden zullen worden uitbetaald. De uitbetaling moet geschieden vóór het einde van het boekjaar waarin het bedrag is vastgesteld. Aan de raad van bestuur wordt bevoegdheid verleend om op het resultaat van het lopende boekjaar een interim- dividend uit te keren. TITEL VIII : SLUITING VAN HET BOEKJAAR - JAARREKENING - BESTEMMING VAN DE WINST – DIVIDENDEN Artikel 39 : Boekjaar – Jaarrekening Het boekjaar van de vennootschap gaat in op één januari en eindigt op éénendertig december van elk jaar. Per einde van elk boekjaar worden de boeken en bescheiden afgesloten en maakt de raad van bestuur de inventaris, alsmede de jaarrekening (bestaande uit de balans, resultatenrekening en toelichting) op overeenkomstig de wettelijke voorschriften ter zake. Tenminste één maand voor de gewone algemene vergadering overhandigt het bestuur de stukken met het jaarverslag aan de commissarissen die het bij de wet voorgeschreven verslag moeten opstellen. Artikel 40 :
BESTEMMING VAN DE WINST. Jaarlijks houdt de algemene vergadering een bedrag in van ten minste een twintigste van de nettowinst voor de vorming van een reservefonds; de verplichting tot deze afneming houdt op wanneer het reservefonds een tiende van het kapitaal heeft bereikt. Het saldo staat ter beschikking van de algemene vergadering, die ieder jaar over zijn aanwending zal beslissen.