Bekendmaking algemene voorwaarden 1. De kraamzorgaanbieder overhandigt deze algemene voorwaarden aan de cliënte voorafgaand aan of bij de totstandkoming van de overeenkomst en licht deze op verzoek van de cliënte mondeling toe. a. Als de overeenkomst tot stand komt via de elektronische weg dan kunnen de algemene voorwaarden via de elektronische weg ter beschikking worden gesteld op een dusdanige wijze dat ze opgeslagen kunnen worden zodat ze later toegankelijk zijn; b. Als de overeenkomst niet via de elektronische weg tot stand komt dan kunnen de algemene voorwaarden ook op vergelijkbare wijze via de elektronische weg worden verstrekt, echter alleen als de consument hier mee akkoord gaat.
Voor welke schade betalen wij niet? Hieronder staat welke schade wij niet betalen: 1. Schade aan het verzekerde voertuig betalen wij niet. Wij betalen wel in 2 situaties: • Als het voertuig dat toevallig werd gesleept, schade heeft. • Als er iemand gekwetst is door een ongeval en u neemt die gekwetste persoon mee in het voertuig. En daarom moet u de bekleding van het verzekerde voertuig laten reinigen of herstellen. 2. Schade aan de goederen en dingen die u voor uw beroep en niet gratis vervoert, betalen wij niet. In dat geval betalen wij de schade aan de persoonlijke kledij en bagage van de passagiers wel. 3. Schade veroorzaakt door iemand die het omschreven voertuig heeft gestolen, met of zonder geweld, of door iemand die het omschreven voertuig te kwader trouw heeft gekocht van iemand die het omschreven voertuig daarvoor gestolen had. 4. Schade die alleen is veroorzaakt door de goederen en dingen die u vervoert in het verzekerde voertuig of doordat u die goederen en dingen in dat voertuig legde of wilde leggen. Of doordat u die goederen eruit haalde of wilde halen. 5. Schade doordat u met het verzekerde voertuig meedeed aan: • een snelheidsrit of een snelheidswedstrijd; • een regelmatigheidsrit of een regelmatigheidswedstrijd; • een behendigheidsrit of een behendigheidswedstrijd; waarvoor de overheid toestemming gaf. 6. Schade die betaald wordt omdat dat staat in de Wet over de burgerrechtelijke aansprakelijkheid inzake de kernenergie. Boetes en gerechtskosten in strafzaken betalen wij niet. En ook niet de minnelijke schikkingen met het Openbaar Ministerie. Of sommen die u onmiddellijk moet betalen als de politie vaststelt dat u het algemeen reglement op het wegverkeer hebt overtreden. Bijvoorbeeld als u een boete moet betalen omdat u door het rode licht bent gereden.
De beoordeling Welke vraag moet de commissie beantwoorden? 3.1 Alhoewel het partijdebat zich met name heeft toegespitst op de externe registraties, vat de commissie de klacht van de consument ook zo op dat zij ook de vraag moet beantwoorden of de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument in de interne registers mocht registreren.1 Daarmee hangt ook samen de vraag of de verzekeraar de verschillende verzekeringen mocht beëindigen en daarvan melding mocht maken in de verschillende registers. 3.2 De commissie is van oordeel dat de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument ten onrechte in de verschillende registers heeft opgenomen. Dat betekent dat de verzekeraar de registraties uit de registers moet verwijderen. Het oordeel van de commissie zal hierna worden toegelicht. Eerst zal het juridisch kader worden geschetst waarna de zaak aan de hand van dit toetsingskader zal worden beoordeeld. 3.3 Omdat deze registraties grote gevolgen hebben voor consumenten, is de commissie van oordeel dat verzekeraars niet zonder goede reden persoonsgegevens mogen opnemen in de genoemde registers. Er worden dan ook terecht hoge eisen gesteld aan die reden(en). De eisen voor registratie in het Incidentenregister en het EVR zijn opgenomen in het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen 2021 (hierna: ‘het Protocol’, zie bijlage). 