Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst. 2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk en concurrerend klimaat voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd. 3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden. 4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst. 5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te trekken, op te schorten of te beperken, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst. 6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet. 7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken. 8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel. 9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen. 10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 3 contracts
Samples: Overeenkomst Inzake Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte, Overeenkomst Inzake Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte, Overeenkomst Inzake Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze De partijen bij de Overeenkomst zijn bevestigen dat de bepalingen van titel VI IV, hoofdstuk 3 ("Mededinging"), intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne Associatieovereenkomst van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector toepassing zijn opgenomen in op deze Overeenkomst.
2. De partijen bij de Overeenkomst erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen bij de Overeenkomst erkennen dat de waarschijnlijkheid waar- schijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktij- ken hanteren, het grootst is wanneer als deze maatschappijen op volledig commerciële com- merciële basis werken en niet worden gesubsidieerd, en als neutrale en niet-discriminerende toegang tot luchthavenfaciliteiten, diensten en slots gegarandeerd is.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst.
5. Als een partij bij de Overeenkomst vaststelt dat op het grondgebied grond- gebied van de andere partij bij de Overeenkomst voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke billijke en gelijke mededingingskansen me- dedingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloedenbeïnvloe- den, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien Boven- dien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 van deze Overeenkomst. Het overleg moet van start uiterlijk dertig (30) gaan binnen 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij bij de Overeenkomst die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst4.
64. De in lid 5 van dit artikel 3 vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel evenredig zijn en het inzake toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven zijn tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen de luchtvaartmaatschappij(en) die voordeel halen uit een subsidie of uit baat heeft (hebben) bij de in dit artikel bedoelde voorwaardenlid 3 vermelde omstandigheden, en laten het recht van beide de partijen bij de Overeenkomst om actie maatregelen te ondernemen nemen uit hoofde van artikel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst 23 onverlet.
75. De partijen bij de Overeenkomst komen overeen dat de bijdrage van de Israëlische regering om de extra beveiligingskosten te dekken die Israëlische luchtvaartmaatschappijen moeten maken ten gevolge van in- structies van de Israëlische regering, geen oneerlijke mededingingsprak- tijk zijn en niet worden beschouwd als een subsidie in de zin van dit artikel, voor zover:
a) deze steun uitsluitend wordt gebruikt om de kosten te dekken die Israëlische luchtvaartmaatschappijen moeten maken om de door de Israëlische autoriteiten opgelegde extra beveiligingsmaatregelen, welke niet worden opgelegd aan luchtvaartmaatschappijen uit de Europese Unie, ten uitvoer te leggen; en
b) dergelijke beveiligingskosten door Israël duidelijk zijn geïdentifi- ceerd en gekwantificeerd; en
c) het Gemengd Comité één keer per jaar een verslag ontvangt met de totale som van de beveiligingsuitgaven en het percentage van de steun van de Israëlische regering in het voorgaande jaar.
6. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke verantwoor- delijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderenbe- naderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
97. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied grond- gebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 2 contracts
Samples: Euro Mediterranean Air Transport Agreement, Euro Mediterranean Air Transport Agreement
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk en concurrerend klimaat voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar Onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomstovereen- komst, voor zover het voorzover van invloed op de handel tussen de partijen in Gemeen- schap en Israël :
i) alle overeenkomsten tussen ondernemingen, alle besluiten van ondernemersverenigingen en alle onderling afgestemde feitelijke gedragingen van ondernemingen welke ertoe strekken of die ten gevolge hebben dat de luchtvaartsector kan beïnvloedenmededinging wordt verhinderd, beperkt of vervalst;
ii) het misbruik maken van een machtspositie door een of meer ondernemingen op het gehele grondgebied van de Gemeenschap of van Israël of op een wezenlijk deel daar- van;
iii) alle staatssteun die door begunstiging van bepaalde onder- nemingen of bepaalde producties de mededinging vervalsen of dreigen te vervalsen.
