Common use of Opeisbaarheid Clause in Contracts

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delen.

Appears in 4 contracts

Samples: Loan Agreement, Loan Agreement, Loan Agreement

Opeisbaarheid. 9.1 De Al hetgeen MUNT van de Schuldenaar uit hoofde van de Schuld te vorderen heeft is in het geheel onmiddellijk en terstond onmiddellijk, zonder dat een ingebrekestelling is vereist, opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde a. als één of meer aflossings- en / of rentetermijnen niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan; b. als één of meer door de Schuldenaar verschuldigde premies, en / of stortingen van, respectievelijk ter zake van en op, levensver- zekering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarreke- ning(en) waarvan de uitkeringen strekken tot zekerheid van de looptijd betaling de Schuld, niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan, of bij wijziging of beëindiging van deze levensverze- kering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarreke- ning(en), anders dan door uitkering van de Geldleningverzekerde som of de geldelijke tegenwaarde of de inleg dan wel als de noodregeling of het faillissement van de betreffende verzekeringsmaatschap- pij of bank wordt uitgesproken; 2. indien c. bij niet-nakoming door de Ondernemer surseance Schuldenaar van betaling aanvraagtenige verplichting uit hoofde van de Leningovereenkomst, aangifte tot faillietverklaring doet dan wel bij overtreding van enig verbod daaruit; d. als (een van) de Schuldena(a)r(en) komt te overlijden of zijn faillissement ten aan- zien van (een van) de Schuldena(a)r(en) een verklaring van ver- moedelijk overlijden wordt aangevraagd door een derdeafgegeven, in staat van faillissement wordt verklaard, boedelafstand doet, onder curatele wordt ge- steld, een schuldsaneringsregeling aanvraagt, emigreert of als (een van) de Schuldena(a)r(en) om welke reden dan ook het be- heer over zijn vermogen verliest; e. als beslag wordt gelegd op het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd of een deel daarvan, als- mede als de huur of de vergoeding wegens een vordering wordt verlaagd; f. als het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pand- recht is gevestigd in enige onverdeeldheid geraken, of bij wijzi- ging van de onderlinge vermogensrechtelijke verhouding tussen echtgenoten of geregistreerde partners door het laten opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden, afstand van enige goe- derengemeenschap, dan wel registratievoorwaarden en / of ver- andering van de burgerlijke staat van de Schuldenaar; g. als het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pand- recht is gevestigd geheel of gedeeltelijk ter onteigening worden aangewezen, worden gevorderd, verbeurd worden verklaard, zonder schriftelijke toestemming van XXXX voor een ander doel worden aangewend dan het doel ten tijde van het verstrekken van de Lening, of als het Onderpand of een gedeelte daarvan leegstaat in die zin dat daaraan ingevolge enig publiekrechtelijk voorschrift gevolgen zijn verbonden; h. als het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pand- recht is gevestigd door brand of door een andere oorzaak wor- den beschadigd of tenietgaan; i. als het Onderpand niet voor bewoning geschikt is, als de markt- waarde volgens een (her)taxatie conform artikel 15 lager is dan waarvan MUNT bij het doen van het Hypotheekaanbod is uitge- gaan en daardoor het Onderpand op grond van de actuele crite- ria onvoldoende zekerheid biedt, als de bouw of verbouwing met het oog waarop de Lening is verstrekt, niet of niet volgens het oorspronkelijke plan en binnen de gestelde termijn wordt uitge- voerd, als de voor de bouw of verbouwing bestemde gelden (deels) voor andere doeleinden worden aangewend, dan wel als één of meer van de benodigde vergunningen wordt / worden ge- weigerd, ingetrokken of vernietigd, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; j. als het Onderpand onbewoonbaar wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaatdreigt te worden verklaard; 3. ingeval k. als een besluit tot ruilverkaveling, herinrichting of aanpassings- inrichting wordt genomen ten aanzien van executoriale beslaglegging op of overdracht van het gebied waarin het Onderpand is gelegen; l. als door de rechter een belangrijk deel machtiging tot verandering van de activa in- richting of de gedaante van het Onderpand wordt gegeven; m. als MUNT een aanzegging van voorgenomen verkoop van het Onderpand door een andere hypotheekhouder heeft ontvan- gen, als (een gedeelte van) het Onderpand wordt overgedragen in de zin van artikel 84 of artikel 98, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, als (een gedeelte) het Onderpand wordt bezwaard met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, als op enige andere wijze verande- ring komt of, naar het oordeel van XXXX, dreigt te komen in de rechtstoestand van (een gedeelte van) het Onderpand of als enig beperkt recht daarop ontstaat (al dan niet door vestiging) of te- nietgaat, een en ander al dan niet door tussenkomst van de Ondernemerrech- ter; 4. indien n. als het Onderpand bestaat uit een appartementsrecht: (i) bij wij- ziging of aanvulling van de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5akte van splitsing of van het regle- ment, opheffing van de splitsing, gedeeltelijke sloping van het ge- splitste gebouw of wanneer een voorstel tot een dergelijke wijzi- ging, aanvulling, opheffing of sloping wordt gedaan, zonder schriftelijke toestemming van XXXX, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter, (ii) bij niet nakoming of over- treding door de Schuldenaar of door de gebruiker van het appar- tementsrecht van enige op het recht van appartement betrek- king hebbende wetsbepaling en / of enige bepaling van het be- treffende reglement; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van o. als het Onderpand bestaat uit een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en erfpachtrecht: (i) bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten erfpachtvoorwaarden, daaronder begrepen het bedrag van de Ondernemer; 6. indien canon, zonder schriftelijke toestemming van XXXX, (ii) als de Ondernemer Schuldenaar handelt in strijd met de in de akte van uitgifte of in een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden akte van wijziging van erfpacht neergelegde verplichtin- gen of deze niet nakomt, (iii) als de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer erfpachtovereenkomst wordt ontbonden of nietig het erfpachtrecht wordt beëindigd of vervallen verklaard, dan wel als dit recht naar het oordeel van MUNT dreigt te vervallen of dreigt teniet te gaan, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter, (iv) als de erfpachter de eigendom van de grond verkrijgt en de Schuldenaar niet meewerkt aan een akte waarbij ten behoeve van MUNT een recht van hypotheek wordt verleend op die eigendom, binnen een door MUNT be- paalde termijn, (v) alsmede als het Onderpand bestaat uit een goed, belast met een erfpachtrecht bovendien: bij wijziging in de erfpachtvoorwaarden zonder daartoe van MUNT ontvangen voorafgaande schriftelijke toestemming; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(np. als blijkt van het bestaan van: (i) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap enig gebrek in de zin titels van ver- krijging van - of in het beschikkingsrecht over - het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd of een gedeelte daarvan, of bij nietigheid of vernietigbaarheid van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000recht van hypotheek, zulks ongeacht (ii) een verborgen gebrek aan het On- derpand, (iii) een huur-, pacht- of die gedragsregels voor andere overeenkomst of enig zakelijk recht met betrekking tot het Onderpand, waarmee XXXX ten tijde van het aangaan van de betreffende verkrijging geldenLening niet bekend was; alsmede bij (gedeeltelijke) ontbinding, nietigverklaring of vernie- tiging van de overeenkomst waarbij de Schuldenaar (een ge- deelte van) het Onderpand heeft verkregen; 7. voor q. als zich een omstandigheid voordoet die aanleiding geeft tot ge- gronde vrees dat het geval verschuldigde niet of niet geheel uit de Geldlening wordt aangegaan voor rekening exe- cutieopbrengst van het Onderpand en risico / of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is:Pandrecht is gevestigd kan worden verhaald; a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien r. als een andere vordering dan die tot betaling van de Schuld, het- zij van MUNT, hetzij van tot de Groepsmaatschappij behorende onderneming, vervroegd opeisbaar wordt om welke reden ook; s. als de Schuldenaar in verband met de Leningovereenkomst (daaronder begrepen: bij aanvraag daarvan) onjuiste informatie heeft verstrekt waarvan de Schuldenaar wist of behoorde te we- ten dat deze informatie (mogelijk) onjuist was; t. als de Schuldenaar bepaalde informatie die voor MUNT relevant is in verband met de Leningovereenkomst (daaronder begrepen: bij aanvraag daarvan) niet (volledig) aan MUNT heeft verstrekt, terwijl de Ondernemer Schuldenaar wist of behoorde te weten dat deze infor- matie relevant was voor MUNT; u. als belastingen, lasten of premies van verzekeringen betreffende het Onderpand niet, of niet tijdig, worden betaald; v. als de Schuldenaar zijn medewerking aan een (her)taxatie wei- gert – waarbij weigering tot medewerking van de gebruiker zal gelden als weigering van de Schuldenaar – of als de Schuldenaar in verzuim blijft na bedoelde (her)taxatie het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt.door MUNT nodig geachte bedrag af te lossen dan wel daarvoor extra zekerheid te stellen; b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, w. als op de Bouwdepotrekening of een door de Ondernemer rente- en Schuldenaar bij MUNT aangehouden rekening (derden-)beslag is gelegd; x. als de Schuldenaar het Uitstaande bedrag op de overeengeko- men datum of aflossingen betaald worden aan binnen de door MUNT gestelde termijn niet of niet volledig terugbetaalt; y. als het recht van hypotheek op het Onderpand dat verband houdt met de Lening wordt doorgehaald of anderszins teniet- gaat; en z. als de Schuldenaar op enigerlei andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenwijze in gebreke is.

Appears in 2 contracts

Samples: Algemene Voorwaarden Van De Hypotheek, Hypotheekovereenkomst

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk 1. Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de volgende gevallengeldverstrekker, terstond en zonder ingebrekestelling opeisbaar indien: 1. bij het einde a. de looptijd verstreken is (zonder dat er een verlenging van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon overeengekomen is: a. bij het overlijden van de Ondernemer); b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaatrentevastperiode is verstreken, zonder dat een nieuwe rentevastperiode is overeengekomen; c. indien het verschuldigde niet op de Ondernemer overeengekomen datum of binnen de door de geldverstrekker gestelde termijn wordt betaald; d. niet is voldaan aan enige bijzondere bepaling of voorwaarden opgenomen in de offerte, of enig te overleggen document genoemd in de offerte niet is overgelegd; e. lasten, belastingen, heffingen, exploitatiekosten, bijdragen of premies van in de akte of deze bepalingen bedoelde verzekeringen niet tijdig worden voldaan; f. een verzoek tot toepassing andere (door de geldverstrekker of een derde) aan de geldnemer (en/of aan diens echtgeno(o)t(e)) verstrekte lening wordt opgeëist; x. xx xxxxxxxxx of de borg failleert, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, zijn vermogen of een deel daarvan onder bewind wordt geplaatst of hem voorlopige of definitieve surséance van betaling of moratorium wordt verleend; x. xx xxxxxxxxx of de borg overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, afwezig is zonder ten genoegen van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend geldverstrekker orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien ; i. de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer borgrechtspersoon en / of geldnemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt verliest, wordt nietig verklaard of verliest; b. bij juridische fusie ontbonden, fuseert of juridische splitsing splitst, dan wel er wijziging komt in zijn statuten, zijn reglement, de samenstelling van zijn bestuur of de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door tenaamstelling van één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenzijn aandelen op naam; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van j. (bij een lening -mede- verstrekt aan een maatschap, een vennootschap onder firma of een commanditaire vennootschap of enige gemeenschap:) vennoten / deelgenoten toe- of uittreden of de maat-, vennoot-, of deelgenootschapbepalingen wijzigen. ; k. het verstrekte onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een (door de Stichting Waarborgfonds Eigen Woning afgegeven “NHG”) borgstelling- nietig, vernietigbaar of niet van de vereiste rang is:, of toegezegd onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een borgstelling- niet tijdig is gesteld, is gewijzigd, beëindigd of voortijdig is (of geacht kan worden te zijn) vervallen; a. l. blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot enig onderpand, waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker de waarde van enig onderpand nadelig kan worden beïnvloed of zijn rechten kunnen worden verkort; m. de juridische of economische gerechtigheid tot enig onderpand wijziging ondergaat, daaronder begrepen vervreemding, verdeling, toedeling, huurkoop, inbreng en het gaan behoren tot een huwelijks- of andere gemeenschap; n. betreffende enig onderpand enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat of de bestemming van de woning wordt gewijzigd, op enig onderpand of op enig ander goed van de geldnemer of de borg beslag wordt gelegd dan wel de executie van enig onderpand wordt bekend gemaakt of aangezegd; o. de woning (daaronder tevens verstaan een deel daarvan) leeg staat, niet wordt gebruikt of is gekraakt dan wel is beschadigd, wordt verontreinigd, tenietgaat of wordt gesloopt, alsmede indien naar het oordeel van de geldverstrekker de woningernstige gebreken vertoont; p. de huurprijs, het door de gewezen huurder verschuldigde of de vergoeding wegens vordering van enig onderpand wordt verlaagd dan wel de (gewezen) huurder door de daartoe bevoegde instantie wordt gemachtigd tot verandering van de inrichting of gedaante van enig onderpand; q. (bij hypotheek op erfpacht:) indien de maatschaperfpacht eindigt, vennootschap onder firma de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; ofvervallen verklaard of zulks naar het oordeel van de geldverstrekker dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, of de erfpachter de zaak belast met erfpacht verkrijgt zonder aan de geldverstrekker een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen; b. r. (bij toe- en uittreding een woning bestaande uit een appartementsrecht:) een besluit of bevel tot wijziging van de splitsing, het reglement tot opheffing van een maat splitsing of vennoottot ontbinding van de vereniging van eigenaars wordt genomen of gegeven, de appartementseigenaar, of de gebruiker van een privé-ruimte voorschriften of bepalingen niet nakomt of overtreedt, alsmede indien met betrekking tot het desbetreffende registergoed of gebouw zich een omstandigheid voordoet die in de algemene voorwaarden als opeisinggrond is omschreven; s. een terzake van de woning van overheidswege (voorlopig) toegezegde bijdrage, premie of subsidie vervalt; x. xx xxxxxxxxx of een huurder de bepalingen van de Wet Bodembescherming overtreedt, voorzover deze betrekking hebben op de woning dan wel een daartoe bevoegde instantie een aanschrijving doet uitgaan of een besluit neemt waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker onderhandse of openbare verkoop van de woning wordt bemoeilijkt, de waarde van de woning vermindert, de woningdirect of indirect uit de macht van de geldnemer raakt of kan geraken of de rechten van de geldverstrekker op enigerlei andere wijze worden verkort, daaronder begrepen aanschrijvingen of besluiten houdende onbewoonbaarverklaring, vordering, verbod van bouw, verbouw of herbouw, aanwijzing tot onteigening, plaatsing op een monumentenlijst, ontstaan van een wettelijk voorkeursrecht tot koop, opneming in een ruilverkaveling, een saneringsbevel of publiekrechtelijke bestemmingswijziging; u. (bij een lening als bedoeld in artikel 23 van de algemene voorwaarden ) de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf niet geschiedt volgens de aan de geldverstrekker kenbaar gemaakte plannen, verstrekte tekeningen, bestekken of technische omschrijvingen, of met de geldnemer overeengekomen bouw- en/of betalingsschema’s dan wel de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf om welke reden ook, naar het oordeel van de geldverstrekker geen of onvoldoende voortgang vinden; v. de geldnemer of de borg tekort schiet in de nakoming van enige verbintenis jegens de geldverstrekker; w. het de geldverstrekker blijkt dat ten tijde van het uitbrengen van de offerte dan wel ten tijde van het verstrekken van de lening (dan wel gedurende de looptijd van de geldlening) (door, namens of met betrekking tot de) geldnemer en/of de borg onvolledige of onjuiste opgave heeft (of is) gedaan van (de aanwezigheid of het ontbreken van) enig gegeven en/of enige omstandigheid; x. een door de geldnemer of borg aan geldverstrekker of Quion gegeven volmacht eindigt, vervalt, wordt ingetrokken, gewijzigd of herroepen; x. xxxxxxxxx niet (tijdig) voldoet aan de in artikel 11 van de algemene voorwaarden opgenomen informatieverplichting. a. indien een andere 2. In geval van opeising dient het verschuldigde terstond te worden voldaan door geldnemer aan geldverstrekker. Het bepaalde in artikel 17 van de Ondernemer in het kader algemene voorwaarden inzake de vervroegde aflossing is van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordtovereenkomstige toepassing. b. indien zonder toestemming 3. De geldverstrekker is gerechtigd om te besluiten in een concreet geval en medeweten uitsluitend voor dat concrete geval voor het verschuldigde (of een gedeelte daarvan) (herroepelijk) afstand te doen van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door het recht zich op deze bepaling te beroepen. Een dergelijke afstand van recht laat al zijn andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenrechten onverlet.

