Common use of Reisbijstand Clause in Contracts

Reisbijstand. 3.1. Verlies of diefstal van reisdocumenten en vervoerbewijzen in het buitenland – Bij verlies of diefstal van reisdocumenten (identiteitskaart, paspoort, rijbewijs, enz.) moet de verzekerde zich allereerst tot de dichtstbijzijnde Belgische ambassade of consulaire vertegenwoordiging wenden. Het adres daarvan kan de bij- standsverlener hem bezorgen. – Bij verlies of diefstal van cheques, bankkaarten of kredietkaarten komt de bijstandsverlener bij de financiële instellingen tussen om de noodzakelijke beschermingsmaatregelen te doen toepassen. – Bij verlies of diefstal van vervoerbewijzen bezorgt de bijstandsverlener de verzekerde de nodige bankbiljetten om zijn reis voort te zetten, zodra deze de bijstandsverlener op de manier van zijn keuze met de tegenwaarde in euro gecrediteerd heeft. 3.2. Verlies of diefstal van bagage in België en in het buitenland Bij verlies of diefstal van bagage regelt en betaalt de bijstandsverlener het opsturen van een reiskoffer met persoonlijke voor- werpen. Deze bagage moet aan de bijstandsverlener bezorgd worden door de persoon die de verzekerde heeft aangewezen. De bijstandsverlener wijst elke aansprakelijkheid af in geval van verlies, diefstal of schade aan de bagage wanneer deze achtergelaten is in het verzekerde voertuig dat de bijstandsverlener moet vervoeren. 3.3. Vervroegde terugreis in geval van ziekenhuisopname in België van de echtgeno(o)t(e), vader of moeder, zoon of dochter, kleinzoon of kleindochter, broer of zus, grootouders, schoonouders, xxxxxxxxxxx of schoonzus van de verzekerde Indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat deze ziekenhuisopname van onverwachte aard is en dat de ernst van de gezondheidstoestand van de patiënt de aanwezigheid van een verzekerde rechtvaardigt, regelt en betaalt de bijstandsverlener de heen- en terugreis van één verzekerde. De voorziene duur van de ziekenhuisopname moet langer dan 5 dagen bedragen. Indien de in het ziekenhuis in België opgenomen patiënt een kind is van de verzekerde dat jonger is dan 18 jaar en indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat de patiënt langer dan 48 uur in het ziekenhuis moet blijven, regelt en betaalt de bijstandsverlener de terugreis van de vader en de moeder naar huis. 3.4. Vervroegde terugkeer wegens overlijden van een familielid of vennoot De waarborg geldt wanneer: a. een familielid van de verzekerde (echtgenoot, vader, moeder, kind, broer, zuster, grootouders, kleinkinderen, schoon- ouders, xxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxx) plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is; b. een vennoot, onontbeerlijk voor het dagelijks beheer van het bedrijf van de verzekerde of van een vervanger van de verzekerde in zijn vrij beroep, plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is. Om de verzekerde in deze gevallen in staat te stellen de rouwdienst in België bij te wonen, regelt en betaalt de bijstandsverlener: – ofwel de enkele terugreis van de verzekerde(n) die de vereiste verwantschap hebben met de overledene; – ofwel één of verschillende tickets heen-en-terug tot het totaalbedrag van de tickets voor de enkele terugreis overeenkomstig de vorige paragraaf. De terugkeer op kosten van de bijstandsverlener moet ten laatste 15 dagen na de begrafenis gebeuren. De bijstandsverlener vraagt hiertoe een overlijdensattest uitgereikt door de gemeente.