2. De associatieraad stelt bij besluit genomen binnen een termijn van drie jaar na de inwerkingtreding van de overeen- komst de nodige voorschriften vast voor de tenuitvoerlegging van lid 1. In afwachting van de vaststelling van deze voorschriften wor- den de bepalingen van de overeenkomst inzake de interpretatie en toepassing van de artikelen VI, XVI en XXIII van de GATT toegepast als regels voor de tenuitvoerlegging van lid 1, onder c).
3. Elke partij garandeert doorzichtigheid ten aanzien van de staatssteun, met name door ieder jaar aan de andere partij mededeling te doen van het totale bedrag en de verdeling van de verstrekte steun en door op verzoek informatie over steun- programmaIs te verstrekken. Op verzoek van de ene partij ver- strekt de andere partij informatie over bepaalde afzonderlijke steunmaatregelen van de overheid.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van Met betrekking tot de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen landbouwproducten vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomsttitel II is het bepaalde in hoofdstuk 3, lid 1, onder c), niet van toepassing.
5. Als Indien de Gemeenschap of Israël van mening is dat een partij vaststelt bepaalde praktijk onverenigbaar is met lid 1 en: — deze met de in lid 2 bedoelde uitvoeringsmaatregelen niet afdoende kan worden tegengegaan, of dat op het grondgebied — bij ontstentenis van dergelijke voorschriften, de praktijk de belangen van de andere partij voorwaarden geldenernstig schaadt of dreigt te schaden of haar nationale industrie, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen inbegrip van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) dienstverlenende sector, aanmerkelijke schade toebrengt of dreigt toe te brengen, kunnen zij na overleg binnen het associatiecomité passende maatregelen nemen of na een termijn van dertig werkdagen volgende op het verzoek om dergelijk overleg. Met betrekking tot praktijken die onverenigbaar zijn met lid 1, onder c), kunnen, indien de andere partij te weigerenGATT erop van toepassing is, deze passende maatregelen alleen worden vastgesteld overeenkom- stig de procedures en onder de voorwaarden bepaald in te trekken, de GATT of in een ander in het kader daarvan tot stand gekomen instrument dat op te schorten of te beperken, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking beide partijen van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomsttoepassing is.
6. Niettegenstaande eventueel daarmee strijdige bepalingen die overeenkomstig lid 2 zijn vastgesteld, wisselen de partijen informatie uit met inachtneming van de beperkingen welke voortvloeien uit het beroeps- of zakengeheim.
1. De lidstaten en Israël passen alle staatsmonopolies van commerciële aard geleidelijk aan, in lid 5 dier voege dat aan het einde van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied en vijfde jaar volgende op de duur ervan moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) inwerkingtreding van deze Overeenkomst onverletovereenkomst geen discriminatie meer bestaat tussen onderdanen van de lidstaten en van Israël wat de voorwaarden voor de levering en afzet van goederen betreft.
72. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied Het associatiecomité wordt in kennis gesteld van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties maatregelen welke te besprekendien einde worden genomen.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Euro Mediterrane Overeenkomst
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn De partijen bevestigen dat de bepalingen beginselen van titel VI ("MededingingIV, intellectuelehoofdstuk II, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne Associatie- overeenkomst van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector toepassing zijn opgenomen in op deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar hun gezamenlijke doelstelling eruit bestaat aan luchtvaart- maatschappijen van beide partijen eerlijke en gelijke kansen te bieden om de overeengekomen diensten te exploiteren. Om dit doel te verwezenlijken, moet een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdienstenluchtdiensten tot stand worden gebracht. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid waarschijn- lijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken luchtdiensten verlenen en niet worden gesubsidieerd.