Appears in 2 contracts

Samples: Algemene Voorwaarden, Algemene Voorwaarden

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk 1. Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de volgende gevallengeldverstrekker, terstond en zonder ingebrekestelling opeisbaar indien: 1. bij het einde a. de looptijd verstreken is (zonder dat er een verlenging van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon overeengekomen is: a. bij het overlijden van de Ondernemer); b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaatrentevastperiode is verstreken, zonder dat een nieuwe rentevastperiode is overeengekomen; c. indien het verschuldigde niet op de Ondernemer overeengekomen datum of binnen de door de geldverstrekker gestelde termijn wordt betaald; d. niet is voldaan aan enige bijzondere bepaling of voorwaarden opgenomen in de offerte, of enig te overleggen document genoemd in de offerte niet is overgelegd; e. lasten, belastingen, heffingen, exploitatiekosten, bijdragen of premies van in de akte of deze bepalingen bedoelde verzekeringen niet tijdig worden voldaan; f. een verzoek tot toepassing andere (door de geldverstrekker of een derde) aan de geldnemer (en/of aan diens echtgeno(o)t(e)) verstrekte xxxxxx wordt opgeëist; x. xx xxxxxxxxx of de borg failleert, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, zijn vermogen of een deel daarvan onder bewind wordt geplaatst of hem voorlopige of definitieve surséance van betaling of moratorium wordt verleend; x. xx xxxxxxxxx of de borg overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, afwezig is zonder ten genoegen van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend geldverstrekker orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien ; i. de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer borgrechtspersoon en / of geldnemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt verliest, wordt nietig verklaard of verliest; b. bij juridische fusie ontbonden, fuseert of juridische splitsing splitst, dan wel er wijziging komt in zijn statuten, zijn reglement, de samenstelling van zijn bestuur of de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door tenaamstelling van één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenzijn aandelen op naam; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van j. (bij een lening -mede- verstrekt aan een maatschap, een vennootschap onder firma of een commanditaire vennootschap of enige gemeenschap:) vennoten / deelgenoten toe- of uittreden of de maat-, vennoot-, of deelgenootschapbepalingen wijzigen. ; k. het verstrekte onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een (door de Stichting Waarborgfonds Eigen Woning afgegeven “NHG”) borgstelling- nietig, vernietigbaar of niet van de vereiste rang is:, of toegezegd onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een borgstelling- niet tijdig is gesteld, is gewijzigd, beëindigd of voortijdig is (of geacht kan worden te zijn) vervallen; a. l. blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot enig onderpand, waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker de waarde van enig onderpand nadelig kan worden beïnvloed of zijn rechten kunnen worden verkort; m. de juridische of economische gerechtigheid tot enig onderpand wijziging ondergaat, daaronder begrepen vervreemding, verdeling, toedeling, huurkoop, inbreng en het gaan behoren tot een huwelijks- of andere gemeenschap; n. betreffende enig onderpand enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat of de bestemming van de woning wordt gewijzigd, op enig onderpand of op enig ander goed van de geldnemer of de borg beslag wordt gelegd dan wel de executie van enig onderpand wordt bekend gemaakt of aangezegd; o. de woning (daaronder tevens verstaan een deel daarvan) leeg staat, niet wordt gebruikt of is gekraakt dan wel is beschadigd, wordt verontreinigd, tenietgaat of wordt gesloopt, alsmede indien naar het oordeel van de geldverstrekker de woningernstige gebreken vertoont; p. de huurprijs, het door de gewezen huurder verschuldigde of de vergoeding wegens vordering van enig onderpand wordt verlaagd dan wel de (gewezen) huurder door de daartoe bevoegde instantie wordt gemachtigd tot verandering van de inrichting of gedaante van enig onderpand; q. (bij hypotheek op erfpacht:) indien de maatschaperfpacht eindigt, vennootschap onder firma de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; ofvervallen verklaard of zulks naar het oordeel van de geldverstrekker dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, of de erfpachter de zaak belast met erfpacht verkrijgt zonder aan de geldverstrekker een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen; b. r. (bij toe- en uittreding een woning bestaande uit een appartementsrecht:) een besluit of bevel tot wijziging van de splitsing, het reglement tot opheffing van een maat splitsing of vennoottot ontbinding van de vereniging van eigenaars wordt genomen of gegeven, de appartementseigenaar, of de gebruiker van een privé-ruimte voorschriften of bepalingen niet nakomt of overtreedt, alsmede indien met betrekking tot het desbetreffende registergoed of gebouw zich een omstandigheid voordoet die in de algemene voorwaarden als opeisinggrond is omschreven; s. een terzake van de woning van overheidswege (voorlopig) toegezegde bijdrage, premie of subsidie vervalt; x. xx xxxxxxxxx of een huurder de bepalingen van de Wet Bodembescherming overtreedt, voorzover deze betrekking hebben op de woning dan wel een daartoe bevoegde instantie een aanschrijving doet uitgaan of een besluit neemt waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker onderhandse of openbare verkoop van de woning wordt bemoeilijkt, de waarde van de woning vermindert, de woningdirect of indirect uit de macht van de geldnemer raakt of kan geraken of de rechten van de geldverstrekker op enigerlei andere wijze worden verkort, daaronder begrepen aanschrijvingen of besluiten houdende onbewoonbaarverklaring, vordering, verbod van bouw, verbouw of herbouw, aanwijzing tot onteigening, plaatsing op een monumentenlijst, ontstaan van een wettelijk voorkeursrecht tot koop, opneming in een ruilverkaveling, een saneringsbevel of publiekrechtelijke bestemmingswijziging; u. (bij een lening als bedoeld in artikel 23 van de algemene voorwaarden ) de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf niet geschiedt volgens de aan de geldverstrekker kenbaar gemaakte plannen, verstrekte tekeningen, bestekken of technische omschrijvingen, of met de geldnemer overeengekomen bouw- en/of betalingsschema’s dan wel de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf om welke reden ook, naar het oordeel van de geldverstrekker geen of onvoldoende voortgang vinden; v. de geldnemer of de borg tekort schiet in de nakoming van enige verbintenis jegens de geldverstrekker; w. het de geldverstrekker blijkt dat ten tijde van het uitbrengen van de offerte dan wel ten tijde van het verstrekken van de lening (dan wel gedurende de looptijd van de geldlening) (door, namens of met betrekking tot de) geldnemer en/of de borg onvolledige of onjuiste opgave heeft (of is) gedaan van (de aanwezigheid of het ontbreken van) enig gegeven en/of enige omstandigheid; x. een door de geldnemer of borg aan geldverstrekker of Quion gegeven volmacht eindigt, vervalt, wordt ingetrokken, gewijzigd of herroepen; y. geldnemer niet (tijdig) voldoet aan de in artikel 11 van de algemene voorwaarden opgenomen informatieverplichting. a. indien een andere 2. In geval van opeising dient het verschuldigde terstond te worden voldaan door geldnemer aan geldverstrekker. Het bepaalde in artikel 17 van de Ondernemer in het kader algemene voorwaarden inzake de vervroegde aflossing is van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordtovereenkomstige toepassing. b. indien zonder toestemming 3. De geldverstrekker is gerechtigd om te besluiten in een concreet geval en medeweten uitsluitend voor dat concrete geval voor het verschuldigde (of een gedeelte daarvan) (herroepelijk) afstand te doen van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door het recht zich op deze bepaling te beroepen. Een dergelijke afstand van recht laat al zijn andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenrechten onverlet.

Appears in 2 contracts

Samples: Algemene Voorwaarden, Algemene Voorwaarden

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 20002015, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delen.

Appears in 2 contracts

Samples: Loan Agreement, Loan Agreement

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is Naast de opeisingsgronden zoals opgenomen in de overige hoofdstukken dan wel in de bijlage van deze Voorwaarden kan het geheel nog niet afgeloste gedeelte van de hoofdsom van de lening, tezamen met rente en met al het overige door de schuldenaar uit hoofde van de offerte verschuldigde, onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk zijn geheel tussentijds door het Restauratiefonds worden opgeëist, zonder dat enige sommatie of ingebrekestelling is vereist: a. als de schuldenaar enigerlei verplichting uit hoofde van enige andere geldlenings- of financie- ringsovereenkomst, dan wel uit hoofde van enige garantie tegenover derden niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomt; b. in één van de volgende gevallen: 1. situaties: • als de schuldenaar besluit tot beëindiging van zijn beroep of bedrijf; • bij gehele of gedeeltelijke staking, verkoop, verhuur of vervreemding van zijn onderneming of praktijk; • als de schuldenaar geschorst wordt in de uitoefening van zijn beroep, ambt of functie of daaruit wordt ontzet of ontslagen; • als een voor de uitoefening van het einde beroep of bedrijf van de looptijd schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, (onherroepelijke) vergunning of inschrijving vervalt of aan de schuldenaar wordt ontzegd of ontnomen; • als de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van het Restauratiefonds ingrijpend wordt gewijzigd; • als de schuldenaar besluit tot verplaatsing van de Geldleninguitoefening van zijn beroep of bedrijf naar een ander land; • als de schuldenaar handelt in strijd met enig op de uitoefening van zijn beroep of bedrijf betrekking hebbend wettelijk voorschrift; • als de schuldenaar ophoudt zijn huidige statutaire doel na te streven of zijn rechts- persoonlijkheid verliest; • als de zakelijke relatie met de schuldenaar uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor het Restauratiefonds wordt ervaren of als naar haar oordeel reputatieschade voor het Restauratiefonds is ontstaan, ontstaat of kan ontstaan; • als de verstrekte zekerheid nietig of vernietigbaar is of niet de vereiste rang heeft; • als een met betrekking tot de schuldenaar neergelegde verklaring als bedoeld in artikel 2:403 lid 1 onder f van het Burgerlijk Wetboek wordt ingetrokken; • als een retentierecht als bedoeld in artikel 3:290 en volgende van het Burgerlijk Wetboek wordt uitgeoefend ten aanzien van het onderpand, dan wel enige handeling wordt verricht die met betrekking tot het onderpand kan leiden tot het uitoefenen van een retentierecht ten aanzien van het onderpand; • als toegezegde zekerheden niet tijdig zijn gesteld of voortijdig vervallen; • als de verminderde kredietwaardigheid van de schuldenaar daar naar het oordeel van het Restauratiefonds aanleiding toe geeft. Dit kan onder andere blijken uit de door ons gevraagde en door u aangeleverde informatie ten behoeve van het periodiek herbeoordelen van uw lening om het risico vast te stellen; • als de schuldenaar niet de gevraagde informatie aanlevert, die het Restauratiefonds noodzakelijk acht voor het periodiek herbeoordelen van de lening om het risico vast te stellen; • als blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels (daaronder begrepen die van een rechtsvoorganger) of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot het onderpand, waardoor naar het oordeel van het Restauratiefonds de waarde van het onderpand of van haar rechten nadelig kunnen worden beïnvloed; • als betreffende het onderpand een bedrijfs- of gebruiksvergunning ter zake van het onderpand wordt gewijzigd, ingetrokken of vervalt; • als executie van het onderpand bekend wordt gemaakt of aangezegd of op het onderpand beslag wordt gelegd; • als het onderpand wordt beschadigd, tenietgaat of wordt gesloopt dan wel naar het oordeel van het Restauratiefonds ernstige gebreken vertoont of in waarde is verminderd, alsmede als zich enige omstandigheid voordoet die naar het oordeel van het Restauratiefonds aanleiding geeft tot gegronde vrees, dat het verschuldigde niet of niet geheel op de opbrengst van het onderpand kan worden verhaald; • bij hypotheek op erfpacht, als de erfpacht eindigt, de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, afstand van de erfpacht wordt gedaan, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of vervallen verklaard of zulks naar het oordeel van het Restauratiefonds dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, alsmede als de erfpachter de met erfpacht belaste zaak alsdan in volle eigendom verkrijgt zonder aan het Restauratiefonds een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen. • als tegen de debiteur(en) een terugvorderingsbevel is gegeven in het kader van staatssteun, omdat de ontvangen steun onrechtmatig en onverenigbaar is verklaard met de interne markt. • als na het verstrekken van de lening niet op de afgesproken datum, zoals is vastgelegd in de offerte, de (onherroepelijke) omgevingsvergunning door ons is ontvangen of de schriftelijke verklaring van de gemeente dat geen omgevingsvergunning noodzakelijk is. • als de aandelen in het kapitaal van enige schuldenaar aan een derde worden overgedragen dan wel het voornemen daartoe ontstaat of als er een wijziging wordt doorgevoerd (of daartoe een kennelijk voornemen bestaat) in: • het geplaatste aandelenkapitaal van de schuldenaar; • de zeggenschap over de schuldenaar (zoals wijziging van de UBO, in het bestuur, de feitelijke directie of het management van de schuldenaar); • het vennootschapscontract (indien van toepassing). c. bij ontbinding van het maatschaps- of vennootschapscontract, toe- of uittreding van één of meer maten of vennoten, ontbinding, liquidatie dan wel besluit of kennelijk voornemen tot ontbinding of liquidatie; 2. indien d. als de Ondernemer schuldenaar of één van zijn vennoten surseance van betaling xxxxxxxx aanvraagt, aangifte een verzoek tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derdedoet, in staat van faillissement wordt verklaard of verklaard, een akkoord buiten faillissement aangaataanbiedt, boedelafstand doet of een schuldsaneringsregeling aanvraagt; 3. ingeval e. in één van executoriale beslaglegging op de volgende situaties: • de juridische structuur van de schuldenaar wordt gewijzigd ; • de schuldenaar gaat een fusie of overdracht belangengemeenschap aan met één of meer derden; • er doet zich – al dan niet als gevolg van een belangrijk deel aandelenoverdracht – een, naar het oordeel van het Restauratiefonds, ingrijpende wijziging voor in de zeggenschap over de activiteiten van de activa onderneming, en/of de praktijk van de Ondernemerschuldenaar; • er komt een, naar het oordeel van het Restauratiefonds, ingrijpende wijziging in de statuten of reglementen van de schuldenaar; 4. indien f. als de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5schuldenaar zijn aandeelhouders ontheft van een verplichting tot storting op niet-volgestorte aandelen, overgaat tot inkoop van eigen aandelen, terugbetaling op aandelen of tot een uitkering ten laste van zijn reserves, dan wel een besluit daartoe neemt of het kennelijke voornemen daartoe heeft, één en ander zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Restauratiefonds; 5. bij besluit g. in één van de volgende situaties: • als één onder artikel 4 letter b tot algehele staking of staking en met f van dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van een essentieel onderdeel borg, garant, hoofdelijk medeschuldenaar of degene die voor de lening in enige andere vorm zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven; • als een voor het Restauratiefonds ten behoeve van de schuldenaar gestelde borgtocht of garantie door de borg of garant wordt opgezegd of ingetrokken; • als een derde die voor de lening zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven of toegezegd in gebreke blijft met de nakoming van enige verplichting uit hoofde van de (toegezegde) zekerheidstelling; h. als één onder artikel 4 letter b tot en met f van dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van: • één of meer van de ondernemingen of vennootschappen die in de geconsolideerde balans van de schuldenaar zijn opgenomen; of • één of meer ondernemingen of(personen)vennootschappen die een controlerend belang in de schuldenaar hebben; i. als zodanige onderneming(en) of vennootschap(pen) in gebreke blijft (blijven) met de nakoming van enige verplichting tegenover het Restauratiefonds verband houdende met door het Restau- ratiefonds verstrekte kredieten, waaronder het niet nakomen van de hieronder genoemde overeengekomen verplichtingen, als deze clausules in de offerte van toepassing zijn verklaard of als is aangegeven dat deze clausules in alle gevallen van toepassing zijn. • Debt Service Coverage Ratio (betalingscapaciteit in verhouding tot de financiële verplichtingen) - De Debt Service Coverage Ratio (DSCR) meet in hoeverre de onderneming in staat is om de rente- en aflossingsverplichtingen op het vreemd vermogen te voldoen uit de vrije geldstroom van de onderneming. - Als in de offerte deze ratio van toepassing wordt verklaard, wordt in de offerte aangegeven hoe deze ratio wordt berekend en aan welk percentage de schuldenaar moet voldoen. • Vrije kasstroom - De vrije kasstroom laat zien welk bedrag een onderneming ‘over’ heeft nadat de noodzakelijke investeringen voor de continuïteit van de onderneming gedaan zijn. - In de offerte kan deze ratio van toepassing worden verklaard. In de offerte staat vermeld aan welk percentage de schuldenaar moet voldoen. - Voor de berekening van de Ondernemer vrije kasstroom wordt de volgende formule gehanteerd: Het (geconsolideerde) bedrijfsresultaat voor rente, afschrijvingen, belastingen en bijzondere baten/lasten exclusief dividendbelasting; • min belastingen; • plus of verplaatsen daarvan naar min kaseffecten van bijzondere baten en lasten; • plus of min kaseffecten van (minderheids)deelnemingen en/of het buitenland, en bij wijziging resultaat van deelnemingen; • plus of min kaseffecten van voorzieningen; • plus of min mutaties van kortlopende activa exclusief liquide middelen; • plus of min mutaties van kortlopende passiva exclusief kortlopende rentedragende verplichtingen; • min de investeringen; • plus de opbrengst van desinvesteringen van de bedrijfsactiviteiten groep (de schuldenaar en voor zover relevant, haar dochtermaatschappijen); • min de (geconsolideerde) rentelasten; • plus de rentebaten; • min de aflossingsverplichtingen. • No further indebtedness clausule (geen aanvullende externe financiering zonder toestemming) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: de schuldenaar vraagt aan het Restauratiefonds voorafgaande schriftelijke goedkeuring voor het aangaan van nieuwe financieringen of van andere financiële verplichting met derden (niet zijnde het Restauratiefonds), welke goedkeuring het Restauratiefonds niet op onredelijke gronden zal onthouden. • Negative and positive pledge clausule (positieve en negatieve hypotheekverklaring) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. In onderstaande alinea’s staat wat hieronder wordt verstaan. - De schuldenaar verbindt zich jegens het Restauratiefonds om, zolang uit hoofde van de Ondernemer; 6. indien overeenkomst nog een vordering van het Restauratiefonds op enige schuldenaar bestaat of te eniger tijd nog kan ontstaan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Restauratiefonds: • noch huidige en in de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend toekomst te verwerven registergoederen met hypotheek of enig andere goederenrechtelijk recht te bezwaren, noch deze te verkopen, te ruilen of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap te vervreemden (sale- and leaseback- en andere off-balance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen); • noch huidige en in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000toekomst te verwerven andere goederen op enige wijze in zekerheid te geven (een financiële zekerheidsovereenkomst tot overdracht hieronder begrepen) of met enig ander goederenrechtelijk recht te bezwaren, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in noch deze buiten het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming de normale bedrijfsuitoefening te verhuren, verkopen te ruilen of op andere wijze te vervreemden (sale- and leaseback- en medeweten andere off-balance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen), waarbij dit verbod niet geldt voor vorderingen op derden tot betaling van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- een geldsom; • en zich niet aansprakelijk te stellen of aflossingen betaald worden aan op enig andere wijze in te staan voor schulden welke door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningenzijn of mochten worden aangegaan. Het Restauratiefonds onthoudt zijn goedkeuring niet op onredelijke gronden. - Iedere schuldenaar is verplicht om, als het Restauratiefonds vorderingen op een schuldenaar verkrijgt of mocht verkrijgen uit hoofde van additionele en/of nieuwe financieringsfaciliteiten, hoe ook genaamd, of uit welke hoofde dan ook, desgevraagd onverwijld (aanvullende) zekerheden – genoegzaam naar het oordeel van Het Restauratiefonds – te stellen voor de nakoming van de huidige en toekomstige verplichtingen jegens het Restauratiefonds uit hoofde van dergelijke financieringsfaciliteiten. Als Bijlage 2 dit aan de orde is, vraagt het Restauratiefonds de schuldenaar hier schriftelijk om. - Iedere schuldenaar staat er voorts jegens het Restauratiefonds voor in dat ook de overige tot de groep (de schuldenaar en voor zover relevant, haar dochtermaatschappijen) behorende binnen- en buitenlandse vennootschappen zich onthouden van de hiervoor beschreven handelingen en verplichtingen. • Pari passu clausule (gelijkwaardigheid niet hypothecaire of achtergestelde vorderingen) - In de offerte kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: iedere schuldenaar bevestigt en staat er jegens het Restauratiefonds gedurende de looptijd van de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst voor in dat al zijn betalingsverplichtingen onder de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst ten minste gelijk in rang zijn met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend niet door zekerheden gedekte of achtergestelde vorderingen van al zijn andere schuldeisers, met uitzondering van vorderingen die preferent zijn krachtens de wet. • Material Adverse Change clausule (materiële wijziging) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: het Restauratiefonds is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld gerechtigd om, met schriftelijke mededelingen daarvan aan de Stichting Zekerheden en schuldenaar de Investeerder mee financiering met onmiddellijke ingang te delenbeëindigen als zich naar het redelijk oordeel van het Restauratiefonds enige gebeurtenis, verandering of omstandigheid in de financiële positie of de bedrijfsvoering voordoet, die de nakoming van enige verplichting onder de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst door enige schuldenaar in aanzienlijke mate schaadt, vertraagt of in gevaar brengt, of er is voorzienbaar dat zulks zich zal voordoen. • Cross Default clausule (in gebreke bij de ene financier is ook in gebreke bij de andere financier) - Deze clausule wordt in alle gevallen van toepassing verklaard. - Hieronder wordt verstaan: het Restauratiefonds is gerechtigd om, met schriftelijke mededelingen daarvan aan de schuldenaar, de financiering met onmiddellijke ingang op te eisen als enige schuldenaar of een directe aandeelhouder daarvan nalatig is in de (tijdige en/of behoorlijke) nakoming van of handelt in strijd met enige andere verplichting voorvloeiende uit de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst of met de navolging van enige verplichting voortvloeiende uit een andere met het Restauratiefonds of andere financiers gesloten overeenkomst tot het opnemen van gelden, hoe ook genoemd en/of een derde die zekerheden voor de faciliteit heeft gesteld nalatig is met de nakoming van enige verplichting voortvloeiende uit die overeenkomst waarbij zekerheid is verleend.

