Bevoorschotting en betaling. 1. Het voorschot voor subsidies van € 25.000,00 en hoger bedraagt maximaal 80% van het verleende subsidiebedrag.
2. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.
Bevoorschotting en betaling. 1. Gedeputeerde Staten verstrekken na afloop van elk van de eerste vijf kalenderjaren een voorschot op het verleende subsidiebedrag, naar aanleiding van het ingediende betaalverzoek, bedoeld in artikel 3.11, onder g, en de verantwoording, bedoeld in artikel 3.11, onder h.
2. Gedeputeerde Staten nemen binnen tien weken na afloop van ieder kalenderjaar een beslissing tot voorschotverlening.
3. De beslissing, bedoeld in het tweede lid, kan eenmaal met ten hoogste tien weken worden verdaagd.
4. Het voorschot, bedoeld in het eerste lid, wordt steeds betaald binnen zes weken na afloop van de beslissing, bedoeld in het tweede of derde lid.
5. De hoogte van het voorschot wordt bepaald door per leefgebied het totaal aantal subsidiabele hectares waarvoor daadwerkelijk subsidiabele beheeractiviteiten zijn uitgevoerd, te vermenigvuldigen met de voor het betreffende leefgebied geldende gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in artikel 3.7, tweede lid, en de daaruit resulterende bedragen bij elkaar op te tellen
6. Als het bedrag, bedoeld in het vijfde lid, hoger is dan het totaalbedrag dat voor de uitgevoerde beheeractiviteiten op grond van de vergoeding in bijlage 4 maximaal mag worden vergoed, geldt voor de berekening van het voorschot dit maximumbedrag.
7. Het uitrijden van ruige stalmest is ten hoogste subsidiabel voor éénmaal de oppervlakte van het betreffende perceel, ook al maakt de subsidieontvanger in een kalenderjaar meerdere keren melding van het uitrijden van ruige stalmest op dat perceel.
Bevoorschotting en betaling. 1. Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot op het verleende subsidiebedrag.
2. Er kunnen maximaal vijf voorschotten, als bedoeld onder in artikel 2.12 eerst lid, worden verleend.
3. Gedeputeerde Staten nemen binnen tien weken na afloop van ieder kalenderjaar een beslissing tot voorschotverlening.
4. De beslissing, bedoeld in het derde lid, kan eenmaal met ten hoogste tien weken worden verdaagd.
5. Het voorschot op het verleende subsidiebedrag wordt steeds binnen zes weken na afloop van de beslissing bedoeld in het derde of vierde lid betaald, tenzij de beschikking tot subsidieverlening een ander tijdstip vermeldt.
6. Gedeputeerde Staten kunnen in bijzondere gevallen in de beschikking tot subsidieverlening afwijken van het bepaalde in het derde en het vijfde lid van dit artikel.
Bevoorschotting en betaling. 1 . Het voorschot bedraagt maximaal 75% van het totale subsidiebedrag.
Bevoorschotting en betaling. 1. Breedbandfonds Brabant BV verstrekt een voorschot van maximaal 100% van het verleende subsidiebedrag voor subsidies als bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder a.
2. Breedbandfonds Brabant BV bepaalt de hoogte van het voorschot op basis van prestaties, besteding, liquiditeitsbehoefte en het risicoprofiel van de subsidieontvanger.
3. Breedbandfonds Brabant BV betaalt het voorschot in termijnen, waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.
4. Breedbandfonds Brabant BV verstrekt geen voorschot op het verleende subsidiebedrag voor subsidies als bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder b.
Bevoorschotting en betaling. 1. Gedeputeerde Staten verstrekken een voorschot van […] % op het verleende subsidiebedrag.
2. Het voorschot, bedoeld in het eerste lid, wordt betaald […]
Bevoorschotting en betaling. 1. Het voorSChot voor SubSidieS bedraagt maximaal 80% van het verleende bedrag.
2. Het voorSChot wordt op baSiS van preStatieS, beSteding en liquiditeitSbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdStippen in de SubSidieverleningSbeSChikking worden bepaald.
Bevoorschotting en betaling. 1. Het voorschot bedraagt maximaal 80% van het verleende bedrag.
2. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdstippen in de subsidieverleningsbeschikking worden bepaald.
Bevoorschotting en betaling. 1. Het voorschot voor subsidies van € 25.000,00 en hoger bedraagt maximaal 80% van het verleende subsidiebedrag.
2. In afwijking van het eerste lid kunnen gedeputeerde staten een voorschot verstrekken van maximaal 30% van het verleende bedrag, indien nog grondverwerving noodzakelijk is voor realisatie van de infrastructurele projecten.
3. Indien een voorschot is verleend op grond van het tweede lid, kan na overlegging van een bewijs van gunning van de infrastructurele projecten naar aanleiding van een aanbesteding een aanvullend voorschot worden verstrekt van maximaal 50% van het verleende bedrag.
4. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.
Bevoorschotting en betaling. 1. Wanneer het totaal door de aanvrager te ontvangen subsidie € 25.000 of minder bedraagt, wordt het volledige bedrag bevoorschot uiterlijk binnen 8 weken na de subsidieverlening, tenzij bij de subsidieverlening een andere termijn is bepaald.
2. Wanneer het totaal door de aanvrager te ontvangen subsidie meer dan € 25.000 bedraagt, wordt 80% van het te subsidiëren bedrag bevoorschot, uiterlijk binnen 8 weken na de subsidieverlening, tenzij bij de subsidieverlening een hoger percentage en/of een andere termijn is bepaald.