Reisbijstand. 3.1. Verlies of diefstal van reisdocumenten en vervoerbewijzen in het buitenland – • Bij verlies of diefstal van reisdocumenten (identiteitskaart, paspoort, rijbewijs, enz.) moet de verzekerde zich allereerst aller- eerst tot de dichtstbijzijnde Belgische ambassade of consulaire vertegenwoordiging wenden. Het adres daarvan kan de bij- standsverlener verzekeraar hem bezorgen. – • Bij verlies of diefstal van cheques, bankkaarten of kredietkaarten komt de bijstandsverlener verzekeraar bij de financiële instellingen tussen om de noodzakelijke beschermingsmaatregelen te doen toepassen. – • Bij verlies of diefstal van vervoerbewijzen bezorgt de bijstandsverlener verzekeraar de verzekerde de nodige bankbiljetten om zijn reis voort te zetten, zodra deze de bijstandsverlener verzekeraar op de manier van zijn keuze met de tegenwaarde in euro gecrediteerd heeft. 3.2. Verlies of diefstal van bagage in België en in het buitenland Bij verlies of diefstal van bagage regelt en betaalt de bijstandsverlener verzekeraar het opsturen van een reiskoffer met persoonlijke voor- werpen. Deze Die bagage moet aan de bijstandsverlener verzekeraar bezorgd worden door de persoon die de verzekerde heeft aangewezen. B0096-0166V0000.07-01102017 De bijstandsverlener verzekeraar wijst elke aansprakelijkheid af in geval van verlies, diefstal of schade aan de bagage wanneer deze achtergelaten die achter- gelaten is in het verzekerde voertuig dat de bijstandsverlener verzekeraar moet vervoeren. 3.3. Vervroegde terugreis in geval van ziekenhuisopname in België van de echtgeno(o)t(e), vader of moeder, zoon of dochter, kleinzoon of kleindochter, broer of zus, grootouders, schoonouders, xxxxxxxxxxx schoonbroer of schoonzus van de verzekerde Indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekeraar verzekert dat deze ziekenhuisopname van onverwachte aard is en dat de ernst van de gezondheidstoestand van de patiënt de aanwezigheid van een verzekerde rechtvaardigt, regelt en betaalt de bijstandsverlener verzekeraar de heen- en terugreis van één verzekerde. De voorziene duur van de ziekenhuisopname moet langer dan 5 dagen bedragen. Indien de in het ziekenhuis in België opgenomen patiënt een kind is van de verzekerde dat jonger is dan 18 jaar en indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekeraar verzekert dat de patiënt langer dan 48 uur in het ziekenhuis moet blijven, regelt en betaalt de bijstandsverlener verzekeraar de terugreis van de vader en de moeder naar huis. 3.4. Vervroegde terugkeer wegens overlijden van een familielid of vennoot De waarborg geldt wanneer: a. een familielid van de verzekerde (echtgenoot, vader, moeder, kind, broer, zuster, grootouders, kleinkinderen, schoon- ouders, xxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxx) plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing verplaat- sing is; b. een vennoot, onontbeerlijk voor het dagelijks beheer van het bedrijf van de verzekerde of van een vervanger van de verzekerde in zijn vrij beroep, plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is. Om de verzekerde in deze gevallen in staat te stellen de rouwdienst in België bij te wonen, regelt en betaalt de bijstandsverlenerverzekeraar: – • ofwel de enkele terugreis van de verzekerde(n) die de vereiste verwantschap hebben met de overledene; – • ofwel één of verschillende tickets heen-en-terug tot het totaalbedrag van de tickets voor de enkele terugreis overeenkomstig overeen- komstig de vorige paragraaf. De terugkeer op kosten van de bijstandsverlener verzekeraar moet ten laatste 15 dagen na de begrafenis gebeuren. De bijstandsverlener verzekeraar vraagt hiertoe een overlijdensattest uitgereikt door de gemeente.

Reisbijstand. 3.1. Verlies of diefstal van reisdocumenten en vervoerbewijzen in het buitenland – Bij verlies of diefstal van reisdocumenten (identiteitskaart, paspoort, rijbewijs, enz.) moet de verzekerde zich allereerst tot de dichtstbijzijnde Belgische ambassade of consulaire vertegenwoordiging wenden. Het adres daarvan kan de bij- standsverlener hem bezorgen. – Bij verlies of diefstal van cheques, bankkaarten of kredietkaarten komt de bijstandsverlener bij de financiële instellingen tussen om de noodzakelijke beschermingsmaatregelen te doen toepassen. – Bij verlies of diefstal van vervoerbewijzen bezorgt de bijstandsverlener de verzekerde de nodige bankbiljetten om zijn reis voort te zetten, zodra deze de bijstandsverlener op de manier van zijn keuze met de tegenwaarde in euro gecrediteerd heeft. 3.2. Verlies of diefstal van bagage in België en in het buitenland Bij verlies of diefstal van bagage regelt en betaalt de bijstandsverlener het opsturen van een reiskoffer met persoonlijke voor- werpen. Deze bagage moet aan de bijstandsverlener bezorgd worden door de persoon die de verzekerde heeft aangewezen. De bijstandsverlener wijst elke aansprakelijkheid af in geval van verlies, diefstal of schade aan de bagage wanneer deze achtergelaten is in het verzekerde voertuig dat de bijstandsverlener moet vervoeren. 3.3. Vervroegde terugreis in geval van ziekenhuisopname in België van de echtgeno(o)t(e), vader of moeder, zoon of dochter, kleinzoon of kleindochter, broer of zus, grootouders, schoonouders, xxxxxxxxxxx of schoonzus van de verzekerde Indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat deze ziekenhuisopname van onverwachte aard is en dat de ernst van de gezondheidstoestand van de patiënt de aanwezigheid van een verzekerde rechtvaardigt, regelt en betaalt de bijstandsverlener de heen- en terugreis van één verzekerde. De voorziene duur van de ziekenhuisopname moet langer dan 5 dagen bedragen. Indien de in het ziekenhuis in België opgenomen patiënt een kind is van de verzekerde dat jonger is dan 18 jaar en indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat de patiënt langer dan 48 uur in het ziekenhuis moet blijven, regelt en betaalt de bijstandsverlener de terugreis van de vader en de moeder naar huis. 3.4. Vervroegde terugkeer wegens overlijden van een familielid of vennoot De waarborg geldt wanneer: a. een familielid van de verzekerde (echtgenoot, vader, moeder, kind, broer, zuster, grootouders, kleinkinderen, schoon- ouders, xxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxx) plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is; b. een vennoot, onontbeerlijk voor het dagelijks beheer van het bedrijf van de verzekerde of van een vervanger van de verzekerde in zijn vrij beroep, plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is. B0096-0166V0000.06-01102016 Om de verzekerde in deze gevallen in staat te stellen de rouwdienst in België bij te wonen, regelt en betaalt de bijstandsverlener: – ofwel de enkele terugreis van de verzekerde(n) die de vereiste verwantschap hebben met de overledene; – ofwel één of verschillende tickets heen-en-terug tot het totaalbedrag van de tickets voor de enkele terugreis overeenkomstig de vorige paragraaf. De terugkeer op kosten van de bijstandsverlener moet ten laatste 15 dagen na de begrafenis gebeuren. De bijstandsverlener vraagt hiertoe een overlijdensattest uitgereikt door de gemeente.