Appears in 2 contracts

Samples: Financiering Nationaal Restauratiefonds, Financiering Nationaal Restauratiefonds

Opeisbaarheid. 9.1 De Al hetgeen MUNT van de Schuldenaar uit hoofde van de Schuld te vorderen heeft is in het geheel onmiddellijk en terstond onmiddellijk, zonder dat een ingebrekestelling is vereist, opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde a. als één of meer aflossings- en / of rentetermijnen niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan; b. als één of meer door de Schuldenaar verschuldigde premies, en / of stortingen van, respectievelijk ter zake van en op, levensverzekering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarrekening(en) waarvan de uitkeringen strekken tot zekerheid van de looptijd betaling de Schuld, niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan, of bij wijziging of beëindiging van deze levensverzekering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarrekening(en), anders dan door uitkering van de Geldleningverzekerde som of de geldelijke tegenwaarde of de inleg dan wel als de noodregeling of het faillissement van de betreffende verzekeringsmaatschappij of bank wordt uitgesproken; 2. indien c. bij niet-nakoming door de Ondernemer surseance Schuldenaar van betaling aanvraagtenige verplichting uit hoofde van de Leningovereenkomst, aangifte tot faillietverklaring doet dan wel bij overtreding van enig verbod daaruit; d. als (een van) de Xxxxxxxxx(a)r(en) komt te overlijden of zijn faillissement ten aanzien van (een van) de Schuldena(a)r(en) een verklaring van vermoedelijk overlijden wordt aangevraagd door een derdeafgegeven, in staat van faillissement wordt verklaard verklaard, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, een schuldsaneringsregeling aanvraagt, emigreert of als (een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van van) de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar Schuldena(a)r(en) om welke reden dan ook het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. e. als beslag wordt gelegd op het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd of een deel daarvan, alsmede als de huur of de vergoeding wegens een vordering wordt verlaagd; f. als het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd in enige onverdeeldheid geraken, of bij juridische fusie of juridische splitsing wijziging van de Ondernemeronderlinge vermogensrechtelijke verhouding tussen echtgenoten of geregistreerde partners door het laten opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden, afstand van enige goederengemeenschap, dan wel registratievoorwaarden en / of verandering van de burgerlijke staat van de Schuldenaar; c. indien g. als het Onderpand of de Ondernemer roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd geheel of gedeeltelijk ter onteigening worden aangewezen, worden gevorderd, verbeurd worden verklaard, zonder toestemming van XXXX voor een ander doel worden aangewend dan het doel ten tijde van het verstrekken van de Lening, of als het Onderpand of een gedeelte daarvan leegstaat in die zin dat daaraan ingevolge enig publiekrechtelijk voorschrift gevolgen zijn verbonden; h. als het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van MUNT een Pandrecht is gevestigd door brand of door een andere oorzaak worden beschadigd of tenietgaan; i. als het Onderpand niet voor bewoning geschikt is en / of als de marktwaarde volgens een (her)taxatie conform artikel 15 lager is dan waarvan MUNT bij het doen van het Hypotheekaanbod vanuit is gegaan en daardoor op grond van de actuele criteria onvoldoende zekerheid biedt, als de bouw of verbouwing met het oog waarop de Lening is verstrekt, niet of niet volgens het oorspronkelijke plan en binnen de gestelde termijn wordt ontbonden uitgevoerd of nietig wanneer de voor de bouw bestemde gelden voor andere doeleinden worden aangewend, dan wel als één of meer van de benodigde vergunningen wordt / worden geweigerd of ingetrokken; j. als het Onderpand onbewoonbaar wordt verklaard of dreigt te worden verklaard; d. k. als een besluit tot ruilverkaveling, herinrichting of aanpassingsinrichting wordt genomen ten aanzien van het gebied waarin het Onderpand is gelegen; l. als door de directe rechter een machtiging tot verandering van de inrichting of indirecte zeggenschap over de gedaante van het Onderpand wordt gegeven;‌‌ m. als MUNT een Ondernemer/rechtspersoon aanzegging van voorgenomen verkoop van het Onderpand door één een andere hypotheekhouder heeft ontvangen dan wel als het Onderpand of meer anderen een gedeelte daarvan wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap overgedragen in de zin van artikel 84, in verband met artikel 98, van Boek 3 van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000Burgerlijk Wetboek of wordt bezwaard met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek of als op enige andere wijze verandering komt of, zulks ongeacht naar het oordeel van MUNT, dreigt te komen in de rechtstoestand van het Onderpand of die gedragsregels voor enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat, een en ander al dan niet door tussenkomst van de betreffende verkrijging geldenrechter; 7. voor n. als het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van Onderpand bestaat uit een maatschap, vennootschap onder firma appartementsrecht; (i) bij wijziging of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden aanvulling van de Schuld akte van splitsing of van het reglement, opheffing van de splitsing, gedeeltelijke sloping van het gesplitste gebouw of wanneer een voorstel tot gevolg hebben onverwijld aan een dergelijke wijziging, aanvulling, opheffing of sloping wordt gedaan, zonder schriftelijke toestemming van XXXX, een en ander al dan niet door tussenkomst van de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delen.rechter,

Appears in 2 contracts

Samples: Algemene Voorwaarden Van De Munt Hypotheek, Algemene Voorwaarden Van De Munt Hypotheek

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 20002015, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 1 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delen.

Appears in 2 contracts

Samples: Loan Agreement, Loan Agreement

Opeisbaarheid. 9.1 1) In de volgende gevallen is alles wat De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk Nederlandse op grond van de volgende gevallenLening van de Schuldenaar zou kunnen vorderen, onmiddellijk, zonder dat een ingebrekestelling is vereist, opeisbaar: 1. a) indien één of meer aflossings- en/of rentetermijnen niet binnen de daarvoor gestelde termijn(en) zijn betaald; b) bij het einde niet-nakoming door de Schuldenaar van enige verplichting uit hoofde van de looptijd Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte en/of de Algemene Voorwaarden, dan wel bij overtreding van enig verbod daaruit; c) indien de Schuldenaar komt te overlijden of ten aanzien van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance Schuldenaar een verklaring van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement vermoedelijk overlijden wordt aangevraagd door een derdeafgegeven, in staat van faillissement wordt verklaard of zijn faillissement of surséance van betaling aanvraagt, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op schuldsaneringsregeling aanvraagt, emigreert of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar Schuldenaar om welke reden dan ook het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien ; d) indien de Ondernemer Schuldenaar rechtspersoon is, bovendien: (i) in geval van liquidatie, ontbinding, nietigverklaring, verandering van de rechtsvorm, of indien de Schuldenaar een (juridische) fusie aangaat of door splitsing ophoudt te bestaan, of als de Schuldenaar zijn vermogen of een substantieel gedeelte daarvan verliest, of als de Schuldenaar van een voornemen tot het voorgaande kennis heeft gegeven; (ii) in geval van kapitaalsvermindering of als de samenstelling van zijn aandeelhouders of de aandeelhouders in een rechtspersoon isdie direct of indirect de aandeelhouder van de Schuldenaar is (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt, of als het stemrecht op één of meer van de betreffende aandelen (al dan niet voorwaardelijk) overgaat op een ander dan De Nederlandse, of als de Schuldenaar van een voornemen tot het voorgaande kennis heeft gegeven; (iii) bij verlies van rechtspersoonlijkheid, het opgeven van het doel of statutenwijziging; (iv) als een ander krediet aan een rechtspersoon die behoort tot de groep waarvan de Schuldenaar deel uitmaakt, wordt opgeëist; (v) als de Schuldenaar de statutaire zetel buiten Nederland verplaatst of als van een voornemen daartoe blijkt; e) indien de Schuldenaar (mede) handelt voor een personenvennootschap of een ander contractueel samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid, bovendien: a. (i) bij toe- of uittreding (daaronder begrepen bij wijze van opvolging) van een vennoot, maat of partner; (ii) bij ontbinding, nietigverklaring, beëindiging of opzegging van de personenvennootschap of het samenwerkingsverband; (iii) bij wijziging van de overeenkomst van vennootschap of samenwerking, waaronder begrepen het omzetten in een andere rechtsvorm, of als de Schuldenaar van een voornemen daartoe kennis heeft gegeven; f) indien het Onderpand voor een periode langer dan drie (3) maanden niet is verhuurd; g) indien een voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de Schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving eindigt of wordt beperkt, ingetrokken of ontnomen; h) indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt aard van het door de Schuldenaar uitgeoefende beroep of verliestbedrijf naar het oordeel van De Nederlandse ingrijpend wordt gewijzigd; b. i) indien beslag wordt gelegd op het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd of een deel daarvan; j) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, in enige onverdeeldheid raakt, of bij juridische fusie of juridische splitsing wijziging van de Ondernemeronderlinge vermogensrechtelijke verhouding tussen echtgenoten of geregistreerde partners door het laten opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden, afstand van enige goederengemeenschap, of registratievoorwaarden en/of verandering van de burgerlijke staat van de Schuldenaar; c. k) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, geheel of gedeeltelijk ter onteigening wordt/worden aangewezen, wordt gevorderd, verbeurd wordt/worden verklaard, zonder toestemming van De Nederlandse voor een ander doel wordt/worden aangewend dan dat ten tijde van het verstrekken van de Lening, of in geval het Onderpand of een gedeelte daarvan leegstaat in die zin dat daaraan op grond van enig publiekrechtelijk voorschrift gevolgen zijn; l) indien het Onderpand geheel of gedeeltelijk op een monumentenlijst wordt geplaatst of daartoe wordt voorgedragen; m) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, wordt/worden beschadigd of tenietgaat; n) indien de Ondernemer bouw of verbouwing met het oog waarop de Lening mede is verstrekt, niet of niet volgens het oorspronkelijke plan en binnen de gestelde termijn wordt uitgevoerd, of wanneer de voor de bouw bestemde gelden voor andere doeleinden worden aangewend, of als één of meer van de benodigde vergunningen wordt/worden geweigerd of ingetrokken; o) indien het Onderpand onbewoonbaar wordt verklaard of dreigt te worden verklaard; p) indien een besluit tot ruilverkaveling, herinrichting of aanpassingsinrichting wordt genomen ten aanzien van het gebied waarin het Onderpand is gelegen; q) indien door de rechter een machtiging tot verandering van de inrichting of de gedaante van het Onderpand wordt gegeven; r) indien De Nederlandse een aanzegging van voorgenomen executoriale verkoop van het Onderpand door een derde heeft ontvangen, dan wel indien het Onderpand of een gedeelte daarvan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse, in huurkoop wordt gegeven of wordt bezwaard met een beperkt recht, zoals een recht van hypotheek of een erfdienstbaarheid, of met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, of indien op enige andere wijze verandering komt of, naar het oordeel van De Nederlandse, dreigt te komen in de rechtstoestand van het Onderpand of enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; s) ingeval het Onderpand bestaat uit een appartementsrecht: (i) bij wijziging of aanvulling van de Hypotheekakte van splitsing of van het reglement, opheffing van de splitsing, gedeeltelijke sloping van het gesplitste gebouw, of wanneer een voorstel tot een dergelijke wijziging, aanvulling, opheffing of sloping wordt gedaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; (ii) bij niet-nakoming of overtreding door de Schuldenaar of door de gebruiker van het appartementsrecht van enige op het recht van appartement betrekking hebbende wetsbepaling en/of enige bepaling van het betreffende reglement; t) ingeval het Onderpand bestaat uit een erfpachtrecht: (i) bij wijziging van de erfpachtvoorwaarden, daaronder begrepen het bedrag van de canon, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse; (ii) indien de Schuldenaar handelt in strijd met de in de Hypotheekakte van uitgifte of in een akte van wijziging van erfpacht neergelegde verplichtingen of deze niet nakomt; (iii) indien de erfpachtovereenkomst wordt ontbonden of nietig het erfpachtrecht wordt beëindigd of vervallen verklaard, dan wel indien dit recht naar het oordeel van De Nederlandse dreigt te vervallen of dreigt teniet te gaan, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; d. (iv) indien de directe erfpachter de eigendom van de grond verkrijgt en de Schuldenaar niet meewerkt aan een akte waarbij ten behoeve van De Nederlandse een recht van hypotheek wordt verleend op die eigendom, binnen een door De Nederlandse bepaalde termijn; (v) alsmede ingeval het Onderpand bestaat uit een goed, belast met een erfpachtrecht, bovendien bij wijziging in de erfpachtvoorwaarden zonder daartoe van De Nederlandse van tevoren ontvangen schriftelijke toestemming; u) indien blijkt van het bestaan van: (i) enig gebrek in de titels van verkrijging van – of indirecte zeggenschap in het beschikkingsrecht over – het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een Ondernemer/rechtspersoon door één pandrecht is gevestigd of meer anderen wordt verkregen dan degene(neen gedeelte daarvan, of bij nietigheid of vernietigbaarheid van het recht van hypotheek; (ii) een verborgen gebrek aan het Onderpand; (iii) een huur, pachtcontract of ander contract of enig zakelijk recht met betrekking tot het Onderpand, waarmee De Nederlandse ten tijde van het sluiten van de Leningsovereenkomst niet bekend was; alsmede bij wie die zeggenschap eerder berustteontbinding, nietigverklaring of vernietiging van de overeenkomst, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan de Schuldenaar het verkrijgen van zeggenschap in Onderpand of een gedeelte daarvan heeft verkregen; v) indien zich een omstandigheid voordoet die aanleiding geeft tot gegronde vrees dat het verschuldigde Uitstaande bedrag niet of niet geheel uit de zin executieopbrengst van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000Onderpand en/of de roerende zaken, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenrechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, kan wordenverhaald; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. w) indien een andere vordering dan die tot betaling van de Schuld, hetzij van De Nederlandse, hetzij van een aan De Nederlandse gelieerde onderneming, om welke reden ook vervroegd opeisbaar wordt; x) indien de Ondernemer Schuldenaar in verband met de Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte of deze Algemene Voorwaarden onjuiste informatie heeft verstrekt waarvan de Schuldenaar wist dat deze informatie onjuist was; y) indien de Schuldenaar bepaalde informatie die voor De Nederlandse (mogelijk)relevant is in verband met de Leningsovereenkomst en/of de Hypotheekakte en/of deze Algemene Voorwaarden niet aan De Nederlandse heeft verstrekt, terwijl de Schuldenaar wist dat deze informatie (mogelijk) relevant was voor De Nederlandse; z) indien belastingen, lasten of premies van verzekeringen betreffende het kader Onderpand niet, of niet tijdig, worden betaald; aa) indien de Schuldenaar medewerking aan een (her)taxatie weigert of indien de Schuldenaar verzuimt na bedoelde (her)taxatie het door De Nederlandse nodig geachte bedrag af te lossen dan wel daarvoor extra zekerheid te stellen; bb) indien op de Bouwdepotrekening of een door de Schuldenaar bij De Nederlandse aangehouden rekening (derden)beslag is gelegd; en cc) indien de Schuldenaar op enigerlei andere wijze in gebreke is met de nakoming van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordtverplichtingen, voortvloeiende uit de Leningsovereenkomst; dd) Indien in verband met de Leningsovereenkomst een borgtocht is afgegeven, bovendien: (i) in geval van gehele of gedeeltelijke nietigheid, vernietigbaarheid of ontbinding van de borgtocht of als de borgtocht door de borg bevoegdelijk wordt opgezegd; (ii) de borg (een deel van) zijn verplichtingen met betrekking tot de borgtocht betwist of de borg of de Schuldenaar een verplichting of voorschrift van de borgtocht niet tijdig en/of behoorlijk naleeft; ee) indien de Schuldenaar emigreert naar een land dat niet is goedgekeurd door De Nederlandse; ff) indien de opstalverzekering ten behoeve van het Onderpand is geweigerd dan wel is opgezegd door een verzekeraar; gg) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn bij enigerlei corruptie of omkoping van welk formaat dan ook; hh) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen op een nationale en/of internationale sanctielijst staan of blijken te staan of anderszins onderworpen zijn of blijken te zijn aan nationale en/of internationale sancties; ii) indien de Schuldenaar, diens bestuurders, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen woonachtig of gevestigd zijn of blijken te zijn in een land of gebied dat onderworpen is aan nationale en/of internationale sancties; xx) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen handelen of blijken te handelen namens of naar instructies van een persoon of entiteit woonachtig of gevestigd in een land of gebied dat onderworpen is aan nationale en/of internationale sancties; kk) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn in transacties en/of handelingen als gevolg waarvan zij onderworpen kunnen worden aan nationale en/of internationale sancties; ll) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen voorwerp zijn of blijken te zijn geweest van (onder meer) een onderzoek, procedure en/of een klacht met betrekking tot nationale en/of internationale sancties; en mm) indien de Schuldenaar, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn in transacties en/of handelingen als gevolg waarvan nationale en/of internationale sancties worden omzeild en/of overtreden. b. indien zonder toestemming nn) Indien Schuldenaar relevante wet- en medeweten regelgeving niet naleeft en/of betrokken is bij witwassen of financieren van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en terrorisme. oo) Geen van bovenstaande opeisingsgronden is van toepassing op of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden ten behoeve van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld Schuldenaar indien en voor zover dit zou resulteren in een inbreuk van enige Antiboycot Wetgeving door of ten aanzien van de Schuldenaar. 2) Als De Nederlandse de Lening heeft opgeëist, moet de Schuldenaar direct aan de Stichting Zekerheden De Nederlandse betalen (tenzij anders overeengekomen): (i) het Uitstaande bedrag; (ii) alle nog verschuldigde rente en de Investeerder mee te delenkosten; en (iii) een eventuele vergoeding vanwege vervroegde aflossing overeenkomstig artikel 22 onder (4), (5) en (6) van deze Algemene Voorwaarden.

