Europees beleid Voorbeeldclausules

Europees beleid. De Europese Green Deal, gepubliceerd in 2019, is een richtinggevend document waarmee de Europese Commissie (EC) aangeeft dat ze de ambitie heeft om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken tegen 2050. Om deze ambitie waar te maken stelt de EC acties voorop in 8 domeinen, waarvan vervoer er één is. De Europese Klimaatwet4 van 2021 verbindt de EU er wettelijk toe deze klimaatneutraliteit
Europees beleid. De Europese Green Deal, gepubliceerd in 2019, is een richtinggevend document waarmee de Europese Commissie (EC) aangeeft dat ze de ambitie heeft om van Europa het eerste klimaatneutrale continent te maken tegen 2050. Om deze ambitie waar te maken stelt de EC acties voorop in 8 domeinen, waarvan vervoer er één is. De Europese Klimaatwet4 van 2021 verbindt de EU er wettelijk toe deze klimaatneutraliteit te bereiken tegen 2050, met een tussentijds doel voor een emissiereductie van 55% tegen 2030 (vergeleken met 1990). Binnen de uitwerking van de Europese Green Deal stelde de Europese Commissie een Strategie voor Duurzame en Slimme Mobiliteit5 op, geldend voor alle transportmodi en uitstootbronnen. Deze Strategie preciseert onder andere dat het transportaandeel van de binnenvaart moet verhogen met 25% tegen 2030 (en 50% tegen 2050) en omvat de ambitie schepen met nul uitstoot marktklaar te maken tegen 2030. Nog in het kader van de EU Green Deal werd de EU-wetgeving geactualiseerd via het pakket "Fit for 55"6. Dit omvat een reeks voorstellen om het EU-beleid in lijn te brengen met de doelstelling om de netto-uitstoot van broeikasgassen met ten minste 55% te hebben verminderd tegen 2030. Specifiek krijgt de uitwerking van het Europese beleid voor de binnenvaart vorm binnen het NAIADES III-programma7. Binnen dit kader focust de Europese Commissie zich op de doelstelling om meer vrachtvervoer te verplaatsen naar de binnenvaart alsook om de transitie naar zero-emissie binnenschepen te vergemakkelijken tegen 2050. Naast de reductie van broeikasgasemissies, heeft Europa ook het initiatief genomen om de uitstoot van luchtvervuilende polluenten afkomstig van scheepvaartmotoren te verminderen. Met de verordening voor niet voor de weg bestemde motoren, de Europese Non Road Mobile Machinery Verordening8, legde de EU nieuwe emissienormen op voor verschillende polluenten voor nieuwe schepen (nieuwbouw) en bij hermotorisatie (geldig vanaf 2019/2020). Tot slot heeft de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR), een internationale organisatie die sinds 1815 garant staat voor de vrijheid en de veiligheid van de scheepvaart op de Rijn, in de Verklaring van Mannheim het belang van een verdere verbetering van de ecologische duurzaamheid van de binnenvaart benadrukt. De CCR wenst de uitstoot van (1) broeikasgassen tegen 2035 met 35% ten opzichte van 2015 terug te dringen,
Europees beleid. Diergezondheid is een onderdeel van dierenwelzijn. Bij diergezondheid gaat het om de bescherming van dieren tegen ziekten. Op EU-niveau is het veterinair beleid met betrekking tot besmettelijke dierziekten geregeld in de Verordening Diergezondheid (2016/429). Mondiaal wordt het diergezondheidsbeleid, maar ook het dierenwelzijnsbeleid, gecoördineerd onder de OIE. Het veterinaire beleid onder de OIE, het fytosanitaire beleid onder de IPPC en het voedselveiligheidsbeleid onder CODEX worden uitdrukkelijk als normstellend kader erkend in de SPS-overeenkomst onder het WTO-verdrag (“the three sisters”). In de Europese regelgeving vormt de dierenwelzijnsregelgeving met betrekking tot landbouwhuisdieren al ruim 40 jaar een eigen domein. Leidend is Richtlijn 98/58/EC van de Raad inzake de bescherming van voor landbouwdoeleinden gehouden dieren. De regels zijn gebaseerd op de Europese conventie voor de bescherming van gehouden dieren.18 Uitgangspunt zijn de “vijf vrijheden” van het Brambell Committee (1965), namelijk: • Vrijheid van honger en dorst • Vrijheid van ongemak • Vrijheid van pijn, verwondingen en ziekte • Vrijheid om normaal gedrag te vertonen • Vrijheid van angst en ontregeling Daarnaast is er EU-regelgeving inzake bijvoorbeeld het dierenwelzijn tijdens transport en tijdens de slacht. Met dit alles wordt invulling gegeven aan de opdracht in Art. 13 VWEU om in het beleid ten volle rekening te houden met hetgeen vereist is voor het welzijn van dieren als wezens met gevoel.
Europees beleid. In oktober 1997 werd het Verdrag van Amsterdam door de ministers van buitenlandse zaken van de 15 EU-lidstaten ondertekend. In het Verdrag staat onder andere dat de 15 lidstaten binnen een termijn van vijf jaar na de inwerkingtreding van het Verdrag maatregelen genomen moeten hebben met betrekking tot asiel en immigratie. Het Verdrag trad op 1 mei 1999 in werking en de genoemde maatregelen zouden dus voor 1 mei 2004 genomen moeten zijn. In oktober 1999 besloot de Europese Raad in het Finse Tampere de mogelijkheid voor een gezamenlijk migratiebeleid te onderzoeken. De EU-commissaris Xxxxxxxx werd met deze opdracht belast. Nieuw beleid moet volgens de Commissie Xxxxxxxx gebaseerd zijn op de gegevens dat migratiedruk naar de EU zal blijven bestaan én dat ordelijke immigratie voordelen heeft zowel voor de EU, de individuele migranten als hun landen van herkomst. Bovendien zijn er tekorten op de EU-arbeidsmarkt, nu en in de toekomst. Het uitgangspunt van nieuw beleid moet dan ook de lange termijn behoefte van de EU als geheel aan arbeidsmigranten zijn. Bij het opvangen van tekorten moet dus eerst gekeken worden in hoeverre daarin kan worden voorzien met het bestaande arbeidsaanbod. Lukt dat niet, dan moet het mogelijk worden migranten uit derde landen toe te laten op een gelijkmatige en gecontroleerde manier. Al met al kwam de Commissie Xxxxxxxx tot de volgende aanbevelingen: - het beleid voor toelating tot de EU uit humanitaire redenen moet gebaseerd blijven op internationale verplichtingen van de lidstaten (onder andere het VN-Vluchtelingenverdrag uit 1951 en het Protocol uit 1967); - ten aanzien van het beleid voor toelating tot de EU van economische migranten moet het uitgangspunt zijn ‘the needs of the market place’. De verantwoordelijkheid om te bepalen hoeveel arbeidsmigranten een lidstaat nodig heeft, blijft bij de lidstaat; - de strijd tegen illegale migratie moet worden versterkt.