3.4 Artikel 5.2.1 van het Protocol bepaalt onder welke voorwaarden persoonsgegevens mogen worden opgenomen in het EVR. Vereist is dat er een zwaardere verdenking tegen de consument bestaat dan alleen maar een redelijk vermoeden van schuld aan de fraude, in die zin dat de te verwerken strafrechtelijke persoonsgegevens in voldoende mate moeten vaststaan. Een strafrechtelijke veroordeling van de betrokkene is niet vereist.2 Het uitgangspunt is dat de verzekeraar moet kunnen aantonen dat in voldoende mate vaststaat dat de gedraging van de consument de kwalificatie strafbaar feit kan dragen. Dit betekent dat alleen een verdenking van fraude niet genoeg is, hier moet ook enig bewijs voor zijn. De verzekeraar moet dus goede redenen hebben de gegevens te registreren en hij moet dat ook voldoende kunnen onderbouwen. Het is aan de verzekeraar te bewijzen dat hiervan sprake is. 1 Er is bij het invullen van het klachtformulier immers geen sprake van ‘het formuleren van een vordering’. Door het indienen van dat formulier wordt een klacht in volle omvang aan de Geschillencommissie voorgelegd, zie HR 17 november 1995, NJ 0000/000 (Xxxxx/Xxxxx) en art. 47 lid 2 onder h van het reglement. 2 Zie Hoge Raad 29 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH4720, overweging 4.4 (te vinden op xxx.xxxxxxxxxxx.xx). 3.5 De verzekeraar stelt zich op het standpunt dat de consument hem opzettelijk heeft misleid door te proberen een dubbele uitkering te verkrijgen voor het verlies van één en dezelfde verlovingsring, terwijl hij daar geen recht op had. De consument heeft een uitvoerige verklaring gegeven, zoals weergegeven bij de nummers 2.5 t/m 2.12, voor de door de verzekeraar geconstateerde merkwaardigheden. De consument ontkent dat hij betrokken is geweest bij het indienen van de claim bij de reisverzekeraar. 3.6 De verzekeraar is er op basis van de aangevoerde argumenten niet in geslaagd de commissie ervan te overtuigen dat de consument heeft geprobeerd ter zake de verlovingsring een dubbele uitkering te krijgen. De commissie is van oordeel dat de verzekeraar onvoldoende naar voren heeft gebracht om vast te kunnen stellen dat de consument wist dat zijn verloofde al een claim bij de reisverzekeraar had ingediend. Evenmin is vast komen te staan dat de consument zelf de claim bij de reisverzekeraar heeft ingediend. In het licht van de consistente verklaringen van de consument, met name daar waar het gezamenlijke gebruik van de computer en de periode van ziekte en rouw betreft, acht de commissie niet in voldoende mate vaststaan dat de consument betrokken was bij of wetenschap had van de eerdere claim. De commissie neemt daarbij mee dat de consument ook ter zitting desgevraagd het een en ander op een consistente wijze heeft opgehelderd, niet is gebleken dat de consument tegenstrijdig heeft verklaard en niet valt uit te sluiten dat het is gegaan zoals de consument heeft verklaard. 3.7 Dat de consument in eerste instantie stellig heeft verklaard dat hij aan het sterfbed van zijn vader de verlovingsring had gezien, maakt het voorgaande niet anders. Gelet op de situatie waarin de consument zich destijds bevond, is het denkbaar dat hij ook daadwerkelijk in die veronderstelling verkeerde. De commissie kan zich voorts voorstellen dat de houding van de verzekeraar in deze kwestie voor de consument reden is geweest om zijn verloofde geen verklaring te laten afleggen. Niet weersproken is dat dit ook het advies is geweest van zijn rechtsbijstandsverzekeraar. Daarbij acht de commissie van belang dat de consument ter zitting heeft aangegeven bereid te zijn om erover na te denken zijn verloofde alsnog een verklaring te laten afleggen. 3.8 De verzekeraar stelt zich tot slot op het standpunt dat de consument bij e-mail van 14 januari 2022 heeft erkend dat hij heeft gefraudeerd. Gelet op de context waarin voornoemde e-mail door de consument is verstuurd, is de commissie echter van oordeel dat hierin geen erkenning van de consument besloten ligt. 3.9 De commissie is dan ook van oordeel dat niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd. Dit brengt mee dat niet is voldaan aan de vereisten die het Protocol stelt om tot registratie in het EVR over te gaan. De verzekeraar is dan ook onterecht overgegaan tot het registreren van de persoonsgegevens van de consument in het EVR en dient die registratie te verwijderen. 