Appears in 2 contracts

Samples: Verhuurhypotheek, Verhuurhypotheek

Opeisbaarheid. 9.1 1) In de volgende gevallen is alles wat De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk Nederlandse op grond van de volgende gevallenLening van de Schuldenaar zou kunnen vorderen, onmiddellijk, zonder dat een ingebrekestelling is vereist, opeisbaar: 1. a) indien één of meer aflossings- en/of rentetermijnen niet binnen de daarvoor gestelde termijn(en) zijn betaald; b) bij het einde niet-nakoming door de Schuldenaar van enige verplichting uit hoofde van de looptijd Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte en/of de Algemene Voorwaarden, dan wel bij overtreding van enig verbod daaruit; c) indien de Schuldenaar komt te overlijden of ten aanzien van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance Schuldenaar een verklaring van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement vermoedelijk overlijden wordt aangevraagd door een derdeafgegeven, in staat van faillissement wordt verklaard of zijn faillissement of surséance van betaling aanvraagt, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op schuldsaneringsregeling aanvraagt, emigreert of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar Schuldenaar om welke reden dan ook het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien ; d) indien de Ondernemer Schuldenaar rechtspersoon is, bovendien: (i) in geval van liquidatie, ontbinding, nietigverklaring, verandering van de rechtsvorm, of indien de Schuldenaar een (juridische) fusie aangaat of door splitsing ophoudt te bestaan, of als de Schuldenaar zijn vermogen of een substantieel gedeelte daarvan verliest, of als de Schuldenaar van een voornemen tot het voorgaande kennis heeft gegeven; (ii) in geval van kapitaalsvermindering of als de samenstelling van zijn aandeelhouders of de aandeelhouders in een rechtspersoon isdie direct of indirect de aandeelhouder van de Schuldenaar is (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt, of als het stemrecht op één of meer van de betreffende aandelen (al dan niet voorwaardelijk) overgaat op een ander dan De Nederlandse, of als de Schuldenaar van een voornemen tot het voorgaande kennis heeft gegeven; (iii) bij verlies van rechtspersoonlijkheid, het opgeven van het doel of statutenwijziging; (iv) als een ander krediet aan een rechtspersoon die behoort tot de groep waarvan de Schuldenaar deel uitmaakt, wordt opgeëist; (v) als de Schuldenaar de statutaire zetel buiten Nederland verplaatst of als van een voornemen daartoe blijkt; e) indien de Schuldenaar (mede) handelt voor een personenvennootschap of een ander contractueel samenwerkingsverband zonder rechtspersoonlijkheid, bovendien: a. (i) bij toe- of uittreding (daaronder begrepen bij wijze van opvolging) van een vennoot, maat of partner; (ii) bij ontbinding, nietigverklaring, beëindiging of opzegging van de personenvennootschap of het samenwerkingsverband; (iii) bij wijziging van de overeenkomst van vennootschap of samenwerking, waaronder begrepen het omzetten in een andere rechtsvorm, of als de Schuldenaar van een voornemen daartoe kennis heeft gegeven; f) indien het Onderpand voor een periode langer dan drie (3) maanden niet is verhuurd; g) indien een voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de Schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving eindigt of wordt beperkt, ingetrokken of ontnomen; h) indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt aard van het door de Schuldenaar uitgeoefende beroep of verliestbedrijf naar het oordeel van De Nederlandse ingrijpend wordt gewijzigd; b. i) indien beslag wordt gelegd op het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd of een deel daarvan; j) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, in enige onverdeeldheid raakt, of bij juridische fusie of juridische splitsing wijziging van de Ondernemeronderlinge vermogensrechtelijke verhouding tussen echtgenoten of geregistreerde partners door het laten opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden, afstand van enige goederengemeenschap, of registratievoorwaarden en/of verandering van de burgerlijke staat van de Schuldenaar; c. k) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, geheel of gedeeltelijk ter onteigening wordt/worden aangewezen, wordt gevorderd, verbeurd wordt/worden verklaard, zonder toestemming van De Nederlandse voor een ander doel wordt/worden aangewend dan dat ten tijde van het verstrekken van de Lening, of in geval het Onderpand of een gedeelte daarvan leegstaat in die zin dat daaraan op grond van enig publiekrechtelijk voorschrift gevolgen zijn; l) indien het Onderpand geheel of gedeeltelijk op een monumentenlijst wordt geplaatst of daartoe wordt voorgedragen; m) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, wordt/worden beschadigd of tenietgaat; n) indien de Ondernemer bouw of verbouwing met het oog waarop de Lening mede is verstrekt, niet of niet volgens het oorspronkelijke plan en binnen de gestelde termijn wordt uitgevoerd, of wanneer de voor de bouw bestemde gelden voor andere doeleinden worden aangewend, of als één of meer van de benodigde vergunningen wordt/worden geweigerd of ingetrokken; o) indien het Onderpand onbewoonbaar wordt verklaard of dreigt te worden verklaard; p) indien een besluit tot ruilverkaveling, herinrichting of aanpassingsinrichting wordt genomen ten aanzien van het gebied waarin het Onderpand is gelegen; q) indien door de rechter een machtiging tot verandering van de inrichting of de gedaante van het Onderpand wordt gegeven; r) indien De Nederlandse een aanzegging van voorgenomen executoriale verkoop van het Onderpand door een derde heeft ontvangen, dan wel indien het Onderpand of een gedeelte daarvan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse, in huurkoop wordt gegeven of wordt bezwaard met een beperkt recht, zoals een recht van hypotheek of een erfdienstbaarheid, of met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek, of indien op enige andere wijze verandering komt of, naar het oordeel van De Nederlandse, dreigt te komen in de rechtstoestand van het Onderpand of enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; s) ingeval het Onderpand bestaat uit een appartementsrecht: (i) bij wijziging of aanvulling van de Hypotheekakte van splitsing of van het reglement, opheffing van de splitsing, gedeeltelijke sloping van het gesplitste gebouw, of wanneer een voorstel tot een dergelijke wijziging, aanvulling, opheffing of sloping wordt gedaan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; (ii) bij niet-nakoming of overtreding door de Schuldenaar of door de gebruiker van het appartementsrecht van enige op het recht van appartement betrekking hebbende wetsbepaling en/of enige bepaling van het betreffende reglement; t) ingeval het Onderpand bestaat uit een erfpachtrecht: (i) bij wijziging van de erfpachtvoorwaarden, daaronder begrepen het bedrag van de canon, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van De Nederlandse; (ii) indien de Schuldenaar handelt in strijd met de in de Hypotheekakte van uitgifte of in een akte van wijziging van erfpacht neergelegde verplichtingen of deze niet nakomt; (iii) indien de erfpachtovereenkomst wordt ontbonden of nietig het erfpachtrecht wordt beëindigd of vervallen verklaard, dan wel indien dit recht naar het oordeel van De Nederlandse dreigt te vervallen of dreigt teniet te gaan, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; d. (iv) indien de directe erfpachter de eigendom van de grond verkrijgt en de Schuldenaar niet meewerkt aan een akte waarbij ten behoeve van De Nederlandse een recht van hypotheek wordt verleend op die eigendom, binnen een door De Nederlandse bepaalde termijn; (v) alsmede ingeval het Onderpand bestaat uit een goed, belast met een erfpachtrecht, bovendien bij wijziging in de erfpachtvoorwaarden zonder daartoe van De Nederlandse van tevoren ontvangen schriftelijke toestemming; u) indien blijkt van het bestaan van: (i) enig gebrek in de titels van verkrijging van – of indirecte zeggenschap in het beschikkingsrecht over – het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een Ondernemer/rechtspersoon door één pandrecht is gevestigd of meer anderen wordt verkregen dan degene(neen gedeelte daarvan, of bij nietigheid of vernietigbaarheid van het recht van hypotheek; (ii) een verborgen gebrek aan het Onderpand; (iii) een huur, pachtcontract of ander contract of enig zakelijk recht met betrekking tot het Onderpand, waarmee De Nederlandse ten tijde van het sluiten van de Leningsovereenkomst niet bekend was; alsmede bij wie die zeggenschap eerder berustteontbinding, nietigverklaring of vernietiging van de overeenkomst, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan de Schuldenaar het verkrijgen van zeggenschap in Onderpand of een gedeelte daarvan heeft verkregen; v) indien zich een omstandigheid voordoet die aanleiding geeft tot gegronde vrees dat het verschuldigde Uitstaande bedrag niet of niet geheel uit de zin executieopbrengst van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000Onderpand en/of de roerende zaken, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenrechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van De Nederlandse een pandrecht is gevestigd, kan wordenverhaald; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. w) indien een andere vordering dan die tot betaling van de Schuld, hetzij van De Nederlandse, hetzij van een aan De Nederlandse gelieerde onderneming, om welke reden ook vervroegd opeisbaar wordt; x) indien de Ondernemer Schuldenaar in verband met de Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte of deze Algemene Voorwaarden onjuiste informatie heeft verstrekt waarvan de Schuldenaar wist dat deze informatie onjuist was; y) indien de Schuldenaar bepaalde informatie die voor De Nederlandse (mogelijk)relevant is in verband met de Leningsovereenkomst en/of de Hypotheekakte en/of deze Algemene Voorwaarden niet aan De Nederlandse heeft verstrekt, terwijl de Schuldenaar wist dat deze informatie (mogelijk) relevant was voor De Nederlandse; z) indien belastingen, lasten of premies van verzekeringen betreffende het kader Onderpand niet, of niet tijdig, worden betaald; aa) indien de Schuldenaar medewerking aan een (her)taxatie weigert of indien de Schuldenaar verzuimt na bedoelde (her)taxatie het door De Nederlandse nodig geachte bedrag af te lossen dan wel daarvoor extra zekerheid te stellen; bb) indien op de Bouwdepotrekening of een door de Schuldenaar bij De Nederlandse aangehouden rekening (derden)beslag is gelegd; en cc) indien de Schuldenaar op enigerlei andere wijze in gebreke is met de nakoming van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordtverplichtingen, voortvloeiende uit de Leningsovereenkomst; dd) Indien in verband met de Leningsovereenkomst een borgtocht is afgegeven, bovendien: (i) in geval van gehele of gedeeltelijke nietigheid, vernietigbaarheid of ontbinding van de borgtocht of als de borgtocht door de borg bevoegdelijk wordt opgezegd; (ii) de borg (een deel van) zijn verplichtingen met betrekking tot de borgtocht betwist of de borg of de Schuldenaar een verplichting of voorschrift van de borgtocht niet tijdig en/of behoorlijk naleeft; ee) indien de Schuldenaar emigreert naar een land dat niet is goedgekeurd door De Nederlandse; ff) indien de opstalverzekering ten behoeve van het Onderpand is geweigerd dan wel is opgezegd door een verzekeraar; gg) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn bij enigerlei corruptie of omkoping van welk formaat dan ook; hh) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen op een nationale en/of internationale sanctielijst staan of blijken te staan of anderszins onderworpen zijn of blijken te zijn aan nationale en/of internationale sancties; ii) indien de Schuldenaar, diens bestuurders, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen woonachtig of gevestigd zijn of blijken te zijn in een land of gebied dat onderworpen is aan nationale en/of internationale sancties; xx) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen handelen of blijken te handelen namens of naar instructies van een persoon of entiteit woonachtig of gevestigd in een land of gebied dat onderworpen is aan nationale en/of internationale sancties; kk) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn in transacties en/of handelingen als gevolg waarvan zij onderworpen kunnen worden aan nationale en/of internationale sancties; ll) indien de Schuldenaar, diens bestuurder, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen voorwerp zijn of blijken te zijn geweest van (onder meer) een onderzoek, procedure en/of een klacht met betrekking tot nationale en/of internationale sancties; en mm) indien de Schuldenaar, diens (controlerende) aandeelhouder en/of andere gelieerde (rechts)personen betrokken zijn of blijken te zijn in transacties en/of handelingen als gevolg waarvan nationale en/of internationale sancties worden omzeild en/of overtreden. b. indien zonder toestemming nn) Indien Schuldenaar relevante wet- en medeweten regelgeving niet naleeft en/of betrokken is bij witwassen of financieren van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en terrorisme. oo) Geen van bovenstaande opeisingsgronden is van toepassing op of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden ten behoeve van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld Schuldenaar indien en voor zover dit zou resulteren in een inbreuk van enige Antiboycot Wetgeving door of ten aanzien van de Schuldenaar. 2) Als De Nederlandse de Lening heeft opgeëist, moet de Schuldenaar direct aan de Stichting Zekerheden De Nederlandse betalen (tenzij anders overeengekomen): (i) het Uitstaande bedrag; (ii) alle nog verschuldigde rente en de Investeerder mee te delenkosten; en (iii) een eventuele vergoeding vanwege vervroegde aflossing overeenkomstig artikel 23 onder (4), (5) en (6) van deze Algemene Voorwaarden.