Related to Europees beleid

  • Technische en beroepsbekwaamheid Selectiecriteria zoals vermeld in de aanbestedingsstukken -

  • Onbevoegd besturen 5.11 Houdt het juridisch meningsverschil verband met het onbevoegd besturen van de boot? Dan krijgt u geen rechtsbijstand, behalve: Instaan voor anderen of vorderingen van anderen

  • Ouderdomspensioen 1. Het ouderdomspensioen gaat in op de pensioendatum en wordt uitgekeerd tot de dag van overlijden.

  • Overige bepalingen 1. Als Opdrachtnemer op locatie van Opdrachtgever Werkzaamheden verricht, garandeert Opdrachtgever een geschikte werkplek, die voldoet aan de wettelijk gestelde ARBO-normen en aan andere toepasselijke regelgeving met betrekking tot arbeidsomstandigheden. Opdrachtgever dient er voor zorg te dragen dat Opdrachtnemer in dat geval wordt voorzien van kantoorruimte en overige faciliteiten die naar het oordeel van Opdrachtnemer noodzakelijk of nuttig zijn om de Overeenkomst uit te voeren en die voldoen aan alle daaraan te stellen (wettelijke) vereisten. Met betrekking tot beschikbaar gestelde (computer)faciliteiten is Opdrachtgever verplicht voor continuïteit zorg te dragen onder meer door middel van afdoende back-up, veiligheid en viruscontrole procedures. Opdrachtnemer zal viruscontrole procedures toepassen wanneer Opdrachtnemer van de faciliteiten van Opdrachtgever gebruik maakt.

  • Arbeidsduur en werktijden 21.1 De arbeidsomvang en de werktijden van de Werknemer bij de Opdrachtgever worden voorafgaand aan de Terbeschikkingstelling overeengekomen. De werktijden, de arbeidsduur en de rusttijden van de Werknemer zijn gelijk aan de bij de Opdrachtgever ter zake gebruikelijke tijden en uren, tenzij anders is overeengekomen. Opdrachtgever staat er voor in, dat de arbeidsduur en de rust- en werktijden van de Werknemer voldoen aan de wettelijke vereisten. De opdrachtgever ziet er op toe dat de Werknemer de rechtens toegestane werktijden en de overeengekomen arbeidsomvang niet overschrijdt.

  • Toepasselijke bepalingen Op de verhouding tussen de werkgever en de werknemer is van toepassing de geldende Xxx Xxxxxxxxxx- zorg, verder te noemen ‘cao’, en de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen, voor zover daarvan niet in de arbeidsovereenkomst of de van toepassing zijnde cao rechtsgeldig is afgeweken.

  • Belangrijke begrippen Een volmacht is een verklaring waarin u een ander (Florius) de bevoegdheid geeft om bepaalde handeling(en) namens u te doen. Florius wil graag de zekerheid hebben dat u uw lening terugbetaalt. Hiervoor spreekt u met Florius af, dat het bedrag dat u op uw beleggings- of effectenrekening opbouwt aan Florius wordt uitgekeerd. Dat wordt verpanden genoemd. Als Florius het bedrag ontvangt, gebruikt Florius het bedrag van uw beleggings- of effectenrekening om uw BeleggersKeuze Hypotheek terug te betalen.

  • Als arbeidsongeschiktheid van een medewerker te verwachten is Raakt een medewerker binnen zes maanden na de start van de module of van zijn dienstverband arbeidsongeschikt? En was zijn gezondheidstoestand bij de start van de module of van zijn dienstverband al zodanig dat u de arbeidsongeschiktheid had kunnen verwachten? Dan kunnen we de aanvulling tijdelijk of blijvend, geheel of gedeeltelijk weigeren. Had u direct voor de start van de module een soortgelijke verzekering, dan is bovenstaande bepaling bij de start van de module niet van toepassing. De bepaling is wel altijd van toepassing bij nieuwe medewerkers.

  • Inleidende bepalingen a. De geldende bepalingen van de Voorwaarden maken deel uit van deze mantelovereenkomst en vormen daarmee één geheel. De Voorwaarden gelden voor zover hier in de mantelovereenkomst daarvan niet wordt afgeweken;