3. Overheidssteun Als een partij het noodzakelijk acht om aan een in het kader van deze Overeenkomst geëxploiteerde luchtvaartmaatschappij overheidssubsidies te verlenen om een legitieme doelstelling te verwezenlijken, ziet zij erop toe dat deze subsidies in verhouding staan tot de nagestreefde doelstelling, transparant zijn en zodanig ontworpen zijn dat ze een zo klein mogelijk nadelig effect hebben op de luchtvaartmaatschappijen van de andere partij. De partij die voornemens is dergelijke subsidies te verlenen, stelt de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar andere partij daarvan in kennis en ziet erop toe dat deze subsidies in overeenstemming zijn met de goede werking van in deze Overeenkomst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloedenOvereenkomst vastgestelde criteria.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die niet in overeenstemming zijn met de in lid 3 vastgestelde criteria en die de eerlijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief nadelig beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 21 (Gemengd Comité) van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) dagen na Als een geschil niet door het Gemengd Comité kan worden beslecht, behouden de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor partijen de partij die mogelijkheid om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij anti-subsidiemaatregelen te weigeren, in te trekken, op te schorten of te beperken, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomstnemen.
65. De in lid 5 4 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied wat de reikwijdte en de duur ervan moeten betreft beperkt blijven zijn tot hetgeen wat strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 23 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
76. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaalnationaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
97. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Air Transport Agreement
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
2. Binnen de werkingssfeer van deze Overeenkomst en onverminderd de daarin vervatte bijzondere bepalingen, is elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover Overeenkomst omdat het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen Alle handelswijzen die in strijd zijn met dit artikel in strijd zijn, worden beoordeeld op grond aan de hand van de criteria welke die voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels die van toepassing zijn in de Europese Unie, met name artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomstinstrumenten die ter interpretatie hiervan door de instellingen van de Europese Unie zijn vastgesteld.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke billijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig artikel 19 5 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 24 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Inzake De Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
2. Binnen de werkingssfeer van deze Overeenkomst en onverminderd de daarin vervatte bijzondere bepalingen, is elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover Overeenkomst omdat het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen Alle handelswijzen die met dit artikel in strijd zijn, worden beoordeeld op grond aan de hand van de criteria welke die voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels die van toepassing zijn in de Europese Unie, met name artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomstinstrumenten die ter interpretatie hiervan door de instellingen van de Europese Unie zijn vastgesteld.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke billijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig artikel 19 5 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het inzake toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven zijn tot hetgeen wat strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen Ze mogen uitsluitend gericht zijn tegen de luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 24 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Betreffende De Totstandbrenging Van Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
2. Binnen de werkingssfeer van deze Overeenkomst en onverminderd de daarin vervatte bijzondere bepalingen, is elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, Overeenkomst voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen Alle handelswijzen die met dit artikel in strijd zijn, worden beoordeeld op grond aan de hand van de criteria welke die voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels die van toepassing zijn in de Europese Unie, met name artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomstinstrumenten die ter interpretatie hiervan door de instellingen van de Europese Unie zijn vastgesteld.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke billijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen lucht- vaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 (Gemengd Comité) van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig artikel 19 5 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied wat de reikwijdte en de duur ervan moeten betreft beperkt blijven zijn tot hetgeen wat strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen Ze mogen uitsluitend gericht zijn tegen de luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 24 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaalnationaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Betreffende Een Gezamenlijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van is titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") IV van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst Associatieovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij ten- zij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk en concurrerend klimaat voor de exploitatie exploi- tatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten -diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze OvereenkomstOvereen- komst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen vra- gen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigerenweige- ren, in te trekken, op te schorten of te beperken, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied toepassings- gebied en de duur ervan moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel arti- kel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel arti- kel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied grond- gebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgevingmededin- gingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit Dit artikel zijn is van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Inzake Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen maatschap- pijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerdgesubsidi- eerd.
