Preventieve logopedie Voorbeeldclausules

Preventieve logopedie. In 2023 hebben de logopedisten van GGD Groningen zich, naast hun reguliere werkzaamheden in de gemeenten die de facultatieve taak afnemen, ingezet op het monitoren van het effect van VVE in de gemeente Westerkwartier. De samenwerking tussen jeugdverpleegkundigen, pedagogisch medewerkers en de logopedisten is verbeterd. Samen wordt de ontwikkeling van de kinderen nog intensiever gevolgd. Ook is in 2023 ingezet op het bijscholen van (nieuwe) JGZ-professionals. In deze scholing is naast de kennis over de spraak-taalontwikkeling ook aandacht besteed aan het versterken van de samenwerking tussen de preventieve logopedisten en de JGZ professionals. Vanuit o.a. lokale coalities Kansrijke Start zijn voorlichtingen gegeven aan pedagogisch medewerkers van de kinderopvang en/of ouders. Er is een podcast gemaakt over spraaktaalontwikkeling: xxxxx://xxxx.xx/xX0XXxxx. In de stad Groningen is in de wijk Lewenborg voorlichting gegeven aan huisartsen over spraaktaalontwikkeling en de werkzaamheden van de preventief logopedist. Ook zijn er certificaten voor de cursus ‘Met Taal Vooraan’ gehaald. De pedagogisch medewerkers kinderopvang kunnen hierdoor beter geschoold en begeleid worden op het stimuleren van de taalontwikkeling. Tevens is er voorlichting gegeven aan een groep coassistenten van het UMCG m.b.t. vroegsignalering van taalproblemen of taalontwikkelingsstoornissen. Laaggeletterdheid is verbonden met gezondheidsproblemen. Laaggeletterden hebben vaker last van bepaalde ziekten en aandoeningen, zoals astma, diabetes, kanker, hartinfarcten en psychische problemen. Door laaggeletterdheid te verminderen, wordt bijgedragen aan het verkleinen van gezondheidsverschillen. Binnen GGD Groningen is in 2023 ingezet op het thema laaggeletterdheid, met een concrete uitrol binnen de JGZ. JGZ-professionals zijn door de preventief logopedisten geschoold om laaggeletterdheid beter te signaleren en goed geïnformeerd te zijn over handelingsmogelijkheden om laaggeletterde ouders te ondersteunen. De opgedane vaardigheden worden in de dagelijkse JGZ-praktijk toegepast. Dit draagt bij aan het doorbreken van de intergenerationele overdracht van laaggeletterdheid en het vergroten van ontwikkelkansen van kinderen met laaggeletterde ouders. In 2023 is, naast scholingen aan de JGZ-collega’s, ook een scholing verzorgd aan de moeders en vrijwilligers van MIM (Moeders Informeren Moeders). Vanuit een TelMeeMetTaal subsidie is deze scholing ook gegeven aan de pedagogisch medewerkers van Kids2B in de g...
Preventieve logopedie. De aandacht voor preventie en aanpak van laaggeletterdheid wordt steeds groter. Laaggeletterdheid is immers gerelateerd aan veel gezondheidsproblemen. De preventieve logopedie heeft een belangrijke rol gespeeld in het vergroten van deze aandacht zowel intern bij de JGZ-professionals als extern bij pedagogisch medewerkers van de kinderopvang, naast hun basiswerkzaamheden in het zo vroeg mogelijk signaleren van spraaktaalproblemen. In 2021 is de preventieve logopedie uitgevoerd in acht Groninger gemeenten: Groningen, Eemsdelta, Het Xxxxxxxx, Westerkwartier, Midden-Groningen, Stadskanaal, Veendam en Pekela (in de gemeente Pekela is preventieve logopedie uitsluitend uitgevoerd op twee basisscholen). In deze gemeenten zijn kinderen gescreend op hun spraaktaalontwikkeling en bij achterstanden doorverwezen naar het juiste traject. Aan deze kinderen met een spraak- en taalachterstand wordt een integrale aanpak geboden waarmee ernstige of blijvende spraak- en taalachterstanden op latere leeftijd worden voorkomen. Ondersteuning wordt geboden aan ouders, leidsters van kinderopvang en leerkrachten in het basisonderwijs. De preventieve logopedie heeft haar reguliere werkprocessen aangepast conform de corona-richtlijnen om toch zoveel mogelijk kinderen te kunnen begeleiden. Ook is in 2021 in de gemeente Westerkwartier gestart met het monitoren van het effect van Voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Dit vindt plaats door middel van het inzetten van een screeningsinstrument, uitgevoerd door de preventief logopedisten. Binnen GGD Groningen is in 2021 nog meer ingezet op meer aandacht voor de preventie en aanpak van laaggeletterdheid. In samenwerking met de Stichting Lezen en Schrijven en de ambassadeur Laaggeletterdheid (en tevens preventief logopedist) hebben in 2021 scholingen plaatsgevonden voor de JGZ-professionals om hun kennis te vergroten over het signaleren en bespreekbaar maken van laaggeletterdheid. Ook kwamen lokale verwijsmogelijkheden voor laaggeletterden aan bod in deze scholing.
Preventieve logopedie. Deelname Provinciale Werkgroep Laaggeletterdheid JouwGGD Consultatieteam Pesten Plezier op school De meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Wat heeft het gekost? Primitieve Begroting Actuele Begroting Jaarrekening Afwijking Deelprogramma baten of lasten Programma- onderdeel 2021 2021 2021 2021
Preventieve logopedie. De aandacht voor de preventie en aanpak van laaggeletterdheid wordt steeds groter, laaggeletterdheid is immers gerelateerd aan veel gezondheidsproblemen. Binnen GGD Groningen is in 2020 ingezet op meer aandacht voor de preventie en aanpak van laaggeletterdheid. De preventieve logopedie heeft een belangrijke rol gespeeld in het vergroten van deze aandacht bij de JGZ-professionals. De corona zijn de werkprocessen van preventieve logopedie aangepast om toch zoveel mogelijk kinderen te kunnen begeleiden. In 2020 is de preventieve logopedie uitgevoerd in zeven gemeenten: Groningen, Het Xxxxxxxx, Westerkwartier, Veendam, Midden-Groningen, Stadskanaal en ADL. In deze gemeenten zijn kinderen gescreend op hun spraaktaalontwikkeling en bij achterstanden doorverwezen naar het juiste traject. Aan deze kinderen met een spraak- en taalachterstand wordt een integrale aanpak geboden waarmee ernstige of blijvende spraak- en taalachterstanden op latere leeftijd worden voorkomen. Ondersteuning wordt geboden aan ouders, leidsters van kinderopvang en leerkrachten in het basisonderwijs. Ook hebben een aantal preventief logopedisten een actieve bijdrage geleverd aan corona- werkzaamheden in het Covid-19 team.
Preventieve logopedie. Deelname Provinciale Werkgroep Laaggeletterdheid