3.10 Vervolgens is de vraag aan de orde of de registratie in het Incidentenregister wel mag worden gehandhaafd. De commissie oordeelt dat ook de registratie in het Incidenten- register moet worden doorgehaald. Er is niet langer voldaan aan artikel 3.1.1 van het Protocol. Nu niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd, zijn de geregistreerde gegevens niet langer ter zake dienend. De registratie draagt niet langer bij aan het onderkennen, voorkomen, onderzoeken en bestrijden van strafbare gedragingen, en ook niet kan worden gezegd dat de registratie anderszins nog kan bijdragen aan de in artikel 4.1.1 Protocol omschreven doelen. 3.11 Op grond van artikel 4.2.3 van het Protocol worden de gegevens in het Incidenten- register uitgewisseld met functionarissen werkzaam bij de daartoe ingerichte coördinatiefuncties van het Verbond van Verzekeraars, te weten het fraudeloket. Dit is het CBV. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen dient de verzekeraar de melding van de incidentenregistratie aan het CBV in te trekken.
Uitoefening van het herroepingsrecht door de consument en kosten daarvan 1. Als de consument gebruik maakt van zijn herroepingsrecht, meldt hij dit binnen de bedenktermijn door middel van het modelformulier voor herroeping of op andere ondubbelzinnige wijze aan de ondernemer. 2. Zo snel mogelijk, maar binnen 14 dagen vanaf de dag volgend op de in lid 1 bedoelde melding, zendt de consument het product terug, of overhandigt hij dit aan (een gemachtigde van) de ondernemer. Dit hoeft niet als de ondernemer heeft aangeboden het product zelf af te halen. De consument heeft de terugzendtermijn in elk geval in acht genomen als hij het product terugzendt voordat de bedenktijd is verstreken. 3. De consument zendt het product terug met alle geleverde toebehoren, indien redelijkerwijs mogelijk in originele staat en verpakking, en conform de door de ondernemer verstrekte redelijke en duidelijke instructies. 4. Het risico en de bewijslast voor de juiste en tijdige uitoefening van het herroepingsrecht ligt bij de consument. 5. De consument draagt de rechtstreekse kosten van het terugzenden van het product. Als de ondernemer niet heeft gemeld dat de consument deze kosten moet dragen of als de ondernemer aangeeft de kosten zelf te dragen, hoeft de consument de kosten voor terugzending niet te dragen. 6. Indien de consument herroept na eerst uitdrukkelijk te hebben verzocht dat de verrichting van de dienst of de levering van gas, water of elektriciteit die niet gereed voor verkoop zijn gemaakt in een beperkt volume of bepaalde hoeveelheid aanvangt tijdens de bedenktijd, is de consument de ondernemer een bedrag verschuldigd dat evenredig is aan dat gedeelte van de verbintenis dat door de ondernemer is nagekomen op het moment van herroeping, vergeleken met de volledige nakoming van de verbintenis. 7. De consument draagt geen kosten voor de uitvoering van diensten of de levering van water, gas of elektriciteit, die niet gereed voor verkoop zijn gemaakt in een beperkt volume of hoeveelheid, of tot levering van stadsverwarming, indien: a. de ondernemer de consument de wettelijk verplichte informatie over het herroepingsrecht, de kostenvergoeding bij herroeping of het modelformulier voor xxxxxxxxxx niet heeft verstrekt, of; b. de consument niet uitdrukkelijk om de aanvang van de uitvoering van de dienst of levering van gas, water, elektriciteit of stadsverwarming tijdens de bedenktijd heeft verzocht. 8. De consument draagt geen kosten voor de volledige of gedeeltelijke levering van niet op een materiële drager geleverde digitale inhoud, indien: a. hij voorafgaand aan de levering ervan niet uitdrukkelijk heeft ingestemd met het beginnen van de nakoming van de overeenkomst voor het einde van de bedenktijd; b. hij niet heeft erkend zijn herroepingsrecht te verliezen bij het verlenen van zijn toestemming; of c. de ondernemer heeft nagelaten deze verklaring van de consument te bevestigen. 9. Als de consument gebruik maakt van zijn herroepingsrecht, worden alle aanvullende overeenkomsten van rechtswege ontbonden.
