WANNEER KRIJGT U GEEN VERGOEDING? Premie niet betaald 6.1 Wij vergoeden geen kosten en verlenen geen hulp als u de premie voor deze verzekering niet heeft betaald.
Thuiswerkvergoeding a. De werknemer die anders dan incidenteel thuis werkt, heeft recht op een vergoeding van € 2,00 netto per thuiswerkdag om de dienstbetrekking vanuit thuis goed te kunnen uitvoeren. Onder anders dan incidenteel thuiswerken in dit artikel wordt verstaan: a. de werknemer werkt over een tijde- lijke periode van tenminste één maand minimaal 50% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van twee werkdagen per werkweek of b. de werknemer werkt structureel minimaal 20% van zijn werktijd thuis, waarbij een minimum geldt van één werkdag per werkweek. b. Het recht op de (standaard) thuiswerkvergoeding wordt door deugdelijke administratie bijgehouden door de werkgever. c. De werknemer die recht heeft op de in lid a genoemde vergoeding, heeft op een thuiswerkdag geen recht op een kostenvergoeding woon-werkverkeer zoals genoemd in artikel 6.2 van deze cao. De werknemer die op een thuiswerkdag een noodzakelijke dienstreis maakt, heeft aanspraak op een vergoeding voor de gemaakte reiskosten.
Maaltijdvergoeding Indien de werkgever geen maaltijd verstrekt, heeft de medewerker recht op een vergoeding. Deze vergoeding is per 1 januari 2021 ten minste € 4,30. Overlegt de medewerker een kassabon van een genoten maaltijd op die dag met een hoger bedrag, dan ontvangt hij het bonbedrag tot een maximum van € 8,80.
Geschillenregeling en de wettelijke klachtenregeling voor Kinderopvang 1. Geschillen tussen Ouder en Ondernemer over de totstandkoming of de uitvoering van de Overeenkomst kunnen zowel door de Ouder als door de Ondernemer aanhangig worden gemaakt bij de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen, Bordewijklaan 46, Xxxxxxx 00 000, 0000 XX Xxx Xxxx, (xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx). 2. Een geschil wordt door de Geschillencommissie slechts in behandeling genomen, indien de Ouder zijn klacht eerst bij de Ondernemer heeft ingediend. 3. Leidt de klacht niet tot een oplossing dan moet het geschil binnen 12 maanden na de datum waarop de Ouder de klacht bij de Ondernemer indiende, schriftelijk of in een andere door de Geschillencommissie te bepalen vorm bij deze commissie aanhangig worden gemaakt. 4. Wanneer de Ouder een geschil aanhangig maakt bij de Geschillencommissie, is de Ondernemer aan deze keuze gebonden. Indien de Ondernemer een geschil aanhangig wil maken bij de Geschillencommissie, moet hij de Ouder Schriftelijk vragen zich binnen vijf weken uit te spreken of hij daarmee akkoord gaat. De Ondernemer dient daarbij aan te kondigen dat hij zich na het verstrijken van voornoemde termijn vrij zal achten het geschil bij de rechter aanhangig te maken. 5. De Geschillencommissie doet uitspraak met inachtneming van de bepalingen van het voor haar geldende reglement. Het reglement van de Geschillencommissie is beschikbaar via xxx.xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx.xx en wordt desgevraagd toegezonden. Voor de behandeling van een geschil is een vergoeding verschuldigd. De beslissingen van de Geschillencommissie geschieden bij wege van bindend advies. 6. Uitsluitend de rechter dan wel de hierboven genoemde Geschillencommissie is bevoegd van geschillen kennis te nemen.
Hoe wordt uw recht op een vergoeding vastgesteld? Uw bedrijfsarts beoordeelt of de verzekerde arbeidsongeschikt is en in hoeverre de verzekerde beperkt is in het verrichten van zijn werkzaamheden. Met de gegevens van de bedrijfsarts bepalen we of er recht op een vergoeding bestaat en wat de hoogte en duur hiervan is. Daarnaast beoordelen we of u en de verzekerde aan de polisvoorwaarden voldoen.
Verhuiskostenvergoeding De werknemer die een dienstverband aangaat met een nieuwe werkgever komt op dat moment in aanmerking voor de verhuiskostenvergoeding volgens de arbeidsvoorwaardenregeling indien de nieuwe werkgever een dergelijke vergoeding niet ter beschikking stelt.