Related to Preventieve logopedie

  • Overwerktoeslag Voor werknemers, werkzaam in de bedrijfscatering is de matrix overwerktoeslag van bijlage A2 van toepassing.

  • Afwijking Individuele afwijkingen, met inbegrip van aanvullingen dan wel uitbreidingen van deze Algemene Voorwaarden, moeten schriftelijk tussen de ondernemer en de consument worden vastgelegd.

  • Wat zijn de gevolgen als u een wijziging in uw medewerkersbestand niet of te laat doorgeeft? We willen uw melding van een nieuwe medewerker binnen een maand ontvangen. Ontvangen we uw melding niet of te laat, dan is deze medewerker niet verzekerd. Dat betekent dat u een eventuele aanvulling die we aan deze medewerker verlenen, aan ons moet terugbetalen. We verlenen deze aanvulling alleen als we daartoe verplicht zijn op grond van de Pensioenwet. Ontvangen we uw melding van een nieuwe medewerker na een maand of later alsnog? Dan nemen we hem in de module op vanaf de datum dat hij in dienst is getreden, of – als dat later is – vanaf de ingangsdatum van de module. Vanaf die datum bent u ook premie verschuldigd voor deze medewerker. De dekking van de module gaat echter pas in op het moment dat hij is aangemeld.

  • Eindafrekening 1. De Erkende Verhuizer zal de eindafrekening tijdens de oplevering aan de klant ter hand stellen ofwel zo spoedig mogelijk na de oplevering doen toekomen. 2. Wanneer de overeenkomst is gebaseerd op regie (al dan niet in combinatie met een richtprijs), bevat de eindafrekening een opstelling van de bestede uren, geleverde materialen en overige kosten (zoals gereedschapshuur, parkeergelden, precario, e.d.). 3. Wanneer de overeenkomst is gebaseerd op een vaste prijs, bevat de eindafrekening een opstelling van de vaste prijs, het eventuele ‘meer- en/of minderwerk’ en eventuele extra kosten op grond van onvoorziene complicaties. 4. De eindafrekening bevat tevens een opstelling van eventueel door de klant reeds betaalde bedragen en van het resterende saldo. 5. Alle betalingen dienen binnen 2 weken na ontvangst van de rekening plaats te vinden, tenzij partijen een andere termijn zijn overeengekomen.