Mechanische beademing U heeft recht op noodzakelijke mechanische beademing en medisch-specialistische zorg die hiermee samenhangt. De zorg kan plaatsvinden in een beademingscentrum of thuis. Onder verantwoordelijkheid van een beademingscentrum mag de beademing thuis plaatsvinden. In dat geval: a. stelt het beademingscentrum voor elke behandeling de benodigde apparatuur gebruiksklaar beschikbaar; b. levert het beademingscentrum de medisch-specialistische zorg en bijbehorende farmaceutische zorg die te maken hebben met mechanische beademing; c. worden de elektriciteitskosten vergoed. Op onze website kunt u het actuele dagtarief vinden. U moet zijn doorwezen door een longarts. Wilt u zorg van een zorgverlener met wie wij geen contract hebben afgesloten? Dan kan de vergoeding lager zijn dan bij een zorgverlener die wij wél gecontracteerd hebben. Of dit zo is en hoe hoog de vergoeding dan is, is afhankelijk van de basisverzekering die u heeft. Meer hierover leest u in artikel A.4 Wat wordt vergoed? En naar welke zorgverlener, zorginstelling of leverancier kunt u gaan? Wilt u weten met welke zorgverleners wij een contract hebben? Gebruik dan de Zorgverkenner op xx.xx/xxxxxxxxxxxxx of neem contact met ons op. Het indicatieve marktconforme tarief is bij ons op te vragen.
Niet-tijdige betaling U bent in verzuim vanaf het verstrijken van de betalingsdatum. De ondernemer zendt na het verstrijken van die datum een kosteloze betalingsherinnering en geeft u de gelegenheid binnen 14 dagen, na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. a) Indien u niet tijdig aan uw betalingsverplichting(en) voldoet, stuurt de ondernemer u een herinnering. U krijgt alsnog 14 dagen de tijd om te betalen. b) Als u na het verstrijken van deze termijn niet heeft betaald, is de ondernemer gerechtigd over het nog verschuldigde bedrag de wettelijke rente in rekening te brengen en de buitengerechtelijke incassokosten. c) Deze incassokosten bedragen maximaal: 15% over openstaande bedragen tot € 2.500,-; 10% over de daaropvolgende € 2.500,- en 5% over de volgende € 5.000,- met een minimum van € 40,-. d) De ondernemer kan ten voordele van u afwijken van genoemde bedragen en percentages.