Appears in 1 contract

Samples: Verhuurhypotheek

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en 13.1 Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de geldverstrekker, terstond opeisbaar zonder dat enige ingebrekestelling of opzegging is vereist, indien: x. het verschuldigde of enig uit hoofde van, of in elk verband met, de akte verschuldigd geraakt bedrag niet op de overeengekomen datum of binnen de door de geldverstrekker gestelde termijn wordt betaald; b. de schuldenaar tekort schiet in de nakoming van enige verplichting jegens de geldverstrekker; c. een door of namens de schuldenaar gegeven verklaring of opgave of aan de geldverstrekker verstrekte informatie onjuist of onvolledig is of blijkt of indien voor de geldverstrekker van belang zijnde omstandigheden zijn verzwegen; d. een schuld van de volgende gevallen: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldleningschuldenaar niet wordt voldaan, vervroegd wordt opgeëist of vervroegd opeisbaar wordt; 2. indien e. de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, schuldenaar in staat van faillissement wordt verklaard, aan hem (voorlopige) surséance van betaling wordt verleend, hij daartoe een verzoek of aanvraag doet, hij om toepassing van de schuldsaneringsregeling verzoekt of hij op andere wijze geheel of gedeeltelijk de vrije beschikking of het bestuur over zijn vermogen verliest of dreigt te verliezen; x. xx xxxxxxxxxxx overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, of afwezig is zonder ten genoegen van de geldverstrekker orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld; x. xx xxxxxxxxxxx een rechtspersoon is, hij zijn rechtsper­ soonlijkheid verliest of omzet in een andere rechtsvorm, nietig wordt verklaard of wordt ontbonden, fuseert, tengevolge van splitsing ophoudt te bestaan of zijn vermogen of een akkoord buiten faillissement aangaatgedeelte daarvan verliest of dat zijn statuten of reglement wijzigen, of dat de schuldenaar kennis geeft van een voornemen daartoe; 3x. xx xxxxxxxxxxx een personenvennootschap is, vennoten toe­ of uittreden (daaronder begrepen bij wijze van opvolging), de personenvennootschap wordt ontbon­ den, dan wel de overeenkomst van vennootschap wijzigt daaronder begrepen het verkrijgen of opgeven van rechtspersoonlijkheid of het omzetten in een andere rechtsvorm; i. het bestuur van de schuldenaar wijzigt; x. xx xxxxxxxxxxx een rechtspersoon is met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal: i. de samenstelling van zijn aandeelhouders (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; ii. ingeval de samenstelling van executoriale beslaglegging de aandeelhouders in een rechtspersoon met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal die direct of overdracht indirect de aandeel­ houder van de schuldenaar is (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; of iii. het stemrecht op één of meer van de aandelen bedoeld in paragraaf (i) of (ii) hierboven van de betreffende aandeelhouder ­ al dan niet voorwaar­ delijk ­ overgaat naar een ander dan de geldver­ strekker, of dat de schuldenaar kennis geeft van een belangrijk deel voornemen daartoe; k. de schuldenaar een samenwerkingsverband van niet gelieerde partijen is dat niet is aan te merken als een personenvennootschap, dit samenwerkingsverband wordt gewijzigd, beëindigd of opgezegd; l. een voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de activa schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving eindigt of wordt beperkt, ingetrokken of ontnomen; m. de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van de Ondernemergeldverstrek­ ker ingrijpend wordt gewijzigd; 4n. een door de schuldenaar aan de geldverstrekker verstrekte volmacht of bevoegdheid wijzigt of eindigt; o. zich een van de gebeurtenissen of omstandigheden als bedoeld in de paragrafen (d), (e), (f) of (z) van dit artikel voordoet ten aanzien van: i. in het geval de schuldenaar een rechtspersoon of personenvennootschap is, een rechtspersoon of personenvennootschap met wie de schuldenaar in een groep is verbonden; en ii. in het geval de schuldenaar een natuurlijk persoon is, diens echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner; p. sprake is van gehele of gedeeltelijke nietigheid, vernietigbaarheid of ontbinding van de akte of, indien de Ondernemer in verzuim akte een akte van borgtocht is, deze door de borg wordt opgezegd; q. de geldverstrekker het voortzetten van de zakelijke relatie met de schuldenaar uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor de geldverstrekker ervaart of naar haar oordeel reputatieschade voor de geldverstrekker r. naar het oordeel van de geldverstrekker gegronde vrees voor onverhaalbaarheid van het verschuldigde dreigt s. de verstrekte zekerheid nietig of vernietigbaar is of niet de vereiste rang heeft, een met betrekking tot de schuldenaar neergelegde verklaring als omschreven bedoeld in artikel 52:403 lid 1 onder f van het Burgerlijk Wetboek wordt ingetrokken, een retentierecht als bedoeld in t. lasten, belastingen, heffingen, exploitatiekosten, bijdragen of premies van in de akte bedoelde verzeke­ ringen niet tijdig worden voldaan; 5u. een mededeling wordt gedaan als bedoeld in artikel 36, tweede lid, van de Invorderingswet 1990 of artikel 60 van de Wet financiering sociale verzekeringen; v. blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms­ of andere titels (daaronder begrepen die van een rechtsvoorganger) of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot het onderpand, waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker de waarde van het onderpand of van haar rechten nadelig kunnen worden beïnvloed; w. de juridische of economische gerechtigdheid tot het onderpand wijziging ondergaat, daaronder begrepen vervreemding, verdeling, toedeling, huurkoop, inbreng en het gaan behoren tot een huwelijks­ of andere gemeenschap; x. betreffende het onderpand enig beperkt recht ontstaat of teniet gaat of de bestemming van het onderpand wordt gewijzigd, dan wel een bedrijfs­ of gebruiksver­ gunning ter zake van het onderpand wordt gewijzigd, ingetrokken of vervalt; y. executie van het onderpand bekend wordt gemaakt of aangezegd of op het onderpand beslag wordt gelegd; z. executie van een vermogensbestanddeel van de schuldenaar bekend wordt gemaakt of aangezegd of op een vermogensbestanddeel van de schuldenaar beslag wordt gelegd; aa. het onderpand wordt beschadigd, tenietgaat of wordt gesloopt dan wel naar het oordeel van de geldverstrek­ ker ernstige gebreken vertoont of in waarde is vermin­ derd, alsmede indien zich enige omstandigheid voordoet die naar het oordeel van de geldverstrekker aanleiding geeft tot gegronde vrees, dat het verschul­ digde niet of niet geheel op de opbrengst van het onderpand kan worden verhaald; bb. het onderpand leeg staat, niet wordt gebruikt dan wel wordt gebruikt in strijd met de bestaande publiekrech­ telijke bestemming, alsmede indien het onderpand is gekraakt of anderszins zonder recht of titel door derden in gebruik is genomen; cc. de huurprijs, het door de gewezen huurder verschul­ digde of de vergoeding wegens vordering van het onderpand wordt verlaagd, een derde ­ om welke reden dan ook ­ in de plaats van een huurder wordt gesteld, alsmede indien beslag wordt gelegd op de huurpennin­ gen of uit huurovereenkomsten voortvloeiende rechten; dd. bij besluit tot algehele staking hypotheek op erfpacht, de erfpacht eindigt, de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, afstand van de erfpacht wordt gedaan, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of staking vervallen verklaard of zulks naar het oordeel van de geldverstrekker dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, alsmede indien de erfpachter de met erfpacht belaste zaak alsdan in volle eigendom verkrijgt zonder aan de geldverstrekker een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen; ee. bij het onderpand bestaande uit een appartementsrecht of een lidmaatschap van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer vereniging of verplaatsen daarvan naar het buitenlandcoöperatie, en bij een besluit of bevel tot wijziging van de bedrijfsactiviteiten splitsing, het reglement of de statuten, tot opheffing van een splitsing of tot ontbinding van de Ondernemervereniging of coöperatie wordt genomen of gegeven, de apparte­ mentseigenaar, het lid van een vereniging of coöperatie of de gebruiker van een privéruimte voorschriften of bepalingen niet nakomt of overtreedt, alsmede indien met betrekking tot het desbetreffende registergoed of gebouw zich een omstandigheid voordoet die in deze voorwaarden als opeisingsgrond is omschreven; 6ff. indien bij het onderpand bestaande uit pandrecht ter zake rechten en vorderingen die worden ontleend aan een overeenkomst van levens­, ongevallen­ of arbeids­ ongeschiktheidsverzekering, de Ondernemer noodregeling of het faillissement van de desbetreffende verzekeraar wordt uitgesproken; gg. de huurder door de daartoe bevoegde instantie wordt gemachtigd tot verandering van de inrichting of gedaante van het onderpand; hh. een natuurlijke persoon ister zake van het onderpand van overheidswege toegezegde bijdrage vervalt; ii. met betrekking, of in relatie, tot het onderpand een gerechtelijke of arbitrale procedure wordt begonnen of dreigt te worden begonnen die tot een naar het oordeel van de geldverstrekker materieel nadelig effect voor de geldverstrekker leidt of kan leiden; jj. een daartoe bevoegde instantie een aanschrijving doet uitgaan of een besluit neemt waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker onderhandse of openbare verkoop van het onderpand wordt bemoeilijkt, de waarde van het onder­pand vermindert of kan verminderen, het onderpand direct of indirect uit de macht van de schuldenaar raakt of kan geraken of kk. bij een lening als bedoeld in artikel 11: a. bij het overlijden i. de uitvoering van de Ondernemerwerkzaamheden of de aanschaf niet geschiedt volgens de aan de geld­ verstrekker kenbaar gemaakte plannen, verstrekte tekeningen, bestekken of technische omschrijvin­ gen, of met de schuldenaar overeengekomen bouw­ en/of betalingsschema’s, of niet geschiedt in overeenstemming met de daarvoor verleende bouwvergunning of anderszins in strijd is met toepasselijke wet­ of regelgeving; b. indien ii. de Ondernemer Nederland metterwoon verlaatin paragraaf (i) hierboven bedoelde plannen, tekeningen, bestekken, omschrijvingen of schema’s wijzigen zonder voorafgaande toestemming van iii. de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf om welke reden ook, naar het oordeel van de geldverstrekker geen of onvoldoende voortgang vinden; c. indien iv. voor de Ondernemer een verzoek tot toepassing uitvoering van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend werkzaamheden of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt aanschaf noodzakelijke vergunningen niet worden verleend of verliestworden gewijzigd of ingetrokken; b. bij juridische fusie of juridische splitsing v. een van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden gebeurtenissen of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap omstandigheden als bedoeld in de zin paragrafen (e), (f), (g), (h), (j) of (q) van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico dit artikel zich voordoet ten aanzien van een maatschap, vennootschap onder firma met betrekking tot de uitvoering van de werkzaam­ heden betrokken aannemer of commanditaire vennootschap is: a. indien een met betrekking tot de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbondenaanschaf betrokken leverancier; of b. bij toe- en uittreding vi. een met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf betrokken aannemer of leverancier een maat of vennootberoep doet op een retentierecht in relatie tot het onderpand. a. 13.2 De geldverstrekker zal van haar recht het verschuldigde op te eisen slechts dan gebruik maken, indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordthaar belangen dit naar haar oordeel wenselijk maken. b. indien zonder toestemming en medeweten 13.3 In geval van Stichting Zekerheden, door opeising kan de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze geldverstrekker vorderen dat het haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het verschuldigde terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenwordt betaald.

Appears in 1 contract

Samples: Geldlening en Zekerheidstelling

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld 1. Het restant van de inleg op elk Zondeel, vermeerderd met de verschuldigde rente is in het geheel onmiddellijk en zonder ingebrekestelling terstond opeisbaar in elk opeisbaar, indien: 1) een van de volgende gevallenregelingen is uitgesproken of aangevraagd ten aanzien van de Vennootschap: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldleningi. faillissement; 2ii. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbondenbetaling; of b. bij toe- en uittreding van iii. een maat of vennootandere insolventieregeling. a. 2) een schuldeisersakkoord wordt aangeboden voor de Vennootschap. 3) de Vennootschap een besluit neemt tot ontbinding of feitelijke liquidatie van de Vennootschap. 4) de Vennootschap wordt ontbonden, vereffend en/of geliquideerd of ophoudt te bestaan, ook indien een andere aan de Ondernemer dit geschiedt in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordteen reorganisatie of juridische fusie waarbij de Vennootschap de verdwijnende rechtspersoon is. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen2. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden Het restant van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld inleg op elk Zondeel, vermeerderd met de verschuldigde rente wordt opeisbaar, indien: 1) de Vennootschap haar verplichtingen ingevolge de Xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx op grove wijze schendt; 2) de Vennootschap haar bedrijfsactiviteiten of een belangrijk deel daarvan verandert, staakt of dreigt te staken; of 3) de Vennootschap misleidende informatie aan de Stichting Zekerheden Houders heeft verstrekt; mits: 1) de Vennootschap van de inroeping van de in dit lid genoemde opeisingsgrond in kennis is gesteld en nalaat het bestaan van die grond binnen 60 dagen ongedaan te maken; en 2) dit nalaten materiële gevolgen heeft voor de Investeerder mee (financiële) positie van de Houders. 3. Indien het verschuldigde ingevolge een Xxxxxxx succesvol krachtens dit artikel wordt opgeëist, is de Vennootschap gehouden voor alle uitstaande Zondelen op overeenkomstige wijze genoegdoening te delenbieden.