  • Loondoorbetaling De werknemer die wegens ziekte of arbeidsongeschiktheid niet in staat is de bedongen arbeid te verrichten, behoudt in het eerste ziektejaar: a. gedurende de eerste zes maanden doorbetaling van het loon tot 95% en b. gedurende de tweede zes maanden tot 90% van het loon. In het tweede ziektejaar behoudt de werknemer: c. gedurende de eerste zes maanden doorbetaling van het loon tot 85% en d. gedurende de tweede zes maanden tot 80% van het loon.

  • Toepasselijke wetgeving De overeenkomst is onderworpen aan de Belgische wetgeving betreffende individuele levens- en aan- vullende verzekeringen in het algemeen en betreffende Riziv-overeenkomsten die beantwoorden aan de wettelijke voorwaarden van een sociale overeenkomst ‘vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen’ in het bijzonder. Mocht de aangeslotene buiten België gevestigd zijn, dan wordt, indien de wet het zo toe- laat, door de partijen uitdrukkelijk gekozen voor de toepassing van het Belgisch recht betreffende indivi- duele levens- en aanvullende verzekeringen.

  • Geautomatiseerde besluitvorming Wij maken geen gebruik van geautomatiseerde besluitvorming.

  • De beoordeling Welke vraag moet de commissie beantwoorden? 3.1 Alhoewel het partijdebat zich met name heeft toegespitst op de externe registraties, vat de commissie de klacht van de consument ook zo op dat zij ook de vraag moet beantwoorden of de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument in de interne registers mocht registreren.1 Daarmee hangt ook samen de vraag of de verzekeraar de verschillende verzekeringen mocht beëindigen en daarvan melding mocht maken in de verschillende registers. 3.2 De commissie is van oordeel dat de verzekeraar de persoonsgegevens van de consument ten onrechte in de verschillende registers heeft opgenomen. Dat betekent dat de verzekeraar de registraties uit de registers moet verwijderen. Het oordeel van de commissie zal hierna worden toegelicht. Eerst zal het juridisch kader worden geschetst waarna de zaak aan de hand van dit toetsingskader zal worden beoordeeld. 3.3 Omdat deze registraties grote gevolgen hebben voor consumenten, is de commissie van oordeel dat verzekeraars niet zonder goede reden persoonsgegevens mogen opnemen in de genoemde registers. Er worden dan ook terecht hoge eisen gesteld aan die reden(en). De eisen voor registratie in het Incidentenregister en het EVR zijn opgenomen in het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen 2021 (hierna: ‘het Protocol’, zie bijlage). 3.4 Artikel 5.2.1 van het Protocol bepaalt onder welke voorwaarden persoonsgegevens mogen worden opgenomen in het EVR. Vereist is dat er een zwaardere verdenking tegen de consument bestaat dan alleen maar een redelijk vermoeden van schuld aan de fraude, in die zin dat de te verwerken strafrechtelijke persoonsgegevens in voldoende mate moeten vaststaan. Een strafrechtelijke veroordeling van de betrokkene is niet vereist.2 Het uitgangspunt is dat de verzekeraar moet kunnen aantonen dat in voldoende mate vaststaat dat de gedraging van de consument de kwalificatie strafbaar feit kan dragen. Dit betekent dat alleen een verdenking van fraude niet genoeg is, hier moet ook enig bewijs voor zijn. De verzekeraar moet dus goede redenen hebben de gegevens te registreren en hij moet dat ook voldoende kunnen onderbouwen. Het is aan de verzekeraar te bewijzen dat hiervan sprake is. 1 Er is bij het invullen van het klachtformulier immers geen sprake van ‘het formuleren van een vordering’. Door het indienen van dat formulier wordt een klacht in volle omvang aan de Geschillencommissie voorgelegd, zie HR 17 november 1995, NJ 0000/000 (Xxxxx/Xxxxx) en art. 47 lid 2 onder h van het reglement. 2 Zie Hoge Raad 29 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH4720, overweging 4.4 (te vinden op xxx.xxxxxxxxxxx.xx).‌ 3.5 De verzekeraar stelt zich op het standpunt dat de consument hem opzettelijk heeft misleid door te proberen een dubbele uitkering te verkrijgen voor het verlies van één en dezelfde verlovingsring, terwijl hij daar geen recht op had. De consument heeft een uitvoerige verklaring gegeven, zoals weergegeven bij de nummers 2.5 t/m 2.12, voor de door de verzekeraar geconstateerde merkwaardigheden. De consument ontkent dat hij betrokken is geweest bij het indienen van de claim bij de reisverzekeraar. 