2. Binnen de werkingssfeer van deze Overeenkomst en onverminderd de daarin vervatte bijzondere bepalingen, is elke discriminatie op grond van nationaliteit verboden.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten -diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, Overeen- komst voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen Alle handelswijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond worden beoor- deeld aan de hand van de criteria welke die voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels die van toepassing zijn in de Europese Unie, met name artikel 107 van het Verdrag betreffende de werking van de Euro- pese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomstinstrumenten die ter interpretatie hiervan door de instel- lingen van de Europese Unie zijn vastgesteld.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke bil- lijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 (Gemengd Comité) van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg over- leg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende desbe- treffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig artikel 19 5 (Weigering, intrekking, opschorting opschor- ting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied wat de reikwijdte en de duur ervan moeten beperkt blijven zijn tot hetgeen wat strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen Ze mogen uitsluitend gericht zijn tegen de luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 24 (VrijwaringsmaatregelenVrijwaringsmaatrege- len) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke verantwoor- delijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderenbena- deren, inclusief instanties op federaalnationaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied grond- gebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Betreffende Een Gemeenschappelijke Luchtvaartruimte
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze De partijen bij de Overeenkomst zijn bevestigen dat de bepalingen bepa lingen van titel VI IV, hoofdstuk 3 ("Mededinging"), intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne asso ciatieovereenkomst van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector toepassing zijn opgenomen in op deze Overeenkomst.
2. De partijen bij de Overeenkomst erkennen dat zij gezamenlijk geza menlijk streven naar een eerlijk billijk en concurrerend klimaat kader voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen bij de Overeenkomst erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken concurrentiepraktijken hanteren, het grootst is wanneer als deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd, en als neutrale en niet-discriminerende toegang tot luchthavenfaciliteiten, diensten en slots gegaran deerd is.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst.
5. Als als een partij bij de Overeenkomst vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden bij de Overeenkomst voor waarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke billijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen luchtvaart maatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken overmaken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 22 van deze Overeenkomst. Het overleg moet van start uiterlijk dertig (30) NL 2.8.2013 Publicatieblad van de Europese Unie L 208/9 gaan binnen 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord ak koord wordt bereikt, is dit voor de partij bij de Overeenkomst die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen ver gunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te houden, in te trekken, op te schorten of aan passende voorwaarden te beperkenonderwerpen, overeenkomstig over eenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst4.
64. De in lid 5 van dit artikel 3 vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel evenredig zijn en het inzake toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven zijn tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen de luchtvaartmaatschappij(en) die voordeel halen uit een subsidie of uit baat heeft (hebben) bij de in dit artikel bedoelde voorwaardenlid 3 vermelde omstandigheden, en laten het recht van beide de partijen bij de Overeenkomst om actie maat regelen te ondernemen nemen uit hoofde van artikel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst 23 onverlet.
75. De partijen bij de Overeenkomst komen overeen dat de bijdrage van de Israëlische regering om de extra beveiligings kosten te dekken die Israëlische luchtvaartmaatschappijen moe ten maken ten gevolge van instructies van de Israëlische rege ring, geen oneerlijke mededingingspraktijk zijn en niet worden beschouwd als een subsidie in de zin van dit artikel, voor zover:
a) deze steun uitsluitend wordt gebruikt om de kosten te dek ken die Israëlische luchtvaartmaatschappijen moeten maken om de door de Israëlische autoriteiten opgelegde extra be veiligingsmaatregelen, welke niet worden opgelegd aan lucht vaartmaatschappijen uit de Europese Unie, ten uitvoer te leggen; en
b) dergelijke beveiligingskosten door Israël duidelijk zijn geïden tificeerd en gekwantificeerd; en
c) het Gemengd Comité één keer per jaar een verslag ontvangt met de totale som van de beveiligingsuitgaven en het per centage van de steun van de Israëlische regering in het voor gaande jaar.
6. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal pro vinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties kwes ties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
97. De bepalingen van dit artikel zijn van toepassing onverminderd onver minderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen openbaredienstverplich tingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Mededinging. 1. Binnen het toepassingsgebied van deze Overeenkomst zijn de bepalingen van is titel VI ("Mededinging, intellectuele, industriële en commerciële eigendom en samenwerking op wetgevingsgebied") IV van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst Associatieovereenkomst of een opvolgingsovereenkomst opvolgingso vereenkomst daarvan tussen de Europese Unie, haar lidstaten en Oekraïne van toepassing, tenzij er specifiekere regels inzake mededinging en staatssteun voor de luchtvaartsector zijn opgenomen in deze Overeenkomst.