Appears in 1 contract

Samples: Obligatievoorwaarden

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is Naast de opeisingsgronden zoals opgenomen in de overige hoofdstukken dan wel in de bijlage van deze Voorwaarden kan het geheel nog niet afgeloste gedeelte van de hoofdsom van de lening, tezamen met rente en met al het overige door de schuldenaar uit hoofde van de offerte verschuldigde, onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk zijn geheel tussentijds door het Restauratiefonds worden opgeëist, zonder dat enige sommatie of ingebrekestelling is vereist: a. als de schuldenaar enigerlei verplichting uit hoofde van enige andere geldlenings- of financierings- overeenkomst, dan wel uit hoofde van enige garantie tegenover derden niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomt; b. in één van de volgende gevallen: 1. situaties: • als de schuldenaar besluit tot beëindiging van zijn beroep of bedrijf; • bij gehele of gedeeltelijke staking, verkoop, verhuur of vervreemding van zijn onderneming of praktijk; • als de schuldenaar geschorst wordt in de uitoefening van zijn beroep, ambt of functie of daaruit wordt ontzet of ontslagen; • als een voor de uitoefening van het einde beroep of bedrijf van de looptijd schuldenaar noodzakelijke bevoegd- heid, vergunning of inschrijving vervalt of aan de schuldenaar wordt ontzegd of ontnomen; • als de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van het Restauratiefonds ingrijpend wordt gewijzigd; • als de schuldenaar besluit tot verplaatsing van de Geldleninguitoefening van zijn beroep of bedrijf naar een ander land; • als de schuldenaar handelt in strijd met xxxx op de uitoefening van zijn beroep of bedrijf betrekking hebbend wettelijk voorschrift; • als de schuldenaar ophoudt zijn huidige statutaire doel na te streven of zijn rechtspersoonlijk- heid verliest; • als de zakelijke relatie met de schuldenaar uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor het Restauratiefonds wordt ervaren of als naar haar oordeel reputatieschade voor het Restauratiefonds is ontstaan, ontstaat of kan ontstaan; • als de verstrekte zekerheid nietig of vernietigbaar is of niet de vereiste rang heeft; • als een met betrekking tot de schuldenaar neergelegde verklaring als bedoeld in artikel 2:403 lid 1 onder f van het Burgerlijk Wetboek wordt ingetrokken; • als een retentierecht als bedoeld in artikel 3:290 en volgende van het Burgerlijk Wetboek wordt uitgeoefend ten aanzien van het onderpand, dan wel enige handeling wordt verricht die met betrekking tot het onderpand kan leiden tot het uitoefenen van een retentierecht ten aanzien van het onderpand; • als toegezegde zekerheden niet tijdig zijn gesteld of voortijdig vervallen; • als de verminderde kredietwaardigheid van de schuldenaar daar naar het oordeel van het Restauratiefonds aanleiding toe geeft. Dit kan onder andere blijken uit de door ons gevraagde en door u aangeleverde informatie ten behoeve van het periodiek herbeoordelen van uw lening om het risico vast te stellen; • als de schuldenaar niet de gevraagde informatie aanlevert, die het Restauratiefonds noodzakelijk acht voor het periodiek herbeoordelen van de lening om het risico vast te stellen; • als blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels (daaronder begrepen die van een rechtsvoorganger) of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot het onderpand, waardoor naar het oordeel van het Restauratiefonds de waarde van het onderpand of van haar rechten nadelig kunnen worden beïnvloed; • als betreffende het onderpand een bedrijfs- of gebruiksvergunning ter zake van het onder- pand wordt gewijzigd, ingetrokken of vervalt; • als executie van het onderpand bekend wordt gemaakt of aangezegd of op het onderpand beslag wordt gelegd; • als het onderpand wordt beschadigd, tenietgaat of wordt gesloopt dan wel naar het oordeel van het Restauratiefonds ernstige gebreken vertoont of in waarde is verminderd, alsmede als zich enige omstandigheid voordoet die naar het oordeel van het Restauratiefonds aanleiding geeft tot gegronde vrees, dat het verschuldigde niet of niet geheel op de opbrengst van het onderpand kan worden verhaald; • bij hypotheek op erfpacht, als de erfpacht eindigt, de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, afstand van de erfpacht wordt gedaan, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of vervallen verklaard of zulks naar het oordeel van het Restauratiefonds dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, alsmede als de erfpachter de met erfpacht belaste zaak alsdan in volle eigendom verkrijgt zonder aan het Restauratiefonds een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen. • als tegen de debiteur(en) een terugvorderingsbevel is gegeven in het kader van staatssteun, omdat de ontvangen steun onrechtmatig en onverenigbaar is verklaard met de interne markt. • als na het verstrekken van de lening niet op de afgesproken datum, zoals is vastgelegd in de offerte, de omgevingsvergunning door ons is ontvangen of de schriftelijke verklaring van de gemeente dat geen omgevingsvergunning noodzakelijk is.’ c. bij ontbinding van het maatschaps- of vennootschapscontract, toe- of uittreding van één of meer maten of vennoten, ontbinding, liquidatie dan wel besluit of kennelijk voornemen tot ontbinding of liquidatie; 2. indien d. als de Ondernemer schuldenaar of één van zijn vennoten surseance van betaling aanvraagt, aangifte een verzoek tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derdedoet, in staat van faillissement wordt verklaard of verklaard, een akkoord buiten faillissement aangaataanbiedt, boedelafstand doet of een schuldsaneringsregeling aanvraagt; 3. ingeval e. in één van executoriale beslaglegging op de volgende situaties: • de juridische structuur van de schuldenaar wordt gewijzigd ; • de schuldenaar gaat een fusie of overdracht belangengemeenschap aan met één of meer derden; • er doet zich – al dan niet als gevolg van een belangrijk deel aandelenoverdracht – een, naar het oordeel van het Restauratiefonds, ingrijpende wijziging voor in de zeggenschap over de activiteiten van de activa onderneming, en/of de praktijk van de Ondernemerschuldenaar; • er komt een, naar het oordeel van het Restauratiefonds, ingrijpende wijziging in de statuten of reglementen van de schuldenaar; 4. indien f. als de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5schuldenaar zijn aandeelhouders ontheft van een verplichting tot storting op niet-volgestorte aandelen, overgaat tot inkoop van eigen aandelen, terugbetaling op aandelen of tot een uitkering ten laste van zijn reserves, dan wel een besluit daartoe neemt of het kennelijke voornemen daartoe heeft, één en ander zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Restauratiefonds; 5. bij besluit g. in één van de volgende situaties: • als één onder artikel 4 letter b tot algehele staking of staking en met f van dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van een essentieel onderdeel borg, garant, hoofdelijk medeschuldenaar of degene die voor de lening in enige andere vorm zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven; • als een voor het Restauratiefonds ten behoeve van de schuldenaar gestelde borgtocht of garantie door de borg of garant wordt opgezegd of ingetrokken; • als een derde die voor de lening zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven of toegezegd in gebreke blijft met de nakoming van enige verplichting uit hoofde van de (toegezegde) zekerheidstelling; x. als één onder artikel 4 letter b tot en met f van dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van: • één of meer van de ondernemingen of vennootschappen die in de geconsolideerde balans van de schuldenaar zijn opgenomen; of • één of meer ondernemingen of(personen)vennootschappen die een controlerend belang in de schuldenaar hebben; i. als zodanige onderneming(en) of vennootschap(pen) in gebreke blijft (blijven) met de nakoming van enige verplichting tegenover het Restauratiefonds verband houdende met door het Restau- ratiefonds verstrekte kredieten, waaronder het niet nakomen van de hieronder genoemde overeengekomen verplichtingen, als deze clausules in de offerte van toepassing zijn verklaard. • Debt Service Coverage Ratio (betalingscapaciteit in verhouding tot de financiële verplichtingen) - De Debt Service Coverage Ratio (DSCR) meet in hoeverre de onderneming in staat is om de rente- en aflossingsverplichtingen op het vreemd vermogen te voldoen uit de vrije geldstroom van de onderneming. - In de offerte kan deze ratio van toepassing worden verklaard. In de offerte staat vermeld aan welk percentage de schuldenaar moet voldoen. - Voor de berekening van de DSCR wordt de volgende formule gehanteerd: Het (geconsolideerde) bedrijfsresultaat voor rente, afschrijvingen, belastingen en bijzondere baten/lasten exclusief dividendbelasting; • min belastingen; • plus of min kaseffecten van het bijzondere baten en lasten; • plus of min kaseffecten van voorzieningen; • plus of min mutaties van kortlopende activa exclusief liquide middelen; • plus of min mutatie van kortlopende passiva exclusief kortlopende rentedragende verplichtingen; • min de investeringen; • plus de opbrengsten van desinvesteringen van de groep (de schuldenaar en voor zover relevant, haar dochtermaatschappijen); • gedeeld door de (geconsolideerde) rentelasten min de rentebaten plus de aflossingsverplichtingen. • Vrije kasstroom - De vrije kasstroom laat zien welk bedrag een onderneming ‘over’ heeft nadat de noodzakelijke investeringen voor de continuïteit van de onderneming gedaan zijn. - In de offerte kan deze ratio van toepassing worden verklaard. In de offerte staat vermeld aan welk percentage de schuldenaar moet voldoen. - Voor de berekening van de Ondernemer vrije kasstroom wordt de volgende formule gehanteerd: Het (geconsolideerde) bedrijfsresultaat voor rente, afschrijvingen, belastingen en bijzondere baten/lasten exclusief dividendbelasting; • min belastingen; • plus of verplaatsen daarvan naar min kaseffecten van bijzondere baten en lasten; • plus of min kaseffecten van (minderheids)deelnemingen en/of het buitenland, en bij wijziging resultaat van deelnemingen; • plus of min kaseffecten van voorzieningen; • plus of min mutaties van kortlopende activa exclusief liquide middelen; • plus of min mutaties van kortlopende passiva exclusief kortlopende rentedragende verplichtingen; • min de investeringen; • plus de opbrengst van desinvesteringen van de bedrijfsactiviteiten groep (de schuldenaar en voor zover relevant, haar dochtermaatschappijen); • min de (geconsolideerde) rentelasten; • plus de rentebaten; • min de aflossingsverplichtingen. • No further indebtedness clausule (geen aanvullende externe financiering zonder toestemming) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: de schuldenaar vraagt aan het Restauratiefonds voorafgaande schriftelijke goedkeuring voor het aangaan van nieuwe financieringen of van andere financiële verplichting met derden (niet zijnde het Restauratiefonds), welke goedkeuring het Restauratiefonds niet op onredelijke gronden zal onthouden. • Negative and positive pledge clausule (positieve en negatieve hypotheekverklaring) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. In onderstaande alinea’s staat wat hieronder wordt verstaan. - De schuldenaar verbindt zich jegens het Restauratiefonds om, zolang uit hoofde van de Ondernemer; 6. indien overeenkomst nog een vordering van het Restauratiefonds op enige schuldenaar bestaat of te eniger tijd nog kan ontstaan, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Restauratiefonds: • noch huidige en in de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend toekomst te verwerven registergoederen met hypotheek of enig andere goederenrechtelijk recht te bezwaren, noch deze te verkopen, te ruilen of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap te vervreemden (sale- and leaseback- en andere off-balance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen); • noch huidige en in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000toekomst te verwerven andere goederen op enige wijze in zekerheid te geven (een financiële zekerheidsovereenkomst tot overdracht hieronder begrepen) of met enig ander goederenrechtelijk recht te bezwaren, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in noch deze buiten het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming de normale bedrijfsuitoefening te verhuren, verkopen te ruilen of op andere wijze te vervreemden (sale- and leaseback- en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- andere off-balance constructies uitdrukkelijk daaronder begrepen); • en zich niet aansprakelijk te stellen of aflossingen betaald worden aan op enig andere wijze in te staan voor schulden welke door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningenzijn of mochten worden aangegaan. Het Restauratiefonds onthoudt zijn goedkeuring niet op onredelijke gronden. - Iedere schuldenaar is verplicht om, als het Restauratiefonds vorderingen op een schuldenaar verkrijgt of mocht verkrijgen uit hoofde van additionele en/of nieuwe financieringsfaciliteiten, hoe ook genaamd, of uit welke hoofde dan ook, desgevraagd onverwijld (aanvullende) zekerheden – genoegzaam naar het oordeel van Het Restauratiefonds – te stellen voor de nakoming van de huidige en toekomstige verplichtingen jegens het Restauratiefonds uit hoofde van dergelijke financieringsfaciliteiten. Als Bijlage 2 dit aan de orde is, vraagt het Restauratiefonds de schuldenaar hier schriftelijk om. - Iedere schuldenaar staat er voorts jegens het Restauratiefonds voor in dat ook de overige tot de groep (de schuldenaar en voor zover relevant, haar dochtermaatschappijen) behorende binnen- en buitenlandse vennootschappen zich onthouden van de hiervoor beschreven handelingen en verplichtingen. • Pari passu clausule (gelijkwaardigheid niet hypothecaire of achtergestelde vorderingen) - In de offerte kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: iedere schuldenaar bevestigt en staat er jegens het Restauratiefonds gedurende de looptijd van de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst voor in dat al zijn betalingsverplichtingen onder de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst ten minste gelijk in rang zijn met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend niet door zekerheden gedekte of achtergestelde vorderingen van al zijn andere schuldeisers, met uitzondering van vorderingen die preferent zijn krachtens de wet. • Material Adverse Change clausule (materiële wijziging) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: het Restauratiefonds is en waarvoor zij gerechtigd om, met schriftelijke mededelingen daarvan aan de schuldenaar de financiering met onmiddellijke ingang te beëindigen als zich naar het redelijk oordeel van het Restauratiefonds enige gebeurtenis, verandering of omstandigheid in de financiële positie of de bedrijfsvoering voordoet, die de nakoming van enige verplichting onder de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst door enige schuldenaar in aanzienlijke mate schaadt, vertraagt of in gevaar brengt, of er is voorzienbaar dat zulks zich zal voordoen. • Cross Default clausule (in gebreke bij de ene financier is ook in gebreke bij de andere financier) - In de offerte kan deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: het Restauratiefonds is verplicht om alle feiten gerechtigd om, met schriftelijke mededelingen daarvan aan de schuldenaar, de financiering met onmiddellijke ingang op te eisen als enige schuldenaar of een directe aandeelhouder daarvan nalatig is in de (tijdige en/of behoorlijke) nakoming van of handelt in strijd met enige andere verplichting voorvloeiende uit de met het Restauratiefonds gesloten overeenkomst of met de navolging van enige verplichting voortvloeiende uit een andere met het Restauratiefonds of andere financiers gesloten overeenkomst tot het opnemen van gelden, hoe ook genoemd en/of een derde die zekerheden voor de faciliteit heeft gesteld nalatig is met de nakoming van enige verplichting voortvloeiende uit die overeenkomst waarbij zekerheid is verleend. • No change of ownership clausule (geen (gedeeltelijke) eigendomsoverdracht) - In de offerte kan deze clausule van toepassing worden verklaard. - Hieronder wordt verstaan: het terstond opeisbaar Restauratiefonds is gerechtigd om, met schriftelijke mededelingen daarvan aan de schuldenaar, de financiering met onmiddellijke ingang op te eisen als de aandelen in het kapitaal van enige schuldenaar aan een derde worden overgedragen dan wel voornemen daartoe ontstaat of als er een wijziging wordt doorgevoerd (of daartoe een kennelijk voornemen bestaat) in: • het geplaatste aandelenkapitaal van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan schuldenaar; • de Stichting Zekerheden en zeggenschap over de Investeerder mee te delenschuldenaar (zoals in het bestuur, de feitelijke directie of het management van de schuldenaar ); • het vennootschapscontract (indien van toepassing).

Appears in 1 contract

Samples: Financiering Nationaal Restauratiefonds

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is Naast de opeisingsgronden zoals opgenomen in de overige hoofdstukken dan wel in de bijlage van deze Voorwaarden kan het geheel nog niet afgeloste gedeelte van de hoofdsom van de lening, tezamen met rente en met al het overige door de schuldenaar uit hoofde van de offerte verschuldigde, onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk zijn geheel tussentijds door het Restauratiefonds worden opgeëist, zonder dat enige sommatie of ingebrekestelling zal zijn vereist: a. indien de schuldenaar enigerlei verplichting uit hoofde van enige andere geldlenings- of financie- ringsovereenkomst, dan wel uit hoofde van enige garantie tegenover derden niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomt; b. in één van de volgende gevallen: 1. situaties: • indien de schuldenaar besluit tot beëindiging van zijn beroep of bedrijf; • bij gehele of gedeeltelijke staking, verkoop, verhuur of vervreemding van zijn onderneming of praktijk; • indien de schuldenaar geschorst wordt in de uitoefening van zijn beroep, ambt of functie of daaruit wordt ontzet of ontslagen; • indien een voor de uitoefening van het einde beroep of bedrijf van de looptijd schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving vervalt of aan de schuldenaar wordt ontzegd of ontnomen; • indien de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van het Restauratiefonds ingrijpend wordt gewijzigd; • indien de schuldenaar besluit tot verplaatsing van de Geldleninguitoefening van zijn beroep of bedrijf naar een ander land; • indien de schuldenaar handelt in strijd met enig op de uitoefening van zijn beroep of bedrijf betrekking hebbend wettelijk voorschrift; • indien de schuldenaar ophoudt zijn huidige statutaire doel na te streven of zijn rechtspersoon- lijkheid verliest; • indien de zakelijke relatie met de schuldenaar uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor het Restauratiefonds wordt ervaren of indien naar haar oordeel reputatieschade voor het Restauratiefonds is ontstaan, ontstaat of kan ontstaan; • indien de verstrekte zekerheid nietig of vernietigbaar is of niet de vereiste rang heeft; • indien een met betrekking tot de schuldenaar neergelegde verklaring als bedoeld in artikel 2:403 lid 1 onder f van het Burgerlijk Wetboek wordt ingetrokken; • indien een retentierecht als bedoeld in artikel 3:290 en volgende van het Burgerlijk Wetboek wordt uitgeoefend ten aanzien van het onderpand, dan wel enige handeling wordt verricht die met betrekking tot het onderpand kan leiden tot het uitoefenen van een retentierecht ten aanzien van het onderpand; • indien toegezegde zekerheden niet tijdig zijn gesteld of voortijdig vervallen; • indien de verminderde kredietwaardigheid van de schuldenaar daar naar het oordeel van het Restauratiefonds aanleiding toe geeft. Dit kan onder andere blijken uit de door ons gevraagde en door u aangeleverde informatie ten behoeve van het periodiek herbeoordelen van uw lening om het risico vast te stellen; • indien u niet de gevraagde informatie aanlevert, die het Restauratiefonds noodzakelijk acht voor het periodiek herbeoordelen van uw lening om het risico vast te stellen; • indien blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels (daaronder begrepen die van een rechtsvoorganger) of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot het onderpand, waardoor naar het oordeel van het Restauratiefonds de waarde van het onderpand of van haar rechten nadelig kunnen worden beïnvloed; • indien betreffende het onderpand een bedrijfs- of gebruiksvergunning ter zake van het onderpand wordt gewijzigd, ingetrokken of vervalt; • indien executie van het onderpand bekend wordt gemaakt of aangezegd of op het onderpand beslag wordt gelegd; • indien het onderpand wordt beschadigd, tenietgaat of wordt gesloopt dan wel naar het oordeel van het Restauratiefonds ernstige gebreken vertoont of in waarde is verminderd, alsmede indien zich enige omstandigheid voordoet die naar het oordeel van het Restauratie- fonds aanleiding geeft tot gegronde vrees, dat het verschuldigde niet of niet geheel op de opbrengst van het onderpand kan worden verhaald; • bij hypotheek op erfpacht, indien de erfpacht eindigt, de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, afstand van de erfpacht wordt gedaan, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of vervallen verklaard of zulks naar het oordeel van het Restauratiefonds dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, alsmede indien de erfpachter de met erfpacht belaste zaak alsdan in volle eigendom verkrijgt zonder aan het Restauratiefonds een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen. • indien tegen de debiteur(en) een terugvorderingsbevel is gegeven in het kader van staatssteun, omdat de ontvangen steun onrechtmatig en onverenigbaar is verklaard met de interne markt. • indien na het verstrekken van de lening niet op de afgesproken datum, zoals is vastgelegd in de offerte, de omgevingsvergunning door ons is ontvangen of de schriftelijke verklaring van de gemeente dat geen omgevingsvergunning noodzakelijk is.’ c. bij ontbinding van het maatschaps- of vennootschapscontract, toe- of uittreding van één of meer maten of vennoten, ontbinding, liquidatie dan wel besluit of kennelijk voornemen tot ontbinding of liquidatie; 2. d. indien de Ondernemer schuldenaar of één van zijn vennoten surseance van betaling aanvraagt, aangifte een verzoek tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derdedoet, in staat van faillissement wordt verklaard of verklaard, een akkoord buiten faillissement aangaatfaillisse- ment aanbiedt, boedelafstand doet of een schuldsaneringsregeling aanvraagt; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel e. in één van de activa volgende situaties: • de juridische structuur van de Ondernemer; 4. indien schuldenaar wordt gewijzigd ; • de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van schuldenaar gaat een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliest; b. bij juridische fusie of juridische splitsing van de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door belangengemeenschap aan met één of meer anderen wordt verkregen derden; • er doet zich – al dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustteniet als gevolg van een aandelenoverdracht – een, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan naar het verkrijgen oordeel van zeggenschap het Restauratiefonds, ingrijpende wijziging voor in de zin zeggenschap over de activiteiten van de onderneming, en/of de praktijk van de schuldenaar; • er komt een, naar het oordeel van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000Restauratiefonds, zulks ongeacht ingrijpende wijziging in de statuten of reglementen van de schuldenaar; f. indien de schuldenaar zijn aandeelhouders ontheft van een verplichting tot storting op niet- volgestorte aandelen, overgaat tot inkoop van eigen aandelen, terugbetaling op aandelen of tot een uitkering ten laste van zijn reserves, dan wel een besluit daartoe neemt of het kennelijke voornemen daartoe heeft, één en ander zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het Restauratiefonds; g. in één van de volgende situaties: • indien één onder artikel 4 letter b tot en met f van dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van een borg, garant, hoofdelijk medeschuldenaar of degene die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenlening in enige andere vorm zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven; • indien een voor het Restauratiefonds ten behoeve van de schuldenaar gestelde borgtocht of garantie door de borg of garant wordt opgezegd of ingetrokken; • indien een derde die voor de lening zekerheid aan het Restauratiefonds heeft gegeven of toegezegd in gebreke blijft met de nakoming van enige verplichting uit hoofde van de (toegezegde) zekerheidstelling; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening h. indien één onder artikel 4 letter b tot en risico met f van een maatschap, vennootschap onder firma dit hoofdstuk genoemde omstandigheden zich voordoet ten aanzien van: • één of commanditaire vennootschap is: a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden meer van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan ondernemingen of vennootschappen die in de Stichting Zekerheden en geconsolideerde balans van de Investeerder mee te delenschuldenaar zijn opgenomen; of • één of meer ondernemingen of(personen)vennootschappen die een controlerend belang in de schuldenaar hebben; of indien zodanige onderneming(en) of vennootschap(pen) in gebreke blijft (blijven) met de nakoming van enige verplichting tegenover het Restauratiefonds verband houdende met door het Restauratiefonds verstrekte kredieten.