3.6 De verzekeraar is er op basis van de aangevoerde argumenten niet in geslaagd de commissie ervan te overtuigen dat de consument heeft geprobeerd ter zake de verlovingsring een dubbele uitkering te krijgen. De commissie is van oordeel dat de verzekeraar onvoldoende naar voren heeft gebracht om vast te kunnen stellen dat de consument wist dat zijn verloofde al een claim bij de reisverzekeraar had ingediend. Evenmin is vast komen te staan dat de consument zelf de claim bij de reisverzekeraar heeft ingediend. In het licht van de consistente verklaringen van de consument, met name daar waar het gezamenlijke gebruik van de computer en de periode van ziekte en rouw betreft, acht de commissie niet in voldoende mate vaststaan dat de consument betrokken was bij of wetenschap had van de eerdere claim. De commissie neemt daarbij mee dat de consument ook ter zitting desgevraagd het een en ander op een consistente wijze heeft opgehelderd, niet is gebleken dat de consument tegenstrijdig heeft verklaard en niet valt uit te sluiten dat het is gegaan zoals de consument heeft verklaard. 3.7 Dat de consument in eerste instantie stellig heeft verklaard dat hij aan het sterfbed van zijn vader de verlovingsring had gezien, maakt het voorgaande niet anders. Gelet op de situatie waarin de consument zich destijds bevond, is het denkbaar dat hij ook daadwerkelijk in die veronderstelling verkeerde. De commissie kan zich voorts voorstellen dat de houding van de verzekeraar in deze kwestie voor de consument reden is geweest om zijn verloofde geen verklaring te laten afleggen. Niet weersproken is dat dit ook het advies is geweest van zijn rechtsbijstandsverzekeraar. Daarbij acht de commissie van belang dat de consument ter zitting heeft aangegeven bereid te zijn om erover na te denken zijn verloofde alsnog een verklaring te laten afleggen. 3.8 De verzekeraar stelt zich tot slot op het standpunt dat de consument bij e-mail van 14 januari 2022 heeft erkend dat hij heeft gefraudeerd. Gelet op de context waarin voornoemde e-mail door de consument is verstuurd, is de commissie echter van oordeel dat hierin geen erkenning van de consument besloten ligt. 3.9 De commissie is dan ook van oordeel dat niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd. Dit brengt mee dat niet is voldaan aan de vereisten die het Protocol stelt om tot registratie in het EVR over te gaan. De verzekeraar is dan ook onterecht overgegaan tot het registreren van de persoonsgegevens van de consument in het EVR en dient die registratie te verwijderen. 3.10 Vervolgens is de vraag aan de orde of de registratie in het Incidentenregister wel mag worden gehandhaafd. De commissie oordeelt dat ook de registratie in het Incidenten- register moet worden doorgehaald. Er is niet langer voldaan aan artikel 3.1.1 van het Protocol. Nu niet is vast komen te staan dat de consument heeft gefraudeerd, zijn de geregistreerde gegevens niet langer ter zake dienend. De registratie draagt niet langer bij aan het onderkennen, voorkomen, onderzoeken en bestrijden van strafbare gedragingen, en ook niet kan worden gezegd dat de registratie anderszins nog kan bijdragen aan de in artikel 4.1.1 Protocol omschreven doelen. 3.11 Op grond van artikel 4.2.3 van het Protocol worden de gegevens in het Incidenten- register uitgewisseld met functionarissen werkzaam bij de daartoe ingerichte coördinatiefuncties van het Verbond van Verzekeraars, te weten het fraudeloket. Dit is het CBV. Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen dient de verzekeraar de melding van de incidentenregistratie aan het CBV in te trekken.

  • JAARREKENING BALANS NA WINSTVERDELING ACTIVA OPRICHTINGSKOSTEN VASTE ACTIVA Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa

  • Beoordeling 1. Over de wijze waarop de werknemer zijn functie heeft uitgeoefend en over zijn gedragingen tijdens de uitoefening van die functie wordt periodiek een beoordeling opgemaakt. 2. De werkgever stelt regels vast voor beoordelingen. 3. De werknemer is verplicht de beoordeling voor gezien te ondertekenen.