Reisbijstand. 3.1. Verlies of diefstal van reisdocumenten en vervoerbewijzen in het buitenland – Bij verlies of diefstal van reisdocumenten (identiteitskaart, paspoort, rijbewijs, enz.) moet de verzekerde zich allereerst tot de dichtstbijzijnde Belgische ambassade of consulaire vertegenwoordiging wenden. Het adres daarvan kan de bij- standsverlener hem bezorgen. – Bij verlies of diefstal van cheques, bankkaarten of kredietkaarten komt de bijstandsverlener bij de financiële instellingen tussen om de noodzakelijke beschermingsmaatregelen te doen toepassen. – Bij verlies of diefstal van vervoerbewijzen bezorgt de bijstandsverlener de verzekerde de nodige bankbiljetten om zijn reis voort te zetten, zodra deze de bijstandsverlener op de manier van zijn keuze met de tegenwaarde in euro gecrediteerd heeft. 3.2. Verlies of diefstal van bagage in België en in het buitenland Bij verlies of diefstal van bagage regelt en betaalt de bijstandsverlener het opsturen van een reiskoffer met persoonlijke voor- werpen. Deze bagage moet aan de bijstandsverlener bezorgd worden door de persoon die de verzekerde heeft aangewezen. De bijstandsverlener wijst elke aansprakelijkheid af in geval van verlies, diefstal of schade aan de bagage wanneer deze achtergelaten is in het verzekerde voertuig dat de bijstandsverlener moet vervoeren. 3.3. Vervroegde terugreis in geval van ziekenhuisopname in België van de echtgeno(o)t(e), vader of moeder, zoon of dochter, kleinzoon of kleindochter, broer of zus, grootouders, schoonouders, xxxxxxxxxxx of schoonzus van de verzekerde Indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat deze ziekenhuisopname van onverwachte aard is en dat de ernst van de gezondheidstoestand van de patiënt de aanwezigheid van een verzekerde rechtvaardigt, regelt en betaalt de bijstandsverlener de heen- en terugreis van één verzekerde. De voorziene duur van de ziekenhuisopname moet langer dan 5 dagen bedragen. Indien de in het ziekenhuis in België opgenomen patiënt een kind is van de verzekerde dat jonger is dan 18 jaar en indien de behandelende geneesheer de bijstandsverlener verzekert dat de patiënt langer dan 48 uur in het ziekenhuis moet blijven, regelt en betaalt de bijstandsverlener de terugreis van de vader en de moeder naar huis. 3.4. Vervroegde terugkeer wegens overlijden van een familielid of vennoot De waarborg geldt wanneer: a. een familielid van de verzekerde (echtgenoot, vader, moeder, kind, broer, zuster, grootouders, kleinkinderen, schoon- ouders, xxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxx, xxxxxxxxxxxx) plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is; b. een vennoot, onontbeerlijk voor het dagelijks beheer van het bedrijf van de verzekerde of van een vervanger van de verzekerde in zijn vrij beroep, plotseling overlijdt terwijl de verzekerde op verplaatsing is. Om de verzekerde in deze gevallen in staat te stellen de rouwdienst in België bij te wonen, regelt en betaalt de bijstandsverlener: – ofwel de enkele terugreis van de verzekerde(n) die de vereiste verwantschap hebben met de overledene; – ofwel één of verschillende tickets heen-en-terug tot het totaalbedrag van de tickets voor de enkele terugreis overeenkomstig de vorige paragraaf. De terugkeer op kosten van de bijstandsverlener moet ten laatste 15 dagen na de begrafenis gebeuren. De bijstandsverlener vraagt hiertoe een overlijdensattest uitgereikt door de gemeente.