Bezit. 8.1. Bezit door een lid: a. van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode; en b. binnen wedstrijdverband van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding, tenzij de betrokkene (i) aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti-Doping Code verleende dispensatie of de betrokkene (ii) een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen. 8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel: a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de Word Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen. 8.3. Bezit buiten wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode die buiten wedstrijdverband verboden door begeleidend personeel gerelateerd aan een (i) sporter, (ii) wedstrijd of (iii) training, vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel: a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen. 8.4. Er is sprake van bezit wanneer: a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen; b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of
Appears in 2 contracts
Samples: Nationaal Dopingreglement, Nationaal Dopingreglement
Bezit. 8.1. Bezit door een lid:
a. van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode; en
b. binnen wedstrijdverband van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding, tenzij de betrokkene (i) aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti-Doping Code verleende dispensatie of de betrokkene (ii) een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de Word Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.3. Bezit buiten wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode die buiten wedstrijdverband verboden door begeleidend personeel gerelateerd aan een een
(i) sporter, (ii) wedstrijd of (iii) training, vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.4. Er is sprake van bezit wanneer:
a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen;
b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of
Appears in 1 contract
Samples: Nationaal Dopingreglement 20241
Bezit. 8.1. Bezit door een lidBezit:
a. van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode; enen 15 Bijvoorbeeld met als oogmerk te verklaren hoe een verboden stof of afbraakproducten of markers daarvan, in het lichaam van een betrokkene terecht is gekomen.
b. binnen wedstrijdverband van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding, tenzij de betrokkene het lid (i) aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti-Doping Code verleende dispensatie of de betrokkene dit lid (ii) een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de Word Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.3. Bezit buiten wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode die buiten wedstrijdverband verboden door begeleidend personeel gerelateerd aan een (i) sporter, (ii) wedstrijd of (iii) training, vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.4. Er is sprake van bezit wanneer:
a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen;
b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar geen sprake is van het eigenlijke, fysieke bezit als bedoeld in artikel 8 lid 4 sub a;
c. niet uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar het lid zich bewust was van de aanwezigheid van de verboden stof en/of verboden methode en de bedoeling had daarover macht uit te oefenen; en/of
d. een lid een of meer verboden stoffen en/of verboden methoden heeft aangeschaft, verworven of gekocht, via het internet en/of op andere wijze.
8.5. Voor de toepassing van dit reglement wordt de aankoop van een verboden stof gelijk gesteld met bezit, ook indien de verboden stof de koper niet (heeft) bereikt, bijvoorbeeld omdat het product niet aankomt, door iemand anders wordt ontvangen of naar het adres van een derde wordt gestuurd.
8.6. Enkel en alleen bezit vormt geen dopingovertreding indien het lid voorafgaand aan het door hem ontvangen van enige kennisgeving omtrent een dopingzaak inzake bezit concrete actie heeft ondernomen die aantoont dat (i) het nimmer zijn intentie is geweest de bewuste verboden stof en/of verboden methode te bezitten; en (ii) hij afstand heeft gedaan van zijn bezit door dit specifiek bij de Dopingautoriteit of een andere ADO te melden.
Appears in 1 contract
Samples: Nationaal Dopingreglement
Bezit. 8.1. Bezit door een lid:
a. Bezit, op enig moment of enige plaats, van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode; en, vormt een dopingovertreding.
b. 8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding, tenzij de betrokkene (i) aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti-Doping Code verleende dispensatie of de betrokkene (ii) een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de Word Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.3. Bezit buiten wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode die buiten wedstrijdverband verboden door begeleidend personeel gerelateerd aan een (i) sporter, (ii) wedstrijd of (iii) training, vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.4. Er is sprake van bezit wanneer:
a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen;
b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar geen sprake is van het eigenlijke, fysieke bezit als bedoeld in artikel 8.3. sub a;
c. niet uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar het lid zich bewust was van de aanwezigheid van de verboden stof en/of verboden methode en de bedoeling had daarover macht uit te oefenen; en/of
d. een lid een of meer verboden stoffen en/of verboden methoden heeft aangeschaft, verworven of gekocht, via het internet en/of op andere wijze.
8.4. Voor de toepassing van dit reglement wordt de aankoop van een verboden stof gelijk gesteld met bezit, ook indien de verboden stof de koper niet (heeft) bereikt, bijvoorbeeld omdat het product niet aankomt, door iemand anders wordt ontvangen of naar het adres van een derde wordt gestuurd.
8.5. Enkel en alleen bezit vormt geen dopingovertreding indien het lid voorafgaand aan het door hem ontvangen van enige kennisgeving omtrent een dopingzaak inzake bezit concrete actie heeft ondernomen die aantoont dat (i) het nimmer zijn intentie is geweest de bewuste verboden stof en/of verboden methode te bezitten; en (ii) hij afstand heeft gedaan van zijn bezit door dit specifiek bij de Dopingautoriteit of een andere ADO te melden.
8.6. Er is geen sprake van een overtreding indien:
a. het lid kan aantonen dat het bezit, dan wel de poging tot bezit, voortvloeit uit en overeenstemt met een inzake de betreffende verboden stof en/of verboden methode relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden is gehandeld; of
b. het lid een andere acceptabele rechtvaardiging kan aantonen.
8.7. Bezit van een buiten wedstrijdverband verboden stof en/of van een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij:
a. het begeleidend personeel kan aantonen dat het bezit voortvloeit uit en overeenstemt met een inzake de betreffende verboden stof en/of verboden methode relevante en geldige dispensatie in de zin van dit reglement en/of de ISTUE, en conform de aan deze dispensatie verbonden voorwaarden is gehandeld; of
b. het begeleidend personeel een andere acceptabele rechtvaardiging kan aantonen.
Appears in 1 contract
Samples: Nationaal Dopingreglement 2016
Bezit. 8.1. Bezit door een lid:
a. van een buiten wedstrijdverband verboden stof of verboden methode; en
b. binnen wedstrijdverband van enige binnen wedstrijdverband verboden stof of verboden methode, vormt een dopingovertreding, tenzij de betrokkene (i) aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti-Doping Code verleende dispensatie of de betrokkene (ii) een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.2. Bezit binnen wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode door begeleidend personeel vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de Word Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.3. Bezit buiten wedstrijdverband van een verboden stof of een verboden methode die buiten wedstrijdverband verboden door begeleidend personeel gerelateerd aan een een
(i) sporter, (ii) wedstrijd of (iii) training, vormt een dopingovertreding, tenzij het begeleidend personeel:
a. aantoont dat het bezit in overeenstemming is met een conform de World Anti- Doping Code aan een lid of sporter verleende dispensatie; of
b. een andere acceptabele rechtvaardiging kan verschaffen.
8.4. Er is sprake van bezit wanneer:
a. een lid (i) het eigenlijke, fysieke bezit heeft van een verboden stof en/of een verboden methode, (ii) de intentie heeft het eigenlijke, fysieke bezit van een verboden stof en/of een verboden methode te verkrijgen en/of (iii) het lid de intentie heeft controle over de verboden stof en/of de verboden methode te verkrijgen;
b. uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of de verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/ofof verboden methode zich bevindt, maar geen sprake is van het eigenlijke, fysieke bezit als bedoeld in artikel 8 lid 4 sub a;
c. niet uitsluitend een lid controle heeft over de verboden stof en/of verboden methode dan wel het terrein of de plaats waar de verboden stof en/of verboden methode zich bevindt, maar het lid zich bewust was van de aanwezigheid van
Appears in 1 contract
Samples: Nationaal Dopingreglement 20231