Algemene bepaling 1. Onder deeltijdmedewerker wordt verstaan de medewerker met wie op vrijwillige basis en volgens een regelmatig patroon een arbeidsduur ingevolge de arbeidsovereenkomst is overeengekomen van minder dan de normale arbeidsduur als bedoeld in artikel 36. 2. Een verzoek van de medewerker om zijn arbeidsduur aan te passen zal worden geho- noreerd, ▪ voorzover het betreft het tijdstip van ingang en de omvang van de aanpassing, − in geval van vermindering van de arbeidsduur, tenzij zwaarwegende bedrijfs- belangen zich daartegen verzetten, − in geval van vermeerdering van de arbeidsduur, tenzij dit op grond van be- drijfsbelang redelijkerwijs niet kan worden gevergd; ▪ wat het arbeidspatroon betreft, tenzij dit op grond van redelijkheid en billijkheid niet kan worden gevergd. 3. De werkgever deelt de beslissing schriftelijk aan de medewerker mede, bij afwijzing van het verzoek dan wel bij vaststelling van een arbeidspatroon afwijkend van de wens van de medewerker, onder opgave van de redenen daartoe. Bij niet-inwilliging zal het be- sluit, geanonimiseerd, worden gemeld aan de secretaris van de desbetreffende Onder- nemingsraad met vermelding van de beweegredenen die tot die beslissing hebben ge- leid. 4. Voor zover ten aanzien van de deeltijdmedewerker regels gelden die een aanvulling vormen op c.q. een afwijking inhouden van het bepaalde in de andere hoofdstukken van de cao zijn deze opgenomen in de artikelen 50tot en met 54.
Termijnen en betalingsregeling De termijnen van de aanneemsom zijn de volgende: 1 Grond, zie onlosmakelijke koopovereenkomst 2 Te declareren na het gereedkomen van de ruwe begane grondvloer van de woning (20%) @@,00 3 Te declareren na het gereedkomen van de ruwe eerste verdiepingsvloer van de woning (7,5%) @@,00 4 Te declareren na het gereedkomen van de ruwe tweede verdiepingsvloer van de woning (7,5%) @@,00 5 Te declareren na het gereedkomen van de ruwbouw gevels begane grond van de woning (7,5%) @@,00 6 Te declareren na het gereedkomen van de ruwbouw gevels verdiepingen van de woning (7,5%) @@,00 7 Te declareren na het waterdicht maken van het dak van de woning (15%) @@,00 8 Te declareren na het aanbrengen van de dekvloeren*) (10%) @@,00 9 Te declareren na het gereedkomen van het stuc-, spuit- en tegelwerk van de woning (15%) @@,00 10 Te declareren bij oplevering van de woning, te betalen vóór oplevering van de woning (10%) @@,00 -4- *) Indien geen dekvloeren worden aangebracht, dan dient in plaats de tekst “Te declareren na het aanbrengen van de dekvloeren”, de tekst “Te declareren na het gereedkomen van de binnenwanden” gelezen te worden.
De betaling / Niet-tijdige betaling 1. De Ouder betaalt op basis van een Schriftelijke factuur en uiterlijk op de factuur vermelde betalingsdatum. Een eventueel beroep op een gestelde borg staat gelijk aan een betaling. De factuur wordt kosteloos verstrekt. 2. Indien een Ouder betaalt aan een door de Ondernemer aangewezen derde geldt dit voor de Ouder als bevrijdende betaling. De aanwijzing door de Ouder van een derde die voor het doen van betalingen dient zorg te dragen, staat niet aan de aansprakelijkheid van de Ouder voor (tijdige) betaling in de weg. Een eventuele betaling door een derde voor de Ouder geldt wel als een bevrijdende betaling door die Ouder. 3. Bij gebreke van volledige en tijdige betaling is de Ouder van rechtswege in verzuim. 4. De Ondernemer zendt na het verstrijken van de betalingsdatum een Schriftelijke betalingsherinnering en geeft de Ouder de gelegenheid binnen 14 dagen na ontvangst van deze betalingsherinnering alsnog te betalen. Verder waarschuwt de Ondernemer de Ouder in deze betalingsherinnering voor de opzeggingsbevoegdheid van de Ondernemer op grond van 10 lid 3 sub a. Deze betalingsherinnering moet minimaal 14 dagen vóór de datum waarop die bevoegdheid ontstaat zijn verzonden. 5. Als na het verstrijken van de termijn genoemd in de betalingsherinnering nog steeds niet is betaald, brengt de ondernemer rente in rekening vanaf het verstrijken van de in de factuur genoemde uiterste betalingsdatum. Deze rente is gelijk aan de wettelijke rente. 6. Door de Ondernemer gemaakte buitengerechtelijke kosten om betaling van een schuld van de Ouder af te dwingen, kunnen aan de Ouder in rekening worden gebracht. De hoogte van de buitengerechtelijke incassokosten is onderworpen aan wettelijke grenzen. 7. Een gedane betaling strekt in de eerste plaats ter voldoening van de verschuldigde kosten en rente en vervolgens ter voldoening van de oudst openstaande schulden.
