Bevoegde overheid vaststelling personeelsstatuut Voorbeeldclausules

Bevoegde overheid vaststelling personeelsstatuut. De Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (hierna te noemen De Watergroep) is een Vlaamse openbare instelling die is opgericht bij decreet van 28 juni 1983 in de vorm van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, met het Vlaams Gewest, de provincies en de gemeenten als vennoten. Tot 1995, zijnde het jaar waarin het nieuwe personeelsstatuut opgenomen in het Besluit van de Vlaamse regering van 01/12/2000 houdende organisatie van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening en de regeling van de rechtspositie van het personeel, paste de Maatschappij, net zoals de Nationale Maatschappij der Waterleidingen, een personeelsstatuut toe dat vastgesteld was door de Raad van Bestuur, na georganiseerd overleg in het Tussenoverlegcomité. Het oprichtingsdecreet werd gewijzigd bij decreet van 30 juni 2017 dat o.m. een wijziging aanbracht aan artikel 17 van bovenvermeld decreet. Dit bracht meer dat, waar dit personeelsstatuut de voorbije decennia vastgesteld werd bij besluit van de Vlaamse regering, nu bepaald is in het oprichtingsdecreet dat de raad van bestuur bevoegd is voor de vaststelling van het personeelsstatuut en de personeelsformatie en niet langer de Vlaamse regering. Dienvolgens bekrachtigde de Raad van Bestuur op datum van 27 april 2018 de toen van toepassing zijnde bepalingen en werden de besluiten van de Vlaamse regering van 1 december 2000 houdende de organisatie van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening en tot regeling van de rechtspositie van het personeel en het besluit van de Vlaamse regering van 9 september 2011 houdende vaststelling van de personeelsformatie van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening opgeheven. Sindsdien werd het personeelsstatuut nog gewijzigd bij beslissing van de raad van bestuur van 26 juni 2018, 22 februari 2019 en 26 juni 2020.

Related to Bevoegde overheid vaststelling personeelsstatuut

  • Geschillenregeling en de wettelijke klachtenregeling voor Kinderopvang 1. Geschillen tussen Ouder en Ondernemer over de totstandkoming of de uitvoering van de Overeenkomst kunnen zowel door de Ouder als door de Ondernemer aanhangig worden gemaakt bij de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen, Bordewijklaan 46, Xxxxxxx 00 000, 0000 XX Xxx Xxxx, (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx).

  • Duur en afloop van de overeenkomst De overeenkomst eindigt van rechtswege na het verstrijken van de overeengekomen periode, zonder dat daartoe een opzegging is vereist.

  • Wijzigingen van de Overeenkomst 1. De Ondernemer heeft het recht om de Overeenkomst eenzijdig te wijzigen op grond van zwaarwegende redenen. Zwaarwegende redenen zijn in ieder geval wijziging van wet- en regelgeving dan wel bedrijfseconomische omstandigheden die de continuïteit van de locatie waar het kind is geplaatst in gevaar brengen.

  • Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd De werknemer treedt in dienst voor onbepaalde tijd tenzij artikel D-3 of artikel D-4 van toepassing is.

  • Kunt u de overeenkomst opzeggen als wij de prijzen van de aanvullende zorgverlening wijzigen? Als wij de prijzen aanpassen van de aanvullende zorgverlening die u zelf betaalt, mag u dat deel van de overeenkomst, die de aanvullende zorgverlening regelt en waarvan de prijzen verhoogd zijn, opzeggen met ingang van de datum waarop de hogere prijzen gelden.

  • geheimhouding en kosteloze klachtbehandeling 1. De klachtenfunctionaris en degene over wie is geklaagd nemen bij de klachtbehandeling geheimhouding in acht.

  • Afhandeling verzoeken van betrokkenen 8.1. In het geval dat een betrokkene een verzoek tot uitoefening van zijn/haar wettelijke rechten (artikel 15-22 AVG) richt aan Verwerker, zal Verwerker het verzoek doorsturen aan Verwerkingsverantwoordelijke, en zal Verwerkingsverantwoordelijke het verzoek verder afhandelen. Verwerker mag de betrokkene daarvan op de hoogte stellen.

  • Onuitvoerbaarheid van de opdracht 7.1 Opdrachtnemer heeft het recht de overeengekomen werkzaamheden op te schorten indien hij door omstandigheden, welke buiten zijn invloedsfeer liggen of waarvan hij bij het sluiten der overeenkomst niet op de hoogte was of kon zijn, tijdelijk verhinderd is zijn verplichtingen na te komen.

  • Gebruik van het voertuig 1. Huurder dient op zorgvuldige wijze met het voertuig om te gaan en ervoor te zorgen dat het voertuig overeenkomstig zijn bestemming wordt gebruikt.

  • Algemene bepalingen inzake kosten voor alle gewesten – lastens de verkoper De verkoper dient het saldo van de kosten en erelonen van de verkoop te dragen, evenals de kosten van de overschrijving, de kosten van de ambtshalve inschrijving, van een eventuele grosse en van de akten van kwijting, opheffing en eventuele rangregeling.