2. De partijen erkennen dat zij gezamenlijk streven naar een eerlijk en concurrerend klimaat voor de exploitatie van luchtdiensten. De partijen erkennen dat de waarschijnlijkheid dat luchtvaartmaatschappijen eerlijke mededingingspraktijken mededingings praktijken hanteren, het grootst is wanneer deze maatschappijen op volledig commerciële basis werken en niet worden gesubsidieerd.
3. Overheidssteun die de mededinging verstoort of dreigt te verstoren door bepaalde ondernemingen of luchtvaartproducten luchtvaart producten of –diensten te bevoordelen, is onverenigbaar met de goede werking van deze Overeenkomst, voor zover het de handel tussen de partijen in de luchtvaartsector kan beïnvloeden.
4. Wat staatssteun betreft, worden alle handelwijzen die met dit artikel in strijd zijn, beoordeeld op grond van de criteria welke voortvloeien uit de toepassing van de mededingingsregels in de Europese Unie en met name de maatregelen vermeld in bijlage VII bij deze Overeenkomst.
5. Als een partij vaststelt dat op het grondgebied van de andere partij voorwaarden gelden, met name ten gevolge van een subsidie, die de eerlijke en gelijke mededingingskansen van haar luchtvaartmaatschappijen negatief beïnvloeden, mag zij haar opmerkingen kenbaar maken aan de andere partij. Bovendien mag zij vragen om een vergadering van het Gemengd Comité, zoals ingesteld bij artikel 29 van deze Overeenkomst. Het overleg start uiterlijk dertig (30) 30 dagen na de ontvangst van een dergelijk verzoek. Indien binnen dertig (30) 30 dagen na de start van het overleg geen akkoord wordt bereikt, is dit voor de partij die om het overleg heeft verzocht voldoende reden om de vergunningen van de desbetreffende luchtvaartmaatschappij(enluchtvaart maatschappij(en) van de andere partij te weigeren, in te trekken, op te schorten of te beperken, overeenkomstig artikel 19 (Weigering, intrekking, opschorting of beperking van exploitatievergunningen of technische vergunningen) van deze Overeenkomst.
6. De in lid 5 van dit artikel vermelde maatregelen moeten passend en proportioneel zijn en het toepassingsgebied en de duur ervan moeten beperkt blijven tot hetgeen strikt noodzakelijk is. Deze maatregelen mogen uitsluitend gericht zijn tegen luchtvaartmaatschappijen die voordeel halen uit een subsidie of uit de in dit artikel bedoelde voorwaarden, en laten het recht van beide partijen om actie te ondernemen uit hoofde van artikel 31 (Vrijwaringsmaatregelen) van deze Overeenkomst onverlet.
7. Elke partij mag, na kennisgeving aan de andere partij, verantwoordelijke overheidsinstanties op het grondgebied van de andere partij benaderen, inclusief instanties op federaal, provinciaal of lokaal niveau, om de onder dit artikel vallende kwesties te bespreken.
8. Niets in deze Overeenkomst beperkt of doet afbreuk aan het feit dat de mededingingsautoriteiten van de partijen exclusief bevoegd zijn voor alle kwesties die verband houden met de handhaving van de mededingingswetgeving. Geen enkele maatregel die op grond van dit artikel wordt genomen, mag afbreuk doen aan maatregelen die door deze autoriteiten zijn genomen en die volledig onafhankelijk zijn van maatregelen die op grond van dit artikel.
9. De bepalingen van dit Dit artikel zijn is van toepassing onverminderd de wetten en regels betreffende openbaredienstverplichtingen op het grondgebied van de partijen.
10. De partijen wisselen gegevens uit, rekening houdend met de beperkingen uit hoofde van het zaken- en beroepsgeheim.
Appears in 1 contract
Samples: Overeenkomst Inzake Een Gezamenlijke Luchtvaartruimte