FORMELE DEELNEMINGSVOORWAARDEN Je kunt deelnemen aan de selectieprocedure als je op de uiterste inschrijvingsdatum voldoet aan volgende voorwaarden: 1) Je hebt minstens een bachelorsdiploma binnen één van onderstaande studierichtingen: a. Orthopedagogie b. Maatschappelijk werk c. Toegepaste psychologie d. Criminologie e. Sociale readaptatie- of gezinswetenschappen f. Sociaal werk. Je kunt ook deelnemen aan de selectie als je binnenkort afstudeert in een van bovenstaande studierichtingen. Je kunt de functie alleen opnemen als je op het moment van de indiensttreding je diploma effectief behaald hebt. Als je je diploma buiten de Benelux behaalde, moet je bij aanwerving een attest van de Vlaamse overheid kunnen voorleggen waaruit blijkt dat je diploma gelijkwaardig verklaard is met het vereiste niveau. Je kunt dat aanvragen bij NARIC-Vlaanderen: xxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xx/ Als je je diploma in het buitenland behaalde, moet je bij aanwerving een attest van de Vlaamse overheid kunnen voorleggen waaruit blijkt dat je diploma gelijkwaardig verklaard is met het vereiste niveau. Je kunt dat aanvragen bij NARIC- Vlaanderen: xxxx://xxxxxxxxxxxxxxx.xx/ Als je het vereiste diploma in een andere taal dan in het Nederlands hebt behaald, of, als je geen diploma behaald hebt dat overeenstemt met het niveau van de functie (bv. omdat je in aanmerking komt op basis van een ervarings- of toegangsbewijs) moet je bij aanwerving aantonen dat je geslaagd bent voor een taalexamen ‘artikel 7’ bij Selor (xxx.xxxxx.xx). Je hebt een geldig toegangsbewijs voor de functie van begeleider uitgereikt door de VDAB of je behaalt het uiterlijk tegen je jurygesprek. Ook als je niet voldoet aan bovenstaande diplomavereiste, kan je toegelaten worden tot de selectieprocedure. Je maakt hiervoor een standaardportfolio op waarin de kerncompetenties voor de functie zijn opgenomen. Je dient je relevante kennis, vaardigheden en attitudes voor de functie hierin op te lijsten en te staven met alle mogelijke relevante bewijsstukken2. De beoordeling van het portfolio voor deze vacature gebeurt op basis van volgende competenties: - Verantwoordelijkheid nemen - Klantgerichtheid - Inleving Voldoe je niet aan de diplomavereiste, dan vraag je het standaardportfolio op via mail naar xxxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxxx.xx en vul je deze grondig in. Je stuurt jouw ingevulde portfolio samen met de nodige bijlagen, voor de opgegeven deadline door naar xxxxxxxxxxxxxx@xxxxx.xxxx.xx . Enkel als je een toegangsbewijs behaalt, uitgereikt door de VDAB, kan je toegang krijgen toegang tot de selectieprocedure. Voor extra informatie over de deelnemingsvoorwaarden kun je contact opnemen met de selectieverantwoordelijke (Xxxxx Xxxxx, xxxxx.xxxxx@xxxxxxxxx.xx, 0492/15.07.72).