Appears in 1 contract

Samples: Financiering Nationaal Restauratiefonds

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en 13.1 Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de geldverstrekker, terstond opeisbaar zonder dat enige ingebrekestelling of opzegging is vereist, indien: a. het verschuldigde of enig uit hoofde van, of in elk verband met, de akte verschuldigd geraakt bedrag niet op de overeengekomen datum of binnen de door de geldverstrekker gestelde termijn wordt betaald; b. de schuldenaar tekort schiet in de nakoming van enige verplichting jegens de geldverstrekker; c. een door of namens de schuldenaar gegeven verklaring of opgave of aan de geldverstrekker verstrekte informatie onjuist of onvolledig is of blijkt of indien voor de geldverstrekker van belang zijnde omstandigheden zijn verzwegen; d. een schuld van de volgende gevallen: 1. bij het einde van de looptijd van de Geldleningschuldenaar niet wordt voldaan, vervroegd wordt opgeëist of vervroegd opeisbaar wordt; 2. indien e. de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, schuldenaar in staat van faillissement wordt verklaard, aan hem (voorlopige) surséance van betaling wordt verleend, hij daartoe een verzoek of aanvraag doet, hij om toepassing van de schuldsaneringsregeling verzoekt of hij op andere wijze geheel of gedeeltelijk de vrije beschikking of het bestuur over zijn vermogen verliest of dreigt te verliezen; x. xx xxxxxxxxxxx overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, of afwezig is zonder ten genoegen van de geldverstrekker orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld; x. xx xxxxxxxxxxx een rechtspersoon is, hij zijn rechtsper­ soonlijkheid verliest of omzet in een andere rechtsvorm, nietig wordt verklaard of wordt ontbonden, fuseert, tengevolge van splitsing ophoudt te bestaan of zijn vermogen of een akkoord buiten faillissement aangaatgedeelte daarvan verliest of dat zijn statuten of reglement wijzigen, of dat de schuldenaar kennis geeft van een voornemen daartoe; 3x. xx xxxxxxxxxxx een personenvennootschap is, vennoten toe­ of uittreden (daaronder begrepen bij wijze van opvolging), de personenvennootschap wordt ontbon­ den, dan wel de overeenkomst van vennootschap wijzigt daaronder begrepen het verkrijgen of opgeven van rechtspersoonlijkheid of het omzetten in een andere rechtsvorm; i. het bestuur van de schuldenaar wijzigt; x. xx xxxxxxxxxxx een rechtspersoon is met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal: i. de samenstelling van zijn aandeelhouders (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; ii. ingeval de samenstelling van executoriale beslaglegging de aandeelhouders in een rechtspersoon met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal die direct of overdracht indirect de aandeel­ houder van de schuldenaar is (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; of iii. het stemrecht op één of meer van de aandelen bedoeld in paragraaf (i) of (ii) hierboven van de betreffende aandeelhouder ­ al dan niet voorwaar­ delijk ­ overgaat naar een ander dan de geldver­ strekker, of dat de schuldenaar kennis geeft van een belangrijk deel voornemen daartoe; k. de schuldenaar een samenwerkingsverband van niet gelieerde partijen is dat niet is aan te merken als een personenvennootschap, dit samenwerkingsverband wordt gewijzigd, beëindigd of opgezegd; l. een voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de activa schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, vergunning of inschrijving eindigt of wordt beperkt, ingetrokken of ontnomen; m. de aard van het door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van de Ondernemergeldverstrek­ ker ingrijpend wordt gewijzigd; 4n. een door de schuldenaar aan de geldverstrekker verstrekte volmacht of bevoegdheid wijzigt of eindigt; o. zich een van de gebeurtenissen of omstandigheden als bedoeld in de paragrafen (d), (e), (f) of (z) van dit artikel voordoet ten aanzien van: i. in het geval de schuldenaar een rechtspersoon of personenvennootschap is, een rechtspersoon of personenvennootschap met wie de schuldenaar in een groep is verbonden; en ii. in het geval de schuldenaar een natuurlijk persoon is, diens echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner; p. sprake is van gehele of gedeeltelijke nietigheid, vernietigbaarheid of ontbinding van de akte of, indien de Ondernemer in verzuim akte een akte van borgtocht is, deze door de borg wordt opgezegd; q. de geldverstrekker het voortzetten van de zakelijke relatie met de schuldenaar uit maatschappelijk oogpunt als schadelijk voor de geldverstrekker ervaart of naar haar oordeel reputatieschade voor de geldverstrekker r. naar het oordeel van de geldverstrekker gegronde vrees voor onverhaalbaarheid van het verschuldigde dreigt s. de verstrekte zekerheid nietig of vernietigbaar is of niet de vereiste rang heeft, een met betrekking tot de schuldenaar neergelegde verklaring als omschreven bedoeld in artikel 52:403 lid 1 onder f van het Burgerlijk Wetboek wordt ingetrokken, een retentierecht als bedoeld in t. lasten, belastingen, heffingen, exploitatiekosten, bijdragen of premies van in de akte bedoelde verzeke­ ringen niet tijdig worden voldaan; 5u. een mededeling wordt gedaan als bedoeld in artikel 36, tweede lid, van de Invorderingswet 1990 of artikel 60 van de Wet financiering sociale verzekeringen; v. blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms­ of andere titels (daaronder begrepen die van een rechtsvoorganger) of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot het onderpand, waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker de waarde van het onderpand of van haar rechten nadelig kunnen worden beïnvloed; w. de juridische of economische gerechtigdheid tot het onderpand wijziging ondergaat, daaronder begrepen vervreemding, verdeling, toedeling, huurkoop, inbreng en het gaan behoren tot een huwelijks­ of andere gemeenschap; x. betreffende het onderpand enig beperkt recht ontstaat of teniet gaat of de bestemming van het onderpand wordt gewijzigd, dan wel een bedrijfs­ of gebruiksver­ gunning ter zake van het onderpand wordt gewijzigd, ingetrokken of vervalt; y. executie van het onderpand bekend wordt gemaakt of aangezegd of op het onderpand beslag wordt gelegd; z. executie van een vermogensbestanddeel van de schuldenaar bekend wordt gemaakt of aangezegd of op een vermogensbestanddeel van de schuldenaar beslag wordt gelegd; aa. het onderpand wordt beschadigd, tenietgaat of wordt gesloopt dan wel naar het oordeel van de geldverstrek­ ker ernstige gebreken vertoont of in waarde is vermin­ derd, alsmede indien zich enige omstandigheid voordoet die naar het oordeel van de geldverstrekker aanleiding geeft tot gegronde vrees, dat het verschul­ digde niet of niet geheel op de opbrengst van het onderpand kan worden verhaald; bb. het onderpand leeg staat, niet wordt gebruikt dan wel wordt gebruikt in strijd met de bestaande publiekrech­ telijke bestemming, alsmede indien het onderpand is gekraakt of anderszins zonder recht of titel door derden in gebruik is genomen; cc. de huurprijs, het door de gewezen huurder verschul­ digde of de vergoeding wegens vordering van het onderpand wordt verlaagd, een derde ­ om welke reden dan ook ­ in de plaats van een huurder wordt gesteld, alsmede indien beslag wordt gelegd op de huurpennin­ gen of uit huurovereenkomsten voortvloeiende rechten; dd. bij besluit tot algehele staking hypotheek op erfpacht, de erfpacht eindigt, de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, afstand van de erfpacht wordt gedaan, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of staking vervallen verklaard of zulks naar het oordeel van de geldverstrekker dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, alsmede indien de erfpachter de met erfpacht belaste zaak alsdan in volle eigendom verkrijgt zonder aan de geldverstrekker een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen; ee. bij het onderpand bestaande uit een appartementsrecht of een lidmaatschap van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer vereniging of verplaatsen daarvan naar het buitenlandcoöperatie, en bij een besluit of bevel tot wijziging van de bedrijfsactiviteiten splitsing, het reglement of de statuten, tot opheffing van een splitsing of tot ontbinding van de Ondernemervereniging of coöperatie wordt genomen of gegeven, de apparte­ mentseigenaar, het lid van een vereniging of coöperatie of de gebruiker van een privéruimte voorschriften of bepalingen niet nakomt of overtreedt, alsmede indien met betrekking tot het desbetreffende registergoed of gebouw zich een omstandigheid voordoet die in deze voorwaarden als opeisingsgrond is omschreven; 6ff. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden onderpand bestaande uit pandrecht ter zake rechten en vorderingen die worden ontleend aan een overeenkomst van levens­, ongevallen­ of arbeids­ ongeschiktheidsverzekering, de noodregeling of het faillissement van de Ondernemerdesbetreffende verzekeraar wordt uitgesproken; b. indien gg. de Ondernemer Nederland metterwoon verlaathuurder door de daartoe bevoegde instantie wordt gemachtigd tot verandering van de inrichting of gedaante van het onderpand; c. indien de Ondernemer hh. een verzoek ter zake van het onderpand van overheidswege toegezegde bijdrage vervalt; ii. met betrekking, of in relatie, tot toepassing het onderpand een gerechtelijke of arbitrale procedure wordt begonnen of dreigt te worden begonnen die tot een naar het oordeel van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend geldverstrekker materieel nadelig effect voor de geldverstrekker leidt of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt of verliestkan leiden; b. bij juridische fusie jj. een daartoe bevoegde instantie een aanschrijving doet uitgaan of juridische splitsing een besluit neemt waardoor naar het oordeel van de Ondernemergeldverstrekker onderhandse of openbare verkoop van het onderpand wordt bemoeilijkt, de waarde van het onder­pand vermindert of kan verminderen, het onderpand direct of indirect uit de macht van de schuldenaar raakt of kan geraken of kk. bij een lening als bedoeld in artikel 11:‌‌‌ i. de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf niet geschiedt volgens de aan de geld­ verstrekker kenbaar gemaakte plannen, verstrekte tekeningen, bestekken of technische omschrijvin­ gen, of met de schuldenaar overeengekomen bouw­ en/of betalingsschema’s, of niet geschiedt in overeenstemming met de daarvoor verleende bouwvergunning of anderszins in strijd is met toepasselijke wet­ of regelgeving; c. indien ii. de Ondernemer wordt ontbonden in paragraaf (i) hierboven bedoelde plannen, tekeningen, bestekken, omschrijvingen of nietig wordt verklaardschema’s wijzigen zonder voorafgaande toestemming van iii. de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf om welke reden ook, naar het oordeel van de geldverstrekker geen of onvoldoende voortgang vinden; d. iv. voor de directe uitvoering van de werkzaamheden of indirecte zeggenschap over de aanschaf noodzakelijke vergunningen niet worden verleend of worden gewijzigd of ingetrokken; v. een Ondernemer/rechtspersoon door één van de gebeurtenissen of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap omstandigheden als bedoeld in de zin paragrafen (e), (f), (g), (h), (j) of (q) van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico dit artikel zich voordoet ten aanzien van een maatschap, vennootschap onder firma met betrekking tot de uitvoering van de werkzaam­ heden betrokken aannemer of commanditaire vennootschap is: a. indien een met betrekking tot de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbondenaanschaf betrokken leverancier; of b. bij toe- en uittreding vi. een met betrekking tot de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf betrokken aannemer of leverancier een maat of vennootberoep doet op een retentierecht in relatie tot het onderpand. a. 13.2 De geldverstrekker zal van haar recht het verschuldigde op te eisen slechts dan gebruik maken, indien een andere aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordthaar belangen dit naar haar oordeel wenselijk maken. b. indien zonder toestemming en medeweten 13.3 In geval van Stichting Zekerheden, door opeising kan de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze geldverstrekker vorderen dat het haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het verschuldigde terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenwordt betaald.

Appears in 1 contract

Samples: Algemene Voorwaarden Van Geldlening en Zekerheidstelling

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk 13.1 Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de volgende gevallenkredietgever, xxxxxxxx opeisbaar zonder dat enige ingebrekestelling of opzegging is vereist, indien: 1. bij (a) het einde verschuldigde of enig uit hoofde van, of in verband met, de akte verschuldigd geraakt bedrag niet op de overeengekomen datum of binnen de door de kredietgever gestelde termijn wordt betaald; (b) de schuldenaar tekort schiet in de nakoming van enige verplichting jegens de kredietgever; (c) een door of namens de schuldenaar gegeven verklaring of opgave of aan de kredietgever verstrekte informatie onjuist of onvolledig is of blijkt of indien voor de kredietgever van belang zijnde omstandigheden zijn verzwegen of indien de schuldenaar zich niet aan de geldende wet- en regelgeving houdt; (d) een schuld van de looptijd van de Geldleningschuldenaar niet wordt voldaan, vervroegd wordt opgeëist of vervroegd opeisbaar wordt; 2. indien (e) de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, schuldenaar in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval verklaard, aan hem (voorlopige) surséance van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenlandbetaling wordt verleend, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer hij daartoe een verzoek tot of aanvraag doet, hij om toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend verzoekt of hij op andere wijze geheel of gedeeltelijk de vrije beschikking of het vrije beheer bestuur over zijn vermogen verliest. Indien verliest of dreigt te verliezen; (f) de Ondernemer schuldenaar overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, of afwezig is zonder ten genoegen van de kredietgever orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld; (g) de schuldenaar een rechtspersoon is, hij zijn rechtspersoonlijkheid verliest of omzet in een andere rechtsvorm, nietig wordt verklaard of wordt ontbonden, fuseert, ten gevolge van splitsing ophoudt te bestaan of zijn vermogen of een gedeelte daarvan verliest of dat zijn statuten of reglement wijzigen, of dat de schuldenaar kennis geeft van een voornemen daartoe; (h) de schuldenaar een: a. indien (i) personenvennootschap is, vennoten toe- of uittreden (daaronder begrepen bij wijze van opvolging), de Ondernemer zijn personenvennootschap wordt ontbonden, dan wel de overeenkomst van vennootschap wijzigt daaronder begrepen het verkrijgen of opgeven van rechtspersoonlijkheid of het omzetten in een andere rechtsvorm; of (ii) vereniging of een coöperatie is, leden toe- of uittreden (daaronder begrepen bij wijze van opvolging); (i) het bestuur van de schuldenaar wijzigt of verliesteen of meerdere bestuurders krijgen een bestuursverbod opgelegd; b. bij juridische fusie (j) de schuldenaar een rechtspersoon is met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal: (i) de samenstelling van zijn aandeelhouders (of juridische splitsing de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; (ii) de samenstelling van de Ondernemer;aandeelhouders in een rechtspersoon met een in aandelen op naam verdeeld kapitaal die direct of indirect de aandeelhouder van de schuldenaar is (of de verhouding waarin deze aandeelhouders aandelen houden) wijzigt; of c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door (iii) het stemrecht op één of meer anderen van de aandelen bedoeld in paragraaf (i) of (ii) hierboven van de betreffende aandeelhouder al dan niet voorwaardelijk overgaat naar een ander dan de kredietgever, of dat de schuldenaar kennis geeft van een voornemen daartoe; (k) de schuldenaar een samenwerkingsverband van niet gelieerde partijen is dat niet is aan te merken als een personenvennootschap, dit samenwerkingsverband wordt verkregen dan degene(ngewijzigd, beëindigd of opgezegd; (l) bij wie die zeggenschap eerder berustteeen voor de uitoefening van het beroep of bedrijf van de schuldenaar noodzakelijke bevoegdheid, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan vergunning of inschrijving eindigt of wordt beperkt, ingetrokken of ontnomen; (m) de aard van het verkrijgen door de schuldenaar uitgeoefende beroep of bedrijf naar het oordeel van zeggenschap de kredietgever ingrijpend wordt gewijzigd; (n) een door de schuldenaar aan de kredietgever verstrekte volmacht of bevoegdheid wijzigt of eindigt; (o) zich een van de gebeurtenissen of omstandigheden als bedoeld in de zin paragrafen (d), (e), (f) of (z) van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging gelden;dit artikel 13.1 voordoet ten aanzien van: 7. voor (i) in het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van schuldenaar een maatschaprechtspersoon of personenvennootschap is, vennootschap onder firma een rechtspersoon of commanditaire vennootschap is:personenvennootschap met wie de schuldenaar in een groep is verbonden; en a. indien de maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; of b. bij toe- en uittreding van een maat of vennoot. a. indien een andere aan de Ondernemer (ii) in het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerhedengeval de schuldenaar een natuurlijk persoon is, door de Ondernemer rente- en diens echtgeno(o)t(e) of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delen.geregistreerd partner;

