Meterkasten Voorbeeldclausules

Meterkasten. De meterkasten worden voorzien van binnendeurkozijnen en binnendeuren zoals de overige binnendeuren op de begane grond.
Meterkasten. De woningen worden voorzien van een meterkast. De meterkast wordt uitgevoerd en ingericht conform de geldende voorschriften van het energieleverend bedrijf.
Meterkasten. De meterkasten worden uitgevoerd met wanden van gipsblokken en een stalen kozijn (conform de overige binnenkozijnen in de woning) met opdekdeur met één of meerdere ventilatieopeningen. De meterkasten zullen worden voorzien van een houten montagepaneel (onafgewerkt) volgens voorschrift en aanwijzing van de NUTS-bedrijven.
Meterkasten. De meterkast wordt voorzien van een binnendeurkozijn en binnendeur zoals de overige binnendeuren. Conform de richtlijnen van de NUTS bedrijven worden er in de deur ventilatievoorzieningen aangebracht.
Meterkasten. De meterkast wordt uitgevoerd en ingericht conform de geldende voorschriften van het energieleverend bedrijf.
Meterkasten. Om de aanleg het Inpandig leidingstelsel mogelijk te maken, moet de Opdrachtgever bouwkundige voorzieningen verzorgen. De leidingen naar de Meterkasten maken deel uit van het Warmte- en/of Koudenet van Eneco. De opstelling en de uitvoering van de Meterkast en de sparingen in vloer en plafond moeten voldoen aan de ”Richtlijnen voor Meterkasten in laagbouwwoningen met warmtelevering” uitgave IWUN no 06283 (laatste versie) of de ”Richtlijnen voor Meterkasten in hoogbouwwoningen met warmtelevering” uitgave IWUN no 06285 (laatste versie), zie bijlagen 9 en 10. De installatie dient geaard te worden door middel van een aardklem volgens de voorschriften van de NEN1010. De potentiaalvereffeningsleiding is bevestigd op de aardklem en op de steun van de aansluitbeugel (gat 5 mm). Onder de Afleverset moet een afvoerleiding geplaatst worden die met een stankafsluiter is aangesloten op het riool. De Klant stelt - met het oog op de regeling van de Afleverset en de aansluiting van de slimme warmtemeter - een dubbele 230V-wandcontactdoos met randaarde in de Meterkast ter beschikking, achter een aardlekschakelaar van 30 milliampère en een groep van maximaal 16 Ampère, maximaal 50 cm boven de Afleverset.
Meterkasten. Een secundaire woningaansluiting wordt door het Bedrijf aangebracht in de meterkast. In de meterkast wordt de afleverset geplaatst waarmee de verwarmingsinstallatie indirect d.w.z. via een warmtewisselaar op het secundaire net aangesloten en wordt koud water via een warmtewisselaar opgewarmd. In de afleverset wordt tevens de warmtemeter geplaatst. De afleverset en de aansluitbeugel maken deel uit van het warmtenet van het Bedrijf. De installatie van de Aanvrager dient aan te sluiten op de door het Bedrijf aangebrachte leveringspunten. Een schema van de meest voorko- mende afleverset is opgenomen als bijlage X, een tekening van de aansluitbeugel als bijlage XI. De opstelling en de uitvoering van de meterkast dienen te voldoen aan de NEN 2768 en de ”Richtlijnen voor meterkas- ten in laagbouw- woningen met warmtelevering” uitgave IWUN (laatste versie, te vinden op xxx.xxxxxxxxxxxxx.xx) dan wel de ”Richt- lijnen voor meterkasten in hoogbouwwoningen met warmtelevering” uitgave IWUN (laatste versie, te vinden op www. xxxxxxxxxxxxx.xx). Naast de in de IWUN richtlijnen aangegeven aansluitwijze via een mantelbuis zal bij rijtjeswoningen gekozen worden voor aansluitingen vanuit de kruipruimte, zie 3.4 Indien het gebouw hoger is dan 35 meter dan zal er een PN10 verdeel- en stijgleidingennet worden toegepast. Indien het gebouw hoger is dan 70 meter dan dient er een bredere stijgschacht te worden opgenomen dan voorgeschreven is in de IWUN richtlijnen. Dit om expansievoorzieningen en het toepassen van meerdere druktrappen mogelijk te maken. Meterkasten die van buiten de woning af toegankelijk zijn, moeten zijn voorzien van een afsluitbare deur. Een secundaire bedrijfsaansluiting behoeft een andere meterkast. Hiervoor is de meterkast in bijlage XII van toepas- sing. Van alle secundaire bedrijfsaansluitingen dienen in de ontwerpfase van het project alle meterkasten gedefinieerd te worden, hetgeen inhoudt dat het aantal en de plaats van de meterkasten op een gemaatvoerde tekening vermeld staan. Ontbreken deze gegevens dan kunnen geen secundaire aansluitingen gerealiseerd worden. Voor zaken waarvoor in de IWUN richtlijnen geen bepalingen zijn opgenomen, geldt de NEN 2768.
Meterkasten. De meterkasten worden voorzien van een prefab kast, opgebouwd uit houten regelwerk met gemelamineerd spaanplaat zijwand(en) en deur (kleur wit), inclusief kastslot.
Meterkasten. De woningen worden voorzien van een meterkast. De meterkast wordt uitgevoerd en ingericht conform de geldende voorschriften van het energieleverend bedrijf. Daarnaast wordt in de meterkast een douchepijp WTW geplaatst welke bereikbaar moet blijven voor inspectie.
Meterkasten. De meterkasten worden voorzien van een binnendeurkozijn en binnendeur zoals de overige binnendeuren. De meterkasten worden conform regelgeving voorzien van voldoende ventilatie capaciteit.