Reiskostenvergoeding Lid 1 De werknemer ontvangt voor het reizen met eigen vervoer, een vergoeding van de reiskosten voor het vervoer heen en terug van zijn woning naar de vestiging, dan wel een door de werkgever aangewezen opstappunt, conform Artikel 38 Lid 6. De vergoeding is gebaseerd op het aantal gereden kilometers per dag en bedraagt: Aantal gereden kilometers totaal per dag Vergoeding Maximum vergoeding per dag 1 t/m 10 km heen en terug € 0,19 per km € 1,90 Vanaf 11 t/m 20 km heen en terug € 0,19 per km € 2,65 Vanaf 21 km heen en terug € 0,19 per km € 3,00 Lid 2 Bij vrijwillige verhuizing verder van de onderneming ontstaat geen recht op een hogere reiskostenvergoeding. Lid 3 Indien de werknemer voor het vervoer van zijn woning naar de plaats waar de werkzaamheden feitelijk worden uitgevoerd, niet zijnde de hoofd- of nevenvestiging van de onderneming, per dag tot en met 30 kilometer reist (totaal heen en terug), ontvangt hij een vergoeding conform de tabel in Lid 1. Over de meerdere kilometers boven 30 kilometer (totaal heen en terug) ontvangt de werknemer € 0,27 per kilometer. Lid 4 Indien, naar het oordeel van de werkgever, de werknemer gebruik moet maken van een eigen vervoermiddel, of indien de werknemer tijdens de werktijd ten behoeve van de werkzaamheden gebruik moet maken van een eigen vervoermiddel, dan ontvangt hij hiervoor een vergoeding van € 0,27 per kilometer. Lid 5 Indien de werkzaamheden worden verricht op een zodanige afstand van de woonplaats van de werknemer, dat het voor hem noodzakelijk is elders te overnachten, zal op ondernemingsniveau een passende regeling worden getroffen voor een zogenaamde nachtvergoeding. Lid 6 De werkgever zal binnen de kaders van de fiscale wet- en regelgeving, maandelijks zijn medewerking verlenen aan het fiscaal vriendelijk geheel of gedeeltelijk verrekenen van eventuele niet-benutte ruimte met betrekking tot de vergoeding voor reiskosten voor woon- werkverkeer. Als een maandelijkse verwerking niet mogelijk is, kan de werkgever er ook voor kiezen om dit per kwartaal, halfjaarlijks of jaarlijks te verrekenen. Indien de fiscale regelgeving wijzigt wordt deze regeling dienovereenkomstig aangepast. Lid 7 Bij verplaatsing van de vestiging of het opstappunt op initiatief van de werkgever waarbij de afstand voor woon-werkverkeer met meer dan 10 kilometer toeneemt, ontvangt de werknemer een vergoeding van € 0,19 per kilometer over het meerdere van 10 kilometer. Deze vergoeding wordt in 3 jaar in 3 gelijke stappen afgebouwd.
Kostenvergoeding De werknemer krijgt de kosten, die hij voor de onderneming heeft gemaakt, terug betaald.
Onkostenvergoeding De vrijwilliger ontvangt geen beloning voor de verrichte werkzaamheden. De vrijwilliger ontvangt een vergoeding voor de werkelijk gemaakte kosten. Uitgangspunt is dat de vrijwilliger vooraf toestemming heeft gekregen van de contactpersoon voor het maken van deze kosten. Vergoeding vindt plaats na overlegging van een declaratieformulier en evt. ook een betalingsbewijs bij de contactpersoon van Jeugd GGZ.
Berekening van de vergoeding A. Bij een gedeeltelijk schadegeval vergoeden wij de volgende herstellingskosten: 1. de kosten voor het opsporen van de oorzaak van het schadegeval; 2. de loon- en verplaatsingskosten m.b.t. het demonteren, herstellen en opnieuw monteren; 3. de kosten van de gebruikte materialen en vervangingsstukken, alsook de kosten voor het vervoer ervan. 1. voor het informatica- en kantoormaterieel: de factuur van de herstelling; 2. voor elk ander verzekerde materieel: de factuur van de herstelling zonder toepassing van de slijtage behalve op de regelmatig te vervangen elementen waarvoor wij een forfaitaire slijtage van 50 % toepassen. B. Bij een volledig schadegeval vergoeden wij het beschadigde verzekerde materieel: 1. voor het informatica- en kantoormaterieel: wij vergoeden u in nieuwwaarde zonder de kost te overschrijden van vergelijkbaar nieuw materieel, met hetzelfde vermogen en dezelfde prestaties of, bij gebrek, indien het materieel niet meer beschikbaar is op de markt, het model van hetzelfde type dat dit onmiddellijkvervangt. 2. voor elk ander verzekerde materieel: wij vergoeden u in werkelijke waarde na aftrek van de waarde van de brokstukken en van de nog bruikbare stukken. C. Indien u beslist het beschadigde materieel niet te vervangen of niet te laten herstellen, vergoeden wij u voor: 1. het informatica- en kantoormaterieel: in nieuwwaarde met toepassing van een forfaitaire slijtage van 10 % per jaar te rekenen vanaf de aankoopdatum; 2. elk ander verzekerde materieel: in werkelijke waarde na aftrek van de waarde van de brokstukken en van de nog bruikbare stukken. D. Wij vergoeden de btw in de mate dat deze inbegrepen is in de aangegeven waarde en voor zover deze niet fiscaal recupereerbaar of aftrekbaar is. De vergoeding mag in geen geval de aangegeven waarde voor het verzekerde materieel overschrijden; E. In geval van onderverzekering van meer dan 10 %, passen wij de evenredigheidsregel toe. F. Wij dragen ook de reddingskosten; deze kosten zijn beperkt tot de aangegeven waarde met een maximum van 28.498.386,00 EUR. G. Indien een stuk of elk deel van het beschadigde materieel niet meer kan worden vervangen omdat het verzekerde materieel niet meer gemaakt wordt of de vervangingsstukken niet meer beschikbaar zijn op de markt, zijn wij enkel gehouden tot het bedrag, bij monde van de deskundige, van de kosten voor de vervanging of voor de herstelling van het stuk of het deel van het beschadigde verzekerde materieel. H. Het beschadigde verzekerde materieel wordt beschouwd als hersteld in zijn werkingstoestand van vóór het schadegeval wanneer het weer in gebruik gebracht wordt. Op dat ogenblik houden onze verplichtingen voor dat schadegeval op. I. Onder voorbehoud van artikel 6 B, heeft de verzekerde in geen geval het recht het beschadigde verzekerde materieel aan ons over te laten.