Appears in 1 contract

Samples: Algemene Voorwaarden

Opeisbaarheid. 9.1 De Schuld is in het geheel onmiddellijk en terstond opeisbaar in elk 1. Het verschuldigde is, onverminderd de overige rechten van de volgende gevallengeldverstrekker, terstond en zonder ingebrekestelling opeisbaar indien: 1. bij het einde a. de looptijd verstreken is (zonder dat er een verlenging van de looptijd van de Geldlening; 2. indien de Ondernemer surseance van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement wordt aangevraagd door een derde, in staat van faillissement wordt verklaard of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon overeengekomen is: a. bij het overlijden van de Ondernemer); b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaatrentevastperiode is verstreken, zonder dat een nieuwe rentevastperiode is overeengekomen; c. indien het verschuldigde niet op de Ondernemer overeengekomen datum of binnen de door de geldverstrekker gestelde termijn wordt betaald; d. niet is voldaan aan enige bijzondere bepaling of voorwaarden opgenomen in de offerte, of enig te overleggen document genoemd in de offerte niet is overgelegd; e. lasten, belastingen, heffingen, e?ploitatiekosten, bijdragen of premies van in de akte of deze bepalingen bedoelde verzekeringen niet tijdig worden voldaan; f. een verzoek tot toepassing andere (door de geldverstrekker of een derde) aan de geldnemer (en/of aan diens echtgeno(o)t(e)) verstrekte lening wordt opgeëist; x. xx xxxxxxxxx of de borg failleert, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, zijn vermogen of een deel daarvan onder bewind wordt geplaatst of hem voorlopige of definitieve surséance van betaling of moratorium wordt verleend; x. xx xxxxxxxxx of de borg overlijdt, vermoedelijk overleden wordt verklaard, afwezig is zonder ten genoegen van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend geldverstrekker orde op zaken met betrekking tot het bestuur van zijn goederen te hebben gesteld of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest. Indien ; i. de Ondernemer een rechtspersoon is: a. indien de Ondernemer borgrechtspersoon en / of geldnemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt verliest, wordt nietig verklaard of verliest; b. bij juridische fusie ontbonden, fuseert of juridische splitsing splitst, dan wel er wijziging komt in zijn statuten, zijn reglement, de samenstelling van zijn bestuur of de Ondernemer; c. indien de Ondernemer wordt ontbonden of nietig wordt verklaard; d. de directe of indirecte zeggenschap over een Ondernemer/rechtspersoon door tenaamstelling van één of meer anderen wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap in de zin van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000, zulks ongeacht of die gedragsregels voor de betreffende verkrijging geldenzijn aandelen op naam; 7. voor het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van j. (bij een lening -mede- verstrekt aan een maatschap, een vennootschap onder firma of een commanditaire vennootschap of enige gemeenschap:) vennoten / deelgenoten toe- of uittreden of de maat-, vennoot-, of deelgenootschapbepalingen wijzigen. ; k. het verstrekte onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een (door de Stichting Waarborgfonds Eigen Woning afgegeven “NHG”) borgstelling- nietig, vernietigbaar of niet van de vereiste rang is:, of toegezegd onderpand -waaronder begrepen een (gemengde) verzekering of een borgstelling- niet tijdig is gesteld, is gewijzigd, beëindigd of voortijdig is (of geacht kan worden te zijn) vervallen; a. l. blijkt van een publiekrechtelijke bestemming of van enig gebrek in eigendoms- of andere titels of van het bestaan van een overeenkomst, beperkt recht of gebrek met betrekking tot enig onderpand, waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker de waarde van enig onderpand nadelig kan worden beïnvloed of zijn rechten kunnen worden verkort; m. de juridische of economische gerechtigheid tot enig onderpand wijziging ondergaat, daaronder begrepen vervreemding, verdeling, toedeling, huurkoop, inbreng en het gaan behoren tot een huwelijks- of andere gemeenschap; n. betreffende enig onderpand enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat of de bestemming van de woning wordt gewijzigd, op enig onderpand of op enig ander goed van de geldnemer of de borg beslag wordt gelegd dan wel de e?ecutie van enig onderpand wordt bekend gemaakt of aangezegd; o. de woning (daaronder tevens verstaan een deel daarvan) leeg staat, niet wordt gebruikt of is gekraakt dan wel is beschadigd, wordt verontreinigd, tenietgaat of wordt gesloopt, alsmede indien naar het oordeel van de geldverstrekker de woningernstige gebreken vertoont; p. de huurprijs, het door de gewezen huurder verschuldigde of de vergoeding wegens vordering van enig onderpand wordt verlaagd dan wel de (gewezen) huurder door de daartoe bevoegde instantie wordt gemachtigd tot verandering van de inrichting of gedaante van enig onderpand; q. (bij hypotheek op erfpacht:) indien de maatschaperfpacht eindigt, vennootschap onder firma de erfpachtvoorwaarden wijzigen, de canon verandert, de erfpacht wordt opgezegd, beëindigd of commanditaire vennootschap wordt ontbonden; ofvervallen verklaard of zulks naar het oordeel van de geldverstrekker dreigt te geschieden, de verplichtingen uit hoofde van de erfpacht niet stipt worden nagekomen, of de erfpachter de zaak belast met erfpacht verkrijgt zonder aan de geldverstrekker een hypotheekrecht van gelijke rang op de volle eigendom te verschaffen; b. r. (bij toe- en uittreding een woning bestaande uit een appartementsrecht:) een besluit of bevel tot wijziging van de splitsing, het reglement tot opheffing van een maat splitsing of vennoot.tot ontbinding van de vereniging van eigenaars wordt genomen of gegeven, de appartementseigenaar, of de gebruiker van een privé-ruimte voorschriften of bepalingen niet nakomt of overtreedt, alsmede indien met betrekking tot het desbetreffende registergoed of gebouw zich een omstandigheid voordoet die in de algemene voorwaarden als opeisinggrond is omschreven; a. indien s. een terzake van de woning van overheidswege (voorlopig) toegezegde bijdrage, premie of subsidie vervalt; x. xx xxxxxxxxx of een huurder de bepalingen van de Wet Bodembescherming overtreedt, voorzover deze betrekking hebben op de woning dan wel een daartoe bevoegde instantie een aanschrijving doet uitgaan of een besluit neemt waardoor naar het oordeel van de geldverstrekker onderhandse of openbare verkoop van de woning wordt bemoeilijkt, de waarde van de woning vermindert, de woningdirect of indirect uit de macht van de geldnemer raakt of kan geraken of de rechten van de geldverstrekker op enigerlei andere wijze worden verkort, daaronder begrepen aanschrijvingen of besluiten houdende onbewoonbaarverklaring, vordering, verbod van bouw, verbouw of herbouw, aanwijzing tot onteigening, plaatsing op een monumentenlijst, ontstaan van een wettelijk voorkeursrecht tot koop, opneming in een ruilverkaveling, een saneringsbevel of publiekrechtelijke bestemmingswijziging; u. (bij een lening als bedoeld in artikel 23 van de algemene voorwaarden ) de uitvoering van de werkzaamheden of de aanschaf niet geschiedt volgens de aan de Ondernemer in het kader van zijn onderneming geldverstrekker kenbaar gemaakte plannen, verstrekte geldlening opeisbaar wordt. b. indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerhedentekeningen, door bestekken of technische omschrijvingen, of met de Ondernemer rente- en geldnemer overeengekomen bouw- en/of aflossingen betaald worden aan door andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleent 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden betalingsschema’s dan wel de uitvoering van de Schuld werkzaamheden of de aanschaf om welke reden ook, naar het oordeel van de geldverstrekker geen of onvoldoende voortgang vinden; v. de geldnemer of de borg tekort schiet in de nakoming van enige verbintenis jegens de geldverstrekker; w. het de geldverstrekker blijkt dat ten tijde van het uitbrengen van de offerte dan wel ten tijde van het verstrekken van de lening (dan wel gedurende de looptijd van de geldlening) (door, namens of met betrekking tot gevolg hebben onverwijld aan de) geldnemer en/of de Stichting Zekerheden en borg onvolledige of onjuiste opgave heeft (of is) gedaan van (de Investeerder mee te delen.aanwezigheid of het ontbreken van) enig gegeven en/of enige omstandigheid;

Appears in 1 contract

Samples: Algemene Voorwaarden

Opeisbaarheid. 9.1 De 1) Al hetgeen a.s.r. van de Schuldenaar uit hoofde van de Schuld te vorderen heeft is in het geheel onmiddellijk en terstond onmiddellijk, zonder dat een ingebrekestelling is vereist, opeisbaar in elk van de volgende gevallen: 1. bij het einde (a) indien één of meer aflossings- en / of rentetermijnen niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan; (b) indien één of meer door de Schuldenaar verschuldigde premies, en / of stortingen van, respectievelijk ter zake van en op, levensverzekering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarrekening(en) waarvan de uitkeringen strekken tot zekerheid van de looptijd betaling de Schuld, niet op de daarvoor geldende vervaldagen zijn voldaan, of bij wijziging of beëindiging van deze levensverzekering(en) en / of beleggersrekening(en) en / of spaarrekening(en), anders dan door uitkering van de Geldleningverzekerde som of de geldelijke tegenwaarde of de inleg dan wel indien de noodregeling of het faillissement van de betreffende verzekeringsmaatschappij of bank wordt uitgesproken; 2. (c) bij niet-nakoming door de Schuldenaar van enige verplichting uit hoofde van de Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte en / of de Algemene Voorwaarden, dan wel bij overtreding van enig verbod daaruit; (d) indien de Ondernemer surseance Schuldenaar komt te overlijden of ten aanzien van betaling aanvraagt, aangifte tot faillietverklaring doet of zijn faillissement de Schuldenaar een verklaring van vermoedelijk overlijden wordt aangevraagd door een derdeafgegeven, in staat van faillissement wordt verklaard verklaard, boedelafstand doet, onder curatele wordt gesteld, een schuldsaneringsregeling aanvraagt, emigreert of een akkoord buiten faillissement aangaat; 3. ingeval van executoriale beslaglegging op of overdracht van een belangrijk deel van de activa van de Ondernemer; 4. indien de Ondernemer in verzuim is als omschreven in artikel 5; 5. bij besluit tot algehele staking of staking van een essentieel onderdeel van de onderneming van de Ondernemer of verplaatsen daarvan naar Schuldenaar om welke reden dan ook het buitenland, en bij wijziging van de bedrijfsactiviteiten van de Ondernemer; 6. indien de Ondernemer een natuurlijke persoon is: a. bij het overlijden van de Ondernemer; b. indien de Ondernemer Nederland metterwoon verlaat; c. indien de Ondernemer een verzoek tot toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling heeft ingediend of op andere wijze het vrije beheer over zijn vermogen verliest; (e) indien beslag wordt gelegd op het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. Indien de Ondernemer een rechtspersoon is: a. pandrecht is gevestigd of een deel daarvan, alsmede indien de Ondernemer zijn rechtspersoonlijkheid wijzigt huur of verliestde vergoeding wegens een vordering wordt verlaagd; b. (f) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. een pandrecht is gevestigd in enige onverdeeldheid geraakt, of bij juridische fusie of juridische splitsing wijziging van de Ondernemeronderlinge vermogensrechtelijke verhouding tussen echtgenoten of geregistreerde partners door het laten opstellen of wijzigen van huwelijkse voorwaarden, afstand van enige goederengemeenschap, dan wel registratievoorwaarden en / of verandering van de burgerlijke staat van de Schuldenaar; c. (g) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. een pandrecht is gevestigd geheel of gedeeltelijk ter onteigening wordt aangewezen, wordt gevorderd, verbeurd wordt verklaard, zonder toestemming van a.s.r. voor een ander doel wordt aangewend dan dat ten tijde van het verstrekken van de Lening, of ingeval het Onderpand of een gedeelte daarvan leegstaat in die zin dat daaraan ingevolge enig publiekrechtelijk voorschrift gevolgen zijn; (h) indien het Onderpand geheel of gedeeltelijk op een monumentenlijst wordt geplaatst of daartoe wordt voorgedragen; (i) indien het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. een pandrecht is gevestigd door brand of door een andere oorzaak wordt beschadigd of teniet gaat; (j) indien de Ondernemer bouw of verbouwing met het oog waarop de Lening is verstrekt, niet of niet volgens het oorspronkelijke plan en binnen de gestelde termijn wordt ontbonden uitgevoerd of nietig wanneer de voor de bouw bestemde gelden voor andere doeleinden worden aangewend, dan wel indien één of meer van de benodigde vergunningen wordt / worden geweigerd of ingetrokken; (k) indien het Onderpand onbewoonbaar wordt verklaard of dreigt te worden verklaard; d. (l) indien een besluit tot ruilverkaveling, herinrichting of aanpassingsinrichting wordt genomen ten aanzien van het gebied waarin het Onderpand is gelegen; (m) indien door de directe rechter een machtiging tot verandering van de inrichting of indirecte zeggenschap over de gedaante van het Onderpand wordt gegeven; (n) indien a.s.r. een Ondernemer/rechtspersoon aanzegging van voorgenomen verkoop van het Onderpand door één een andere hypotheekhouder heeft ontvangen dan wel indien het Onderpand of meer anderen een gedeelte daarvan wordt verkregen dan degene(n) bij wie die zeggenschap eerder berustte, waarbij onder zeggenschap moet worden verstaan het verkrijgen van zeggenschap overgedragen in de zin van artikel 84, in verband met artikel 98, van Boek 3 van het SER-Besluit Fusiegedragsregels 2000Burgerlijk Wetboek of wordt bezwaard met een kwalitatieve verplichting als bedoeld in artikel 252 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek of indien op enige andere wijze verandering komt of, zulks ongeacht naar het oordeel van a.s.r., dreigt te komen in de rechtstoestand van het Onderpand of die gedragsregels voor enig beperkt recht ontstaat of tenietgaat, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter; (o) ingeval het Onderpand bestaat uit een appartements- recht; (i) bij wijziging of aanvulling van de akte van splitsing of van het reglement, opheffing van de splitsing, gedeeltelijke sloping van het gesplitste gebouw of wanneer een voorstel tot een dergelijke wijziging, aanvulling, opheffing of sloping wordt gedaan, zonder schriftelijke toestemming van a.s.r., een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter, (ii) bij niet nakoming of overtreding door de Schuldenaar of door de gebruiker van het appartementsrecht van enige op het recht van appartement betrekking hebbende wetsbepaling en / of enige bepaling van het betreffende verkrijging geldenreglement; 7. voor (p) ingeval het geval de Geldlening wordt aangegaan voor rekening en risico van Onderpand bestaat uit een maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap iserfpachtsrecht: a. (i) bij wijziging van de erfpachtsvoorwaarden, daaronder begrepen het bedrag van de canon, zonder schriftelijke toestemming van a.s.r., (ii) indien de maatschapSchuldenaar handelt in strijd met de in de akte van uitgifte of in een akte van wijziging van erfpacht neergelegde verplichtingen of deze niet nakomt, vennootschap onder firma (iii) indien de erfpachtsovereenkomst wordt ontbonden of commanditaire vennootschap het erfpachtsrecht wordt ontbondenbeëindigd of vervallen verklaard, dan wel indien dit recht naar het oordeel van a.s.r. dreigt te vervallen of dreigt teniet te gaan, een en ander al dan niet door tussenkomst van de rechter, (iv) indien de erfpachter de eigendom van de grond verkrijgt en de Schuldenaar niet meewerkt aan een akte waarbij ten behoeve van a.s.r. een recht van hypotheek wordt verleend op die eigendom, binnen een door a.s.r. bepaalde termijn, (v) alsmede ingeval het Onderpand bestaat uit een goed, belast met een erfpachtsrecht bovendien: bij wijziging in de erfpachtsvoorwaarden zonder daartoe van a.s.r. ontvangen voorafgaande schriftelijke toestemming; (q) indien blijkt van het bestaan van: (i) enig gebrek in de titels van verkrijging van - of in het beschikkingsrecht over - het Onderpand of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. een pandrecht is gevestigd of een gedeelte daarvan, of bij nietigheid of vernietigbaarheid van het recht van hypotheek, (ii) een verborgen gebrek aan het Onderpand, (iii) een huur, pacht- of ander contract of enig zakelijk recht met betrekking tot het Onderpand, waarmee a.s.r. ten tijde van het sluiten van de akte van geldlening niet bekend was; ofalsmede bij ontbinding, nietigverklaring of vernietiging van de overeenkomst, waarbij de Schuldenaar het Onderpand of een gedeelte daarvan heeft verkregen; b. bij toe- (r) indien zich een omstandigheid voordoet die aanleiding geeft tot gegronde vrees dat het verschuldigde niet of niet geheel uit de executieopbrengst van het Onderpand en uittreding / of de roerende zaken, rechten, vorderingen, effecten en vruchten waarop ten behoeve van a.s.r. een maat of vennoot.pandrecht is gevestigd kan worden verhaald; a. (s) indien een andere vordering dan die tot betaling van de Schuld, hetzij van a.s.r., hetzij van tot de Groepsmaatschappij behorende onderneming, vervroegd opeisbaar wordt om welke reden ook; (t) indien de Schuldenaar in verband met de Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte of deze Algemene Voorwaarden onjuiste informatie heeft verstrekt waarvan de Schuldenaar wist of behoorde te weten dat deze informatie onjuist was; (u) indien de Schuldenaar bepaalde informatie die voor a.s.r. (mogelijk) relevant is in verband met de Leningsovereenkomst, de Hypotheekakte of deze Algemene Voorwaarden niet aan a.s.r. heeft verstrekt, terwijl de Ondernemer Schuldenaar wist of behoorde te weten dat deze informatie (mogelijk) relevant was voor a.s.r.; (v) indien belastingen, lasten of premies van verzekeringen betreffende het Onderpand niet, of niet tijdig, worden betaald; (w) indien de Schuldenaar zijn medewerking aan een (her) taxatie weigert – waarbij weigering tot medewerking van de gebruiker zal gelden als weigering van de Schuldenaar – of indien de Schuldenaar in verzuim blijft na bedoelde (her)taxatie het kader van zijn onderneming verstrekte geldlening opeisbaar wordt.door a.s.r. nodig geachte bedrag af te lossen dan wel daarvoor extra zekerheid te stellen; b. (x) indien zonder toestemming en medeweten van Stichting Zekerheden, op de Bouwdepotrekening of een door de Ondernemer rente- en of aflossingen betaald worden aan door Schuldenaar bij a.s.r. aangehouden rekening (derden-) beslag is gelegd; (y) indien de Schuldenaar op enigerlei andere geldverstrekkers verstrekte geldleningen. Als Bijlage 2 kan aan deze Overeenkomst een overzicht gehecht worden met alle rente- en aflossingsverplichtingen waar Stichting Zekerheden mee bekend is en waarvoor zij bij deze haar toestemming verleentwijze in gebreke is; en 9.2 De Ondernemer is verplicht om alle feiten die het terstond opeisbaar worden (z) indien voor terugbetaling van de Schuld tot gevolg hebben onverwijld aan de Stichting Zekerheden en de Investeerder mee te delenLening door een Derde zekerheidgever zekerheid is gesteld: bij het vervallen van die zekerheid.

Appears in 1 contract

Samples: Geldlening en Zekerheidsstelling